zijn. Deze crisis zou hare oorzaak vinden in het financïeele exposé, onlangs door den minis ter van financiën Romero ingeleverd bq den president der republiek. Deze laatste zou aan hetgeen in dat exposé door Romero werd medegedeeld, geen geloof hebben geslagen, zijn gebrek aan instemming met de door Ro mero daarbij gevoegde beschouwingen te kennen hebben gegeven, en zelfs het voorne men hebben uitgesproken om een schrijven aan den minister van financiën openbaar te maken, ter weerlegging van diens verklaringen. BiTmenlandselie Berichten. EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. De Kamer is Woensdagavond bijeenge komen tot hervatting harer werkzaamheden. Ingekomen waren de geloofsbrieven van het nieuwgekozen lid voor N.-Brabant, den heer rnr. A. M. Sassen, welke werden onder zocht, waarna de heer Sassen zitting nam. Mede was ingekomen een schrijven van dankbetuiging van HH. KK. HH. den groot hertog en de groothertogin van Saksen, in antwoord op den door de Kamer gezonden gelukwensch bij gelegenheid van hun gouden huwelijksfeest. Mededeeling werd gedaan van de sedert de jongste bijeenkomst door de Tweede Kamer aangenomen en bij de Eerste Kamer inge komen wetsontwerpen, welke, daar de ministers Vrijdag in de Eeiste Kamer niet aanwezig kunnen zijn, tegen Zaterdag a.s. ten 11 ure aan de orde werden gesteld, waarbij dan tevens behandeld zullen worden de wetsontwerpen welke ter afdoening ge reed zijn. TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Zitting van 8 December. De vergadering van heden begon met droevige redevoeringen. Het bericht van het plotseling overlijden van het medelid voor Rotterdam mr. H. D. Levyssohn Norman, gaf den heer Brantsen van de Zijp aanleiding om, namens de rechter zijde, hulde te brengen aan de groote werk zaamheid en de groote kennis van Indische zaken van den overledene. Namens de linkerzijde huldigde de heer Mees zijn mede-afgevaardigde van de Maas stad, wiens adviezen, meestal gewijd aan de koloniale belangen, hoogelijk werden gewaar deerd, en die aan zooveïen zijn warme vriend- fcchap heeft geschonken. Bij de behandeling der begrooting van buitenlaudsche zaken heeft de heer Brantsen van de Zijp het belang eener goede diplomatie betoogd en overlegging gevraagd van de stuk ken omtrent de sanitaire conferentie te Venetië. De heer Tydeman hoopte dat Nedeiland zieh zou aansluiten bij die mogendheden, die tot oplossing van internationale geschillen aibittaga wenschen, en de heer Mees, zich hieibij aansluitende, hoewel hij uitroeiing dei- oorlogen van de toepassing nog niet verwacht, drong er op aan dat de regeering krachtig steune de pogingen tot aanneming van het beginsel van de onschendbaarheid van den eigendom ter zee of wel daaraan den stoot geve. De heer Smit wenschte dat ten aanzien van de zalmvisscherij gelijkheid van regeling tusschen Duitschland en Nederland werd uitgevoeid. De heer 8eret steunde dit. De heer A. van Dedem wees op de belan gen van onzen vee-uitvoer naar Duitschland. De heer Van Bylandt sloot zich aan bij den heer Mees; de heer Van Kerkwijk kwam op tegen belemmering van onzen veehandel van Belgische zijde en de heer Pijttersen sprak nader ten gunste der arbitrage. Op voorstel des voorzitters zal het over lijdensbericht van mr. Levyssohn Norman, den betreurenswaardigen ambtgenoot, met een rouwbrief namens de Kamer worden beant woord^ De minister van buitenlandsche zaken sloot zich namens de regeer'mg bg de hulde der nagedachtenis van den heer Levyssohn Nor man aan, dien bij kenschetste als een nuttig burger en edel mensch. Aan den heer Van Dedem verklaart de minister dat het werkelijk Duitschlands voor nemen is de grens voor den Invoer van Ne- derlandsch fokvee te sluiten. Varkens zouden nog worden toegelaten. De regeering zal alles doen om het belang van den hand en de vee houders te betrachten. In zake de arbitrage is deze regeering vol komen bereid om de clausule daartoe in de tractaten op te nemen en ten volle sympathi seert zij met het denkbeeld om privaateigen dom ter zee te beschermen. Verleden jaar heeft de Italiaansche over heid alles gedaan om de Nederlanders, tjjdens da onlusten, te beschermen. Nu te gaan vra gen aan de Italiaansche regeeriug om derge lijke onlusten te voorkomen, wave ongepast z. i. kunnen de Nederlanders, die naar Rome willen, volkomen gerust zijn. Naar de geheele openstelling der Belgische grenzen voor den vee-invoer zal worden ge streefd; gedeeltelijk is ze verkregen, maar voor Staats-Vlaanderen nog niet. Een opzeg ging van het zalmtractaat ware ongewenscht. Het recht van Nederland op de visscherij in de Braakman handhaaft de minister krachtig. Het algemeen debat is gesloten. Met 46 tegen 29 stemmen is verworpen het amendement om de verhooging van den gezant te Washington te schrappen. Hedenavond voortzetting. Avondzitting van 8 December. Bij het voortgezet debat over destaatsbe- grooting voor 1893 lichtte de lieer Van Karne- beek een amendement toe, ingediend door hem en den heer Brantsen van de Zijp, strekkende om de jaarwedden der consulaten te verminderen met f 3000, teneinde de voor gestelde verhooging der bezoldiging van den consul-generaal te Melbourne te doen verval len. Hij betoogt dat dit amendement geens zins de uiting is eener vijandige gezindheid, doch in het belang van den handel, daar de beroepsconsuls moeten strekken om in de behoeften van den handel te voorzien. Ook acht spreker wenschelijk het aanstellen »*an een lager ambtenaar, teneinde de consuls niet geïsoleerd te laten en hen bij te staan in de correspondentie. De heer Beelaerts van Blokland, hoewel tegen alle onnoodige uitgaven, acht niettemin de verhooging der jaarwedden gewenschtjin het belang der consequentie. De heer Tijdens wijst op de indirecte ont vangst der bezoldigingen der meeste consu laire ambtenaren, waardoor zij niet het volle bedrag ontvangen. De minister van buitenlandsche zaken ant woordt den heer Tijdens dat hem van zijne mededeeling niets bekend is, doch de zaak zal onderzoeken. Het amendement bestrijdt hij krachtig, daar de regeering hare denk beelden rijpelijk heeft overwogen en ook liever weinig goed bezoldigde ambtenaren heeft dan vele minder goed bezoldigde. Na re- en dupliek wordt het amendement met 51 tegen 23 stemmen verworpen en art. 6 omeranderd goedgekeurd. Bij den post verhoogde kosten voor het ge zantschapsgebouw te Peru maakt de heer Beelaerts van Blokland bezwaar tegen her haalde verhooginghij wenseht voortaan ge wone en buitengewone kosten onder éen post vereenigd te zien. Na repliek van den minister wordt hoofd stuk 3 zonder hoofdelijke stemming goedge keurd. Bg het debat over hoofdstuk justitie dringt de heer Van de Velde aan op strenger hand having der vreemdelingenwet tot beteugeling van den handel in vrouwen en meisjes, als mede op maatregelen tot keeriag van de on veiligheid ten plattelande, waartoe hij uit breiding der marechaussees wenscheljjk acht. Ook dringt spreker er hij den minister op aan, de bleekeriijen geheel vrij te maken van de arbeidswet. De heer Kolkman komt op tegen de ver plaatsing der notarissen ten plattelande naar de groote steden, daar z. i. het aantal der bevolking geen juiste maatstaf is. Met het oog op het vergevorderd uur en het gering aantal leden wordt de vergadering verdaagd tot morgenvoormiddag ten 11 ure. Justitie. De heer G. van Dedem heeft voorgesteld art. 22 te verminderen met f 2288. De bedoeling is, de inspecteurs der rijksveïd- wacht te doen vervallen. Binncnlandsche Zaken. De heer Smeenge heeft vooi gesteld een sub sidie aan de vereeniging ter bevordering van het ambachtsonderwijs in Drente van f504 toe te staan. Hij wijst er op. dat, waar de vereeniging in het eerste jaar vraagt eene subsidie van f504, dat bedrag het tweede jaar moet klimmen tot f1012, terwijl in het derde en de volgende jaren het moet bedragen f1300, makende al die som man 30 pCt. van de in die jaren voor het doel uit te geven geiden. Overeenkomst Handelmaatschappij. De bepalingen m het contract met de handel maatschappij van 1883 maakten het noodig in dit jaar te overwegen of die overeenkomst na 31 Dec. 1894 bestendig zou moeten worden, onver anderd of roet wijzigingen. De regeering en de handelsmaatschappij hebben beiden goedgevonden dat contract te verlengen. Dit is geschied bij eene nieuwe overeenkomst, gelijkluidend aan die van 1883. De handelmaatschappij had een verhooging gewenscht van het commissieloon voor den ver koop van producten tot 2 pCt., maar de regee ring meende daarin niet te moeten treden. Een wetsontwerp alzoo tot onveranderde verlenging van de bestaande overeenkomst met 5 jaar, n.l. tot 30 December 1897, is aan de goedkeuring der Kamer onderworpen. SCHIEDAM, 9 December 1892. Gisteravond te halftwaalf,bjj aankomst van de stoomtram op de Koemarkt alhier, is de conducteur beklemd geraakt tusschen de locomotief en de tram, doordien, toen hij de locomotief wilde afhaken, de wagens door liepen. Op zijn hulpgeschreeuw deed de machinist de locomotief vooruitloopen, waar door de conducteur uitzijn gevaarlijke positie verlost werd. Hij is daarop naar het koffie huis van de gebr. Hoek gebracht, waar de inmiddels geroepen geneesheer Van der Sman constateerde dat niets aan hem gebroken was; hij had alleen pijn in de rechterzijde. Hij is daarna met de tram naar Rotterdam vertrokken, vergezeld van onzen stadgenoot P. J. Slavenburg, die zich daarvoor bereid vaardig had aangeboden. Dit ongeval is aan eigen schuld te wijten, omdat de conducteur verzuimd had de wagens met de rem vast te zetten voordat hij de machine losmaakte. De gewone audiëntie van den minister van binnenlandsche zaken zal Zaterdag den 40n dezer niet plaats hebben. Bij kon. besluit van 8 Dec. is mr. C. C. Geertsema, lid van de Provinciale Staten van Groningen, met ingang van 1 Februari 1893, benoemd tot commissaris der Koningin in de provincie Groningen, De minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebben, dat, blijkens telegraphische mededeeling van den consul- generaal te Athene, het invoerrecht op koffie in Griekenland, te reke nen van 6 dezer, met 20 centimes per oka verhoogd is. (Stct.) Den 22n November j.L zijn op plechtige wijze door Hr. Ms. politieken agent en con sul-generaal te Cairo in tegenwoordigheid van den commandeerenden officier van Hr. Ms. scbroefstoomschip le klasse Johan Wil lem. Friso, den kapitein ter zee J.C. Joekes, en van diens état-major, ingevolge de be velen van de Koningin-weduwe-Regentes met de overbrenging daarvan belast —aan den khedïve van Egypte de versierselen van het Grootkruis der orde van den Nederl. Leeuw uitgereikt. De Haagsche kroniekschrijver der N. Bron. Ct. meldt: Ditmaal zal in 't paleis te 's-Hage de Kerst boom worden opgericht, zooals tot hiertoe schier altijd op het Loo geschiedde. Voor het overige vernam ik dat er, behalve de gewone Nieuwjaarsreceptie ten Hove, waar bij H. M. de Koningin-Regentes vermoedelgk den rouw zal afleggen, binnenkort eenige soirees ten Hove zullen plaats hebben en in den loop van 't winterseizoen een paar thés dan sant en raouts. Men verwacht voorts, dat de Regentes met Januari zal beginnen haar ver schoning te maken in opera en Hollandschen schouwburg. In 't kort er is alle reden om van den terugkeer der Koninginnen voor veel ondernemingen en takken van bestaan in de hofstad verlevendiging en voordeel te ver wachten. Naar de D. O. verneemt, zal bij de nieuwe regeling van de registratie o. a. een inspecteur geplaatst worden te Delft of te Schiedam. De jaarwedde van dezen inspecteur zal bedra gen f3000, plus f150 voor bureau-kosten. Door het centraal bestuur van het sAlg. Ned. Werkliedenverbond" is een adres ge richt aan de Tweede Kamer, naar aanleiding van het ingediende wetsontwerp tot goed keuring van contracten met de stoomv.-rnpij. «Nederland" en de Rotterdamsche Lloyd, wegens het uitvoeren van een maildienst tusschen Nederland en Nederlandsch Indië". De belangstelling van de adressanten in dit wetsontwerp is te grooter, omdat in die contracten wordt gelezen, dat stoomschepen, welke voorgoed in de vaart worden gebracht, overeenkomstig de door de ministers goed te keuren plannen in Nederland moeten ge bouwd werden. Wel wordt deze bepaling eenigermate geneutraliseerd, doordien de verplichting om schepen in Nederland te bouwen slechts geldt voor zoover de bouw der schepen op Nederlandsche werven, alsmede hun goede en tijdige oplevering, even goed verzekerd zijn als op buitenlandsche werven en de prijs niet hooger zij, maar adressant is overtuigd, dat de scheepsbouwnrjverheid hier te lande wel tegen mededinging van het buitenland bestand is, mits de woorden «tydige opleve ring" niet te eng worden opgevat. Het adres wijst er verder op, dat de werk loosheid vooral ook in de vakken van scheeps- en marinebouw, zeer groot is en dat door een spoedige afdoening van bovenbedoeld wetsontwerp reeds vrg spoedig, voor een groot deel, in den grooten werknood meer bepaal delijk in het vak van scheeps- en machine bouw zon worden voorzien. Op grond hiervan verzoekt adressant de Kamer eerbiedig, maar dringend, het wets ontwerp tot «goedkeuring van contracten," enz., met den meesten spoed in behandeling te nemen en, zoo geen ander overwegend landsbelang bezwdar oplevert, haar goedkeu ring aan het wetsontwerp te schenken. De waterstand van den Rqn is thans zoo laag, dat de Duitsehe en Hollandsche booten alle den weg langs Nijmegen moeten nemen, en de Boven-Rijn slechts voor schepen beneden 2 M diepgang bevaarbaar is. Bljjkens een schrijven van de directie vaa de «Nederlandsch Amerikaansche Stoom vaartmaatschappij" aan hare agenten zijn de beperkingen, waaronder de regeeriug der *1 r .«II - <1 ,1- t i ,r rr'^w» J. i alfa ov rra w

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 2