IQ art. 5 stelt de minderheid der voorbe- reidings-commissie voor, afgevaardigden naar de Tweede Kamer, de Staten en den Gemeen teraad uit te sluiten van de bestuurstafel der kiesvereeniging, op grond, dat zij, die zelf afgevaardigden zijn, niet tevens een overwe genden invloed mogen oefenen in een ver- eeniging, welke de candidaat-afgevaardigden beoordeelt en kiest. Voorzeker een juist be ginsel, dat echter moeilijk is toe te passen, waar zooals in Schiedam voor de ver schillende openbare 1 .edieningen helaas zoo weinig geschikte personen beschikbaar zijn; men loopt door die toepassing groot gevaar de beste krachten uit te sluiten. Vandaar, dat de meerdei beid een middenweg voorslaat hoogstens J/s der bestuursleden en nooit de voorzitter en de onder-voorzitter mogen af gevaardigden zijn. Dat het minimum der contributie van f 0.75 niet kan behouden worden spieekt vanzeive. De vereenigiug moet haar deuren wijd open zetten voor de toekomstige kiezers, en voor die is een bijdrage van f 0.25, zooals de com missie voorstelt, hoog genoeg. In de candidaatsteliing is een groote her vorming voorgesteld. Zij laat dan ook veel te wenschen over. Op de vergadering dient men behoorlijk voorlereid te zijn. Daarom wordt voorgesteld, dat de candidaten door minstens 3 leden en uiterlijk 4 dagen voor de ver- gadenng schriftelijk aan het bestuur moeten zijn opgegeten, hetwelk dan deze candidaten in een plaatselijk blad bekendmaakt. Bovendien noodigt het bestuur de candi daten uit de vergadering bij te wonen. Een uitstekend voorstel. De kiezers moeten de denkbeelden der candidaten kennen om zich hehooilijk van hun kiesplicht te kunnen kwijten. Eindelijk wil de commissie de mogelijkheid openlaten om ook anderen dan partijgenoo- ten te candideeren. Vooral bij gemeenteraads verkiezingen behoeft de politieke kleur niet op den voorgrond te staan. De Goddelijke oorsprong van den bijbel ofde onfeilbaarheid van den paus bijv. heeft toch waai lijk met een goed beheer der gemeentezaken al bitter weinig uit te staan. Wie de maat schappelijke nooden kent, de behoefte aan hervormingen diep gevoeltwerklust en werkkracht bezit, hij is een goed vertegen woordiger, hij zij Roomscli of Onroomsch. Een goede vertegenwoordiging behoort een beeld te zijn van de groote maatschappij en even min uit lieden van den stand als van een geloof samengesteld te wezen. En waai lijk, Schiedam is aan goede krachten niet rijk het zou roekeloos zijn die, welke de minder bemiddelde standen en de katholieken en anti-revolutionnaire partijen zeer zeker bevat ten, te weren. Samenwerking van allen, die van goeden wille zijn, zietdaar bovendien het beste middel om te komen tot het einddoel: een maatschappijgegrondvest op ware menschenmin, op echt christelijke liefde. Het denkbeeld van het vaststellen van een program \inden wij zeer gelukkig. De be spreking van hetgeen de gemeente kan en dus moet doen tot maatschappelijke verbete- ripg, zal leiden tot een helderder inzicht in die dingen bij de burgers en hun vertegen woordigers; het programma zal een bereik baar doel aangeven, waarheen met voorzich tigheid en voortvarendheid moet worden ge stuurd. Het zal krachtig kunnen bijdragen om het verkiezingswerk te verheffen boven de persoonlijke quaesties, die het in de oogen van de edelsten meestal, vootal in kleine plaatsen, ontsiert. "Wij zeggen persoonlijke quaesties, niet personen-quaesties. Het zou naïef zijn te meeuen, dat ook deze kunnen vermeden worden. Eerst zal de kiesvereeniging, zoo practisch en zakelijk mogelijk, dienen vast te stellen in welke richting het gemeente bestuur in de eerste jaren behoort te werken maar dan zal noodzakelijk volgen de bespre king en beslissing, welke personen de meeste waarborgen opleveren voor degelijken en vluggen arbeid in die richting. De reeder, die een schip uitrust, zal niet alleen zorgen het doel der reis duidelijk aan te geven, hij zal ook nauwlettend toezien op bekwaamheid en flinkheid van de bemanning. Het program luidt: Financiën. Wering van alle uitgaven van weelde. 2. Voortdurende toepassing van het beginsel, dat de belastingen moeten worden gelegd op de financieel sterke en sterkste schouders. Onderwijs: 3. Bevordering en vei betering van het onder- Wijs zoodanig, dat het meer ten goede komt aan on- en minvermogenden en aan de behoefte van de Schiedamsche industrie. Handel cn Nijuerheidn Openbare Werken. 4. Vei betering van onze havens, gi achten, wegen en straten, dusdanig, dat zij meer in overeenstemming gebracht worden met de eischen van hygiëne, handel en nijverheid. Sociaal'Oecononnsche onderwerpen. 5. Krachtige handhaving van de bestaande be palingen op slechte arbeiderswoningen. G. Oprichting van volks- en schoolbaden. 7. Verbetering der loonen van de laagstbezoi- digde gemeente-ambtenaren en werklieden. 8. Vaststelling van een minimum-loon en maxi mum-wei ktijd voor de Werklieden der gemeente en in de bestekken der gemeentewerken, behoudens de noodzakelijke uitzondei mgen. 9. Toepassing voor zoover mogelijk van het ptetnie- en participatie stelsel in de in- dustrieele ondernemingen der gemeente. Dit programma ts door de commissie mei algomeene stemmen vastgesteld. Het is onze bedoeling niet, elk dezer 9 punten uitvoerig te behandelen. Wij gelooven, dat uit het program voldoende blijkt de geest, de richting der ontwerpers en dat die over eenkomt met wat de waarlijk vrijzinnigen in den lande, van welke godsdienstige kleur dan ook, willen. Het zou ons verwonderen, indien deze en gene de aanmerking niet maakten, dat enkele punten wel wat meer uitgewerkt, wat scherper omlijnd mochten wezen, en wij zouden zoo'n aanmerking uit stekend kunnen begrijpen. Maar toch, laat ons voorzichtig zijn en van een kiesvereeni ging vooral geen voor-raad maken. Slechts de geest zij aangegeven, waarin men verlangt te zien wei ken, en dit doet het program zeer zeker voldoende. Dat een talrijke, opgewekte, waardige ver gadering a.s. Dinsdag het belangrijke werk der commissie bekrone J (Verletering.) In ons hoofdartikel j>Ons lager ondeiwijs III" staat in de 2e kolom regel 23 v. b. de tusschenschool voor meisjes, moet eijn de Fransche school voor meisjes. Blijkens bij den minister van buitenlandsche zaken ingekomen anbtsberichtzijn de Duitsche regeeringspreridenten aan de Nederlandsche grenzen aangeschreven, den invoer toe te staan van overzeesche wol, over Nederland sche havens aangevoerd. De minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat blijkens mededeeling van den cc osul-generaal te Kaapstad, de invoer van honden in de Kaap kolonie verboden is. Bij de herstemming voor twee zetels in de Prov. Staten van Noord-Brabant in het dis trict Heusden zijn uitgebracht 3148 geldige stemmen. Gekozen werden de heeren J. J. van Tienhoven van den Boogaai d, met 1537, en P. L. Honcoop, met 1126 stemmen, bur gemeesters van Werkendam en van Heusden. De heeren Bink en Den Boer verkregen 4101 en 769 stemmen. Daar het gedurig voorkomt, dat ouders en voogden die wenschen dat hunne zoons of pupillen als volontair bij het instructie bataljon te Kampen in dienst treden, uit voerig om inlichtingen vragen, heeft de majoor commandant P. R. Goudschaal, om deze tijd- roovende correspondentie zooveel mogelijk te beperken, aan de burgemeesters van alle gemeenten des rijks gedrukte inlichtingen gezonden. Hoewel ook tusschentijds jongelieden worden aangenomen, hebben de eerstvolgende oproe pingen van volontairs plaats tegen 5 Juli, 46 Augustus, 27 September en 8 November a.s. Zooals bekend kan worden geacht, is het instructie-bataljon in hoofdzaak bestemd tot vorming van korporaals en onderofficieren bij het wapen der infanterie voor het leger hier te lande en de koloniale troepen. Aan de instelling is een cursus verbonden, die gevolgd wordt door hen, die, uitmuntende door gedrag en ijver, aanleg bezitten om bij den hoofdcursus, mede te Kampen gevestigd, tot den rang van 2n luitenant der infanterie te worden opgeleid. Om bij het instructie-bataljon te worden toegelaten, moet een jongeling aan de volgende vereischten voldoen 4o. Een leeftijd van 16, 17 of IS jaar. 2o. Geschiktheid voor den krijgsdienst, ge constateerd door een geneeskundig onderzoek van den chef van den geneeskundigen dienst te Kampen. Hoewel geen volkomen zekerheid opleve rende, is een voorloopig geneeskundig onder zoek door een officier van gezondheid in de naastbijzijnde garnizoensplaats aan te bevelen, aangezien daardoor dikwijls noodelooze ïeis- kosten vermeden kunnen worden. Bit onder zoek geschiedt kosteloos. De veibintenis voor den dienst hier te lande wordt op 46-jarigen leeftijd voor acht en op 17-jaiigen en hoogeren leeftijd voor zes jaar aangegaan. De verbintenis voor den kolonialen militairen dienst wordt aangegaan voor negen jaar, waarvan zes te dienen in Oost-Indie. Wie meer aangaande de instelling wenscht te weten, kan zich dus vervoegen tergemeente- secietarie, waar men ongetwijfeld gaarne be reid zal zijn alle gewenschte inlichtingen te verschaffen. De Indische Tolk bevat een schrijven van kolonel G. E. V. L. van Zuylen, over het hachelijke van onzen toestand in Atjel). sKaloet-Tamiang-Langkat-Segli" schrijf tb ij er boven, en wijst erop hoe overal in het noorden van Sumatra door gemis aan de noodige strijdkrachten de barometerstand van ons prestige aan het dalen is. En dan de woorden, die er onlangs in het Engelsche Parlement gesproken zijn »ïs dit alles te zatnen nu nog niet genoeg om het »perykel" te doen inzien?" vraagt hij szal men blijven voortgaan met halve maatregelen, waar het betreft de legerverbetering, terwijl men voor spoorwegen en irrigatie den eersten stap heeft gedaan op den goeden weg?" De heer Van Zuylen beroept zich op de opiniën van den staf-officier Van Heutz en den geleerden onderzoeker Snouck Hurgronje, die een bezadigd doch krachtig optreden aanbevelen. In 4886 heeft de heer Van Zuylen zelf, toen pas uit het Indisch leger hier terug gekeerd, er op gewezen, dat het leger in een toestand van uitputting verkeerde, die het ergste moest doen vreezen, en geconstateerd, dat alleen een tijdelijk groot overcompleet aar» Europeanen zou kunuen voeren tot het in orde brengen van den volkomen toestand van slagvaardigheid en geoefendheid die ten minste van zoogenaamde veldtroepen moet gevorderd worden. Men viel hem bij, maar toch is er niets veranderd. De gebeurtenissen bevestigen thans echter meer en meer de gegrondheid zijner •waarschuwing; daarom herhaalt hij thans de vraag, voor bijna 7jaar gedaan3>Zullen regeering en volksvertegen woordiging de verantwoording op zich nemen voor de gevolgen van de door onze onmacht mogelijke rampspoeden, die van zulken om vang kunnen worden, datjwij^er onze O.-I. bezittingen door verliezen De particuliere correspondent te Batavia van de Telegraaf geeft de volgende schets van den heer Pijnacker Hordijk. ïEr zijn weinige Gouverneurs-Generaal geweest, die zich zoo volkomen hebben afge zonderd als onze tegenwoordige landvoogd. De man is in Indië gekomen, naar het schijnt, met een zeer sterk vooroordeel tegen de geheele Europeesche gemeente. In ieder Europeaan heeft hij van den eersten dag af aan iemand gezien, die geen ander doel had dan hem op de eene of andere wijze zoo mogelijk dienstbaar te maken aan vuig eigen belang. Niemand in zijne omgeving schijnt hij immer vertrouwd te hebben, zelfs niet de hoogst geplaatste ambtenaren. Hij kwam nooit anders te Batavia dan wanneer het volstrekt noodzakelijk was, en bleef er nooit eeu uur langer dan noodig, zoodat er van vertrouwelijke aanraking met de departements chefs en de leden van den Raad van Indië geen sprake kon zijn laat staan jnAt par ticulieren. De rest van den tijd sloot hij zich op in zijn paleis te Buitenzorg, waar hij met niemand dan den algemeenen secretaris ge regeld in aanraking kwam en tweemaal 's jaars met de races om beurten een paar der hoogste ambtenaren voor eenige dagen te logeeren vroeg, doch zonder zelfs bij deze zeldzame gelegenheden blijk te geven van eenig verlangen naar meer intieme ken nismaking. Natuurlijk stond hij hun steeds met de grootste bereidwilligheid te woord, wanneer zij hun verlangen te kennen gaven hem over eenig punt te willen spreken. Zelf een gesprek uitlokken doet hij zelden of nooit, en behalve enkele uren in gezelschap van anderen of aan tafel ontmoet hij zijne gasten in 't geheel niet." In de te Amsterdam gehouden 12e gewone jaailijksche algemeene veigadering van aan deelhouders in de jiAlgemeene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente", welke werd gepresideerd door mr. W. van der Vliet, als president-commissai is, werd mede gedeeld, dat commissarissen uit hun midden tot hun vice-president en als zoodanig tevens lid van den Raad van advies, gekozen hebben den heer mr. H. L. M. Luden te Amsterdam, die deze opdracht heeft aangenomen. Uit het verslag der directie bleek dat op uit. Dec. 1892 verzekerd is een kapitaal van f 32,503,381.70, rente f353,255.48. Het winst saldo bedroeg f 87,970.02. Commissaiissen deelden mede, dat de re serve-berekening is opgemaakt door de direc tie, terwijl zij door den wiskundigen commis saris en den wiskundigen adviseur werd geverifieerd, dat zij zich overtuigd hebben, dat de opgegeven cijfers overeenkomen met de hoeken der maatschappij en dat de als actief opgenomen waarden werkelijk aanwezig zyn. Commissarissen stellen voor lo. De balans en de rekening en verantwoor ding goed te keuren en aan directeuren décharge te verleenen van het door hen gevoerd beheer over het afgeloopen boekjaar. 2o. Van het winst-saldo volgens art. 29 der statuten een bedrag van f 27,029,95 aan te wenden tot afschrijving op extra reserve en onkosten-reserve, 3o. Uit te keeren i 60,271.05 4o. Op nieuwe ïekening over te brengenj 69.02 f87,970.02 waardoor het dividend voor de aandeelhouders kan worden vastgesteld op f 60.per aandeel waarop 20 pCt. is gestort en f220.op de volgestorte aandeden, terwijl aan verzekerden met aandeel in de winst lVa pCt. kan wot den uitgekeerd over het bedrag gedurende het bestaan hunner verzekeringen aan premién door hen aan de maatschappij betaald, zoodat zij, die van den aanvang af verzekerd zijn, 18 pCt. over eene jaai premie ontvangen. Deze vootstelien werden door de vergadering zonder discussie aangenomen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1893 | | pagina 2