Dat lot trof onzen verdienstelijken ambtenaar, den heer (1. A. Odé. Wij lazen in do kolommen van De Telegraaf dat dc heer Odé ontslagen is als geschiedschrijver van de Zuidafrikaausehe Repjljliek, daar klachten over hom waren ingekomen bij de regeering. 't Eerste deel van deze mededeeling bevat waar heid, 't tweede niet, er zijn geen klachten over den heer Odé ingediend, of zoo dit mogelijk ware, zouden het valsche moeten zijn. De heer Odé is alléén ontslagen ont zijn be kwame en karaktervolle bestrijding van des heeren Hansvelts schoolwet. 't Was reeds kort na de aankomst van den heer Mansvelt als snpev-iutoudent van onderwijs be kend, dat zijn inzichten, betreffende dc nieuwe onderwijswet, die komen moest, belangrijk ver schilden met die van den secretaris van ouderwijs, den heer Odé. Om te beginnen wees' dc laatste er den eersten op, dat een wet van zoo ingrijpenden aard als een onderwijswet is, die de opvoeding van bet ganscbe volk bedoelt, niet kon verwacht worden van een man, die land en volk niet door cn door kende. De heer Odé beweerde, onweersprcekbaar terecht, dat do heer Mansvelt land cn volk niet anders kende dan bij name, dat bij onwetend was aan ouze ondcrwijs-toestandeu, aan onze onderwijs krachten, dat hij de wenschen des volks niet kende, dat hij nog slechts een gering getal van onze voor mannen had gesproken. Trots deze waarschuwing zette zich de heer Mansvelt aan 't .samenstellen van een nieuwe onder wijswet, bewerende, dut het onderwijs al te lang was verwaarloosd om langer met de verbeterin gen daarvan te wachten. Reeds in de eerste volksraadszitting na de komst van den heer Mansvelt, werd diens niewe wet ingediend en aangenomen. Dat die een fiasco moest blijken, vooral voor 't lager en hier zoogenaamd middelbaar onderwijs, getuigen de veranderingen, dio er in iedere volgende volksraadszittiug in zijn gemaakt 't Getal scholen verminderde verbazend en 'tgetal leerlingen liep van 18921SÜ-1 van ruim Stl'00 tot ruim fiOOO terug. Het volk wil nu eenmaal de nieuwe schoolwet niet, het lot dier wet is door den heer Odé voor speld en deze voorspelling is uitgekomen. Binnen korten tijd zal du wet op 't lager en middelbaar onderwijs tot het verleden belmoren. G.een wonder, noch op den Klokkenberg noch in Stelleubosch leert men wetten maken. In de volks raadszitting van 1803 werden drie besluiten genomen, die met don heer Odé in nauwe betrekking staan. De Raad besloot, een bonus van 50 p. st. aan hem te schenken voor 't schrijven van nuttige schoolboeken en zijn salaris met 25 p. st. te ver- hoogen. 't Derde der bedoelde besluiten was dat, om een geschiedschrijver der Z. A. R. aan te stelleu. De heer Mansvelt vond in dat laatste eene gelegenheid om van zijn al te zelfstandigen secre taris verlost te raken, 't Is vrij algemeen bekend, dat Z Ed. zich liever omringd ziet van onbepaalde bewonderaars, die zich natuurlijk voor 'tmeereu- dcel afhankelijk van hem weten, dan van mannen, die hem de waarheid durven voorhouden. De heer Odé werd dan ook door hem aan dc Regering zóódanig aanbevolen voor do betrekking van geschiedschrijver, dat de Regeering wel niet anders kon, dan hem daarvoor aan te stellen. Bij 't bekomen van die benoeming bedankte de heer Odé dadelijk, als hebbende niet naar die be trekking geappliceerd, en zijnde hoogst tevreden met zijn toenmalige positie van secretaris van onderwijs. Enkele dagen later bekwam dc heer Odé ecne tweede benoeming als geschiedschrijver, waarin zijn salaris weer met 50 pd. st. verhoogd werd, zijn reiskosten tegen hoofd-ambtenaars-taricf werden bepaald, dat, is 2.6 pd. st. per dag, buiten Pretoria zijnde, en 50 p. c. van de netto opbrengst der boekon, die uit ziju studie van de Geschiede nis mochten voortspruiten. Deze benoeming werd door don heer Odé aan genomen, wijl zij van finaneiecle zijde aanneme lijker was gemaakt, en hij toch begreep, met den heer Mansvelt op den duur niet saam te kun nen werken. Wat de heer Odé vóór dien tijd öf mondeling over de gebreken der schoolwet met den heer Mansvelt besprak, óf onder pseudoniem in de verschillende couranten schreef, zag nu weldra 't daglicht, maar thans ridderlijk niet vollen naam onderteekend. daar hij nu vrijgemaakt was van 't onderwijs-departemeiit. In een reeks van artikelen toonde hij met be kwaamheid en doorwrochte kennis de gebreken van onze onderwijswet aan. Beurtelings waren die artikelen strengbetoogend, oratorisch schoon van stijl of sarcastisch, doch altijd sprak er de degelijke kenner van 't onder werp uit. De juistheid van zijn inzichten, betreffende de toekomst onzer Republiek, waarop de werking van de schoolwet zeker moet ger:cht worden, wordt reeds door de massa des volks erkend cn zal zich verder uitspreken in den Volksraad. 't Gevolg van den eerlijken strijd, dien Odé aanging voor "t waarachtig belang van ons volk, "hij reeds zooveel diensten bewees, die dan ook erkend zijn geworden, was, dat deRcgeeriDg hem minder gezind werd. wijl zij Odé onder baar tegenstanders rekende. Zonder eenig voorafgaand woord of schrift, viel, als een donderslag uit den helderen hemel, 't ontslag van den heer Odé als geschiedschrijver der Zuidafrikaausehe Republiek uit de lucht. Niemand, die daarvan minder schrok dan de ontslagene zelf. Met dc kalmte cu dc zekerheid, die steeds zijn houding kenmerkt, beantwoordde hij met niet anders dan een dagvaarding door 't Hooggerechtshof aan de Regeering der Z. A. R., voor schadevergoeding ten bedrage van 5000 p. st. wegens contractbreuk. De heer Odé is bemind, onder de besten onzes volks, om zijn zuiver republikeinsche denkbeelden, om zijn open, moedig optreden voor waarheid cn recht, waarvoor hij in Holland reeds zulk een goeden naam verwierf, en om zijn groote..nlge- meeno kennis van de maatschappelijke vraag stukken. Itct is vrij algemeen bekend, dat de gewich tigste bepaling van onze wet op de burgerrechten door den heer Odé is aangegeven, en dat den eersten Volksraad door hem voor 't maken van een hoogst ernstige fout in die wet is bewaard ge bleven. Reeksen van artikelen van staathuishoud kundigen aard ontvloeiden ziju pen. en trokken zelfs do anndaeht van sommige Engelsehe bladen, die zc overnamen. De letters O cn A duidden voor de lezers juist zoogoed als de volle naam naam den schrijver aan. 't Is dan ook de verwachting van zeer velen, dat het ongemotiveerd ontslag van den heer Odé, in den Eersten Volksraad, niet onopgemerkt zal blijven. Allen der zake kundigen weten, dat de meerderheid der leden van dien Raad Odé vriend schap toedragen en hem waardeeren om zijn on- vcrmocidcn arbeid voor dc hoogste belangen onzer Republiek. Een artikel, opgenomen in de rPers", „Vereenï- ging" en ,,Land en Volk", kan daar ook van getuigen; ik zend het UEd. hiernevens. Met dank voor de plaatsing, waardoor gij den naam van zulk een verdienstelijken Hollander, in zijn oude Vaderland in eere kunt helpen her stellen. noem ik mij Hoogachtend Eugene V. Marais. De heer S. J. Halbörtsma, med. doctor te Rotterdam, herdacht gisteren, onder talrijke blijken van sympathie en waardeering, den dag waarop hij vóór 25 jaar promoveerde. De lieer Halbertsma oefende ook hier ter stede van 18721874 de geneeskundige praktijk uit. Er heeft zich een commissie gevormd onder voorzitterschap van jlir. mr, P. M. F. van Meeuwen, vice-pres. van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, met mr. J. van Gennep, lid der Tweede Kamer, te 's-Gravenhage, secre taris, benevens eenige aanzienlijken in den lande, met het doel een passend gedenktee- ken te plaatsen op het. graf van mr. "W.K. baron van Dedem, laatstelijk minister van koloniën, die onverwacht aan een kortston dige ziekte, te Calcutta, in Voor-Indië is overleden. De commissie zpgt in haar circulaire het volgende omtrent den overledene: «Zijne groote gaven van geest en hart, de hooge opvatting van zjjn levenstaak op*- koloniaal gebied, zijn dood te midden van een onderzoek, ter wille dier taak ingesteld naar de toestanden in Britsch Indië, werden in moederland en koloniën door alle organen der openbare meening, zonder onderscheid van richting, met warme vereering herdacht. Van die hulde zijner landgenooten door een passend gedenkteeken getuigenis af te leggen op de plek zelve, waar hij eenzaam onder vreemden rust, moet aan eene behoefte van piëteit beantwoorden, die door velen zal worden gevoeld. De ondergeteekenden hebben zich tot een hoofdcomité vereenigd om dat doel te helpen verwezenlijken. Bovendien zijn voor Oost-en West-Indië, alsmede plaatselijk voor de ge meente Iloorn, bijzondere comité's uitge- noodigd. Daar in den regel gaarne eenige aanwij zing wordt verlangd omtrent het gewensehte bedrag, wordt met het oog op de verwachte deelneming voorgesteld eene bijdrage van svijf gulden", ofschoon ook meerdere of min dere bijdragen in dank zullen worden aan vaard." Wij bevelen dit plan bij onze stadgenooten beleefdelijk aan, overtuigd, dat menigeen, zij 'took een kleine bijdrage zal willen schenken, om de nagedachtenis te huldigen vau eeu betreurden doode. die daar rust in een vreemd land. H. M. de Koningin-Regentes heeft heden middag te halftwee de commissie uit de Tweede Kamer ontvangen, belast met de aan bieding der aanbevelingslijst voor het voor zitterschap. Nadat de deputatie, welke met de vastge stelde gebruiken ten paleize werd ontvangen, zich van haar taak had gekweten, heeft H. M. benoemd tot voorzitter, gedurende liet zittingsjaar 1895/96, mr. J. G. Gleichman. H. M. de Koningin heeft door tusschen- komst van den burgemeester aan den Zwol lenaar A. P. de Haas, oud-strijder en verde diger van de citadel van Antwerpen, een som van f 25 doen toekomen. Morgenvoormiddag elf uur zal de Tweede Kamer weer zitting houden, waarin de voor zitter het presidium zal aanvaarden. Des namiddags te halfvier zal de minister van financiën in de gelegenheid gesteld wor den, de staatsbegrooting voor 1896 der Kamer aan te bieden. Wij vernemen, dat de commissie van rap porteurs voor de kieswet onmiddellijk na het einde van het afdeeüngsonderzoek is bijeen gekomen, maar dat hare eerste vergadering, bij verhindering van een haver leden verdaagd is tot een dezer dagen van deze week. (jy. b. et.) Prinses Pauline van Wurtemberg is heden ochtend, vergezeld van Hr. Ms. kamerheer graaf Van Limburg Stirum en twee hof dames, per sneltrein van 9.24 Holl. spoor uit Den Haag naar Amsterdam vertrokken om verschillende bezienswaardigheden der hoofdstad te bezoeken; speciaal de mailboo ten van de maatschappij «Nederland". De gewone audiënties van den minister van koloniën op Vrijdag 20 en van den minister van binnenlandsche zaken op Zater dag 21 dezer zullen niet plaats hebben. Blijkens een telegram van den gouverneur- generaal van Nederlandsch Indië van 17 dezer wordt de gouvernements-koffieoogst op Java voor dit jaar thans geraamd op 341,400 pikols. St.-Ct Generaal Vetter verlaat Vrijdag a.s. des ochtends ten 8 u. 47 m. (stadstijd) per Holl. spoor de residentie tot het aanvaarden van zijn reis naar Indië. De rijkscommissie voor de examens ter verkrijging van een diploma als stuurman aan boord van koopvaardijschepen zal hare zittingen aanvangen op 8 October a.s., te 9'/3 uur, in het gebouw der Loge te Rot terdam. Aanvragen om toegelaten te worden, moeten den voorzitter, den heer J. H. Knip- horst te 's-Hage, vóór 1 October portvrij hebben bereikt. De prijzen der edele metalen, benoodigd voor gedenk-, prijs- en eerepenningen, welke in den loop van het vierde kwartaal '1895 aan 's rijks Munt vervaardigd worden, zijn in overleg met het muntcollege en den munt meester bepaaldvoor het goud van 0,983 fijn op f1720 per kilogram en voor het zilver van 0,985 fijn op f61 per kilogram. In deze prijzen zijn begrepen de vergoeding van renten en het verlies van stof. De kosten voor bet slaan van de penningen zijn vastge steld bij koninklijk besluit van 18 September 1863 no. 62. Door de Zwitsorsche regeering is bepaald, dat daar in te voeren goederen niet meer van een certificaat van oorsprong behoeven voorzien te zijn. Met ingang van '1 October zullen de mail- treinen voor Zuid-Duitschland, die thans hunne route nemen over Nijmegen Cleve, langs Venlo gedirigeerd worden. Ter verzekering van de veiligheid op den spoorweg, zullen de afsluitboomen van de overwegen op vele lijnen der staatsspoorwe gen van traliewerk worden voorzien, waar door de toegang voor menschen en dieren tot den spoorweg, bij gesloten boomen, onder de hoornen door, onmogelijk wordt gemaakt. Het legerbestuur schijnt niet overtuigd van de noodzakelijkheid om zich neer te leg gen bij de opvoering van de prijzen voor schoenwerk. De onlangs door den directeur van liet centraal magazijn van kleeding ten behoeve van het leger aanbestede 90,000 paren halve zolen en 130,000 paren achterlappen zijn ten gevolge vau de dure leerprijzen niet gegund geworden. De XlXe Siècle geeft -verslag van eeu onderhoud, dat een zijner medewerkers met den Belgischen minister De Bruyn had over het verbod van den vee-invoer uit Nederland in België. «Onze Nederlandsche buren," zei de minis ter, hebben ongelijk, zich. te beklagen over het afsluiten van onze grenzen. Ik heb nooit dien maatregel genomen dan bij deugdelijk geconstateerde ziektegevallen. Eenigen tijd geleden heeft zelfs mijn ijver om te voldoen aan de wenschen onzer buren veeziekte in ons land gebracht. j't Is vreemdDe Nederlanders klagen, maar zij zien niet den balk in hun eigen oog. Want vijftien jaren lang en nog altijd is in Nederland de invoer van Belgisch vee verboden. Onze landbouwers verlangen ook voortdurende sluiting van onze grenzen. Maar ik verzet mij daartegen." In aansluiting aan het bericht van het X, v. d. D., waarin de lieer Djebari, de Fransché reiziger, die beweert dat freule Tinne eerst in 4889 is overleden, wordt voorgesteld als een onvertrouwbaar persoon, wijzen wij er op, dat deze verdachtmakingen ook in Frankrijk veel zijn voorgekomen. Wij herinneren ech ter aan een bericht uit onze courant, waarin wij meldden dat de mededingen van den heer Djebari grootendeels waren bevestigd door een Fransch hoofdofficier. (Dord. Ct.) Door B. en W. is bij den Rotterdamschen gemeenteraad een voorstel ingediend tot uit breidingder electrische installatie, noodzakelijk wegens de veelvuldige aanvragen. Inmiddels is gebleken, dat de eerste aanlen- f49.750 meer beeft gekost dan waarop bij de begrooting gerekend was. De kosten der voorgestelde uitbreiding met dit tekort te zamen worden thans begroot op f331.750. De heer H, v. d K. van Vlanrdingen sprong gistermorgen op den Goudschenrijweg uit zijn tilbury, omdat het paard uitgleed. Hij viel en brak bet rechterbeen. Hij werd naar bet ziekenhuis gebracht. Zondag viel de dochter van den herbergier V. uit Koudewater, tussehen Hintham en Rosmalen van een rijtuigbalkon der tram, die om halftien uit 's-Bosch vertrekt. Hare beide beenen weiden overreden en zwaar gekwetst werd zij in het gesticht Koudewater opgenomen, waar zij spoedig overleed. Een treurig ongeluk gebeurde Maandag middag te Sliedrecht vóór den schooltijd op de speelplaats van den heer G. Een bran dende klaplucifer, door een der schooljongens opgeworpen, kwam terecht op de kleederen van een 7- jatig meisje, met het gevolg, dat het kind weldra in vlam stond en zulke hevige brandwonden bekwam, dat men voor het behoud van het leven vreest. De onderwijzers vrouw, die de vlammen doofde door het kind in een karpet te wikkelen, bekwam mede- erge brandwonden aan de handen. Het meisje is gisteren overleden. De obligatiehouders der beide categorieën 4 pCt. en der 3 pCt. duinwatermaatscbappij te Amsterdam, hebben Maandag het voorstel tot het overdoen harer bezittingen aan de gemeente voor 12 millioen gulden in nieuwe 2'/e pCts. gemeente-obligatiën, met bjjna alge- meenc stemmen aangenomen. Men deelt aan de Tijd mede, dat de ver moedelijke schuldige in het vergiftigingsdrama te Amsterdam verklaard heeft, dat zijn vrouw soms teekenen gaf van krankzinnigheid. De hoofdagent van de maatschappij waarbij het leven der vrouw was verzekerd en die zooals reeds gezegd is bij het uitbetalen der som (f1050) f25 belooning ontving, zou echter in een onvoorzichtig oogenblik zich hebben laten ontvallen, dat de vrouw geen natuurlijken dood is gestorven. Uit AVeenen is 3000 mark gezonden naar de werkstakende sigarenmakers te Amsterdam. Een familie in de Korte Leidschedwars- straat te Amsterdam is door een noodlottig toeval getroffen. De man, een tot nu toe als oppassend beambte bekend tramconduteur, die reeds 20 jaar dienst telde, heelt zijn ont slag gekregen en is na vertrek van het kan toor der A. O. M. niet meer thuis geweest. Zaterdag heeft men zijn lijk opgehaald. De man laat een eenigszins lijdende vrouw en acht kinderen na. (Echo.) In den nacht van Maandag op Dinsdag heeft te Helder, voor een scafé" aan de Zuid straat, een bloedige vechtpartij plaats gehad tussehen mariniers sn schepelingen der marine. Verschillende personen, die aan het gevecht deelnamen, werden met messen verwond, een marinier 3de k!., zekere N., zoo ernstig, dat hij een kwartier later aan de gevolgen over leed. De politie heeft de hand gelegd op een 3de-zeilmaker van Hr. Ms. Zeehond, V. ge naamd, die er van verdacht wordt den doo- delijken steek te hebben toegebracht. Te Helenaveen is Zondagnacht de fabriek met alle machinerieën, toebehoorende aan de maatschappij ïGriendtsveen", door brand ver nield. Te Velp zijn tien personen overleden aan dysenterie, die daar zooals men weet sedert Donderdag heerschende is verklaard.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 2