1
300
f 400
f -
—.25
o
- 400
- 500
- 450
—,27s
3
- 500
- 000
- 500
—810
4
- 600
- 700
050
—.32s
5
- 700
- 800
i - 750
.35
- 800
- 000
I - 850
.37*
7
- 900
- 1000 - 930
—.40
S
- -1000
- 1200
- 1100
.42'1
9
- 1200
- 1400
- 1300
,45
10
- 1400
- 1Ö00
- 1500
.47'
11
- 1000
- 1800
- 1700
—.50
•12
- 1800
- 2100
- 1950
pp>5
13
- 2100
- 2400
- 2250
—.55
14
- 2400
- 2800
- 2000
—.57*
15
- 28O0
- 3200
- 8000
—.60
16
- 3200
- 3700
- 3450
,02s
17
- 3700
- 4*300
- 4000
—.05
18
- 4300
- 4900
- 4000
.673
10
- 4900
- 5600
- 5250
—.70
20
- 5600
- CiOÜ
- 0000
70s
21
- (5100
- 7400
- 6900
.75
22
- 7400
- 8500
7950
,775
23
- 8500
- Ü8ü0
9150
—.SO
24
- 98O0
-11000
- 10400
.S2*
25
-UOOO
- 13000
-120D0
—.85
20
-13000
-15000
- 14000
.37*
27
- |5üi >0
- 17000
- 10000
—.90
28
-17i.()Ö
- 20000
- i 8500
—,92s
29
-200O0
- 23000
-21500
—.95
30
- 23000
-2Ö0OO
-24500
.97s
31
- 20000
- 30000
- 28000
1,—
32
- 30000
- 35000
- 32500
1.01
33
- 35000
- 40000
- 37500
'1.02
34
-40000
- 40000
- 43000
1.03
35
- 40000
- 53000
- 49500
1,04
36
- 53000
-61000
- 57000
1,05
37
-61000
- 70000
- 65500
'1.00
38
- 70000
- 80000
- 75000
1.07
terwijl
tut f200,000 imbue
f iO.UOO meer en
dan, out behalve de ediaagkracltt" nog liel «be
lang*' in aanmerking te nemen, Jat de een of
ander bij de gemeenschap heeftdan moet ik
protest aanteekenen tegen dergelijk opportunisme
in rond Hollamisch «modderen". Ik behoef
echter niet te protesteeren. Ik kan volstaan met
de commissie te herinneren, dat zij, op pag. 12 en
13, het in de thans bestaande plaatselijke directe
belasting «afkeurenswaard" noemt, zom twee zulke
heterogene maatstaven als die van vertering en
belang in een ral We heffing aaneen te koppelen."
Het belang mag m, i. alleen in aanmerking
komen bij heffingen voor werken, waarvan men
al af niet gebruik kan maken, als bijv. haven-,
brug- en waaggelden.
Ik hecht Vtier «au li et Voord «belang" dezelfde
beteekeois, die de commissie er aan geeft, en zal
niet trachten aan te toonen, dat men door meer
dere welvaart of bezit ook grooter belang bij de
gemeenschap heeft, alleen reeds door do meerdere
behoeftfi aan bescherming.
Ik hond niet van pluimpjes geven. Maar hier
een extra voor de commissie, die de gemeenschap
vergelijkt met een gezin en daarmede toont, dat
zij, ten minste niet onvoorwaardelijk, vasthoudt
aan de theorie en van hen, die den strijd va» a He»
tegen allct als de economische staatkunde be
schouwen, en begrijpt dat liberaal verwant is aan
humaan en niet een ander woord voor ant
nkeicaal. Lezer, ik heb bij pag. 5 een streepje
gezetwant 't deed me goed, die gelijkenis te
lezen.
De opmerking over de berekening vati het
«mobilair" (pag, 9) verdient eene verbetering.
In stede van de belasting te verlagen, door toe
passing van het tarief, geschiedt dit bijna zonder
uitzondering door «schatting'*, Zelfs bij de kleinere
huizen kunnen de schattingskosten bijna altijd
gedekt worden door hetgeen men dientengevolge
minder aan belasting betaalt. O, nis de theoretici
eens éen beschrijving voor het personeel mede-
maakten en een tiende part van een kohier be
rekenden, wat zouden zij verbaasd zijn over
het geduld (om geen ander woord te gebruiken)
waarmede sedert 1833 is betaald. Doch genoeg
over hot vat vol ongerechtigheden, dat men de
personeel» belasting noemt.
Dat het in onze tegenwoordige directe belasting
gestelde criterium een zeer slechte maatstaf is
voor het inkomen, wit ik dadelijk onderschrijven,
doch dat in tiaar debet gebracht moet worden,
dat menigeen wordt vrijgelaten, van wie in
billijkheid een kleine bijdrage kan worden gevor
derd, ontmoedigt mij wel wal. Aleik dan verder
lees. da tg thans de fabrikant zoo zwaar belast
is, dot de welgestelde arbeider (is er dat een, die
tnet vrouw en de noodige kinderen, zijn mede»
rnenselien het raadsel oplost hoe ze kunnen rond
komen van f500.per jaar dat de welgestelde
arbeider thans wordt vrijgelaten, dan zou ik
haast vragen zijn er twee stroomingen in de
commissietwee, die nooit mogen samengaan 1
Onder het lozen op pag. 21 van die «gezeten*1
werklieden, bun geringe belangstelling in de open
bare zaak, bet middel, dat de commissie wil
aanwenden, om die belangstelling op te wekken,
ben ik gestruikeld, zóu dat ik roe pijn deed. Ik
keek zóo naar den man van f500, wiens vrouw
de laatste kruimels bijeenschraapte, om haar zesde
lieveling ook nog wat te geven, dat ik over 's mans
80 centen belangstelling bijna de beenen brak.
Bij de bezwaren tegen een inkomstenbelasting
zou ik nog deze willen voegen, dat men er zoo
liebt toe komt, pillen te vergulden, het eenmaal
aangenomen beginsel een beetje los te laten en
zich dikwijls bepaalt, alleen die regels in eene
verordening op te nemen, waarvan men meent,
dat zij elders goed werken, d. w. z.waarover
geen al te luide klachten tot ons doordrongen.
Dat liet beginsel niet mag worden losgelaten,
behoef ik niet te betoegen over het uitsluitend
toepassen van elders wei kende bepalingen een
enkel woord.
In theorie is een inkomstenbelasting de belas
ting. In de practijk is zij het nog niet, omdat
de juiste formules, waarnaar zij moet geiteven
worden, nog niet gevonden zijn. En die zullen
nooit gevonden worden, als men geen oorspron
kelijke denkbeelden durft ontwikkelen.
Eenmaal krijgen we ook eens een rijks-inkorn-
stenbelas tin gj als iedere gemeente, die een inkom
sten bel «ni lug gaat hellen, een proefje neemt op dat
gebied, dan kan de ondervinding der gemeenten
er toe strekken, voor het rijk de juiste formules
voor den aanslag te vinden.
Vóór ik van de al ge me ene beschouwingen
afstap, nog een enkel woord over wat veen be
langstellende" veen niet gewilde seiienhieb"
heeft genoemd. Ik heb al is er feitelijk iels
anders uit te lezen ondersteld, dat de com
missie er op heeft willen wijzen, dat er van
sommige menschen, in dienst der gemeente ver
grijsd, werkzaamheden gevorderd worden, die
om hun hoogen leeftijd hun kracht ie boven gaan.
Ik wil de onderstelde le/ing gaarne beamen,
maar als mijne meerling uitspieken dat dit is tot
schade en schande van de gemeente, en ik ver
wacht daarbij geen tegenspraak, want ik betwijfel
of iemand van een ander zat vergen, dat hij tot
zijn laatsten snik over jeugdige kracht kan be
schikken.
De verordening op dn helfing wil, blijkens
art. I, het belastingjaar laten loepen van 1
Jul tot 30 Juni. Afgescheiden van wettelijke
bezwaren tegen een maatregel, waardoor niet ge
zegd knn werden, dat die belasting strekt tot dek
king van uitgaven over eenig bepaald dienstjaar,
komt zij mij niet "aanbevelenswaardig voor, daar
zij niet zal stiekken tot verbetering van de «kas".
31 December, einde van hot dienstjaar ou 30
Juni, de s lui tings termijn van hot vorige, zijn
mijlpalen, die niet ouopgemeikt gepasseerd wor
den door de belastingschuldigen die mijlpalen
vallen thans weg. Ik meen daarom, dat de
voorgestelde bepaling liet tegenovergestelde zal
uitwerken van wat men beoogt. Een goede kas
acht ik alleen mogelijk bij behoorlijke saldo's. Wil
men echter den voorgestelden maatregel beproe
ven, dan zou bepaald moeten worden, tot welk
bedrag in ieder der 2 jaren de kohieren moeten
worden verantwoord.
Art. 3 'k ben niet de eerste die't zegt
stolt het minimaal belastbaar inkomen Se laag,
doordien het, jn strijd met de algemeene be
schouwingen, niet de draagkracht in aanmerking
neemt, maar daarvoor in plaats uitsluitend hot
vermoedelijk inkomen stelt. Wat in art. 9
daaraan toegevoegd wordt, mag imar mijne
meening geen aanspraak maken op ernstig be
doelen" en schijnt een poging om er zich af te
maken.
lloe beter levensomstandigheden uien zelf go-
niet, zooveel te meer kost ook, wat men noemt,
het noodzakelijk levensonderhoud onzer kinderen,
daarom kan voor alle klassen niet een zelfde som
worden afgetrokken. Doch zei Is in de laagste
klasse is f20.te weinig, tenzij het vierde
kind een marmot tennatuur medebrengt en een
eeuwigen winter geniet.
Daar ik de draagkracht bij do nrtl. 8 en 9 nader
wil behandelen, zal ik terugkearen tot het mini
maal inkomen.
Waar zelfs in een zeer klein gezin geen tien
gulden "per week inkomt, daar kan in de nood
druft niet voorzien worden en met inachtneming
van de grootte van zijn gezin, kan men den
werkman eerst gezeten beginnen te noemen, wan
neer er bij hero tnsschen f 14 en f 20 inkomt.
Ik gebruik hier bij herhaling het woord
«inkomt" en veroorloof me naar aanleiding daar
van een kleine capriool.
Een jong werkman verdient bijv. f500 en
houdt niet of niet noemenswaardig over. Hij weet
echter zijne inkomsten te doen stijgen tot f 700
en huwt.
Aangenomen, dat in gehuwden en ongehuwden
staat dezelfde zuinigheid wordt betracht, dan kan
men verzekerd zijn, dat hi>, als »de huwelijks
zegen" niet al te mild vloeit, even veel als er
geen kinderen komen meer van het leven zal
genieten, dan toen hij ongehuwd was.
Waarom 1 Omdat aan zijn arbeid, die met f700
betaald wordtdie vnn zijne vrouw ten goede
komt. De vrijgezel heeft voor alles wat ie zijnen
behoeve verricht wordt, te betalen. Voor den ge
huwde zorgt moeder de vrouw, dat zijn maal
bereid is, zijn kleeren in orde blijven en zijn
wounsteè behoorlijk gereinigd wordt. Doch niet
alleen haar arbeid, ook haar overleg heeft waarde.
Het best leert men de waarde van het werk der
vrouw kennen, wanneer zij geruituen tijd ernstig
ziek is.
Nu is het hoogst moeilijk, du umUileute waarde
I der vrouw in cijfers uit te drukken, riocli op den
belastïnghefFer rust de plicht hier naar een for
mule te zoeken. Evenzoo moet hij dit doen voor
de lasten die door kinderen enz. op den belas
tingplichtige rusten.
Ieder zal bij eenïg nadenken begrijpen, dat
iemand, die met f700 inkomsten huwt, meer dan
f350 per hoofd verteert: dat het niet aangaat,
die verlering te bepalen door eenvoudig de leden
van het gezin op het inkomen te doelen. Een
zelfde lamp kun allen verlichteneen zelfde
kachel allen verwarmen, enz. enz.
Ik heb, door mijn correctie op art. 8, getracht
j hot vorenbedoelde een bepaalde waarde te geven,
Zijn mijn cijfers nog niet de juiste, ik acht ze
beter dan die van de commissie, die hot inkomen
neemt, bijna zonder meer.
Bij art. 4 wordt alleen gezegd, dat onder liet
inkomen der hoofden van echtvereenigingen mede
begtepen is het inkomen der huwelijksgemeen
schap. Getrouw aan mijn programma, zal ik de
quaestie door den heer Tak gemoveerd buiten
bespreking laten. Ik wil hier echter vragen
waar bi jven de inkomsten der minderjarigen
bedeeld bij art. 366 IJ, W, eu die Ittj art. 368?
Ze overslaan gaat niet. fooi tegeling is noodig
ook ter vooikoniiog van mfobtuik.
In art. 5 is in, i. verzuimd te bepalen, lioe men
tot een eindsutn komt vau vei schillende inkom
sten wanneer van een zelfden persoon óf zijn
bezittingen óf een van zijn beroepen o!' bedrijven
eeu negatief resultaat heeft. Iemand kan op vaste
eigendommen wanneer die bezwaard zijn
geld toeleggen, doch uit zijn bedt ijl winsten be
halen waaruit hij die schade dekken en bovendien
leven kan. M, i. zonden in zondanig geval baton
en schilden verrekend moeten worden. Volgens het
ontwerp zou dat niet kunnen.
In art, (Je kan ilt het woont geren niet ver
klaren.
De artt. 8 en 9 wit ik samen behandelen. Ik
moet hier nog eens zeggen dat het niet goed te
keuren is, alleen in aanmerking te nemen wat
inkomt, en ieder die eon ontwerp maakt voor
een inkomstenbelasting, ni. i, verplicht is, telkens
meer de bijzondere maatschappelijke toestanden
onder formules te brengen en die tor mulos
voor zoover zo bestaan niet #zo<> nondig",
maar ozoo mogelijk'1 te verbeteren.
Wordt dit gedaan (laten we bescheiden zijn
en zeggen daarnaar getracht) dan, maar ook
dan alleen, zal de ideale inkomstenbelasting in
de practijk aan het ideaal gaan beantwoorden.
Ik weusch de artt. S en 9 aldus te lezen
Art S,
Ieder belastingplichtige wordt, naar mate van
zijn vermoedelijk jaarlijkse!) inkomen in een der
klassen vau art 9 gerangschikt en aangeslagen
naar het middencijter van de klasse, waarin hij
behoort, vermenigvuldigd mat den factor in art. 9
vermeld achter het inkomens-deel, dat hij, naar
den volgenden regel, geacht wordt voor zich zelf
to gemeten.
Hel deel van hei inkomen (middencijfor) wordt
gesteld op 4, voor den belastingplichtige en
vo«r zoover hij bij zijn besclirijvingsbiljet daartoe
de noodige opgaven beeft verstrekt op 2, voor
zijne echtgenoot, en op f, voor ieder zijner bij
hem inwonende kinderen of omlerlooze klein
kinderen beneden '16 jaar, die geen eigen in
komen hebben, voor ieder zijner kinderen of
ouderlnoze kleinkinderen, die in onbezoldigde
betrekking bij anderen, of aan eene inrichting
van onderwijs voor eene betrekking of beroep ten
koste van den belastingplichtige worden opgeleid,
voor iedere zijner geen eigen inkomsten hebbende
inwonende dochters, of familieleden in den ln
of 2ti graad van bloedverwantschap of zwager
schap: de foststen alleen wanneer zij door ziekte
niet tot werken in staat, of ouder dan 60
jaar zijn.
Art. 9.
De inkomsten der belastingplichtigen worden
geclassificeerd en het voor den belastingplichtige
naar art. 8 voorbehouden inkomens-deel wijst
de factoren aan, waarmede het middencijfor zijner
klasse wordt vermenigvuldigd, als hieronder
is aangeduid,
1.
Nummer
der
klasse.
li.
Minimum
"lil
Haxiimitf
IV.
Midden-
i cijfer
zoo van het inkomen als van
het voorbehouden inkomctisdeel.
"V.
Factor
vau
verme
nigvuldi
ging.
daarboven iedere f25.000 een ieaigeie Ma-se
vormt, waarvan de factor met O,Of wordt ver
hoogd.
Zooals men ziet, wil ik onri-rscheid maken
tn.-scheu hen, die alleen voor zit li If hebben te
zorgen en dn? anderen te hunnen la-te hebben.
Wat de commissie voor kin teren beneden 16
jaar aftrekt ik zeide het reel- is onvol
doende, eti k.m niet vo.n allen a-lijkgestd 1
worden, omdat, naarmate van -foil stand van
de ouders, de kosten van ojjvoeling'foi kinderen
stijgen.
Maai' er is meer. Ik zetel twijn z.oon near de
academie, n.mr enn ambachtsschool, hij is surnu
merair hij da posterijen of ik dn» hem voor
een tg ambacht in de lerr kost luj mij dan
niets ni"rr, omdat hij IC jaar is?
De gemeen-cl 1 aJ! heeft ook belang brj de ont
wikkeling van bet indivi lu, Als ik hot offer
gei roost, mij tont- zijn vak opleiding eenigu weelde
to omzeggen, mis-chien wel belangrijk te bekrim
pen, moet dan de geroceimrbup zich niet wat
matigen bij haar belasiinglirffen 7
Het den it inwin om klas-en te maken en daarbij
een midden cijfer aan te neme» n»«m ik gaarne
over. Marti ti.t.a .erhOndii.g van heL getal per
sonen, dat door den belastingplichtige timet
worden onderhonden, laat ik zijn percentage
betalen, tn. a. w. bepaal ik •l«n focior van vei-
m enig vuliii ging.
Inkomsten beneden f500 zijn vrij. volgens hot
ontworpen art. 3. Ik wew-ch mak de inkomsten
vrij ie stellen waarvan het eigen inkomens-deel,
beneden 300 daalt en zou art. 3 dienovereen
komstig willen wijzigen.
Nu weet ik zeer goed, dat mm mijne ontwik
keling van het beginsel sdraagklacht" ten aanzien
van de inkomstenbelasting het rEnreka" nog niet
kan worden uitgeroepen. Ik geloof echter, er
naar gestreefd ra hebben, ie;s dichter bij de
waarheid te znii dan de commissie.
Om, na vcrioop van rijd, tot e«n juister maat
staf te komen, zon hot overweging verdienen,
gedurende «enige jaren den belastingschuldigen
gelegenheid te geven bij het hesrlu-ijvingsbiljet,
per afzonderlijke en gesloten rmta, mei led relingen
van vertrmiw,d ijken aard te voegen, die de bouw
stoffen kumu-fi lovoren voor e,-n- laieie (bijv,
nalat de inkomstenbelasting een vijftal jaren
heeft gewerkt) herziening.