50"'e jaargang. Donderdag 25 Maart 1897. N°. 9278. Prinses SopMe Ér MerMea. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen. FESTJILLETOlSr. EEN MEISJESLOT UITGEVER: II. J. C. ROELANTS. lillTKM.A.M». Een gevoelige slag heeft gis teren ons Vorstenhuis getroffen. H. K. H. de Groothertogin van Saksen-Weimar, geboren PrinsesWi 1 helmina Maria Sophie Louise der Nederlanden,is giste renavond te half negen plotse ling te Weimar overleden aan eene beroerte. De overledene Vorstin was de eenige zuster van wijlen Z. M. Willem III. Zij was geboren te 's-Graven- hage den 8sten April 1824 en den Ssten October 1842 gehuwd met den Groothertog van Sak- sen-Weimar. Zij bereikte dus den leeftijd van bijna 73 jaar. Voor ons land is dit afsterven een gevoelig verlies. Door haar huwelijk eeneDuit- sche Vorstin geworden, bleef zij haar oude vaderland innig lief hebhen. Hoevele instellingen en onder nemingen hier te lande zij steun de, is bijna niet op te weven. Bij herhaling gewaagden de bladen van haren weldadigheids zin. Toen in 1892 degouden bruiloft door het groothertogelijk paar werd gevierd, bleek het, hoezeer het hier te lande geliefd was. Uit alle steden" en dorpen gingen toen de welgemeende gelukwenschen naar Weimar. Blijkbaar is de dood zeer on verwacht ingetredenonze Ko ninginnen woonden althans gis terenavond nog een groot deel bij eener tooneelvoorstelling in de residentie. Voor den grijzen Groothertog is de dood zijner echtgenoote, met wie hij door een zeldzaam lang en gelukkig huwelijk ver bonden was, een onnoembaar verlies. W/nam' AEONNEMESTsrBiJS, per kwartaalf o gg Franca per post30 Afzonderlijke nommersq.02 BUREAU: BOTERSTRAAT r<», Telcplioon Ufo. 13». Advertentieprijs: van 1—5 gewone regels mot inbe grip van cene Courantf 0.52 Iedere gewone regel ineer- 0.10 Bij abonnement wordt korting verleend. (Naar het Duitsch van Paul IIeyse.) 10) «Zoodra hij mij ontdekte, stond hij op, scheen een oogenblik te aarzelen, of hij mij tegemoet zou komen, en was toen met een paar groote sprongen bij mij. ««Neem mijnen arm!" zeide hij bedaard, maar op gebiedenden toon. «Zulke steile wegen moest gi] voorloopig liever nog mijden. Als het dan toch volstrekt gebeuren moest, liadt gij mij ook wel een andere plaats kunnen aanwijzen." «Daarna, toen wij boven waren ik kon nog maar niet tot een rustige ademhaling komen zeide hij met-gefronste wenkbrauwen: «Gij liadt u deze inspanning moeten besparen. Wat ik voor u heb kunnen doen, was niet de moeite waard om Tan te spreken, en uwe schriftelijke dankbe- tuigïng was meer dan voldoende. Ik weet trouwens dat deze ook slechts een voorwendsel was. Maar ga toch eerst zitten. Gij raoogt nog zoo lang niet staan 1" «Hij dwong mij op-de bank plaats te nemen, maar bleef zeif tegenover mij staan, doch zonder mij aan te zien. «Een voorwendsel 1" vroeg ik; «wat bedoek ge daarmede?" «Ontken het maar niet 1" zeide hij, doch zonder een zweem van schei pte in den klank zijner stem. «Gij hebt.gehoord, hoe men over mij spreekt. Jk sta bier in den omtrek bekend als een zonderling, men noemt mij een menschenhater, en nu gevoeldet gij een onweerstaanbaar verlangen om zulk oen wonderdier eens van nabij te bekijken. Is het niet zoo, mejuffrouw?" Algemeen overzicht. Schiedam, 24 Maart '97. De Zuid-Afrikaansche commissie te Londen hield gisteren weder eett zitting, waarin liet verhoor van Schreines- werd voortgezet Getnije meende, dat een aibitiage over de punten \an verschil in de conventie tusschen Engeland en Transvaal het eenige middel ter oplo-sing was, over welke meening Chamberlain zich uiterst verbaasd toonde: hij begreep niet dat getuige dit, voorstelde aan een «paramount" mogend heid. De oorzaak der anti-Engelsche politiek der Transvaalsche regeering geloofde de heer Schrei- ner te moeten zoeken in de systematische pogin gen van Engeland om Transvaal de gemeenschap met de kust te beletten. Stond Engeland die gemeenschap ert het bezit eener haven toe, wel licht zou dan de Boeren-regeering ziclt neer leggen bij een Engelsch protectoraat en aan sluiting der Republiek by een Zuid-Afrikaanseh tolverbond. In een protest tegen schending der conventie zouden de Hollandsche Kapenaars slechts in stemmen, als die schending onbetwistbaar was, niet evenwel iu twijfelachtige gevallen. Chamberlain wilde den getuige doen verkla ren, dat de conventie driemaal geschonden was. Maar de heer Schreiner gaf alleen toe, dat o.a. de dynamiet-monopolies veel op een schending geleken. Zoo ook de driften-quaestie en de quaeslie der aan de Zuid-Afrikaansche Spoorweg maatschappij toegestane rabatten. De grieven der Uitlaoders weet hij aan hen zelf, n.l. dat zij geen rekening hielden met de primitieve Tansvaalsche toestanden. Een vergelijking trekkende tusschen Rhodes en Kruger, zeide getuige, /lat de eerste wilde een Afrikaanschen Statenbond onder Engelsche vlag, de laatste evenwél wilde de Boeren republiek onder onafhankelijke vlag behouden. Ten slotte gaf de heer Schreiner nog als zijn meening te kennen, niet te gelooven, dat pre sident Kruger de onlusten te Johannesburg terstond had ingezien. De zitting werd door slechts weinig publiek bijgewoond. De belangstelling is voor een groot deel verdwenen. Wellicht om den aard van Schreiner's verklaringen De viering van den honderdjarigen gedenk dag der geboorte van Wilhelm I is te Berlijn gisteren voortgezet met een feestoptocht, waar ongeveer 30,000 personen aan deelnamen. 150 muziekkorpsen voerde de stoet met zich mede. De Keizer, de Keizerin, 's Keizers moeder en de vorstelijke gasten lieten den schitterenden optocht aan zich voorbijtrekken, waartoe zij in «Neen, waarlijk, zoo is het niet!" zeide ik. «Maar ik zie, dat de menschen gelijk hebben, u van menschenhaat te verdenkm. Want gij zoekt zelfs in de onschuldigste opwelling een lage be doeling, al ware het dan ook maar een vergeef lijke nieuwsgierigheid. Wat mij er toe dreef, u nog eenmaal te zien, was een hartelijk gevoel. Maar ik zie af van alle pogingen om u daarvan te overtuigen. «De kalmte, waarmede ik dit alles zeide, scheen nu toch eenigen indruk op hem te maken. «Het zij zoo," hernam hij. «Misschien maakt gij een uitzondering op den regel. Trouwens, als ik zoo iets niet vermoed had, zou ik ook niet hier gekomen zijn in antwoord op uw verzoek. Maar hoe weinig wij elkaar oak hadden mede te deelen, •wil ik u toch wel bekennen, dat ik er prijs op stel, juist door u niet verkeerd beoordeeld te worden." «Ik heb niet alleen aan mijzelve ondervonden," zeide ik, «dat gij met opoffering van uw eigen rust en gemak u het lot der lijdende menschheid aan trekt, maar ik weet óók, hoe velen in stilte s «Oho!" riep hij, haastig met beide handen een afwerend gebaar makend, «spreek toch niet ■van zoo iets! .Want ook zelfs bij het koudste egoïsme zou het denkbaar zijn, dat men zijne ijdelheid streelt met de gedachte van voor wel doener te -spelen. Neen, de menschen hebben het maar al te goed in den neus, hoe men over hen denkt. Zij vergeven u de grootste hardvochtigheid en wreedheid nog veel eer, dan dat men toont hen te kunnen missen, omdat dit hunne ijdelheid, ,de hoofdzonde der menschheid het gevoeligst -kwetst. En om niet .te .moeten .bekennen, dal zij ■werkelijk verdienen, 'zonder spijt of leedwezen ontbeerlijk geacht worden, schrijven zij iemand i liever een ziekelijke 'vijandschap toe. Menschen haat 1 Wanneer -ik voor -wolven en--slangen'liever de pronlitent bij het gedenkteeken hadden plaats genomen. De vvageu der Germania hield bij de vor.ste- lyke toeschouwers stil en Germania droeg een feestdicht voor, dat u et een «ltoch 1" op den Keizer eindigde. Vervolgens on lei-hield «'e Keizer zich met het comité en deelde het mede, dat alle veteranen ook deze namen aan den stoet deel een herinneringsmedaille zouden ontvangen. Te Keulen is Maandag de eerste steen gelegd voor een gedenkteeken, dat in tegenwoordigheid des Keizers op den herinnet ingsdag van Water loo zal onthuld worden. De Keizer heeft bij deze gelegenheid twee decreten uitgevaardigd. Het eene bepaalt liet dragen der Dnitsche cocarde door het leger, in verband met het eenparig besluit van 's Keizers bondgenootenhet andere stelt de herinneringsmedaille its met den beeldenaar van Wilhelm I, gemaakt van het brofls van veroverde kanonnen, die in de eerste plaats aan het leger zal worden uitgereikt. Indien de heer di Rudini gehoopt had zich door de ontbinding der Italiaansche Kamer een vaste meerderheid te kunnen verschaffen, dart zal hij door den uitslag wel eenigszins teleur gesteld zijn. Immers de uitslag der verkiezingen is stellig ten voordeele der anti-monarchistische uitge vallen, en de mogelijkheid is niet uitgesloten, dat de partij van Giolitti de beslissing vaak in handen zal hebben. Hij en Soanino iyken dan ook bestemd te zijn, mettertijd de huidige regeering op te volgen. Toch mag de regeering vootalsnog op een slepke meerderheid iu de Kamer rekenen, maar een partij, die haar onwankelbaar trouw blijft, is tfet haar niet mogen gelukken tot stand te brengen. Zij zal dienen rekening te houden met de min of meer radicale gevoelens van hen, wier steun zij behoeft. De toestand in het Oosten is niet veranderd, en het is of alle belanghebbenden het eeuwig gehaspel moede zijn. Of is het de stilte die den slortn voorafgaat Griekenland wil wel toegeven, zoo zegt de correspondent der Timesmaar Vassos zoo maar, zonder meer, terugroepen, dat kan het nieteen revolutie zou het gevolg wezen. Die correspondent vraagt of het onmogelijk zou zijn, indien de Sultan weigert zijn tioepen eerst terug te roepen, dat de ontruiming van Kreta door de Turksche en de Grieksche troepen gelijktijdig geschiedt. Dan zou aan Griekenland ten minste een schijn van succes blijven, en zou de dreigende omwenteling bezworen zijn. Maar Griekenland en zij die in de Hellenen belang stellen, wikken, doch de mogendheden uit den weg ga, dan mij in hun midden neer te zetten, haat ik hen daarom? Zij zijn nu eenmaal zooals de natuur wilde hebben. Welke bedoelingen zij daarmede had, zal voor mij wel altijd een ondoorgrondelijk raadsel blijven. Ik laat ze daarom huns weegs gaan, en trek een muur- rondom het huis op, waarin zij niet kunnen binnendringen." «Ik kon mij niet weerhouden, even te glim lachen. «Dus zou ik de keus hebben," zeide ik, «of ik mijzelve voor een wolvin of voor een slang wil aanzien, voor een verscheurend dier of voor een vergiftig 1" «Hij boorde zijn stok diep in den rotsigen grond, waarop hij stond. «Ik meende, u bewezen te hebben, dat ik van deze groote kudde uitzonder. Zou ik anders bier zijn? Maar het wordt nu tijd, ons gesprek te eindigen. De dag belooft heet te worden en de terugweg in den gloeienden zonneschijn zou u te veel afmatten." «Hij zeide dit zóó gelaten, zóó weemoedig, dat ik mij door het diepste medelijden voelde over weldigen. Ik stond dan ook niet van mijne plaats op. «Uit hetgeen ge mij gezegd hebt, moet ik de .gevolgtrekking maken, dat gij zeer droeve ervaringen onder en met de menschen hebt opgedaan," waagde ik op te merken. «Maar aangezien gij reeds uitzon dering maaktet voor mij, die gij slechts-zeer opper vlakkig hebt ieeren kennen, zult gij toch onge twijfeld ook wel willen toegeven, dat er nog vele uit zonderingen zijn. En zich van deze zoo totaal af te sluiten, is dat niet een zwaar verlies, zoo geen-onrecht? Gij maakt het voor al degenen, die van goeden wil zijn, onmogelijk, u eenige liefde te bewijzen. Gij wilt slechts gaven, nooit ontvangen. ,IJk bij'voorbeeld,hoe-gelukkig zou ik zijn, als -Ik -cans hotteen of ander-kon doen, dat u-eens. beschikken! En die beschikking gaat slechts met horten en «tooien. Nu weer komt tot ons de bewering (van Philhelleensche zijde), dat Engeland te Parijs zou voorgesteld hebben, op zich te nemen met 10,000 man op eigen kosten de rust op Kreta te herstellen. Indien dit voorstel goedkeuring vond, dan zou Engeland ook willen meedoen aan de blokkade van Griekenland. Maar dit voorstel zou door Hanotaux zijn afgewezen aan één mogendheid kon die taak niet worden opgedragen, heette het, maar eigenlijk was men bang, dat Engeland zich de drie hoofdhavens wilde verzekeren en, door aan Griekenland de test van het eiland af te staan, zich Grieken land tot bondgenoot in het Oosten wilde ver schaffen. Intusschen zet Griekenland zijn mobilisatie nog voortde vorming van eenige nieuwe bataillons is bevolen. Het is streng koud aan de grenzen en op vet scheiden plaatsen is sneeuw gevallen. In een Turksch kampement is een kanon gesprongen, waardoor eert officier en 8 soldaten omkwamen. Op Kreta gaan de insurgenten voort het de laatste Turksche garnizoenen lastig te maken. Aan de nieuwe proclamatie der admiraals, die hen, zoowel als de Grieksche troepen, waar schuwen zich van aanvallen op de Tutksche forten te onthouden, zullen zij zich wel niet vee! storen. Den Griekschen consuls te Rethymo en te Kandia is door de admiraals gelast, die steden te verlaten. Tegen den Engelschen consul te Kauea, Bril- liotti, zijn bezwaren ingebracht door de hoofden der insurgenten. Volgens hen handelt hij steeds tegen hun belangen, waarom zij zijn terug roeping vragen. De Fransche troepen zijn thans in de Soeda- baai aan land gegaan. De militaire kapel van het Russische admiraalschip bracht daarbij de Marseillaise ten gehoore. Aan de Argolis, een Grieksch stoomschip, is het gelukt bij Rethymo proviand aan land te brengen, waarna liet naar de Piiaetis is teruggekeerd met bet bericht van gevechten in de omstreken dier stad en te Heracleon. Volgens de Standard is onder de Albaneezen van de lijfwacht des Sultans een samenzweiing ontdekt. De Christenen te Jeruzalem en omstreken voorzien zich van wapenen met het oog op een mogelijken oorlog tusschen Turkije eu Grie kenland Gemengde Rcdcdecllngcn. Te Hamburg dreigt weer een staking. Een groot aantal kolensjouwers zyn door een besluit der importeurs zonder werk, en een vergade- een weinigje aangenaam ware, aangezien ik u een warme hoogachting toedraag, ondanks don kwaden naam waarin gij staat! Doch daar geeft gij geen gelegenheid toe." Hij zweeg een poos. In zijn binnenste scheen het een of ander om te gaan, dat hij niet dade lijk over zijn lippen kon brengen. Eindelijk slaak te hij een diepen zucht, en zeide hij met doffe stem«Is dat waar, wat gij mij daar zegt? Gij wilt gaarne iets doen, dat tot mijn bestwil zou zijn «Ik zag hem kalm en bedaaid aan. «Twijfelt gij aan de oprechtheid van mijn goeden wil?" «Nu dan," zeide hij, «wanneer gij het werke lijk goed met mij meent, ga dan hoe eer hoe liever op reis en kom hier nooit weer terug!" «Ik was zoo ontsteld over deze driftig uitge- stooten woorden, dat er geen enkel oogenblik de gedachte bij mij opkwam, dat zij een beteekenis konden hebben, die allesbehalve vijandelijk was. In mijne ontroering, terwijl ik mij van de bank oprichtte, kon ik niets anders uitbrengen dan het onbeholpen antwoord «Het schijnt nu toch, alsof het niet in ernst uwe bedoeling was, mij van uwe algemeene ziens wijze omtrent mijne sekse uit te zonderen. Maar om u te doen zien, dat ik het wel ernstig meende, toen ik zeide, u gaarne in een of ander opzicht aangenaam te willen zijn, vaarwel I Ik zal mor gen vertrekken, en gij zult mij nooit weerzien." «Bij die woorden groette ik hem met een hof felijke buiging, en daarna wilde ik hem voorbij- loopen en den terugweg naar het dal inslaan. Maar vóór ik dit doen kon, vatte hij mijn artn en hield hij mijn pols met zijn ijzersterke vuist omklemd. Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1897 | | pagina 1