onderwijs was in het begin der vergadering het onderwerp van het debat, waarbij de heer Zaaijer protesteerde tegen de wijze, waarop met de gouvemements-kweekscholen wordt omgesprongen, en tegen de opheffing der kweekscholen te Bandjermassin en Magelang. De minister beriep zich op het beslist oordeel der Indische regeering, dat het be houd der school te Bandjermassin overbodige weelde ware. De wederoprichting der school te Magelang zal hij weer voorstellen. Tijdens de behandeling vroeg en verkreeg de minister een verhoogd krediet van f70,000 om zoo spoedig mogelijk opnemingen te laten- doen voor de voor staatsaanleg bestemde lijnen BataviaBantam, MalangBlitar en ProbolingoPanaroekan. De heer Van Vlijmen besprak verscheidene militaire belangen, o. a. het geven van ge legenheid aan de Indische soldaten om in hun vrijen tijd een handwerk uit te oefenen en uitbreiding van de bevoegdheid om te huwen. De. minister nam akte van al de wenken en deelde mede, dat de reorganisatie der infanterie verband houdt met Java's verde digingsstelsel. De door den heer ICielstra bestreden ver meerdering van uitgaven voor de uitbreiding van garnizoen op Sumatra's Westkust nam de minister terug. Hoofdstuk l, uitgaven in Indië, werd daama goedgekeurd. Tegen Dinsdag zijn de kleinere wetten en de staatsbegrooting aan de orde gesteld. Bij hoofdstuk II, uitgaven in Nederland, van -de Indische begrooting, drong de heer Levy aan op invoering van het nieuwe straf wetboek voor Europeanen bij de wet. De heer Roëli betoogde, dat invoering bij de wet niet verplichtend was. De minister verklaarde dat de zaak nog in onderzoek was. De minister verhoogde den post telegraaf kabel Oieh-LehDeli met f106,000, daar ge bleken was dat de prijzen verhoogd zijn. Aan den heer Goeman Borgesius beloofde de minister een onderzoek te zullen instellen naar het gedrag der koloniale reserve-troepen te Nijmegen en Zutfen. De heer Smit drong er sterk op aan, de nieuwe schepen in Nederland t.e doen bouwen. De minister van marine hield vol, dat het eerste der nieuwe schepen in Engeland moest worden gebouwd, omdat daar modellen zijn en verbeteringen kunnen worden aangebracht. Alle hoofdstukken der Indische begrooting werden aangenomen. De Kamer is daarna gescheiden tot Dinsdag 11 uur. Ofllciecle Berichten. Bij kon. besl. van 17 Nov. islo. bij den grooten staf benoemd tot commandant van de stelling Amsterdam, tevens bevelhebber in de 1ste mil. afd., de gen.-maj. J. W. Bergansius, van het wapen der artillerie, thans ter beschikking van den minister van oorlog2o. dê gen.-maj. jhr. L. J. van Tey- lingen, commandant der stelling van Amster dam, tevens bevelhebber in de 1ste mil, afd., op zijn verzoek, krachtens punt 4o. van art. 48 der wet van '28 Aug, 1851 (Stil. no. 128), op non-activiteit gesteld. SCHIEDAM, 20 November 1891. De pachter der buffetten in de Offieieren- Vereeniging bood zijnen stadgenoot.en gisteren een dier avonden aan, die herinneren aan den Zaterdagavond der kermis. Wel was de zaal niet zoo stampvol, als bij die gelegenheid altijd het geval is, wei ontbrak de kermis- stemming en dus ook die meesleepende luid ruchtige vrooljjkheid, maar het zeer variee- rende en inderdaad keurige programma en de ongedwongen beweging van het publiek maakten het er toch zeer gezellig. De heer H. van Os bracht ook nu weer uitstekend gezelschap op de planken. De Hollandsche Soubrette mej, Emïlïe en de dames Emmy en Irma Délorme, Duïtsche duettistinnen, had den een verdiend succes. Evenzoo de heer Herman Culp en mevrouw Culp—Stoetz met hun geestige operette «Meneer en Mevrouw, of wat er van een mensch al worden kan", en hun comische, nu en dan stekelige cou pletten. Zeer in den smaak viel hun onge vraagde reclame voor Schiedamsche adressen van kleederen, hoeden, sigaren enz. De heer N. de Haas handhaafde zijn repu tatie als geestig komiek. Ook excentriciteiten ontbraken niet. Herhaaldelijk werden de lachspieren geprikkeld zoowel door den stelt- looper Mr. A. Ronns als door de koddige en handige dwaasheden van Mr. Etienne en zijn makker, vooral in hun proeven van snelteeke- neD en in de Willem-Tell-parodie. De Urma- troupe deed krasse acrobatische toeren aan de trapéze en aan den rekstok. Het orkest, onder directie van den heer Carl Vogt, kweet zich behoorlijk van zijne taak. Terwijl de bewoonster afwezig was, heeft de 15-jarige J. v. d, W. zich toegang weten te verschaffen tot de woning van de wed. Wever en heeft daar eenig geld en een kopje ont vreemd. De daderes is door de politie opge spoord en aangehouden. Woensdagmorgen werd in de sloot langs den Schiedamschen dijk ter hoogte van den zoogenaamden »Dievenhoek" te Vlaardingen drijvende gevonden het lijk van L. Maarleveld, die den vorigen dag zijne woning had ver laten, voorgevende zijne familie te Schiedam te gaan bezoeken, waaraan echter door hem niet is voldaan, zoodat men vermoedt dat hij 's avonds reeds te water is geraakt. De overledene laat een weduwe en tien kinderen achter, waaronder nog zeer jeugdige. Het vermoeden schijnt niet ongegrond, dat M. zich wegens gebrek aan werk heeft verdronken. Ook de minister van binnenlandsche zaken wenscht dat, te rade gaande met de ervaring in binnen- en buitenland opgedaan, de voor schriften omtrent de uitoefening van het kiesrecht en de daarbij in acht te nemen formaliteiten, van eiken onnoodigen omslag ontdaan, worden teruggebracht tot hetgeen voor eene vrije uiting van den wil der kies gerechtigden en eene juiste opname der uit gebrachte stemmen moet worden noodig ge rekend. De minister overweegt de wenschelijkheid om de verkiezing van gemeenteraadsleden eenigszins anders en eenvoudiger te regelen dan die der Tweede Kamer en der Provin ciale Staten. Bij eene herziening der wet op het notaris ambt, zal overwogen worden in hoever aan de notarissen moet worden verboden werk zaamheden te verrichten, die eigenlijk tot den werkkring van bankiers en effectenhan delaren belmoren. Verlaging van de notarieele kosten zou zeker wensehelijk zijn; maar de regeering kan moeilijk tusschen beide komen in de vrij heid van notarissen en cliënten om omtrent die kosten akkoord te maken. Te 's-Gravenhage is overleden de heer jhr. mr. J. F. Sehuurbeque Boeije, oud-lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Een particulier telegram uit Berlijn aan het Sul. meldt onder dagteekening van 18 November De heeren De Marez Oyens, chef bij de afdeeling handel en nijverheid; J. P. Hofstede, hoofddirecteur der posterijenJ. M. Voorhoeve, directeur der NoordbrabantschDuitsche spoorwegmaatschappij, en E. R. van Weideren baron Rengers, hoofdcommies bij handel en nijverheid, zijn uit Nederland hier aangeko men om onderhandelingen te voeren over verdere verbetering in de spoor- en postver binding. Zij hadden Woensdag een onderhoud met den Nederlandschen gezant, jhr.Van der Hoeven. Dr. Kujper en het sociaal congres. Het HandeUllad in zijn sVan Dag tot Dag" kan niet laten hulde te brengen aan de groote gaven van dr. K., die opnieuw op het congres zijn gebleken. »Geen vooroordeel tegen hem", schrijft het blad, »hadden wij te overwinnen. We weten sinds lang welk een ontzaglijk begaafd en handig man hij helaas isMaar versterkt werd onze bewondering voor zijne gaven. »Welk een voortreffelijk leider is hij! x>Dat bleek deze week overtuigend. Hij beheerschte allen en alles doorzijn intellect, dat zich nu uitte in een gemoedelijk woord, dan in een practischen raadstraks in een aardigheidmaar altijd doeltreffend. Onze verslaggevers waren een bewondering. Als in eene of andere afdeeling de beraadslagingen niet opschotenals men 't niet eens kon worden over de formuleering der stelling, dan had dr. Kuyper er maar bij te komen en eene formule voor te stellenen alle partijen waren tevreden. En men moet zeggen: zijne formule was schier in elk geval de beste die men kon voorstellen. Nu en dan had men er nog wat op af te dingen: een kleinigheid gewoonlijkmaar de door hem voorgestelde formule kwam er toch met vlag en wimpel door »De heer Kuyper was voor het congres een gemoedelijk dictatorwat hij zei gebeurde wat hij zei was wet; wat hij zei bleek het christelijk-soeiaal gezond verstand zelf te zijn, en de heer Th. Heemskerk, die 't nu en dan eens waagde het tegen hem op te nemen, legde 't geregeld ook tegen hem af." Het Slid, acht dr. Kuyper een volbloed revolutionnair; nadat het getracht heeft dit te betoogen, zegt het: Wat zou Carlyle hem voortreffelijk hebben geschetst en in hem den revolutionnair ge waardeerd hebben die weet wat hij wil, al is hij niet buitengewoon angstvallig welke middelen en woorden hij bezigt. Wat is hij een voortreffelijk partijmenner Domela Nieuwenhuis is een onhandig en stout kind bij hem vergeleken. Terwijl deze een beroep doet op zelfzucht, haat en wraak en afgunst, doet dr. Kuyper een beroep op de hoogste gevoelens van den mensch. Daardoor trekt hij een veel nobeler soort van werklieden aanen wint hij velendie door karakter en ijver tot de kern onzer werklieden behooren, voor zijn partij. Daar door volgen instinctmatig, als het ware, vele zonen der geuzen hem. Ze volgen den steilen Calvinist, maar hebben tevens een onbestemd gevoel, dat ze een ouden revolutionnairen wa tergeus met een rood baaien muts op het hoofd tot leider hebben, die hen helpen zal de zilvervloot te overmeesteren. Indien de graven, baronnen en andere aan deelhouders in de zilvervloot, die min of meer gedwee dr. Kuypers zegekar volgen, hiervan geen vermoeden hebben, dan doet dit hun hart meer dan hun hoofd eer aan. Doch de comedie of wellicht de tragedie van het geval is, dat de meeste anti-revolu- tionnairen het wel zien. Indien dr. Kuyper geen kiud der oude revolutie isdan is hij toch zeker een der vaders van een nieuwe revo lutie, gelooven niet weinigen. Maar ze ont komen evenmin aan hun lot als een baars aan den hengel. Met een tekst aan den hoek heeft hij hen beet. Slechts door een snelle en gelukkige wending, die veel pijn veroor zaken zou, kunnen ze zich nog van den demo- cratischen dictator, met wien de party als staatkundige partij staat en valt, losscheuren. Men schrijft uit Aalten: Zooals reeds is medegedeeld, is in plaats van den katholiek J. B. Dericks, de liberaal J. Willink voor dit district tot lid der Staten gekozen. Niemand had dit kunnen vermoe den, daar voor twee jaar de heer W. bij zijn tegenstander DencKS nog 130 stemmen ten achter was. Er heerschte zoodanige lusteloos heid onder de kiezers, vooral onder de liberalen, dat men den onbekenden candidaat der anti liberalen reeds gekozen waande. Deze partij had het niet eens noodig geacht een aanbe veling voor haren candidaat, mr. De Jonge, in de couranten te plaatsen. Q. N. schrijft aan de S. B. Ct. betreffende het bericht dat kanonnen, die voor eenige- jaren f 25000 hadden gekostnu waren ver kocht voor f 26 Zou men nu meenen dat dit de werkelijke waarde is Geloof liet niet. Wees verzekerd dat aan die oude kanonnen eene massa geld verdiend wordtmaar de staat kan er niet meer voor krijgen, omdat de koopers het eens zijn. Die maken conclave en of zij deelen de winst, óf zij koopen elkander uit. Zoo gaat het ook met aanbestedingen voor den staat. De liefhebbers spreken vooraf met elkander af voor hoeveel het werk gemaakt kan wor den dan gunnen zij het onderling aan hem, die er het meeste behoefte aan heeft, hetzy omdat hij juist geen ander werk heeft, of omdat hij veel materiaal of volk beschikbaar heeftdan wordt afgesproken hoeveel op de aannemingssom zal worden gelegd, en hoeveel aan hen, die niet zullen concurreerenzal' worden uitgekeerd als premiedeze wordt berekend in evenredigheid naar het vermogen van de zich onthoudende liefhebbers. Om een voorbeeld te noemen, spreek ik over een mij bekend werkdoch ik zal de namen en de sommen niet juist vermelden. Stel echter dat- de raming van het werk is geweest 1 mil- lioen. De minste inschrijving was f990,000,, maar het werk kon met berekening van flinke winst en risico gemaakt worden voor de som van f 890,000de gezamenlijke liefhebbers besloten toen er f 100,000 op te leggen om- onderling te verdeelen. Dit gebeurde; de minste inschrijving bleef nog beneden de raming, want de andere lief hebbers schreven veel hooger inhet werk werd dus gegund, de aannemer verdiende er flink aanen de andere heeren deelden te zamen eene ton goudssommige hadden voor hun hoofd meer dan f10,000. Zulke knoeie rijen gebeuren telkens, en ik weet zeker dat reeds vooruit alle mogelijke liefhebbers wor den opgezocht en uitgenoodigd om mee te doen aan het conclave. Op die wijze worden sommigen schatrijk ten koste van denstaat- De rechter-commissaris, belast met de instructie van strafzaken te Arnhem, ver zoekt inlichtingen of na 18 Sept. jl. ergens, vermoedelijk te Amsterdam, Rotterdam, Arnhem, Doorn, Driebergen of 's-Gravenhage, zijn aangeboden valschelljk onderteekende quitanties, gedagteekend Terschelling 1891, van jaarlijksehe bijdragen ten behoeve van het Willem Barents Fonds", fonds voor oude zeelieden. De quitanties zijn voorzien van het kantoormerk: »Typ. Faddegon en Co. Amst."' Mevrouw de douairière Klerck, geboren- Hogendorp, komt in een ingezonden stuk in de Standaard op tegen de aanmatiging der mannen op het christelijk sociaal congres, om- voor te schrijven wat de vrouw al mocht- doen en wat zij niet mocht doen. Zij beroept zich op de grondwet en op den Bijbel, om de rechten en de positie van de- vrouw in de maatschappij aan te geven. Onder leiding van den heer Saalborn heb ben te Rotterdam eenige artisteu zich ge constitueerd tot een Duitsch operetten-gezel- scliap, dat in het theater der «Nieuwe Rotter- damsche Schouwburgmaatschappij" tweemaal 's weeks opvoeringen geven zal."

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1891 | | pagina 2