A°, 1895. ondag 3 en Maandag 4 November. 8911. Eerste Blad egenenveertgste Jaargang. 'erschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag, U IT G IS V E BUREAU» B«nr I, ODÉ. BgknienlandscJie Berichten. Abonnementsprijs, per kwartaal Franco per post, door het geheele Rijk Afjonderlijke nommers f 1.85. - 2.50. - 0.10. Schiedam, 2 November 1895. 't Is reeds lang geledende schoolstrijd woedde hevig in ons vaderlandde op 1 November 1880 ingevoerde schoolwet van 17 Augustus 1878 eisehte offers van beteekenis daarom moest en zou de gehate openbare school er onder. Een vernuftige kop onder de tegenstanders meende daartoe het groote ge heim gevonden te hebben, door het in omloop brengen van een leus, die, zooals hij waar schijnlijk dacht, onder de groote menigte als gevleugeld woord dienst zou noen, de leus »Be lagere school erger dan kroegen bordeel 1" Doch Zonen des Donders beleven zelden -iegen op hun werk. Het meerendeel onzer lezers kent de ge schiedenis van het onderwijs sedert dien tijd: in 1889 werd de wet van 1878 gewijzigd, met medewerking van voorstanders der open bare school, na debatten in de Tweede Kamer, op hoöeiijkon, waardigen toon gevoerd. Het bijzonder onderwijs vei kreeg rechten, die teu gevolge hadden, dat er wel tal van bijzon dere scholen werden opgericht, maar, wat de zeloten onder de tegenstanders hadden gehoopt, zonder dat er ook maar een half dozijn openbare scholen wegens gebrek aan leerlingen behoefde gesloten te worden. Onze gemeente heeft de invoering der wet van 1878 kalm opgenomen. 'tZou de moeite loonen, eens te onderzoeken, hoeveel veiordeningen er wel tengevolge van de invoe ling dier wet te Schiedam zijn vastgesteld. Zuinig bleef men hier dezen tak van onderwijs beheereri, zoo zuinig, dat toen elders, vooral in gioote gemeenten de salarissen der onder wijzers werden verhoogd, Schiedam alles bij het oude liet. Geen kleine klassen op de scho len van lager onderwijs; toen de minister Mackay met zijn artikel kwam, waarbij het aantal onderwijzers tot bijstand van het hoofd werd geregeld,J&s Schiedam den minister op het meerendei t jner volksscholen reeds voor. En zuinig is men gebleven tot op dezen dag; werden de plannen tot uitbreiding eener iostelooze school dit jaar niet in porte feuille gehouden, omdat men wilde afwachten ■of de uitbreiding eener katholieke school niet een verloop van leerlingen der kostelooze school zou ten gevolge hebben, waardoor de aanbouw daarbij onnoodig kon worden Is zelfs een poging gedaan, waardoor het mogelijk werd de lichamelijke ontwikkeling *au de kinderen van on- en minvermogen den te bevorderenontvangen dezen onderwijs in de vrije en orde-oefeningen der gymnastiek s iiiriig, om niet meer te noemen, is men hier in zake lager onderwijs gebleven tot op den I, dat het raadslid Mr. W. H. Jansen het noodig oordeelde, tot nog meer zuinigheid aan te sporen. Volgens den heer Jansen is alles, wat men aan haar besteedt, wegge smeten voor een verderfelijk doel. J ontkent hij niet, dat er enkele per sonen zijn, die van de openbare school heb ben gebruik gemaakt, en sieraden zijn onzer maatschappij. Hi; laat hierop onmiddellijk volgen, dat die enkelen geworden zijn tot wat ze zijn, niet tengevolge van, maar ondanks het openbaar onderwijs. Een nieuwe editie van kroeg en bordeel"Een nieuwe Zoon des Donders opgestaan! De heer Jansen brengt de treurige resul taten, die ons openbaar onderwijs afwerpt, tot het volgende vieital, die tegelijk als be wijzen moeten dienst doen. 1. De bandelooze, baldadige en tuchtelooze jeugd. 2. De (reeds genoemde) mindere ontwik keling van den ambachtsman, mindere vak kennis in de ambachten. 3. Het gekweekt geletterd proletariaat, ongeschikt tot arbeid, niet in de gelegenheid een in zijn oog passenden werkkring zich te verschaffen, ontevreden met zijn lot, dat onrust en tweedracht zaait en steeds grooter en grooter gevaar oplevert voor de bestaande maatschappij. 4. Onze overvolle gevangenissen. Onwillekeuiig krijgt men eerbied voor de stalen vlijt en de eindelooze uren, besteed aan het onderzoek, dat den spreker tot liet resul taat heeft geleiddat alles, wat ik daar noemde, die bandeloosheid, die ellende, die misdaad, ze wordt aangetroffen slechts bij leerlingen van de openbare school. Of zou de onderstelling waar zijn, dat de heer Jansen, om zich schouweude, en dat alles ziende, niet tot de ware oorzaken dezer verschijnse len is doorgedrongen en ze eenvoudig maar ten laste der openbare school heeft gebracht, waarvan hij nu eenmaal een tegenstander is Zou dat ernst kunnen genoemd worden De voorzitter van den gemeentelaad heeft den heer Jansen terstond een waardig ant woord op zijn onstuimigen aanval gegeven. "Wij zijn zoo vrij hierbij te voegen, dat ons openbaar onderwijs er niet door zal worden geschaaddoch wij hebben nog iets op het hart, en wel een woord aan alle oudersde lieer Jansen haalde deze in zijn betoog aan, voor zoover bet noodig was om in herinne ring le brengen, dat ouders, door de enkele daad des huwelijks, zich over en weer ver binden hun kinderen te onderhouden en op te voeden. Op te voeden, juist! Is misschien liet denk beeld onder de ouders niet wat overlieerschend geworden, dat ze de zorg voor de opvoeding der kinderen voor een groot deel aan de school kunnen overlaten. Dat is ten eenen- male onjuist; huis en school moeten samen werken, en om de ouders in staat te stellen de moeilijke taak der opvoeding mogelijk te maken, moeten de pogingen gesteund woiden BJiSTKAA!1 ff O. Wff15BWianuiea»miir|. TT van hen, die het lot der groote massa willen verbeteren, opdat elk huisvader tenminste enkele uien van den dag aan zijn kinderen kunne wijden. Geen bijzondere, geen open bars school kan het gemis aan degelijke, huiselijke opvoeding vergoeden. Deze schoolstrijd zal vooibijgaan: het ont- wikkelingspioces der mensehlnnd zal tel kens nieuwe banen openen, maardemensch z>'.l mensch blijven, en moge liet beeld van de school, die hij bezocht, in later jaren lie felijk voor hem staan, gelukkiger nog zal hij zich gevoelen, als hij met een groot man, spiekende van zijn ouderlijk huis, kan ge tuigen »Hoe zalig stemt niet liet gevoel van dankbaarheid, waarmede men zijn geheele loven lang zijn ouders gedenkt, die geen liooger taak kenden dan zich onverdeeld te wijden aan de opvoeding hunner kinderen Geen grooter voorrecht toch dan zich bewust ti zijn van een ouderlijke zorg, die zich in jth'berd kleinigheden openbaart, en zich elk '.'.eoblik duideljjk voor oogen te kunnen stellen, hoe de kiemen van den geestelijken aanleg aan hun hand tot ontwikkeling zijn gekomen." Als de redevoering van den heer Jansen het bewustzijn van hun groote verantwoording in alle ouders heeft verlevendigd, dan is hun met iiet uitspreken daarvan een groote dienst door hem bewezen. Om hiertoe mede te werken, en hierom alleen, hebben we deze rede in ons blad eenigszins willen bespreken. SCHIEDAM, 2 November 1895. De minister van koloniën heeft aan den voorzitter der Tweede Kamer medegedeeld, dat hij het wetsontwerp, houdende wijziging van de tarieven van invoer- eu uitvoerrechten iu Nederlandsch Indië, krachtens machtiging van de Koningin-Weduwe-Regentes, heeft inget lokken. Advertentieprijs van i10 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10" Iedere gewone regel meer- 0.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. Uit Frankrijk vernemen wij, dat men daar verwachtingen koestert in het volgend jaar met een bezoek der Nederlandsche Koning innen vereerd te worden. Er beslaat alle reden te vermoeden, dat dit plan verwezen lijkt zal worden. {Tel.) Naar wij vernemen, is de bewerking van bet voorloopig verslag der commissie van rapporteurs over de kiesrechtregeling zoover gevorderd, dat het stuk vóór de aanstaande bijeenkomst van de Tweede Kamer aan de leden zal kunnen worden rondgedeeld, ver moedelijk nog in den loop der volgende week. (N. S. Cl.) Het »Nederl. Landbouw-Comité" zal zich bij adres tot de regeering wenden, ter ver krijging van rijks-landbouvv-ingpuieurs (1 hoofd-ingenieur en 2 ingenieurs). De kosten wol den begroot op f23,000 'sjaars, tegenover welke staatsuitgaaf baten zouden staan door vei betering van den oeconornischen toestand. Het comité betoogde voorts de wensche- lijkheid, dat de regeeiing zoude voortgaan ongecultiveerde domeingronden te bebosschen en dat ook woeste gronden, aan gemeenten belioorende, meer en meer zouden ontgon nen worden. Onze handel op Zwitserland In de »Consulaire Verslagen" is opgenomen het jaarverslag over 1894 van den Nederland- schen waarnemenden vice-consul, te Genève, den heer A. J. L. Gerken. Daarin leest men o. a. De groote moeilijkheid tegen de bevorde ring van den handel tusschen Nederland en Zwitserland is en blijft steeds de liooge trans portkosten, per grande vitesse pl.ra, frs. 25,50 (per 100 KG.) per petite vitesse pl.m.frs. 12,50 /oer 100 KG. en per lading van 5000 KG. p' rn. frs. 8,80 per 100 KG.) Vooral deze laatste som is zeer hoog en maakt den groot handel bijna onmogelijk. Evenwel zou het mogelijk zijn den handel in eenige aitikelen uit te breiden, maar daar voor moeten de Nedeiland<elie handelaren dan ook zelf medewerken en niet terugdeinzen voor eenige opofferingen hunnerzijds, in den beginne tevreden zijn met kleine omzetten, om zoodoende hunne producten hier te lande meer te doen kennen, en zich meer en meer om inlichtingen wenden tot de Nedei landsche consulaire ambtenaren hier te lande, die steeds bereid zijn hun kosteloos alle mogelijke in lichtingen te verstrekken en hulp te verleenen. Ook kan het zijn nut hebben van sommige artikelen aan den consulairen ambtenaar mon sters der waren toe te zenden, opdat hij zich zelf kunne overtuigen van de kwaliteit en de concurreerende prijzen. De vrouwenvereniging Tesselschade, die zich ten doel stelt »de onvermogende, be schaafde vrouw te steunen in hare pogingen om in eigen ondethoud te voorzien," be schouwt als een onderdeel van hare taak de vrouwen en meisjes te wijzen op voor haar geschikte beroepen en in te lichten omtrent de daarvoor vereischte opleiding. De vereeniging beeft daartoe bui eau's van voorlichting omtrent onderwijs en beroepen voor beschaafde vrouwen opgericht. Op iedere plaats waar Tesselschade gevestigd is, heeft eene der bestuurderessen of de correspondente zich met de leiding belast, lerwjjl het cen traal bureau gevestigd is te Haarlem, direc trice mevrouw van der Laande Joode. Dit laatste helpt alle personen, die buiten den kring eener afdeeling of van een correspon dentschap wonen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1