BINNENLAND.
Muzelmannen is de verhouding aldaar zeer
gespannen.
De Clyde ontscheepte te Ivatiea 100 man der
Seafort-Ilighlander en brengt er daarna 500
naar Kandia.
Uit den thans bekend geworden tekst der
proclamatie van de admiraals betreflende de
blokkade blijkt, dat Grieksche schepen binnen
de grens der blokkade als vijandelijke schepen
zullen worden beschouwd, en dat op alle
Grieksche torpedo-booteu binnen de blokkade
limiet zal geschoten worden, zoodra zij binnen
het bereik der internationale schepen komen.
De Grieksche regeering heeft intusschen be
sloten bij de mogendheden te protesteeren tegen
de blokkade en alle verantwoordelijkheid voor
de gevolgen daarvan van zich te werpen.
Te Athene is men ongerust over de Sera,
die met proviand naar Kreta vertrokken, doch
niet teruggekeerd is.
Aan boord bevonden zich de vice-president
der Kamer Roma en de afgevaardigde Romano,
vroeger zaakgelastigde te Londen.
De insurgenten hebben de Turken aangevallen,
toen deze trachtten het fort Malaxa van levens
middelen te voorzien. Voor het vuur der Turk-
sche vloot moesten de opstandelingen wijken.
De admiraals hebben hun doen weten, dat
zij de Turken niet moesten hinderen in het
proviandeeren der lorten.
De Turksche schildwachten te Kanea beletten
de Christenen, zoo vreemdelingen als ingezete
nen, vrij door de straten te gaan. De plunde
ringen door hun geloofsgenooten daarentegen
laten zij toe.
Als opvolger van den heer Beelaerts van
Blokland vertrekt dr. Leyds de volgende week
uit Pretoria naar Holland.
Indien de Engelschen zich echter verheugen,
dat een zoo lastige raadsman van president
Kruger uit het land gaat, dan juichen zij wel
wat te vioeg. Immers, als zijn opvolger wordt
genoemd A. Fischer, lid van den Uitvoerenden
Raad van den Oranje-Vrijstaat, dezelfde die na
Jamesons inval te Pretoria kennis is komen
nemen van de cijfertelegrammen en andere
stukken, waaruit het complot bleek, en die
daarna in den Volksraad van den Vrijstaat in
verontwaardigde woorden zijn bevinding mede
deelde.
Nog altijd loopen er verontrustende geruch
ten over een naderend conflict in Zuid-Afrika.
Thans wordt uit Berlijn aan de Daily Netos
bericht, dat in de laatste dagen de verhouding
een zóó ernstig karakter heeft aangenomen,
dat de Engelsche regeering besloten heeft 50.000
man troepen naar de Kaap te zenden.
Daarentegen wordt te Berlijn verteld, dat de
hertog van Connaught, die te Berlyn vertoeft,
in last heeft keizer Wilhelm uit te noodigen,
zijn invloed op president Kruger aan te wenden,
om hem een meer verzoenende houding jegens
Engeland te doen aannemen.
Gemengde MededeelIngen.
De ex-ceremoniemeester Von Kotze is thans
door Keizer Wilhelm begenadigd. Maandag 1.1.
heeft hij de vesting verlaten, waar hij zijn
straf wegens duel onderging.
In de zaak-Arton zijn, volgers berichten uit
Parijs, tien afgevaardigden en twee senatoren
betrokken. De machtiging om hen te vervolgen
zal Zaterdag a. s. worden aangevraagd. Som
mige bladen zijn van meening dat er wel geen
proces zal komen, daar Charles de Lesseps en
Cottu, de voornaamste getuigen, zullen wei
geren mededeelingen te doen.
Intusschen is gisteren reeds de bekende jour
nalist Irenée Blanc door den rechter van
instructie Poittevin gehoord. Arton beschul
digt hem, dat hij in naam, doch buiten weten
van den senator Isaak, van hem (Arton) 10,000
francs heeft gevraagd en gekregen.
Een zeer bekend Servisch staatsman heeft
verklaard, dat Servië niets zal doen, wat den
toestand moeilijker zou kunnen maken. Aan
een Grieksch-Turkschen oorlog geloofde hij niet,
zells niet als er incidenten aan de grenzen
voorvielen. Servië gevoelt sympathie voor Grie
kenland, maar betreurt het, dat het niet met
Servië en Bulgarije tot overeenstemming heeft
trachten te komen over een gemeenschappe
lijke Balkan-politiek. Voor de regeling der groote
nationale vraag was de tijd nog niet gekomen.
Milan, die weer in groote geldverlegenheid
zit, valt zijn zoon nog steeds lastig om de ver
gunning zich in Servië metterwoon te vestigen.
De nieuwe gouverneur der Philippijnen, gene
raal Primo Riveira, vertrekt reeds den 27sten
met een bataillon zeesoldaten uit Madrid.
Prinses Sophie.
De Staats-Ct. van gisteravond, die in rouw
rand verschenen is, bevat het volgende bericht
betreffende het overlijden van H. K. H. Prinses
Sophie der Nederlanden.
»Het heeft Gode behaagd in den avond van
den 23sten Maart 1897 tot zich te roepen Hare
Koninklijke Hoogheid Mevrouw de Grootherto
gin van Saksen-Weimar-Eisenach, geboren
Prinses Wilhelmina Maria Sophia Louise der
Nederlanden.
»Een korte ongesteldheid maakte een einde
aan Haar dierbaar en nuttig leven.
»Hare Majesteit de Koningin verliest in Hare
Koninklijke Hoogheid eene veel geliefde Tante
en bovenal wordt Zijne Koninklijke Hoogheid
de Groothertog zwaar getroffen door het over
lijden van Iloogstdeszelfs hartelijk beminde Ge
malin."
Hedenmiddag te 2 ure heeft de Raad van
State een buitengewone vergadering gehouden.
Naar men verneemt, stond dit in verband
met het aanbieden aan H. M. de Koningin-
Regentes van een adres van rouwbeklig,
wegens het overlijden van prinses Sophie dei-
Nederlanden.
Uit Weimar meldt men:
Hoewel de Groothertogin in de laatste dagen
eenigszins ongesteld was geweest, kwam de
catastrophe toch geheel ouverwachts. De Groot
hertog is met den Erfgroothertog en -hertogin
Johann Albrecht van Mecklenburg nog des
nachts om drie uur por extra trein uit Berlijn
hier gearriveerd.
Gistermiddag kwam de schoonzoon de Hertog
van Mecklenburg.
Prinses Marie van Reusz is nu op reis naar
Italië en heeft waarschijnlijk eerst hedenmorgen
te Rome het bericht van het overlijden barer
moeder ontvangen, zoodat de Prinses op zijn
vroegst hier Vrijdag voormiddag verwacht
wordt.
Als dag voor de plechtige bijzetting van het
lijk der overleden vorstin is Maandag 27 dezer
vastgesteld.
De in het slot neergelegde condoleantielijst
was in korten tijd met honderden handteeke-
ningen; bedekt. Van alle zijden stroomde de
bevolking toe, om nog op deze wijze aan de
geliefde doode eer te bewijzen. Zeer talrijk zijn
ook de telegrafische betuigingen van deelneming
die van de vreemde hoven worden ontvangen
zoo van den Keizer en de Keizerin van Duitsch-
land, den Keizer en de Keizerin van Rusland,
de Koninginuen van Nederland, de Koningen
van Italië en België, de Duitsche Bondsiorsten,
allen in de warmste bewoordingen. Ook zijn
telegrammen ontvangen van president Faure
en van Bismarck.
Ook van vele inwoners van Weimar, die in
bet buitenland zijn, komen de bewijzen van de
hartelijkste deelneming en vereering. Ontelbaar
zijn die uit liet groothertogdom zelf, van de
stichtingen en alle anderen die weten van het
stille liefdadigheidsbetoon der vorstin, en in al
de betuigingen van smart, van staat en stad en
personen, keert diezelfde klank terug die trilt
in de woorden onze geliefde iandsmoeder is
dood, haar hebben wij verloren.
Tegen den begrafenisdag worden stellig ver
wacht, behalve de allernaaste bloedverwanten,
de Duitsche Keizer, de Koning van Saksen en
die van Wurtemberg. Of de Nederlandsche
Koninginnen zeiven hier in Weimar zullen
komen dan wel vertegenwoordigers zullen zen
den, was hier heden avond nog niet bekend,
Vertegenwoordigers van de Sehiller-Vereine
in Duitschland en Oostenrijk, het Goethe-
Gesellschaft en andere letterkundige en weten
schappelijke vereenigingen van Duitschland
zullen bij de plechtige uitvaart aanwezig zijn.
De Duitsche bladen wijden zeer waardeerende
aitikelen aan het afsterven van den Groot
hertogin van Saksen-Weimar.
Uiterst sympathiek zijn de woorden van de
Kolnische Zeitung, waarin er aan herinnerd
wordt hoe Bismarck de stad Weimar het
geestelijke middelpunt van Duitschland noemde.
De Vossische Zeitung is dankbaar gestemd,
vooral om wat de beschaafde vorstin voor
Goethe heeft gedaan.
sin Goethe en Schiller heeft deze Neder
landsche vrouw Duitschland lief gekregen",
eindigt het artikel.
De Neueste Nachrichten, het orgaan van Bis
marck, laat zich op dergelijke wijze uit: »In
de Groothertogin heelt Duitschland een bezie
lend middelpunt van het geestelijk leven en
streven verloren."
Mr. A. P. de lange,
het Twe^-" Kamerlid, van wiens ovei lijden
we meldv maakten, doceerde een reeks van
jaren de staathuishoudkunde en staatsinrichting
aan de burgerschool te Alkmaar, schreef de
politieke hoofdartikelen in de Alkm. Ct. en
trad, ook na zijn vestiging in Den Haag, meer
malen voor de kiezers op, om over de politieke
vraagstukken van den dag het woord te voeren.
Het Vaderl. deelt nog mede dat de heer
De Lange de schrijver was der Brieven van
Dirk Groen uit den Beemster, die in vroeger
jaren in dat blad voorkwamen. De heer De
Lange bezat uitnemende journalistieke quali-
teiten, maar besteedde aan dergelijken arbeid
alleen zijn snipperuren.
In den laatsten tyd was hij opgetreden als
directeur eener Petroleum-Exploratie-Mpij
waarvoor hij een reis naar Indië had onder
nomen. 't Schijnt, zegt Het Vad., dat die tocht
hem noodlottig is geweest, dat hij althans daar
de kiem eener kwaal heeft opgedaan, die hem
ten grave heeft gesleept.
Kiezers.
De volgende vraag komt voor in het WeeJc-
llad voor de Burgerlijke Administratie:
Gaat, door het niet betalen van den aanslag
in den hoofdelrjken omslag vóór 1 Maart, het
kiesrecht voor den gemeenteraad van dengene
die de belasting verschuldigd is, bovenbedoeld,
verloren
Voor de Tweede Kamer en de Prov. Staten
is dit niet het geval.
De redactie antwoordt: Kiezers voor Tweede
Kamer en Prov. Staten, die tevens ingezetenen
der gemeente zijn, zijn steeds kiezers voor den
gemeenteraad, ook al betalen zij hun gem. lelas-
ting niet. Slechts voor hen, die geen kiezers zijn
voor Tweede Kamer of Prov. Staten en hun
kiesrecht voor den Raad slechts zouden ont-
leenen aan hunnen aanslag in de gemeente
belasting, geldt de eisch, dat zij dien aanslag
ook voldaan hebben.
Eon onzer correspondenten schrijft ons:
Een persoon die zich als kiezer had aange
meld doch niet op de lijst geplaatst, liet ons
de kennisgeving zien hem door den Burge
meester zijner woonplaats toegezonden, zij was
per post als geadviseerde brief, met het motto
dienst verzonden, zoodat deze brief franco en
onbelast door den burgemeester verzonden,
evenzoo den afzender in handen kwam.
Wij begrijpen dus niet als men in alle ge
meenten hetzelfde voorbeeld volgt, dat de 22e
Maart voor de gemeentebesturen wegens de
verzending van zoovele aangeteeJcendc brieven
een dure dag kon zijn Of zou ook hier de
wet op verschillende wijze worden uitgevoerd
ArnhCt.)
Ontwerp voor liet Concept-program der
Anti-revolutionnaire Partij.
In de Standaard wordt thans het ontwerp
voor het Concept-program van Actie mede
gedeeld, dat het Centraal Comité der Anti-
revolutionnaire Paitij zich voorstelt aan de
Deputateii-vergadering voor te leggen altoos
na hierin vooraf al zulke wijzigingen te heb
ben aangebracht als, na kennisneming van de
opmerkingen der kiesvereeuigingen, noodzake
lijk zullen blijken.
Hieronder volgen de punten van het ontwerp
I. In zake dc Sociale tjnaestie.
A. Voor Arbeid en Landbouw beide
1. Ministerie van Arbeid en Landbouw (met Han
del en Nijverheid).
B Voor wat den Arbeid aangaat
1 Verplichte pensioenregeling voor loontrekkende
personen met aanvankelijke ondersteuning uit 's Rijks
schatkist.
2. Kegeling van het Arbeidscontract.
3. Maatregelen ter verbetering van den Woning
toestand.
4. Wet regelende de onteigening in het belang
der Gemeenten ten behoeve barer bevolking.
5. Uitbreiding en wijziging van het tarief van
invoerrechten op bewerkte artikelen.
C. Voor wat don Landbouw aangaat
1. Oprichting van kamers van landbouw, alsmede
van een raad van landbouw, door do landbouwers
zeiven gekozen.
2. Nadere regeling van het pachtcontrnct.
3. Afschaffing van den accijns op het geslacht.
4. Tijdelijke tegemoetkoming aan den graanbouw
door premieverlenging m verband met heffing van
invoerrechten.
II. In zake onderwijs.
A. Lager onderwijs:
1. Verhooging van de rijksuitkeering aan ge
meentebesturen en schoolbesturen.
2. Regeling van jaarwedden en pensioenen.
3. Exainen-commissien van overheidswege, onder
scheiden naar de opvoedkundige beginselen, waarvan
de onderscheidene groepen van scholen uitgaan.
4. Losmaking van het Vaccine-vraagstuk van de
School.
5. Bevordering van het Ambachtsonderwijs in ver
band met de invoering van het leerlingenstelsel.
B. Middelbaar Onder w ij s
1. Herziening van de wet op het Middelbaar Onder
wijs, o. m, leidende tot
a. Gelijkstelling van de diploma's der Overheids-
cn der Vrije Scholen.
h. Kijksuitkeering aan de Vrije Scholen op voet
van die aan de Gemeentescholen.
C. Hooger Onderwijs:
1. Afschaffing van het Privilegie, toegekend aan
de diploma's der Ovcrbcidsscholen.
2. Rijksuitkeering aan de Vrije Gymnasia op den
voet van die aan de Gemeente-Gymnasia.
III. In zake Justitie.
1. Herstel van het recht der Overheid, om den
moordenaar aan het leven tc straffen.
2. Opheffing van het verbod van onderzoek naar
het vaderschap.
3. Bescherming van het verwaarloosde kind.
4. Herziening van de militaire rcchtsbedeeling.
5. Nadere voorziening tegen de vcrvalsehing van
waren en oneerlijke concurrentie.
IV. In zake de Koloniën.
1. Onttrekking van de inlandsche Christenen aan
het Mohammedaansehe recht.
2. Bevordering van de Kerstening van Indie
a door het beschikbaar stellen van vaste uit-
keeringen aan de Bijzondere Scholen, en
h. door het steunen van de Medische Zending.
3. Tegengaan van de vergiftiging der bevolking
door Opium.
V. In zake de defensie.
1. Bezuiniging op het beheer.
1. Organisatie bij de wet van onze levende strijd
krachten, overeenkomstig art. 17 van ons Program
van Beginselenen in" afwachting hiervan voor
ziening in de behoefte aan bezettingstroepen.
3. Voortgaande verbetering van het kazerne- en
scheepsleven.
Aan dc besturen van de kiesvereenigingen aan
gesloten bij het Centraal comité van de anti-revol.
kiesvereenigingen is tegelijk met het ontwerp van
het concept-program een schrijven gericht waarin
o. ra. het volgende wordt gezegd omtrent het karak
ter van het Ontwerp.
Het bedoelt niet aan een straks optredend Kabi
net een regceringsprogram voor te schrijven, en zelfs
zou het, om als program voor eene ministerieele
meerderheid dienst te kunnen doen, tot een klein
program van urgentie moeten worden ingekrompen.
Het Centraal Comité is toch, bij de langzame wijze
van werken, die ten onzent op wetgevend gebied
bestaat, allerminst van oordeel, dat het van verre
mogelijk zou zijn een kleine dertig onderwerpen
in vier jaren tijds tot afdoening te brengen. Meer
dan twee groote wetten komen i'n éen parlementair
jaar gemeenlijk niet tot stand. Misschien mag zelfs
op afdoening van niet meer dan een zestal on-
derwerhen gerekend worden.
Toch zou men z. i. verkeerd doen, met ditmaal
slechts een zestal onderwerpen in zijn program te
schrijven. Bij de thans naderende stembus toch, is
het niet voldoende, slechts op hetgeen aanstonds
te doen zal zijn het oog te vestigen, maar behoort
men zich in breederen zin uit te spreken over het
geen gewenscht zal zijn voor geheel de nieuwe
periode, die ons staatkundig leven tegemoet gaat.
Bovendien is in de Kamer elke partij verplicht, zoo
wel met het recht der regeering, om zelve haar werk
program vast te stellen, als met het oordeel der
andere partijen rekening te houdenreden waarom
zulk een Program van Actie zekere rekbaarheid
moet bezitten, teneinde keuze te laten; iets wat
vooral klemt bij een partij als de onze. Moge toch
al voor eene partij, die uitzicht heeft, zonder
anderer hulp, de meerderheid in het Parlement
te vormen, het aanstonds opsteUen van een eng be
perkt program van urgentie geoorloofd zijn;
in dat geval verkeert onze partij stellig niet.
De vierde opmerking eindelijk geldt de volg
orde en beperking van het Program.
Het Centraal Comité oordeelt, dat van de vier
groote vraagstukken, die op den voorgrond treden,
ditmaal dc eerste rang moet toegekend aan de
Sociale quaestie, en dat zelfs de onderwijsquaestie
niet dan in de tweede plaats mag komen.
Daarom blijft de „Electorale quaestie thans
rusten. Van het kiesrecht zwijgt het ontwerp geheel.
Niet, alsof de anti-revolutionnaire partij zich met dc
thans ingevoerde wet duurzaam zou kunnen ver
zoenen. Een wet, die in haar individualistischen
grondslag rechtstreeks tegen onze beginselen ingaat
en kiesrecht nog altoos zijdelings aan belasting kop
pelt, kan haar niet blijvend bevredigen. Herziening
van art. 80 der Grondwet blijft daarom onze leuze.
De kieswet intusschen nu reeds te willen aantasten,
zou voorbarig en onvoorzichtig zijn.
En evenmin kan er sprake van zijn, om thans do
kerkelijke quaestie aan de orde te stellen. Onze
Christelijke overtuiging op dit punt ligt in art. 20
van ons program uitgesproken; maar zoolang deze
overtuiging bij geen der andere partijen weerklank
vindt, kan een kleinere partij, als de onze, dit punt,
waarvoor eveneens grondwetsherziening noodig zou
zijn, kwalijk op haar program van actie brengcu;
te minder overmits een vraagstuk als de Sociale
quaestie thans in do eerste plaats aller aandacht
vraagt.
De Stand, deelt tevens mede, dat de Depu-
taten-vergadering verschoven is op Donderdag
29 April.
Het Soer. llhld. verneemt dat generaal Vetter
zijn voornemen heeft te kennen gegeven in
het naj'aar den dienst te verlaten.
Door Gedep. Stalen der provincie Zuid-IIol-
land zijn benoemd tot leden en plaatsvervan
gende leden vau de raden van beroep voor de
uitspraak op bezwaarschriften betreffende de
personeele belasting, de volgende heeren:
Voor den Raad, standplaats hebbende te
Rotterdam: lid mr. A. J. Bik te Rotterdam,
plaatsverv. lid G. W. Lans te Capelle a'd. IJsel
te 's-Gravenhage, lid mr. G. Stemberg, te Delft,
plaatsv. mr. D. N. Brouwer; te Leiden, lid
N, D. Kennink te Alfen, plaatsv. D. van Oordl
te Leiden; Dordrecht, lid J. Leis teAlblasser-
dam, plaatsv. H. Bos te Sliedrecht. -
Het comité tot »bescherming van den natio-
nalen arbeid, landbouw en nijverheid" heeft
een circulaire verzonden, waarin er op aange
drongen wordt, het comité bij zijn streven om
ons land voor verderen achteruitgang te be
hoeden, te steunen. Naar men weet, ziet het
comité geen ander middel tot uitkomst dan
eene herziening en uitbreiding van ons tarief
van invoeri echten. De ai gumenten daarvoor
worden nog eens met een enkel woord aange
stipt.
Aan het slot der circulaire vindt men be
halve de namen van de leden van het comité
een opsomming van personen, die zich reeds
als lid hebben opgegeven, in liet geheel ten
getal van 67, waaronder de leden van de Tweede
Kamer A. P. Staalman en B. L. Tydens.
Te 's-Gravonhage is plotseling overleden de
heer W. Irish Stephenson, gepensionneerd
luitenant-kolonel der artillerie, in den ouderdom
van 57 jaar.
De overledene begon zijne militaire loopbaan
in 1854 als cadet bij de Ivon. Mil, Academie.
Ilij werd in 1858 benoemd tot 2e-luitenant en
in 1860 tot le-luitenant. Ais zoodanig werd
hij in 1866 gedetacheerd bij de Pyrotechnische
School. Na in 1870 te zijn bevorderd tot kapitein
3e kl. werd hij het volgende jaar tot chef van
de werkplaatsen dier School benoemd, van welke
functiën hij met ingang 1 Mei 1875 op verzoek
eervol werd ontheven, onder betuiging van
tevredenheid over den ijver, waarmede hij zoo
geruimen tijd in die functiën was werkzaam
geweest. Van 1879 tot 1881 was hij gedefa-
eheerd bij de Artillerie-Stapel- en Constructie-
Magazijuen en belast met de functie van kapitein
van het materiëel. In 1887 volgde zijne benoe
ming tot majoor. Zjjne pensionneering dagtee-
kent van 1 November 1892.
Tegen Zondag a. s. worden opgeroepen alle
katholieke bakkerspatroons en gezellen uit
Nederland te Utrecht, ten einde door dr. H.L
A. M. Schaepman en den heer G. W. Konings,
pastoor te Amsterdam, het nut van vereeni
gingen en van het stichten van katholieke
bonden, in den geest en volgens den wil van
paus Leo, te hooren bepleiten en zich aan te
sluiten aan den Ned. Roomsch-Kath. Bakkers-
bond.
OVERSCHEE 24 Maart. Het rundvee van den
landbouwer R. A. De Kroes, in do Dorpsstraat, is
gezond verklaard. Men is begonnen met de ontsmet-
tpag en bet schoonmaken der stallen.