1
Op een dwaalweg
/V°. 1895
Zaterdag 12 October.
N°. 8895.
KENNISGEVING.
1
©genenveert gst© Jaargang.
Versch nt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag»
Bnitenlanclsche Berichte».
UITGEVER: ,T. ODÉ.
Roman van Lothar Brenkendorf.
Abonnementsprijs, per kwartaal
Franco per post, door^het geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
f'1.85.
- 2.50.
0.10.
BCRBilD: BOTER^TRAJtï O.
Advertentieprijsvan 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courantƒ1.10'
Iedere gewone regel meer0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
Burgemeester en wethouders van
■Schiedam
doen te weten, dat door den raad dier gemeente,
in zijne vergadering van 1 October 1895 is
vastgesteld de volgende verordening:
VERORDENING tot wijziging der verorde
ning op hot gebruik der havens en
wateren te Schiedam (HavenreglementJ.
EENIG ARTIKEL.
In de verordening op het gebruik der havens
en wateren te Schiedam (Havenreglemenl), vast
gesteld den 3den April 1894,
Wordl gelezen
het is te lid van artikel 36
ïDe gewone tijd voor het openen der bruggen
jis op de weikdagen
sin de maanden Januari, Februari, Maart,
eOctober, November en December, van 's mor-
sgens zes tot 's avonds acht uur
>in de overige maanden van 's morgens vijf
stot 's avonds negen uur."
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
vsn den gemeenteraad van Schiedam deu lsten
'October 1895.
De burgemeester,
VERSTEEG.
sW.' l>è secretaris,
VERNÈDE
Zijnde deze verordening aan de gedeputeerde
staten van Zuid-Holland volgens hun bericht
van den 7der./i0den October 1895, B, no, 621
(2e afd.), G. S. no. 57, in afschrift medegedeeld.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 11 den October 1895.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De secretaris,
VERNÈDE.
fBANKRIJK.
In den ministerraad werd gisteren voor
lezing gedaan van een uit Majunga ont
vangen telegramvolgens hetwelk na
schitterende krijgsoperatiën Tananarivo op
deu 30n September is wnomen.
Onderhandelingen over den vrede, welke
den In October aangevangen werden, leidden
reeds den avond van dienzelfden dag tot een
bevredigend einde; evenwel onder voorbehoud
van goedkeuring door de regeering der
republiek.
Generaal Metzinger is benoemd tot gouver
neur van Tananarivo.
De regeering zond haar geiukwenschen aan
generaal Duchesne en de troepen.
Het protectoraat over Madagaskar blijft
voortduren, maar het wordt strenger geregeld.
De koningin zal gehandhaafd blijven, maar
de eerste minister wordt verbannen. Het
schijnt zeker te zijn dat het voor de expeditie
toegestane krediet van 75 millioen francs niet
overschreden zal worden.
Generaal Duchesne moet orders ontvangen
hebben om te Tananarivo, ook na de pacifi
catie van Madagaskar, een belangrijk garni
zoen te laten, bestaande uitsluitend uit Fran-
sclie troepen.
Te Carmaux is een groot deel der werk
stakers, aangezet door Jaurès, Chauvin en
andere socialistische Kamerleden, niet geneigd
den arbeid in de glasblazerijen op den be-
staanden voet te hervatten terwijl een aantal
mannen weder aan het werk zijn gelogen.
Eenige vuren zijn dan ook weder ontstoken.
De directeur der groote glasblazerij, Ressé-
guier, heeft bij de rechtbank te Toulouse een
eisch tot schadevergoeding ten bedrage van
100,000 frs. tegen Jaurès en de blaadjes de
Dépêche en de Petite liêpubliquc ingesteld,
omdat door hun vereenigd optreden de werk
staking is uitgelokt. De directeur vraagt, of
socialistische Kamerleden en journalisten
straffeloos mogen komen opruien en de be
langen van patroons en werklieden op de
schioraeüjkste wijze mogen benadeelen.
Omtrent de spionnenzaak te Parijs melden
de bladen nog eenige bijzonderheden.
Het gevangengenomen gezin Schwartz ge
noot in de villa eu in de buurt te Belleville,
waar het woonde, groote achting. Men wist
alleen niet, waar de menschen eigenlijk van
leefden. Dat de beschuldiging van spionnage
waarheid kan bevatten, gelooft daar niemand.
Op den 14n Juli ging mevrouw Schwartz nog
als Elzasserin gekleed (zij is te Metz geboren)
met haar kinderen een krans neerleggen
aan den voet van het omsluierde beeld op
4e Place de la Concorde.
Gearresteerd zijn Schwartz, zijn vrouw en
hun zeventienjarige zoon. De twee andere
kinderen zijn door de politie in bewaring ge
steld en worden verzorgd.
D D I is 0 al A I B.
Van iemand die dezer dagen een langdurig
onderhoud had reet den rijkskanselier en
d .arbij ook de vraag stelde of het waar is,
dat van de zijde der regeering gedacht wordt
aan eene conversie der 4 °/0 rijks- en staats-
is huid in een 3a fonds, ontvangt de Kuln.
Aéitg. de verzekering dat vorst Hohenluhe
zijne bedenkingen tegen zoodanige rentever
laging niet vei heelde. Die vraag, zeide hij,
kan onmogelijk van een zuiver financieel
standpunt worden beschouwdook op den
maalschappelijken toestand en de sociaal-
politieke gevolgen van zoodanigen maat
regel behoort te worden gelet. Hoelang de
tegenwoordige ruimte der geldmarkt zal
aanhouden is niet te voorzienop de
beurs vinden op liet oogenblik koers-op-
drijvingen plaats, welke de staat en het
rijk in geen geval mogen in de hand
werken. Ook is er voor den staat een
groot belang in gelegen, dat het kleinere pu
bliek zijne beleggingen niet in builenlandsche,
maar in solide binnenlandsche staatsfondsen
doet, en elke renteverlaging van die fondsen
benadeelt tenminste voor eenigen tijd de
voornaamste veiligheid van kleine spaai fond
sen. Vóór alles is evenwel het groote sociaal-
politieke gezichtspunt van invloed voor de
besluiten der keizerlijke regeering. Eene ver
laging van den rentevoet voor de reeds uit
gegeven 4 pCt. consols treft in groote mate
en hard den kleinen man, die op grond van
die rente zijner spaarpenningen hoopt een
rustigen ouden dag te kunnen genieten en door
renteverlaging op eene nooit meer goed te
maken wijze wordt geschaad in zijn eenvou
digste levensbehoeften. En wanneer de Rijks
dag reeds met het oog op den kleinen man
weigert mede te werken tot eene geringe ver
hooging der belasting van zijn glas bier of
zijne pijp tabak, dan moet eene verlaging der
rente van met zwaren arbeid bijeengebrachte
spaarpenningen nog veel onaannemelijker
voorkomen. Ook tal van spaarkassen hebben
een groot deel van haar kapitaal in 4 pCt.
fondsen belegd, zoodat eene verlaging van den
rentevoet ook hen weer zou noodzaken de
rente der bij hen belegde spaarpenningen van
kleine luiden te verlagen. En veeleer heeft
de staat er belang bij, juist die kleine klanten
der spaarkassen door eene betrekkelijk hooge
rente aan te moedigen tot sparen en hun zoo
doende de kapitaalvorming gemakkelijk te
maken. Niet minder zouden door eene rente
verlaging de belangen van slichtingen, voor
namelijk ten behoeve van weduwen eu wee
zen, geschaad worden. Al die sociaal-poli
tieke nadeelen worden door de uitsluitend
geldelijke voordeelen eener renteverlaging
niet opgewogen. De rijkskanselier verklaarde
dan ook dat hij een recht der belastingbe-
talenden op eene verlaging der rente van de
openbare schuld niet kan erkennen, zoolang
niet vaststaat dat de rentestandaard blijvend
gedaald is, en dat is nog lang niet het geval.
ENGELAND.
Met het oog op liet ernstige van den toe-
32.
«Maar ik heb u vrijgelaten, mijnheer Flemming,
4e som te noemen, waarmede gij geheel geholpen
«ijt. Ik heb nog bij uw huis eene oude schuld
uitstaan en ik voldoe slechts aan eene dure
verplichting, wanneer ik u in staat stel u door
■eigen arbeid weder tot zekere hoogte in de
maatschappij op te werken. Zondt gij voorgoed
geholpen zijn, als ik u de tien duizend mark ter
hand stelde, waarvan gij gesproken hebt
Zooveel vrijgevigheid ging boven Bruno's be
vatting. Hij keek Ilertha zoo verbluft aan, alsof
^hij hare woorden voor bitteren spot hield. En
oen b<j daarna in een stroom van uitbundige
dankbetuigingen losbrak, toen rees bij haar de
twijfel of het ernst was en haastte zij zich er
een eind aan te maken door te zeggen
sik kan op het oogenblik niet over dit geld
beschikken, misschien slechts over het tiende
deel er van, en dit wil ik u geven. Binnen
tweemaal vier en twintig uren echter kan ik de
som verschaffen en zoo lang immers kunt gij het
hier nog wel uithouden."
Bruno dacht aan zijne depêche met hst doods
bericht en tevens aan de gevolgen, die deze stap
voor hom kon hebben. Liever zou hij terstond
uit Cannes vertrokken zijn, doch hij waagde het
niet bedenkingen op te werpen tegenover zooveel
grootmoedigheid, half ook uit vrees, dat Ilertha
terug zou komen op haar zoo ras genomen
besluit.
Hij verklaarde zich volgaarne naar haie be
schikking te voegen en na herbaalde dankbetuiging
nam hij het geldtaschje, dat Herlha hem in
een zijlaantje overreikte, aan en gingen beiden
huns weegs.
Terwijl de jonge weduwe hare wandeling voort
zette, keerde Bruno naar het hotel d'Angleterre
terug, waar hij met de houding van iemand,
die over honderdduizenden te beschikken heeft,
zich aan het kantoor aanmeldde,
sMen is niet zeer accuraat hier," voegde hij
den oberkellner verwijtend toe. »Ik heb gister
avond gelast mij hedenmorgen de rekening te
presenteeien en ik ben gewoon, dat mijne be
stellingen stipt worden uitgevoerd."
Met een nederige verontschuldiging werd hem
het papier overgereikt, waarvoor hij kort te voren
de vlucht genomen had.
Zijne verteringen waren zeer hoog berekend
en de hoofdsom deed denken aan eenige fouten
in de optelling ten voordeele van het huis
Bruno lette op het een zoo min ais op het ander
en telde de verschuldigde som uit op eene wijze,
alsof dit kleine bedrag hem meeviel.
Op de beleefde vraag aan den oberkellner of
mijnheer nog heden wilde afreizen, antwoordde
hij, dat bij nog eenige dagen wilde blijven, maar
alleen onder voorwaarde dat hem wat geriefelijker
kamer werd aangewezen dan hij tot nu toe in
gebruik had. Natuurlijk werd die wensch inge
willigd en met een genadigen hoofdknik verliet
Bruno het hotel om zich onverwijld naar Monte
Carlo te begeven.
's Avonds met den laatsten trein keerde hij
terug met nog minder aan contanten dan hij
den vorigen dag uit het casino had overgehouden.
Dit nieuwe verlies deerde hem echter weinig.
Hij zonderde zich niat, zooals den vorigen avond,
in een hoek van het rijtuig af, maar onderhield
zich op levendige wijze met zijne medereizigers,
ja noodigde zelfs het schamele heerschap, dat
het onfeilbaar middel kende om de bank van
Monaco te doen springen, uit, in zijn hotel het
avondmaal met hem te deelan.
De nieuwe vriend was een onderhoudend
praterwat kwam het er op aan, nu Bruno
toch eerstdaags een zoo rijke gift in den schoot
zou vallen, of een paar uren gezellig onderhoud
hem veertig of vijftig frank moest kosten?