uitgeve¥TT odé.
A0. 1892
Woensdag 12 October.
N°. 8119.
Eerste Blad
Z esenveertigste Jaargang.
Verschijnt dagei ks, uitgezonderd Dinsdag,
Buitenlandsche Berichten.
abonnementsprijs, p«r kwartaal
jtatea per post, door bet geheele Rnk
Afzonderlijke noicmers
1.85.
- 2.50.
BUREAU: B OTEB STIIAAT, B «7.
Advertentieprijs: ran 1—10 gewon* regels met
inbegrip vtn ees« Coortnt. .10,
Iedere gewone regel meer - 0.10,
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
DUllSCHLiSD.
De particuliere correspondent der N. JR. Ct.
schrijft uit Weimar van 8 dezer o. a. het
volger de
Een uitspansel, waar dreigende regen
wolken een hardnekkigen strijd voerden met
eene heldere Octoberzon, zag hedenochtend
op den grooten feestdag neer, en aller oo'gen
staarden naar boven, of nieuwe waterstroomen
de nu tot op het laatste wimpeltje voltooide
versiering der stad zouden komen verstoren.
Het zou bitter te betreuren zijn, want de
bekoorlijke kleine stad heeft zich m een
heerlijk feestkleed gestoken, en wanneer de
zon schijnt, zou men kunnen denken een
veelkleurig zuidelijk volksfeest bij te wonen.
De huizen zijn zoo overvloedig behangen
met tapijten en guirlandes van groen en
bloemen, dat ternauwernood de vensters vrij
zijn gebleven, waar toeschouwers in feest
kleederen zich hoofd aan hoofd vertoonen-
'Tusschen wilde wijngaardranken aan de
huizen en balkons heeft men natuurlijkeen
ikunstrozen gevlochten bjj wagenladingen vol.
De straten zijn bedekt door eerepoorten,
zinspreuken en eene wolk van vlaggen en
'banieren. Overal wordt bet oog getroffen
door de schitterende Hollandsche driekleur,
overal ziet men Hollanders en hoort men
Hollandseh spreken. Weimar is heden inder
daad eene half Hollandsche stad.
Met klokslag van negenen klonk van het
traadhuis het koraal: »Nun danket alle Gott",
dat weerklank vond in het gewoel der dui
zenden, die reeds op de groote marktplaats
zich 'verdrongen. Daarna volgde, zeker ter
eere des keizers, een ouverture, die zijn be
roemde voorvader Frederik de Groote meer
•dan honderd jaren geleden gecomponeerd
'heeft; vervolgens de bruiloftsmarsch van
Mendelssohn, en tot slot eenige volksliederen,
•waaronder het Thüringsche sAch, wie ist
"s möglich dann" met stormachtigen bijval
ontvangen werd. Tegen éen uur begonnen
4e uitgenoodigde feestdeputaties zich naar het
slot te begeven tot bijwoning van de kerkelijke
inzegening van het gouden bruidspaar.
Ongeveer halfdrie begaf de bruiloftsstoet
zich door het paleis naar de kapel. De stoet
ging door eene reeks van gala-vertrekken,
in welke de grooten des lands, talrijke depu-
tatiën, rijk getooide vrouwen en in schitte
rende uniformen gestoken, met ridderorden
beladen mannen een soort van levende feest-
straat vormden. Vóór den stoet uit kwam het
korps van pages, in kuitebroeken en blauwe
buizend°n de hofmaarschalken en ceremonie
meesters, met groote, goudknoppigev staven
als teekenen hunner waardigheid. Zij vorm
den een kleinen stoet vooraf, die de nadering
der hooge personen aankondigde.
Daaiop volgde de zes jonge kleinkinderen
met hunne vriendelijke kindergezichten,bui
gende naar links en rechts. Dan de drie kin
deren van het bruidspaar: deerfgroothertog
tusschen zijne twee zusteis, prinses Reuss, de
gemalin van den Duitschen gezant, en her
togin Johan Albert van Mecklenburg. Eindelijk
de drie schoonkinderen der erfbertogin tus
schen den gezant vorst Reuss en hertog Johan
Albert. In het geheel dus twaalf kinderen en
kleinkinderen, op wie het nu volgende bruids
paar nederblikte.
De groothertogin had een bovenkleed van
witte zijde aan, waarover een groot rood orde-
lint hing en dat verder door met goud ge
stikte versieringen bijna geheel was bedekt.
De weelderige en inderdaad prachtige bruids
japon van het fijnste goudbrocaat had een
sleep van verscheidene meters lengte. Op het
in grijzende lokken gevatte hoofd der bruid
droeg zij, onder den witten, met gouddraad
doorstikten sluier, de gouden mirtekrans.
Haar gelaat straalde van goedheid, van vreugde
en van gezondheid. Haar gemaal had den
gouden ruiker aan het wambuis der generaals
uniform bevestigd.
Op eenigen afstand achter het bruidspaar
vormde zich in waaiervorm, in twee rijen, de
groep van het verdere vorstelijke gezelschap.
Het middelpunt daarin vormde de Duitsche
keizer met de kleine Koningin Wilhelmina
aan de rechter-, en Koningin Emma aan de
linkerzijde. Koningin Wilhelmina droeg een
eenvoudig luchtig kleedje van witte kant,
Hare moeder een weelderig witzijden kleed
met statigen sleep en lang op den rug neder-
hangenden witten sluier. Tusschen de twee
witte vrouwengestalten schitterde de Duitsche
keizer in de scharlakenroode gala-unifc m
der Pruisische kurassiers van de garde. Hij
droeg in zijnen arm den gouden helm met
op de spits den zilveren adelaar, die de
vleugelen heeft uitgespreid.
Toen de bruidsstoet de kapel binnentrad,
deed het orgel een kort voorspel hooren.
Daarop volgde weldra een luid koorgezang;
een jubel vers uit het prachtige koraalgezang
»Wachet auf, ruft uns die Stimme".
Aan het altaar stond de opperste hof
prediker Hesse, een kalm en bejaard man
met grijzend haar, een frisch, rond gezicht en
vriendelijke bruine oogen. Hij staat bjj de
groothertogin in hooge gunst en dient dikwijls
bij hare geheim blijvende weldaden als haar
handlanger in het goedehare rechterhand,
dus, die, sedert een lange reeks van jaren,
doet, »wat de linkerhand niet weet". Als
haar zieleherder heeft hjj in het lief en leed
der groothertogelijke familie gedeeld. Hij sprak
met ietwat ontroerde, doch duidelijke stem,
in een accent dat een weinig scherper is dan
het gewone Thüringsche.
Na de indrukwekkende toespraak van den
man, die zijne tegenwoordige positie reeds
meer dan twintig jaren bekleedt en zoowel
de beide dochters van het bruidspaar ais de
beide zonen van den erfgroothertog gedoopt
heeft, werden de kerkelijke ceremoniën vol
bracht en knielde het bruidspaar om den
zegen te ontvangen. Daarna weerklonk we
derom een kort koorgezang en krachtig zette
teh slotte het orgel in: »Een vaste burg is
onze God". Onder de druischende tonen \an
dit heerlijk Luther-gezang verliet het bruids
paar de kapel.
De kerkelijke plechtigheid heeft ongeveer
een half uur geduurd. Op dezelfde wijze als
bij het komen, keerde de stoet terug naar
het paleis, en met gelaatstrekken, waarop de
stille glans lag van vreugde en van geluk,
ging het bruidspaar door de lange, dubbele
ï'ijen van diep buigende aanwezigen.
Korten tijd later werd er in de audiëntie
zaal eene groote cour gehouden, welke onge
veer een uur duurde. Op dit défilé volgde het
gTgote bruidsdiner in. de zuilenzaal van het
paleis. De schikking der plaatsen was onge
veer dezelfde als gisteren, alleen spreekt het
vanzelf, dat het bruidspaar nu het middelpunt
van den disch vormde. Rechts vau de bruid
zat de keizer, terwijl links van den bruidegom
de kleine Koningin van Nederland eene eere
plaats had gekregen. Naast den keizer zat
Koningin Emma. De tweede buurman van
Koningin Wilhelmina was de koning van
Saksen. De toiletten waren dezelfde als bij den
optocht. De groothertogin schitterde in haar
gouden bruidskleed, geheel van goudbrocaat,
en voerde een opgewekt gesprek met den
keizer, die ook zeer opgeruimd was. Ongeveer
halverwege den maaltijd, op welken o. a. eene
Dionawe a la Botterdam is gediend, stond
de keizer op en bracht in ongeveer de vol
gende bewoordingen een dronk uit: Wilt u
mij vergunnen, dat ik in ons aller naam het
hooggeachte bruidspaar onze gelukwenschen
aanbied Het zij mij vergund ons aller ge
voelens samen te vatten in den wensch, dat
de goede God u, bruid en bruidegom, nog
lange jaren sparen moge, tot uw geluk en
tot ons aller vreugde. Laat ons ons glas ledigen
met den wensch, dat uwe regeering nog lang
moge duren tot welzijn des lands en des volks".
Hierop hief de keizer zijn glas omhoog en
ledigde het, na eene buiging gemaakt te
hebben voor de groothertogin en den groot
hertog.
Onmiddellijk na den toost des keizers, die
op den meest harteljjken toon werd uitge
sproken, stond de groothertog op en ant
woordde ongeveer het volgende: »Nadatwij
gehoord hebben wat Uwe Majesteit gezegd
heeft, veroorloof ik mij in den naam mijner
gemalin en in mijnen eigenen naam het glas
op te heffen en het onder hartelijke dank
zegging te ledigen op het welzijn van Uwe
Majesteit, zoowel als op het welzijn van HH.
MM. der Nederlanden, verder op het welzijn
van den koning van Saksen en van alie
vrienden en verwanten, alsook op het welzijn
der vorstelijke huizen, wier vertegenwoordi
gers lüer aanwezig zijn, en verder van al
onze gasten".
Hiermede waren de toosten geëindigd.
Onder den maaltijd wisselden gezang en
orkest-muziek elkander af. Het eerst deed de
muziek Mendelssohn's ïHochzeitsmarsch" uit
den »Somrnernachtstraum" hooren. Verder
werden gespeeld stukken uit de sMeistei-
singer", uit iMignon", fEuryanthe" enz. Het
slot voimde de balletmuziek uit Rubinstein's
sFeramor".
Terwijl in het paleis het galadiner op een
einde liep, begon in de stad bij de invallende
duisternis eene schitterende illuminatie.
Door de zoo rijk verlichte straten reed het
talrijke gezelschap van vorsten, levendig toe
gejuicht, naar den schouwburg, waar om
streeks acht uur voor een weelderig uitge
dost publiek de reeds in het kort door mq
beschreven opvoering van levende beelden
plaats had. De bedoeling met deze voorstel
lingen was, naar gij weet, de verheerlijking
der Huizen van Weimar en Oranje. Zoowel
door de pracht der kostuums als door de
schoone samenstelling verwekten zij de leven
digste bewondering.
Bij de Zondagvoormiddag in de Stadskerk
te Weimar gehouden godsdienstoefening tot
dankzegging waien alle vorstelijke personen
tegenwoordig. Koningin Emma reed met
keizer Wilhelm en het groothertogelijk paar
in een open rijtuig. Zij werden stormachtig
begroet. Koningin Wilhelmina was daarbij
niet tegenwoordig.
De feeststoet, die des namiddags uittrok,
bracht op grootsche wijze hulde aan het
groothertogelijk paar, in tegenwoordigheid
van alle vorstelijke personen, waaronder ook
de beide Nederlandsche Koninginnen.
De Koninginnen van Nederland hebben
gistermorgen afscheid genomen van den groot
hertog en de groothertogin en zijn vertrokken
naar Arolsen.
De keizer heeft den radicalen heer Zelle
gelukgewenscht met zijne benoeming tot
opper-burgemeester van Berlijn, in een tele
gram, waarin Z. M. den wensch uitspreekt,
hem lang op die plaats te zien en met hem
menig schoon werk tot verfraaiing van Berlijn
en tot de verdere ontwikkeling der hoofdstad
te mogen tot stand brengen. sUwe trouwe
gezindheid jegens mij en m$n huis kennende,
zoo besluit de keizer, ben ik overtuigd dat
geen betere en meer geschikte keuze kon
gedaan worden."
Te Hamburg zijn officieel van gister- tot
hedenmiddag aangegeven 7 cholera- en 5
sterfgevallen. Van deze komen er 7 aange
tasten en 3 overledenen op gisteien.
GOUR A
- 0.10.