Tweede Blad, Af. 1892. Woensdag 21 September. N°. 810* esenveert: gste Jaargang- Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. Binnenlandsche Berichten. ^Gemengde Berichten. UITGEVER: j7 ODÉ. Post en Telegraphie. Land- en Tuinbouw. 0 n derw ijs. Armenzorg. I COURANT. abonnementsprijs, per kwart- I franco per post, door het geheele Rijk Afzonderlijke nommers 1.85. - 2.50. - 0.10, BCRBADt BOSSkTiBAAT, B 2 7. Advertentieprijs: ran 1—10 gewon* regela met inbegrip van aene Courant.10. Iedere gewone regel meer- 0,10 Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. SCHIEDAM, 20 September 1S92. De minister van justitie heeft aanschrijving gericht aan de commissarissen der Koningin met verzoek de aandacht der burgemeesters te vestigen op het koninkl. besluit van 11 dezer, betrekkelijk het tegengaan van over- matigen en gevaarlijken arbeid van jeugdige personen en van vrouwen. Den commissa rissen wordt tevens verzocht de burge meesters uit te noodigen, de hoofden of be stuurders van bedrjjven of ondernemingen in hun gemeente op den inhoud daarvan opmerkzaam te maken, voor zoover de kennis neming daarvan voor deze, met het oog op de inrichting van hun fabrieken of werk plaatsen en de daar verricht wordende werk zaamheden, van-belang is te achten. Het thans bij de Tweede Kamer ingekomen ont werp van een wetboek van militair strafrecht is het wordt met dankbaarheid door de regecring erkend bijna geheel het werk van den hoog leeraar Yan der Hoeven, zooals 't uit een militair oogpunt is onderzocht en gewijzigd door cene commissie samengesteld als volgtmr. P. Verloren van Themaat, advocaat-fiscaal, voorzitter; wijlen kapitein t./z. Bogaert; Hennns, destijds kolonel; Schippers, kapt.-lnit. t,/z.Borel, destijds luit.- kolonel der artillerie; Van Wage, officier van administratie le kl., en Kolemans Beijnen, kapt. der infanterie. Het ontwerp gaat uit van de erkenning der be staanbaarheid van éen gemeenschappelijk wetboek voor vloot en leger, en van de noodzakelijkheid om voort te bonwen op den grondslag van bet bestaande strafrecht. Het wil de hoofdbeginselen die in het gemeene strafrecht gehuldigd zijn ook voor het militair strafrecht doen gelden, behou dens die afwijkingen, welke door de militaire be langen, of door de bijzondere omstandigheden, waarin de krijgsmacht verkeeren kan, worden ge vorderd. Aansluiting aan het Nederlandsch wet boek van strafrecht was dus de hoofdrichting bij de regeling van het militaire strafrecht. Zooveel mogelijk is dan ook dezelfde of eene soortgelijke terminologie gebezigd als in het wetboek van strafrecht. Buiten het strafrechtgebied blijven krijgstuehtelijke vergrijpen. Daarom zullen de reglementen van krijgstucht nader bij afzonderlijk wetsvoorstel aan herziening worden onderwonen. Bepalingen omtrent den staat van oorlog en van beleg komen in het ontwerp-wetboek niet voor, maar zullen daarin opgenomen worden, zooJra de wetgever nauwkeurig den aard en het verschil dier beide rechtstoestanden zal hebben omschreven. De beginselen omtrent opzet en schnld, in bet gemeene recht gehuldigd, zijn ook in het militair recht overgenomen. Voorts zijn in het ontwerp alleen die enkele valpose daden of verzuimen vermeld, door welke belangrijk nadeel wordt berokkend, groot gevaar verwekt, de krijgstucht grovelijk geschonden, of de eerbied voor de wet aangerand. Artikel I van het strafwetboek wordt voor het militair recht in alle opzichten gehandhaafd, maar de omvang van de locale werking der strafwet wordt daarentegen uitgebreid. Wat het straffenstelsel betreftzoo wordt de onderscheiding der straffen in hoofdstraffendie afzonderlijk of vereenigd met een bijkomende straf en bijkomende straffen die alleen vereenigd met eene hoofdstraf kunnen worden opgelegd, in bet ontwerp behouden. Evenwel in de oplegging van de bijkomende straffen laat het ontwerp den rechter grooter vrijheid dan het strafwetboek. Het neemt bij het bepalen der straffen voor de verschillende misdrijven den militairen rang of graad va* den dader niet meer in aanmerking. Van daar ook de afschaffing van de cassatie als hoofd straf voor officieren. De militaire detentie vervalt als hoofdstraf. Onder de hoofdstraffen kent het ontwerp derhalve slechts éene vrijheidstraf, de gevangenisstraf, die het epitheton militaire niet langer zal dragen. In de handhaving van de dood straf in het militaire recht wordt berust, maar het ontwerp geeft eene aanwijzing van "ècnige buiten gewoon zware misdrijven, die met den dood gestraft kunnen worden, met dit gevolg, dat de militaire rechter bevoegd is, de doodstraf op te leggen aan hem, die in tijd vun oorlog zich schuldig maakt aan een misdrijf waarop bij het gemeeno recht of in hot militaire recht levenslange ge vangenisstraf is gesteld. Voor niet-militairen die in tijd van oorlog de belangen van den staat of de legermacht op gelijke wijze krenken, wordt de doodstraf evenzeer gehandhaafd. Eveneens wordt dc noodzakelijkheid uiteengezet van het behoud der doodstraf in het zeerecht, vooral ter hand having van dc discipline aan boord van een oorlogsschip tegenover muiters en oproermakers, die niet op andere wijze dadelijk onschadelijk zijn te makenen ook om onder het scheepsvolk het bewustzijn te bewaren dat in het uiterste geval aan boord kort recht zal worden gedaan en met dc noodige fermiteit gehandeld. De toepassing van de doodstraf wordt ook toegelaten ten aanzien van kinderen heneden 16 jaar. In bijzondere gevallen wil het ontwerp bevoegd heid toekennen een ontslagene na verloop van eenigen tijd weder als vrijwilliger in militairen dienst te laten treden, of een ontzette na het verstrijken van den duur der ontzetting weder als dienstplichtig in te lijven of als vrijwilliger aan te nemen. Het stelsel onzer tegenwoordige wetge ving, volgens hetwelk de degradatie bestaat in het terugbrengen van den onder-officier hij de zeemacht tot ccn der klassen van mindere schepelingen, bij de landmacht tot den stand van soldaat, wordt gehandhaafd, met verwerping van het stelsel van gedeeltelijke verlaging. Evenzeer wordt do hand having van plaatsing in eene strafklasse als bij komende straf raadzaam cn gerechtvaardigd ge oordeeld. Het wordt voldoende geacht, zoo aan de tot vrijheidstraf veroordeelden, de verlaagden en de in strafklassen geplaatsten wordt verboden hunne ecre- enonderscheidingstcekonen gedurende hunnen straftijd te dragen. Verder wordt de bevoegdheid tot ontzetting van rechten, krachtens het wetboek van strafrecht, ook aan den militairen rechter gegeven. Ambtshalve vervolging van sommige der misdrijven naar het gemeeno strafrecht alleen op klachte vervolgbaar, wil het ontwerp in tijd van oorlog toelaten. Het ontwerp bevat een tweede boek gewijd aan de groepeering der misdrijven. Het behandelt lo. da misdrijven waardoor het zelfstandig bestaan of de veiligheid van den staat wordt bedreigd 2o. de misdrijven, die eene schending van belang rijke plichten in den krijg opleverende, eveneens deze veiligheid dikwerf in gevaar brengen3o. de feiten, die verzaking van het geheel der op den militair rustende verplichtingen ten gevolge hebben die welke strijden tegen do ondergeschiktheid, een der allerbelangrijkste militaire plichten, en den grondslag van alle militaire verhouding; vervol gens de schending van verschillende andere dienst plichten en ten slotte dc misdrijven tegen vermogen en goed. De gewone strafbepalingen tegen bcleediging, bedreiging, geweldpleging worden, als geen genoegzame beseherming biedende tegen de aanrandingen der militaire subordinatie, niet voldoende geacht, weshalve gestrenge voorschriften ia het ontwerp daartegen zijn opgenomen. De thans in onze criminecle wetboeken voorko mende voorzieningen tegen strooperijen, diefstal cn roof, vervallen voor verreweg het grootste ge deelte, omdat die feiten door militairen gepleegd met toepassing van art. 310 en voleende wetboek van strafrecht, in den regel voldoende gestraft kunnen worden. Te Brussel heeft Vrijdagnacht in bet paleis van den graaf van Vlaanderen, die zich in Italië bevindt, een diefstal plaats gehad. Er is voor ongeveer 10.000 francs aan zilver ontvreemd. Het Hamb. Tageblatt merkt op dat nog geen brouwer, kuiper of arbeider in eene brouwerij door cholera is aangetast. Wellicht is er in bier een voorbehoedmiddel aanwezig. Tengevolge van het smelten van ijsvelden op den Kaukasus is do rivier Koura sterk gezwollen. De stroom sleepte ongeveer 200 huizen van het stadje Dshavat mede, waardoor tal van personen den dood vonden. Tot heden berekent men het verlies aan menschenlevens op vijftig. Ook in de omstreken van Dshavat is groote schade aangericht. De gelegenheid tot verzending der correspon dentie naar New-York (via Amsterdam) bestaat door middel van het stoomschip P. Galand. Da laatste buslichting aan het postkantoor te Rotter dam is bepaald op 21 dezer, des voormiddags ten 4.35 ure spoortijd. De wijze van verzending behoort duidelijk op bet adres vermeld te worden. De gelegenheid tot verzending der correspon dentie naar Bergen (Noorwegen) bestaat door middel van het stoomschip Ingerid. De laatste buslichting aan het postkantoor te Rotterdam is bepaald op 22 dezer, des avonds ten 10.30 ure spoortijd. In de provincie Groningen is onder de varkens de vlekziekte uilgebroken. Aan de leden van den gemeenteraad te Schie dam is kennisgegeven dat de voordracht ter benoeming van het hulppersoneel aan de open bare hei halingeschool voor meisjes voor den cursus 18921893, opgemaakt in overleg met den arrondissements-schoolopziener en na inge wonnen bericht van het lioofd der school, ten raadhnize ter inzage is nedergelegd, teneinde in de eerstvolgende vergadering van den gemeente raad tot eene benoeming te kunnen overgaan. Op die voordracht zijn geplaatst a. Voor ln onderwijzer, tevens hoofd der school 1. B. de Maar te Schiedam. 2. J. van Rhijn Gz. 3. A. Timmermans n b. Voor 2n onderwijzer: 1. J. van Rhijn Gz. n 2. A. Timmermans 3. C. Visser i c. Voor le onderwijzeres in nuttige handwerken 1. E. de Goederen to Schiedam. 2. J. J. van Vliet t> 3. M. van Rossen 9 d. Voor 2e onderwijzeres in nuttige handwerken 1. J. J. van Vliet te Schiedam 2. M. van Rossen n 3. M. Rademaker d d e. Voor 3e onderwijzeres in nuttige handwerken le. M. van Rossen te Schiedam. 2. M. Rademaker 3. N. van Waard Op de voordracht ter benoeming van een onder wijzer 4e klasse aan de openbare tusschenschool aan den Noordwal te 's-Gravenhage is no. 1 ge plaatst de heer H. Kool, onderwijzer to Schiedam. De heer dr. C. C. Uhlenbeck, benoemd tot bui tengewoon hoogleeraar in het Sanskrit en aanver wante vakken, en de heer I. J. de Bussy, benoemd tot boogleeraar in de wijsbegeerte van den gods dienst aan de universiteit te Amsterdam, zulten hun ambt aanvaarden met het uitspreken eener openbare rede in de aula der universiteit, de eerste op Maandag 26 dezer, de laatste op Vrijdag 30 dezer, telkens des namiddags ten 3 ure. Naar het Vad. verneemt, heeft de Nederland- sche vereeniging ter bevordering van gemeente belangen in overeenstemming met den wensch van vele provinciale vereenigingen van burgemeesters en secretarissen - zich gewend tot den minister van binnenlandsche zaken, met verzoek dat het leervak dor vrije en orde-oefeningen nog vóór 1 Jan. 1893 worde gerangschikt onder de niet-verplichte vakken van onderwijsen, zoo dit niet mogelijk mocht zijn, dat althans in ruimen zin ontheffing worde verleend aan de gemeente besturen, die zich daartoe aanmelden. De Bode der Heldring-gestichten; van 15 Sept. j.l. meldt, dat op 1 Sept. j.l. aanwezig waren op Steenbeek 50 en in 't Magdalenahuis 18 vrouwen, benevens 56 kinderen; op Bethel 50, op Talitba Kumi 163in de Opleidingshuizen 25 en op de Normaalschool 40 meisjes. Sedert de oprichting werden geplaatst: op Steen beek 1493 en in 't Magdalenahuis 237

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 5