;A°. 1895. Zondag 10 en Maandag 11 Maart. N°. 8743 Eerste Blad. Negenenveertigst© Jaargang. üitgbyërT-;. odé. Binnenlandsclie Berichten. I Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag, 0 JRANT Abonnementsprijs, per kwartaal t 1.85, franco per pusc, door het geheele Rijk2,50. Afzonderlijke r.ommers0,10. BP RE A Pt BOTSRUTKA AT 7 O. Advertentieprijs: van t10 gewone regels rntt inbegrip van eene Courant. f 1.10. Iedere gewone regel meer. - 0.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. Schiedam, 9 Maart 1895. Het adres van de Schiedamsche afdeelingen van het sAlgemeen Nederl. "Werkliedenver bond", tan »Patrirnonium" en van den nKatho- liekea Volksbond", om in de bestekken voor •gemeentewerken bepalingen op te nemen, met betrekking tot een maximum-werktijd en minimum-loon, zal binnenkort door onze Moedsclmp behandeld worden. De beslissing ■die de raad zal gevm, kan en mag onze stad- genooten niet onverschillig laten. Wij hebben gemeend, dat over deze aangelegenheid de publieke opinie zich behoort uit spreken, en het niet ondienstig geacht, daartoe in ons blad ■eenige ruimte beschikbaar te stellen. Ons tegenwoordig economisch stelsel is gebaseerd op vrije concurrentie. Zoo jarenlang is het goed gegaan onder die vrijheid, dat men zachtkensaan is gaan gelooven aan dat beginsel als aan een dogma, dat niet aangetast mag worden. Sedert onge veer 25 jaren belemmert geen langdurige oorlog de productie, en rustig en zeker gaat het proces der ontwikkeling zijn gang. Van het hartje van Amerika wordt ons de fijnste bloem toegezonden voor ons brooduit liet verre Australië komt vleesch en zuivel weldra in nagenoeg verschen toestand in Europa aan; sedert jaren woidt ous uit het hooge Noorden timmerhout toegezonden, dat ■slechts pasklaar moet gemaakt worden, om voor onze woningen te dienenvruchten uit California sieien onze tafel voor een prijs, die ■den inlaridschen producten een doodende con currentie aandoet. En nog altijd verder gaat het proces der ontwikkeling zijn gang. Wat vroeger zelfs door tal van handen niet, of niet dan slecht of langzaam gemaakt kon worden, toovert de machine ons thans voor. Wat we heden nog buiten het bereik van 't machinewezen achten, blijkt morgen reeds volkomen in zijn macht te zijn. Getuige byv. de imonoline", die voor 5 a 6 man werk doet. En steeds verder en verder gaat het proces der ontwikkeling zijn gang, totdat het bewezen is, dat minister Modderman de zienersgave had, toen hij in *s lands vergader zaal zeide, dat we staan aan den vooravond van een revolutie, waarbij die van voor 100 jaren slechts kinderspel zal blijken I We hopen, dat dat woord nimmer bewaar heid moge worden. Maar hopen alleen is niet voldoendewerken en bidden moeten samen gaan. De concurrentie hoeveel goeds ze ons ■schonk mag evenmin als iets anders in de wetenschap een onaantastbaar dogma wor den en behoort tenminste tegenover werk krachten niet onvoorwaardelijk te gelden. Het is reeds elders gezegd op een wijze, die overweging verdient (we bedoelen het advies van den burgemeester van Haarlem over dit onderwerp), dat het middel van ver- eeniging den werkman niet voldoende kan beschermen tegen moordende concurrentie en dat, voorshands tenminste, van regee- ringswege maatregelen moeten genomen wor den, om hem te steunen in een strijd waar tegen hij niet is opgewassen. Al bestaat onder leden van een vak- vereeniging een verbond tot onderling ver weer, ras worden de vaklieden verdrongen door niet-vaklieden, die met een beetje lei ding en geholpen door de machine de bij de vereeniging aangesloten werklieden kunnen vervangen tot hun weerstaqrakas is uitgeput en hun gezinnen zijn te gronde gericht. Hoe langs wettelijken weg afdoende steun gegeven kan worden in den door ons be doelden zin, we verklaren eerlijk het niet te weten. Maar waar door economisch zwakke ren van de overheid gevraagd wordt een goed voorbeeld te geven aan wetkgevers, daar meenen wij, dat tenminste blijken geleverd kunnen worden van goeden wil. Goeden wil toonen tegenover de werklie den, die vertegenwooidigd worden zonder over hun vertegenwooidigers te mogen mede stemmen, kan geprezen worden als een daad van wijs beleid dier vertegen wooiteers, welke daarmede bewijzen, dat ook de belangen van den werkman bun ter harte gaan. Is het in het belang van den werkman, dat voor hem een maximum werktijd en minimum loon wordt bepaald? Dat 't zijn belang is, dat hem een minimum-loon woidt verzekerd bij gemeentewerken, kan niemand betwisten. Al kan gezegd worden, dat de concurrentie de levensbehoeften op de markt brengt tot immer lager prijzen, zij kan nooit afleveren dan tegen betaling, en waar de werkman door den nood gedrongen gaat wei ken tot eiken prijs, dien men goedvindt hem aan te bieden, daar kunnen wy ons voorstellen, dat zijn koopkracht slechts even boven 0 komt. Wanneer aan ieder, die namens de ge meente als werkgever optreedt, dezelfde ver plichting wordt opgelegd; de eene aannemer geen pré beeft boven den ander en ondanks de bepaling omtrent liet minimum-loon de arbeid toch noodzakelijk blijft, dan is geen redelijke twijfel mogelijk omtient liet nut, dat er voor den werkman in gelegen kan zijn. Evenzeer, maar op andeie gronden, is de maximum-werktijd hem van nut De werk man behoort, evenals ieder lid onzer maat schappij, die het huisgezin tot grondslag heeft, aan zijn vrouw en kinderen. Hij moet de gelegenheid hebben in zijn gezin te leven, en dat kan hij niet, wanneer hij na te lange dagtank slechts thuis kan komen om enkele uren te slapen. Hem komt ook de gelegenheid toe, zich te ontwikkelen en te beschaven, en die gelegenheid heeft, hij niet, wanneer hem nevens den rasftijd niet eenige vrije tijd wordt gegeven. Het denkbeeld, dat een maximum-werktijd den werkman naar de kroeg zou drijven, pleit niet voor het hoofd, waaraan we dat denkbeeld verschuldigd zijn, De ondervinding in verschillende landen reeds opgedaan, be wijst dat 't een besliste onwaai beid is. Die tegenwerping zouden we kunnen noe men onwaardig en omvaar. Een overmatig lange werkdag doet den afgebeulde zoeken naar een tonans, die binnen zijn bereik ligt, naar alcohol. Na geregelden arbeid en behooilijke voe ding en rust kan alleen slecht gezelschap of gewoonte tot drinken verleiden. Dat de werkman in zijn gezin kan leven en zich en de zijnen kan besehaven en ont wikkelen, is zeker in het voordeel van den werkman, maar ook in dal van de maat schappij, die metal wat ruw is, wat verwildert en neiging tot zinken vertoont zeer slecht gediend is. Dien maximum-werktijd achten wij: een algemeen mmu schappelijk en zede lijk belang. Het opmerkelijke feit heeft zich bijna overal voorgedaan, dat de aannemingen met en zonder die bepaling, omtient loon en arbeidsduur slechts zeer enkele procenten verschilden. Gewaagd zou het zijn daarop te conclu- deei en tot overbodigheid van de zeer beschei den vraag der werkliedenvereenigingen. Mocht iemand dat willen doen, we zijn in staat hem inzage te geven van cijfers, die zijn conclusie zouden vernietigen. Voors hands achten wij het niet gewenscht, die gegevens te publiceeren. Wat de oorzaken zijn van de geringe ver schillen behoeft ons thans niet bezig te hou den op een der mogelijke oorzaken willen we echter de aandacht vestigen. Bij de aannemers, de slechten niet te na gespioken. staat voorop het werk zoo op te leveren, dat zij als bouwmeesters er eer bij inleggen. In het bestek komt zoo menige bepaling voor, die er alleen in staat omdat liet nu eenmaal zoo 't gebruik is. Wanneer alles flmk marcheert en het werk wordt op tijd en goed opgeleverd, denkt niemand er aan, de toepassing dier bepalingen te voi deren, en de aannemer heeft geglimlacht om het om slachtige bestek, er mouwen aangepast en zijn eigen inzichten gevolgd. Bestaat ten aanzien van bepalingen over de uitvoering van het werk bezwaar, den aannemer zekere vrijheid te geven met opzicht tot bepalingen van eco nomische politiek, een doolhof, waarin we nog zoozeer in liet duister rondtasten, be hoort strenge handhaving gevorderd te wor den. Alles wat zweemt naar mouwen aan passen moet streng geweerd worden, ook tegenover hen die, meer consciëntieus willende handelen, zich het werk zagen ontglippen. Wat we op arbeidsgebied voor wetgeving hebben, is nog zeer sober, ook door ons ge brek aan kennis. Een eisch van noodzakelijkheid is het daarom, dat iedere bepaling streng wordt gehandhaafd. Eerst dan kan geooi deeld wor den over haar waarde. Hiermede meenen wij vooiloopig van het onderwerp te kunnen afstappenvoor- eu tegenstanders zullen wij gaarne in de gelegen heid stellen hun meening kenbaar te maken. SCHIEDAM, 9 Maart 1895. Vergadering van den rand der gemeente Schiedam, op Dinsdag 12 Maart 1895, des namiddags ten 1-Vi ure- Te behandelen onderwerpen 1. Vaststelling der notulen van de laatst gehouden vergadering. 2. Ingekomen stukken. 3. Benoemen van leden in de commissie voor de gasfabriek en de waterleiding. 4. Rekening van de Kamer van koophandel en fabrieken over 1894. 5. Rekening over 1894 en bpgrooting voor 1896 van het St.-Jacobsgasthuis. G. Adres C. van Zijl, om te bepalen dat de afril v*n de Hoogstraat naar den Langen Achterweg niet meer mag woiden afgereden. 7. Vooistel tot wijziging der voorwaarden, waarop aan de firma Van Deventer &Zoori grond aan de Maas is afgestaan. 8. Adres van de leeraren aan de hoogere burgerschool, dr. J. van Leeuwen en L. P. J. Vermeulen om hun een afzonderlijke aan stelling te verstrekken als leeiaar aan den handelscursus en hunne jaarwedde, aan die betrekking verbonden, te regelen. 9. Tweeledig voorstel der commissie ad hoe, benoemd 24 Juli 1894; a. Met ingang van 1 September 1895 op te heffen de handelsafdeeling aan de hoogere burgerschool. b. In beginsel te besluiten met ingang van 1 September 1895 de jaarwedden, die ver hoogd zijn voor de lessen aan de handelsaf deeling, met het bedrag dier verhooging te verminderen. 10. foorstel van den heer I. Hoogendarn omtrent het geven van bestemming aan de renten van het fonds vau het voormalige Oude-Mannenhuis. En verdere voorstellen en mededeelingen. By de vereeniging van gisthandelaren is ingekomen het Belgische wetsontwerp betref fende het fabriceeren en den invoer van alcohol, dat voor de leden ter lezing is neder- gelegd. Indien dit wetsontwerp aangenomen wordt hetgeen zoogoed als zeker zou zijn dan gaat onze industrie een nieuwe moeilijk-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1