Biimenlandsclie Berichten.
bezoek eene niet te miskennen politieke
beteekenïs worden toegeschreven, omdat het
zekerlijk strekt ter bevestiging der goede
betrekkingendie tusschen Engeland en
Duitschland niet enkel als zelfstandig poli
tieke mogendhedenmaar bovendien met
Duitschland als bondgenoot van Oostenrijk
Hongarije en Italië, als sterk lid van den
Europeeschen vredesbond, bestaan. "Van ver
bindende overeenkomsten dienaangaande tus
schen Duitschland en Engeland hebben
slechts onkundigen kunnen spreken. Zulke
overeenkomsten hebben niet bestaan en ook
is geen van beiden voornemens geweest, ze
in het leven te roepen. Doch de belangen
van Groot-Brittannië maken Engeland om
zoo te spreken: tot eerelid van den vredes
bond. Zoo onaangenaam dit moge zijn voor
dezulken die de vervulling hunner wensehen
op een oorlog gronden, zoo verblijdend en
gerustetellend is liet voor allendie in de
handhaving des vredes de noodzakelijkste
voorwaarde eener verder gezegende ontwik
keling van het welzijn der heide volken zien."
Vele bladen gewagen van de reis van
keizer Wilhelm naar Nederland. Algemeen
worden de hartelijke ontvangst van het
Duitsehe keizerlijk paar en de kalmte, waar
mede de openbare meening de reis opvat,
als geruststellende verschijnselen beschouwd.
Uit de eerste blijkt dat de Nederlanders
niet langer vrees koesteren voor eene inlij
ving bij Duitschlanden uit de laatste dat
het publiek overtuigd is van het vredelievend
karakter van het drievoudig verbond.
PORTUGAL.
De parlementaire commissie voor de bui-
tenlandsche aangelegenheden heeft, in over
eenstemming met de regeering, besloten voor
een onbepaalden tijd te wachten met het
aanbieden van baar rapport over de algemeene
acte der Brusselsche conferentie en de daaraan
toegevoegde verklaringen. Dit besluit is ge
nomen, omdat de Fransche Kamer van afge
vaardigden bare goedkeuring onthou-'-m heeft
aan de algemeene akte, zoodat deze, zonder
Frankrijks ratificatie, beschouwd kan worden
als louter van platonischen aard.
De geldcrisis duurt voort, ondanks de
aanzienlijke aanmunting van geld. Het mini
sterie van financiën heeft maatregelen ge
nomen om den gedwongen koers te beletten.
AMERIKA.
Uit San Francisco wordt van gisteren
gemeld
De Chineesche mail brengt outzettende
berichten omtrent de vernieling der Christen-
zendingshuizen en kerken daar te lande.
Te Tangang werden de lijkeu van christenen
opgegraven, de hoofden daarvan afgesneden
en op een hoop gegooid. De wanordelijkheden
moeten zijn uitgelokt door geheime genoot
schappen. De vreemde gezanten te Peking
Charles trof Willem op het voorplein aan.
Het dagwerk was reeds gestaakt en hij gaf zijne
bevelen aan den nachtploeg.
Spoedig had Charles hem in het oog en
wachtte slechts op het geschikte oogenbhk om
als de tijger zijne prooi te bespringen.
Dit oogenblik kwam en Charles stond plot
seling voor hem.
«Ha!" riep hij op schorren toon, «daar vind
ik u toch eindelijk weder!"
Doodbedaard keek Willem zijn bespringer in
het gezicht en. antwoordde
»Ja, als ik mij niet vergis, dan hebben wij
elkander al eens vroeger ontmoet."
Die kalmte maakte onzen stuurman woedend.
«Mijnheerriep hij, 2.toen zïjt gij mij ont
komen, maar dat zal niet weer gebeuren. Ik
moet nu weten, wie gij zijt. John Williamson
heet gij niet."
«Daar hebt gij gelijk aan," hernam Willem.
«Gij heet Willem Guicard, mijnheer
«Ook dat is juist."
«En zijt op de Orion geweest ft schreeuwde
Charles.
hebben de Chineesche regeering gedreigd
met een krachtdadig optreden, wanneer de
vreemdelingen niet beschermd worden.
Uit Buenos-Ayres wordt bericht dat de
Senaat het voorstel in behandeling heeft
genomen, strekkende om de kassen tot de
conversie bestemdte machtigen inlagen
van het publiek op te nemen, om gebruikt
te worden bij de disconto en om ingeval
van noodzakelijkheid 25 millioen piasters in
papier uit te geven.
Het Kabinet besloot om den termijn voor
de amortisatie van de 4>/3 pCt. schatkistbons
te verlengen.
Uit Washington wordt gemeld:
De heer Mouth, gezant van de Chileensche
congrespartij, heeft een telegram uitlquique
ontvangen, waarin gemeld wordt, dat het
leger van het congres Huasco heeft bezeten
dus het leger van Balmaceda op de vlucht
is geslagen.
De beterschap in den gezondheidstoestand
van den minister van buitenlandsche zaken,
Blaine, heeft geen stand gehouden.
Particuliere telegrammen, gisteren te New-
York ontvangen, bevestigen het bericht dat
Huasco door de Chileensche congres-troepen
genomen is en de troepen van Balmaceda
op de vlucht gedreven zijn.
SCHIEDAM, i Juli 1891,
In het laatst verschenen no. van De
Fabrieksbode schrijft de heer J. C. van Marken
in een artikel getiteld: Zelfzucht of publiek
belang? na de gronden te hebben aange
geven waarop hij niet verlangt naar een
invoerrecht op olie:
Van het standpunt der gistfabriek moeten wij
weder anders redeneeren. De spiritus is een van
de weinige artikelen, die bij ons thans geldend
tarief van invoert echten bescherming genieten.
En riiet gering ook f 3,50 per hectoliter van 50
pCt. spiritusgehake. dat is bij de prijzen van een
paar jaar geleden 70 pCt., thans 35 a 40 pCt.
der waarde. De afschaffing van dat hooge invoer
recht die slechts eene consequente toepassing
zou zijn van het heerschende stelsel van vrijen
handel, zou de doodsteek zijn voor onze fabriek
en nog veeleer voor onze kleinere concurrenten.
«Ziet gij we! 1" roept triomfeerend de vrijhandelaar
jarenlang hebt gij die bescherming genoten en nog
kunt gij niet op eigen beenen staan. Waar blijft gij
nu roet uwe opvoedïngs-theorie? Uwe roeening dat
de toenemende binnenlandsche concurrentie de
prijzen spoedig tot het peil der buitenlandsche
concurrentie zou doen dalenwordtzelfs na
jarenlange bescherming, door de feiten gelogen
straft." Met uw vei lof, hier in de spiritus-
nijverheid hebben wij te doen met eene oneerlijke
concurrentie, waartegen wij ook volgens een
der 'uitnemendste woordvoerders en voorvechters
voor uwe beginselen den Franschen staathuis
houdkundige Léon Say in ieder geval het
«Zoo, weet gij dat?" sprak Willem, een
weinig verwonderd.
»Ja, dat weet ik!"
«Gij hebt daar het geld van eene dame uit
de kajuit weggenomen."
»Nu, wat zou dat
«Dat moet gij teruggeven 1"
«Goedmaar spreek nu, asjeblieft, wat zach
ter. Wij spreken wel Engelscb, maar de werk
lieden hier zijn zulk een toon, als gij aanslaat,
niet gewoon."
«Het komt hier op den toon niet aanwij
spreken over zaken," riep Charles nog even
luid.
«Zeker, maar zeg mij dan toch eens, 200
bedaard als het u mogelijk is, wat gij hier
eigenlijk komt doen."
«Ik ben gekomen om u het geroofde afhan
dig te maken
«Zoo, het geroofde?" sprak Willem glim
lachend. «Gij komt te laat, mijn vriend!"
«Te Iaat 1 Is het geld dan al door u ver
teerd
«Neen, mejuffrouw Flora heeft het al in
volste recht hebben aan onze regeering de, zij
het ook onvoldoende, bescherming te vragen, die
zij bij machte is ons te verieenen. De Duitsehe,
OostenrijkscheRussische, Belgische fabrikanten
genieten onder allerlei vormen uitvoerpremién op
hun fabrikaat, die in sommige gevallen twee-
driemaal zooveel bedragen als het recht, dat ons
beschermtdie het hunniettegenstaande dit
invoerrecht en het vrachtverschil, toch nog her
haaldelijk mogelijk maken ons op ons eigen terrein
te komen bestokenen die onzen vroeger zoo
belangrijken uitvoerhandel gevoelig hebben ge
knakt, op den duur zelfs dreigen te vernietigen.
De millioenen, die de staatsburgers in den vreemde
aan hunne spiritusfabrikanten in klinkende munt
betalen, mogen aan de Afrikaansche negers goed-
kooper jenever bezorgen, wij kunnen het hun
niet beletten en onze regeering heeft geene wa
penen tot bare beschikking om onze nijverheid
op de internationale markt tegen zulke praktijken
te beschermen. Maar dat men ons dan ten
minste hier met de Duitsehe of Russische aard
appelfoezel van het lijf blijve en hel ongevraagd
geschenk aan onze grenzen terugwijzezooals
of zoo mogelijk nog meer afdoende dan het tot
dusver geschiedt door het verdedigingsreclit van
f3.50.
De opvoeding der branderij-industrie, een der
oudste takken van nijverheid in ons land, mag
op haren leeftijd voltooid heeten, behoort ten
minste voltooid te zijn en geacht te worden. Zij
moet het zonder bescherming kunnen stellen en
zij kan het stellen zonder bescherming, behoudens
het straks behandelde recht op den spiritus. Toch
zou ik een invoerrecht ook op gist dringend wen-
schelijk achten; het zou de gist voor deNeder-
landsche verbruikers geen cent duurder maken,
maar het zou voor ons een veiligheidsmaatregel
zijn tegenover de plannen, die tegen ons worden
gesmeed. Ik ken die plannen. Voor een deel zijn
zij verijdeld het verlangen onzer Fransche con
currenten naar eene uitvoerpremio op gist, waar
door zij groote kans op de alleenheerschappij in
den gisthandel zouden hebben gekregen, is noch
door de regeering, noch door de zoogenaamde
douane-commissie ingewilligd en heeft hierdoor
ook in de Kamer volstrekt geen kans van slagen.
Maar wel verkrijgen zij een invoerrecht van 15
cents per kilo. Ge uitvoer van Hollandsche gist,
vroeger belangrijk, is thans onbeduidend, en zal
door dat invoerrecht nog meer worden gekort
wiekt, zooal niet onmogelijk worden gemaakt.
Voor invoer in Nederland zijn door de Fransche
fabrikanten nooit ernstige pogingen gedaan,
waarschijnlijk om de concurrentie onzerzijds in
Frankrijk niet te prikkelen. Maar vooral in Befgie
betwisten de Hollandsche en Fransche fabrikanten
met alle geoorloofde en minder geoorloofde midde
len elkander het terrein. De Franschen schenen
zich voorgoed vrij wel meester te hebben ge
maakt van het vertrouwen der Belgische afnemers,
doch in de twee laatste jaren hebben de Schiedam
mers, langzamerhand wakker geworden en hun
fabrikaat belangrijk verbeterd hebbende, opnieuw
op kosten der Franschen vasten voet in België
handen. Grootendeeis was het reeds sedert
zes maanden belegd bij haar oom om diens
fabriek er bovenop te helpen. Ook de intresten
zijn aan de jongedame uitbetaald."
»En daarvan wist zij niets 1" mompelde
Charles, wiens noodlot hem had voorbestemd
om altijd en overal te laat te komen, hoe
gejaagd hij ook zijne zaken deed. Zijne rol als
redder van het verloren kapitaal was nu voor
goed mislukt en dit trof hem, meer nog dan de
gelukkige ontknooping.
«Neen," zeide Willem«eerst sedert kort is
zij met de zaak in kennis gesteld, en nog wel
door een bijzonder toeval."
i'En gij zijt werkelijk de matroos van Spie
keroog vroeg Charles, nog half in twijfel over
't geen hij hoorde en zag.
«Ja, maar als zoodanig nog niet bekend.
Voortaan echter wil ik in den omgang en in de
wetenschappelijke wereld onder mijn waren
naam optreden."
«Gij zijt een wonderlijk man," sprak Char
les. sik begrijp nog niet, hoe alles zich heeft
toegedragen."
gezet. Nu heeft het drijven naar invoerrechten
door onze Fransche collega's het volgende doel,
dat mij door iemand, die uit de school klapte, in
een onbewaakt oogenblik werd onthuld. Gevrij
waard voor inval van vreemden door de 15 cents
invoerrecht, kunnen zij door onderlinge samen
werking de prijzen in Frankrijk hoog houden en
ons de wet stellen. Wij, Nederlanders, moeten
Belgie aan hen prijsgeven, of zij zullen, indien wij
ons niet goedschiks aan dezen eisch onderwerpen,
met hunne gist een krachtigen inval doen in Neder
land en hier de markt voor ons komen bederven.
Ziedaar het wel overwogen veldplan.
De vrijhandelaars wrijven zich bij dezemede-
deeiing waarschijnlijk in de handen en juichen:
hoezee 1 in dit blijde vooruitzicht voor de consu
menten.
Ik ben van een andere meening. Gesteld, dat
de gistprïjs in dezen economischen oorlog daalt
met 10 cents per kilo, dan kunnen wij met heel
Schiedam onze raatten gerust oprollen. Wanneer
het voordeel niet bij den bakker blijft hangen, dan
za! een gezin van 6 personen naar eene
vroegere door mij medegedeelde berekening
zijne behoefte aan brood tijdelijk met f 1 per jaar
goedkooper kunnen dekken. Tijdelijk. Want zoodra
wij op het slagveld zijn gesneuveld of buiten gevecht
gesteld; zuilen de overwinnaars eerst recht hun
schade gaan inhalen en onze consumenten duchtig
laten bloeden. Wie is er dan om de aanmatiging en
het machtsmisbruik van de vreemde indringers te
keer te gaan, wie zal dan den moed en de kracht
hebben om den strijd tegen deze, onder de vader
lijke zorg hunner regeering zoo welopgevoede en
sterk ontwikkelde concurrenten aan te binden of
te hervatten
Ik ben van meening, neen méér: ik ben varr
overtuiging dat het de plicht is onzer regeering,
dat het nationaal belang eischt, bij voorbaat die
weldaad voor onze broodconsumenten af te wijzen
door de heffing van een verdedigingsreclit op gist.
Op gist, enzoovoort. Ik deed hier slechts een
greep op het terrein, dat het naast bij mij ligt,
waarop ik het best vertrouwd ben. Er zijn
waarschijnlijk honderden andere fakrikaten (het
Fiansche tarief van invoerrechten omvat 722
rubrieken), die onder soortgelijke omstandigheden
verkeeren. Ifet zal de taak zijn der benoemde-
commissie voor de handelspolitiek haar waakzaam,
onderzoekend oog te laten gaan over het gansche
gebied van Neerlands nationalen arbeid, zooals
hij is, zooals hij bedreigd wordt in den economi
schen oorlog, die is ontbrand, zooals hij worden
kan door tijdige afdoende maatregelen van ver
dediging.
Ik hoop op mijn standpunt nog eens, met
vollen nadruk, niet tot verdediging van de wel
vaart of de weelde van mij en mijne mede-
industrieelen, maar tot verdediging van het werk
en het brood van bet Nederlandsche volk ik
hoop velen aan mijne zijde te vinden of te winnen.
«Laat ons, zoo schreef de heer Van Houten
in 1882, met de feiten voor ons, onzerzijds
niet sentimenteel zijn en althans den weg open
houden, om, als men het te bont maakt tegen-
»En toch is het zoo gebeurd, als ik u zeg,
onderzoek dat vrij. Waarmede kan ik u verder
dienen vroeg WilJem, die nu maar liefst vam
den driftigen bezoeker ontslagen wilde zijn,
toen hem de ring aan Charles' vinger weder
in het oog Wiel.
«Mag ik vragen, mijnheer," vervolgde hij,
«vanwaar de ring afkomstig is, dien gij aan
den vinger draagt?"
«Die ring," zeide Charles, «is een erfdeel
van mijne ouders. Zij gaven hem mij, toen zij
mij verlieten, om niet terug te keeren. Beiden-
zijn op zee gebleven."
«Zou ik den ring wat nauwkeuriger mogen
bezien?" vroeg Willem. «Het is niet enkel
uit nieuwsgierigheid, dat ik dit vraag."
Charles trok den ring van den vinger en
reikte hem over.
«Wat voor merkwaardigs ziet gij daaraan
vroeg Charles.
(Wordt vervolgd.).