SPORT.
Letteren, Kunst en Wetenschap,
Gemengde Berichten.
Koloniën.
Land- en Tuinbouw,
pogingen aan om de paarden te bevrijden,
de dieren waren in zulk een angsten ellende,
dat zjj de handen lekten der cavaleristen, die
het neergestorte en tot splinters geslagen
hout gingen wegruimen. Hun gehinnik, zegt
inen, vervulde de lucht van zulk eene wee
klacht, dat meer dan éen cavalerist zijn leven
waagde om deze dieren te hulp te komen.
Men moest hun roekeloozen jjver betoomen
reeds waren er enkele door het puin tusschen
de paarden gevallen, waar zij elk oogenblik
door de hoeven der spartelende dieren ge
troffen konden worden.
Toen moesten de anderen weder aan het
•werk om deze, hunne makkers, te redden.
Daar waren er, die zóo tusschen balken en
binten beklemd waren geraakt, dat men het
hout moest stukzagen om hen uit hunne ge
vaarlijke positie te kunnen verlossen. En al
dat wesk geschiedde in een noodweer, als
nog nimmer is gekend, in eene duisternis,
die niet toeliet eene hand voor oogen te zien.
Daar klinkt een schreeuw van pijn en angst
men heeft een der jongens die tusschen het
hout zat in den nek gezaagd. Maar dezelfde
knaap, eindelijk goed en wel bevrijd, denkt
niet om eigen leed en helpt alweder mede
bij het loswerken der paarden.
Het is zeer zeker aan het goede hart en
den ijver der vijftig mannen te danken, dat
slechts vier van -de vijftig paarden onder het
puin begraven bleven eu den ge.-st gaven.
Men moest de dieren binnen de omheiningen
van het depot aanvankelijk aan zichzelve
overlaten. Zeven paarden ontsnapten en ont
vloden over de heide de plaats des onheils.
"Vijf zijn er reeds teruggekomen of opgevangen,
de beide andere zullen, zegt men, spoedig
teruggevonden zijn. Drie dieren hebben ern
stige kwetsuren bekomen en omtrent enkele
andere verkeert men nog in onzekerheid. Het
reddingswerk werd op den duur zoo gevaar
lijk, dat de directeur van hel depot, jhr. Van
Reigersberg Versluys, bevel moest geven alles
te laten geligk het was tot de dag aangebro
ken zou zijn, hoewel de manschappen van
geen uitscheiden wilden hooren.
Drie mannen liggen thans met eenige
lichte verwondingen in het hospitaal. Voor
het ergste vreezende, hield de overste zoo
spoedig mogelijk appèltoen bleek het ge
lukkig, dat geen enkel militair ontbrak.
Bij het aanbreken van den dag stormden de
jongens alweder naar de stallen om te zien
wat er oog te redden viel. De vier dieren die
er nog lagen waren echter dood. En toen bleek
eerst recht welk eene verwoesting de wind
hoos had aangericht. Van het kazernegebouw
was geen vensterruit meer heelmet balken
is het zoo goed en zoo kwaad dat ging ge
stut, om instorten te verhinderen. Toen vond
men ook de kap van een der hooibergen, op
300 M afstandsde verwoeste stallen en
magazijnen waren slechts evén zoovele hoopen
splinters en puin en het grootste van den
voorraad hooi en stroo lag over de vlakte
verspreid.
De overste bezorgde zijne manschappen een
onderkomen in het gebouw, dat vroeger, toen
te Milligen werd gekampeerd, tot hospitaal
diende, en om de daken der niet omgeworpen
gebouwen, die alle min of meer beschadigd
waren, te helpen herstellen, requireerde hjj
een dertigtal boeren uit den omtrek.
De windhoos heeft bljjkbaar slechts een
betrekkelijk klein deel van het terrein ge
teisterd. Geen 500 meter ver staat een bóer-
der^', waar men niet den minsten overlast
van het weer heeft gehad, echter is op den
weg van Amersfoort naar Milligen menige
boom ontworteld ot door den bliksem ge
troffen.
Te Varsseveld werd de kapitale boerderq
van den landbouwer Wisselink in asch ge
legd. Van den inboedel werd slechts een
klein gedeelte gered.
Te Lonneker werd de boerenhofstede van
en bewoond door den landbouwer H. Homs
horst, getroffeD. Alles verbrandde, niets werd
gered dan eenige koeien. Een paard, een kalf
en 3 varkens kwamen mede om benevens 25
kippen. Zekere Ten Vergert, die het paard
wilde redden, kreeg hevige brandwonden aan
hoofd en armen, zoodat geneeskundige hulp
noodzakelijk was.
Te Beekbergen sloeg de bliksem in de land-
bouwschuur van de wed. Van E., die totaal
afbrandde. Twee varkens en de landbouw
werktuigen werden door het vuur verteerd.
Ook sloeg de bliksem in het station van den
locaal-spoorweg en richtte daar eenige ver
woestingen aan, echter zonder brand te ver
oorzaken.
Nabij de stad sloeg de bliksem in een
grooten hooiberg van P. H. van Gerner, land
bouwer aan den Hasselterdijk, waardoor kort
daarop een paar schuren, de groote boeren
woning, nog 3 groote hooibergen en een paar
hooimijten van v. G. afbrandden.
Nabij Monnikendam is de hoeve van den
heer K. Sluis door den bliksem getroffen en
verbrand. Dit is in 4 jaar reeds de tweede
maal, dat die woning een prooi der vlammen
wordt. Van inboedel, geld of sieraden kon
niets gered worden.
Te Loensens ging eene stelphuiang en te
Nuhuisterpijp eene arbeiderswoning met het
daarbjj behoorend schuurtje en hooiblok ia
de vlammen op.
Nabij Huissen werd een kapitale boeren
hofstede getroffen en geheel in asch gelegd.
Ook te Spakenburg werd een huis door het
hemelvuur vernield.
Te Heikant, gem. Hooge-Zwaluwe, sloeg de
bliksem in de hofstede bewoond door den heer
Havermans. De geheele hofstede is in asch ge
legd. Het vee is nog gered kunneD worden.
Te Roermond sloeg het hemelvuur in het
huis van den heer F., gep. Oostindisch ambte
naar, wonende in de Frans-Douvenstraat. In
korten tjjd brandde dit huis geheel uit en,
aangewakkerd door den wind, ook de daar-
neven gelegen woningen, bewoond door den
heer K., mejuffrouw B. en de weduwe R.
Van de vier huizen staan nog slechts de
muren, de inboedel werd gedeeltelijk gered.
De schade is groot.
In de gemeente Valburg werden honderden
boomen ontworteld of geknaktook de fruit-
boomeu zijn, in sommige boomgaarden bij
tientallen, geheel tegen den grond geslagen
of voor een goed deel van hunne kroon be
roofd. Waar de boomen hunue kroon nog
behielden, lagen de peren en appels, die een
goeden oogst beloofden, bjj hoopen op den
grond. De tabak is ook hier en daar be
schadigd door het tegen elkaar staan der geil
gewassen bladen, op sommige vlak gelegen
plaatsen zelfs gedeeltelijk vernield door het
afbreken van den stengel.
OTerschle. Gistermorgen is de kapwagen
van den landbouwer J. Rodenburg iu aan
raking gekomen met een melkwagentje van
P. v. d. Ende, tengevolge waarvan laatstge
noemde op straat geworpen werd en hem
twee wielen van den kapwagen over het
lichaam gingen en de borst ernstig bezeerd
werd.
Ylaardingen. Bij het Zondag te Abben-
broek gehouden concours voor harmonie-
én fanfare-gezelschappen heeft de harmonie-
vereeuiging ïCuncordia" alhier in de le
afdeeling met 38 punten den 2n prijs behaald
de eerste prjjs werd niet toegekend.
Zondag werd te Schiedam de laatste 2e klasse
competitie-wedstrijd der zuidelijke afdeeling ge
houden tusschen sAjax II" uit Leiden en vlier-
mes" van Schiedam.
Eerstgenoemde vereeniging maakte 55 runs.
«Hermes" stelde hier tegenover 86.
De laatste club, welke met 9 man speelde,
won met 6 wickets. tAjax II" kwam wegens
den vacantietijd met een zeer volledig elftal.
In de Sorbonne te Parijs is Maandag door
Berlheiot het tweede internationale congres
voor toegepaste scheikunde geopend. Er waren
niet minder dan 1597 leden, onder wie 600
vreemdelingen.
De dood van den zoon van Ch. Dickens is
spoedig gevolgd door dien van de dochter van
den schrijver. Miss Mary Dickens overleed
eenige dagen geleden te Moorside.
Elders, o. a. te Parijs, is het Zondag nog veel
«zwaarder" weer geweest dan hier.
Bit een hevigen regen, die de straten onder
water zette, woei een felie orkaan. Boomen
bezweken, zonneschermen werden afgerukt; aan
het Orleans-station woei een kraan van 20,000
kilogram omver. In den ïjardin des Plantes"
werden vele zeldzame gewassen door wind en
hagel vernield, en de »Vi ijheidsboom" op den
«Boulevard du Pont Royal" in 1848 geplant
werd door den bliksem neergeveld,
In de »Rue Patay" werd een klein meisje
verpletterd door een neerstortend dak.
Voorts zijn er drie noodlottige ballon-onge
lukken gebeurd. Een ballon, die op de «pont de
Satains" was opgestegen, daalde, door den orkaan
overvallen, even buiten da stad neder. Maar het
schuitje sloeg daarbij met zooveel kracht tegen
den grond, dat van de vier menschen die er in
zaten, éen werd gedood en de drie anderen zwaar
gewond werden.
Een andere luchtballon, met twee personen
uit Suresnea vertrokken in de richting van Parijs,
is te Raincy neergekomen, en een der lucht
reizigers, die in zijn angst te vroeg uit het
schuitje sprong, brak daarbij de beide beenen.
Te Meaux is een passagier uit het schuitje
van een luchtballon gevallen en op den grond
verpletterd.
Een hevige brand beeft te Rome een gedeel
te van het Centraal Station vernield.
Koning Umberto en de minister-president Di
Rudini waren bij den brand tegenwoordig.
Te Delhi, in Britsch Indië, zijn Zondag twee
spoortreinen in botsing gekomen. Vijftig men
schen werden gedood of gewond.
Batavia, 80 Juni.
Atjeh.
Aan de jongste rapporten omtrent de voor
naamste gebeurtenissen in Groot-Atjeh en Onder-
boorigheden, loopende van 14 tot en met 20
dezer, is het volgende ontleend
G r o o t-A t j e h. Bij de tuchtiging van Lam-
krak sneuvelde de Afrikaanscae avonturier Habib
Koeala van Pedir (Saijid Anajatoellah), die ge
durende zijn leven een vrij dubbelzinnige rol
jegens ons gezag speelde.
Door den regeerings-commissaris werd bepaald,
dat de aan de hoofden buiten de linie door het
bestuur in bruikleen verstrekte geweren ingeleverd
moesten worden en dat anders ter bereiking van
dat doel tot dwangmaatregelen zou worden over
gegaan. T. Panglima Bintang der III Moekims
Daroe deed daarop 12 van de 16 hem geleende
tromplaadgeweren terugbrengenT. Nja Mohamad
der IX Moekims 20 tromplaadgeweren en 1
achterlader er) T. Nja Gih, Imam van Oleb
Soesoeh, 4 acbterlaadgeweren.
De zoon van den eigenlijken hoeloebalang der
IX Moekims T. Nja Imeum trad meer en meer
op den voorgrond. Den 15en Juni bracht hij
zijne Imams, uitgezonderd dia van Lamkoenjit,
die ziek heette te zijn, bij het bestuur. Evenals
was geschied met de Imams van Daroe, werd
hun duidelijk gemaakt dat verlangd werd, dat
de kampongs rustig bewoond werden, en dat de
bewegingen onzer troepen buiten de geconcen
treerde stelling ten doel hadden de vestiging van
kwade en vreemde elementen te beletten. In de
IX en III Moekims is het volk dientengevolge
weder bijna geheel teruggekeerd, terwijl oök de
gevluchte bevolking van Lampagar en Lamtengah
in de VI Moekims begon terug te keeren.
Aan de Imams van Koehé, Loknja en Lam-
poe-oek (IV Moekims), door T. Tjoet Bantah
bij het bestuur gebracht, werden eveneens de
bedoelingen v an het gouvernement voorgehouden.
De hoofden en de bevolking der V Moekims
Montassik en uit het gebied van T. Tjoet Toeng-
koep in de XXV! Moekims toonden hunne vijan
dige gezindheid door het opwerpen van verster
kingen. terwijl die uit eerstgenoemd gebied nog
bovendien het in de Moekim Gani (Kerkoen)
gelegen Adjé, in samenspanning met den vijan-
digen T. Kerkoen, deden bezetten door de bende-
hoofden T. Brahim Montassik, Pang Arab, Pang
lima Nja Makam, Pang Sech, Habib Samalanga
en de Tengkoes Sopi Loeboek en Lamoeë, ten
gevolge waarvan de bevolking van Adjé, die
weigerde met deze indringers gemeene zaak te
maken, uit de XXII Moekims naar Siroen vluchtte.
In verband met een en ander werden de
bovengenoemde landstreken den 16en en 7en
Juni door eene troepenmacht getuchtigd en bij
die gelegenheid de opgeworpen versterkingen
genomen.
In da door ons getuchtigde Moekims wordt
gezegd rijstschaarschte te heerschen. Deels door
gebrek gedwongen en ontmoedigd door het suc
ces onzer troepen, deels ook wegens oneenigheid
tusschen de verschillende bendehoofden, keerden
de strijders uit Endjoeng, Merdoe, Samalanga en
Pasangan in grooten getale naar hunne woon
plaatsen terug.
Onder hoorig heden. Noordkust, Toe
ankoe Mohamad viel den 13den Juni met twee
djaloers een vaartuig aan, dat van Laoeng op
weg was naar Segü, en doodde éen der opvarenden.
De weersgesteldheid was gedurende den ver-
slagtijd buitengewoon waim en droog. De ge
zondheidstoestand was minder bevredigend, vele
koortsgevallen kwamen voor.
Den 28n vertrok generaal Vetter naarAljeh,
nadat Zaterdag te zijner eere een groote parade
gehouden werd.
In zijn afscheids-proclamatie dankt de generaal
het leger voor zijn trouwe hulp. Hij stelt echter
een nog langer verblijf der expeditionnaire macht
te Atjeh in uitzicht, waar nog veel gedaan moet
worden.
De commandant der zeemacht is gemachtigd
om op een nader door hem te bepalen datum
Hr. Ms. pantserdekschip Koningin Wilhelmina
der 'ederlanden te onttrekken aan de scheeps
macht in de wateren van Atjeh en naar Singa
pore te dirigeeren om te dokken en eenige voor
zieningen te ondergaan, en na afloop daarvan
te doen opkomen en toe te voegen aan de
scheepsmacht in de wateren beoosten Java en
Borneo en een van Hr. Ms, in dienst zijnde
flottieljevaartuigen toe te voegen aan de scheeps
macht in de wateren van Atjeh.
Lombok.
De Jav, Ct, van 30 Juni meldt:
Blijkens bericht van den resident van Bali
en Lombok heeft de controleur van Oost-Lombok
zich met politie-agenten naar Praja begeven naar
aanleiding van de weigering van eenige Sassak-
sche hoofden, die aan het hoofd van Praja
Mamy Sapian, de gehoorzaamheid hadden opge
zegd om voor genoemden ambtenaar te verschijnen,
terwijl zij bovendien Mamy Sapian uit zijn huis
hadden verjaagd.
Bij de komst van den controleur namen de
kwaadwilligen ten getale van acht de vlucht;
een hunner, met name Ama Aüe, werd gear
resteerd.
De houding van Maiay Sapian, goeroe Bang-
kol en andere hoofden wordt goed genoemd.
De controleur met üe politie-soldaten blijft
voorloopig te Praja.
Door den resident van Kali en Lombok werd
bericht ontvangen van het overlijden op 23
dezer van Dewa Pahang, radja van Gianjar.
Van 18 tot en met 24 Juli zijn langs het
grensstation Rozendaai naar België en Frankrijk
verzonden: 83 stieieo, 75 ossen, 217 koeien,
88 vaarzen, 342 kalveren, 56 schapen eu 73
varkens.
Teruggezonden naar Nederland j.l. Zaterdag
7 zieke koeien.