5f* jaargang.
N°. 9303.
Eersfe Blad.
De BloMe Vmm van ÜMenriei.
Zondag 25 en Maandag 26 April 1897.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen,
uitgeverTh. j. c. roelants.
FEUILLETON.
GRAANRECHTEN.
BINNENLAND.
Eene colonne uit Indrapoeri over
rompelde Sirum in het gebergte van
Lamleot. De vijand liet 16 dooden en
wapenen achter. Wij hadden 6 gewon
den. In Leliong is het nu rustig. Drie
compagnieën houden het bezet.
Wordt vervolgd.)
AB0ssEM®jn;sPEijs tooi Schiedam, pst kwartaal f 0.90
n omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlpe nommers- 0.02
BlSFlUi BOTEKSTÏEAAT ÏO, Tcleplioon Ao. 123.
Advertentieprijs: van 1—5 gewone ïegcls met inbe
grip van cene Courantf 0.52
Iedere gewone regel meer- 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Door de Vereeniging sliet Vrije Ruilverkeer",
gevestigd te 's-Gravenhage, welke vereeniging
zich ten doel stelt beschermende rechten van
welken aard ook, te bestrijden, wordt in den
laatsten tijd met groote energie gewerkt ter
bereiking van haar doel.
Op ruime schaal verspreidt zij geschriften,
die de door haar voorgestane beginselen wereld
kundig maken moeten.
Geen wonder, dat zij, nu de verkiezingen
van Juni al zeer naderen, zich tot dubbele
krachtsinspanning gedreven acht, blijkbaar van
oordeel, dat een van de eerste dingen, waarom
het in de nieuwe Kamer zal gaan, zal zijn, het al
of niet in het leven roepen van beschermende
rechten.
Zonder nu in deze het absolute standpunt in
te nemen, hetwelk sommigen doen, gelooven
wij toch, dat er in de gegeven omstandigheden
geen reden is, welke ook, om eenige industrie
of eenig bedrijf in het bijzonder te helpen door
het heffen van beschermende rechten, met
name in ons land, dat in zeer eigenaardige
positie als klein rijk geplaatst is.
Uiterst onbillijk in hare werking hebben ons
echter bij uitstek die maatregelen toegeschenen
welke om den landbouwer zoogenaamd te be
schermen, van verschillende zijden reeds aan
geprezen zijnhet heffen van graanrechten.
Wij achtten dit steeds en doen dit nog de
meest hatelijke en meest ondoeltreffende wijze
om een tak van bedrijf tot vroegeren bloei te
brengen, omdat hier juist zoo absoluut zeker
is na te gaan, dat de nadeelen door het alge
meen te lijden zeer belangrijk zjjn, terwijl de
voordeelen fictief blijken.
In verband daarmede namen wij met ge-
Boegen kennis van een van de jongste uitgaven
van bovengenoemde vereeniging, bevattende een
schema van een voorstel van wet, voor het
geval dat uitvoering gegeven werd aan de
wenschen van de voorstanders van graan
rechten.
Ten einde aan onze lezers klaar te doen
uitkomen, welke de onvermijdelijke uitwerking
van zoodanige rechten zouden zijn, laten wij
hier dat geheele schema volgen, waarvan wij
oordeelen, dat niemand het rechtstreeks zal
kunnen bestrijden.
Wij verwachten, dat velen, in den waan dat
het in het Buitenland, ondanks graanrechten,
voor den kleinen man beter is gesteld dan
hier te lande, daardoor uit den droom geholpen
zullen worden, wat wij van te meer belang
oordeelen, omdat zeer zeker, komt er een half- of
heel-protectionistische meerderheid in de nieuwe
Kamer, het heffen van graanrechten een der
eerste regeeringsdaden zal zjjn.
Roman van
Eufemia gravin von Adlersfeld—Ballestrem.
22)
Ik bedoel, voegde zij er aarzelend bij, ik bedoel
en zij brak haar zin met een blik op Oxen-
stierna's ondoordringbaar gelaat af, wat voldoen
de bcteekenis moest hebben naar hare meening,
doch de kanselier zeide rustig en onbevangen
Ik geloof mij zeer duidelijk uitgedrukt ta hebben.
Dan blijft mij geen twijfel over, antwoordde
Christine, en zij reed weg, terwijl Oxenstierna
naar de tent des konings ging met het vage ge
voel, dat de woorden, die hij met eene goede be
doeling had uitgesproken als onkruid konden op
groeien. Zoude hem de verantwoordelijkheid treffen,
wanneer dit inderdaad 't geval was?
Zij zal niet zoo dwaas zijn dat te doen, mom
pelde hij, plotseling eene gedachte krijgende, die
hem als een tweesnijdend zwaard trof en een
onaangenaam gevoel bij hem verwekte.
Christine was slechts een paar honderd schreden
van het kamp verwijderd, toen zij een jongen man
uit haar geleide tot zich wenkte en met hem
vooruit reed.
Luister goed naar mii, Peter, zeide zij in 't
Czechisch tot hem, want hij was een van hare
dienaren die haar uit Weenen naar Dresden was
gevolgd, toen zij in het huwelijk trad. Wilt gij
gaarne een goed stuk geld verdienen, meer dan gij
in jaren hebt verdiend?
En juist met het oog hierop, zonder nog
absoluut verwerpelijke van ek en bescher
menden maatregel thans te willen veroordeelen,
meenen wij dat het zijn nut heeft ook in rui
mer kring het blaadje bekend te maken; dat
het volgende ironische schema geeft:
Overwegende
dat, door den achteruitgang der graanprijzen,
de grondeigenaars in den laatsten lijd de waarde
van hun bouwgronden hebben zien dalen tot
de prijzen, die ze waard waren voor circa 30
jaren
dat door diezelfde oorzaak ook de pachters,
zoolang hun pacht loopt, niet kunnen bestaan
Overwegende, dat het dus raadzaam is, de
grondeigenaars en pachters geldelijk te steunen
Overwegende dat het bovendien wenschelijk
is, de inkomsten van de schatkist te stijven,
met het oog op de hooge eischen, die tegen
woordig aan den Staat gesteld worden, terwijl
het moeielijk zal zijn het noodige door directe
belastingen te krijgen van de meer vermo
genden
Overwegende dat voor al het hierboven ge
noemde waarschijnlijk 14 millioen gulden 's jaars
noodig zullen zijn;
Overwegende dat het billijk is, dat in die
millioenen, die noodig zullen zijn voor uitkee-
ring aan grondeigenaars, pachters en den Staat,
worde bijgedragen door alle inwoners van
ons land, ook door minderjarigen, een g e 1 ij k e
som van circa f 3 per hoofd en per jaar, dus
een hoofdgeld, onverschillig of zij rijk of arm zijn;
Overwegende echter, vooreerst dat de juiste
repartitie, van hetgeen elk der genoemde be
langhebbenden zou moeten ontvangen, aan be
zwaren onderhevig zou zijn; en ten tweede:
dat de invordering van zulk een hoofdgeld van
onvermogenden omslachtig zou zijn, en vele
oninbare posten zou opleveren; en dat al die
moeielijkheden worden weggenomen door het
heffen van een inkomend recht op graan en
meel, waardoor de minvermogende in den hoo-
geren prijs, dien het brood zal gaan kosten,
ongemerkt dit hoofdgeld zal moeten betalen,
ook al zou hij anders onwillig zijn
Overwegende, dat een onkundige misschien
zou meenen, dat het onbillijk is, een gelijke
som van belasting en wel op de eerste levens
behoefte te heffen van den armste en van den
rijkste, terwijl de minvermogende in verhou
ding meer brood en meelkost eet dan de meer-
gegoede, en dus per hoofd meer zal betalen
maar dat dit alles integendeel juist nuttig is
voor de minvermogenden, omdat zij op die
wijze gedwongen worden, omof, door nog
harder te werken dan zij nu doen, meer te
verdienenof, wanneer hun dit niet gelukt,
zich te oefenen in zelfbeheersching door hun
uitgaven in te krimpen, ook al geschiedt dit
door het gebruik van minder of minder goed
voedsel
Overwegende, dat men mag vertrouwen, dat
Nu wat gaarne, antwoordde de knaap met fonke
lende oogen.
Nu goed; hier heb ik een brief, dien gij aan
den generalissimus graaf Tilly moet bezorgen.
Die ligt bij Maagdenburg, niet waar? vroeg Peter.
Juist, den brief moot gij in handen van den
generalissimus afgeven. Voor hij in andere handen
kan vallen moet gij hem vernietigen of verbran
den. Gij zult duizend gulden krijgen, indien gij hem
goed overbrengt, vorstin Maria te Weenen zal u
die uitbetalen, want ik wil niet, dat gij te Dresden
terugkeert. Gij laat u door graaf Tilly een bewijs
geven dat gij den brief goed hebt overgebracht en
voor dit bewijs zult gij dan uw geld kunnen beuren.
Peter knikte slechts, want hij was niet onvlug
van begrip, en stak den bewusten brief bij zich
waarop hij rechtsomkeert maakte en zoo snel bij
kon voortreed.
Ik heb Peter nog eens naar 't legerkamp terug
gestuurd, zeide zij tot de anderen, te Leipzig zal
hij ons weer ontmoeten.
Doch wie zich in Leipzig niet zien liet, was
Peter en de veronderstelling, dat hem een onheil
was overkomen, of dat een verdwaalde kogel hem
getroffen had werd weldra het vaste geloof van
zijne makkers, die met hunne meesteres na lang
oponthoud eindelijk de huisreis aanvaarden.
Meer dan tien dagen waren sedert de terugkomst
van Christine verloopen, dagen, die zij in koorts
achtig ongeduld doorbracht en die haar toeschenen
geen einde te zullen nemen.
De jonker had haar met de meeste liefde ont
vangen en met zulk een innigheid begroet, dat
zelfs een steen van de diepte zijner liefde zou
overtuigd zijn geworden, maar Christine lette daar
niet op.
Dat was uw eerste en laatste dergelijke reis(
ook de minvermogende voor zich zelf en voor zijn
vrouw en kinderen gaarne per hoofd f 3 's jaars
zal geven ten behoeve van de meervermogende
grondeigenaars en pachters, in het vertrouwen
dat deze laatsten dit aan hen, minvermogenden,
zullen teruggevenwant dat die meervermo-
genden, door het ontvangen van dit geld, in
staat gesteld worden meer te verteren voor
zich zeiven en daardoor meer te laten verdienen
aan anderen; terwijl men mag vertrouwen, dat
de minvermogenden zoo verstandig zullen zijn,
om niet hooger loon te vragen wegens het
duurder worden der eerste levensbehoeften,
omdat dan de nijverheid zou gaan kwijnen, en
daardoor het werk zou verminderen
Overwegende, dat soortgelijke maatregelen
later kunnen genomen worden, wanneer andere
takken van bestaan, zooals van scheepseige
naren, handelaars etc. mochten gaan kwijnen
maar dat het beter is, zich voorloopig te be
palen tot ondersteuning van de bovengenoemde
grondeigenaars en pachters, en tot stijving van
de schatkist.
Dan volgt het Wetsvoorstel, waarbij een
inkomend recht geheven wordt van
(zie voorstel Bahlmann.)
f 1.20 per 100 Kilo op Tarwe
0.60 op Rogge, Gerst
2.40 t op Meel.
Door dergelijk ironisch schema te geven
gelooven wij dat zeer stellig de zaak van de
bestrijders van graanrechten meer gebaat wordt
dan door ellenlange theoretische vertoogen, ook
al moge nu hier en daar iets tegen het aan
gevoerde zijn in te brengen.
Daarom deed het ons genoegen, dat juist nu
dit «schema van w#t" verscheen, nu alom in
den lande eandidaten voor de nieuwe Kamer
worden geproclameerd.
Afjeh.
De correspondent te Batavia van de 2V. E. Ct,
seint onder dagteekening van gisteren
Do bevolking In 1898.
De maandcijfers, uitgegeven door de Centrale
Commissie voor de statistiekgeven enkele
mededeelingen over den loop der bevolking
des lands in het vorige jaar.
liet getal geboorten met de levenloos
aangegevenen was 167846 of 3458 meer
dan gemiddeld in de vijf laatste jaren. Er
waren 7527 levenloos aangegevenen onder
had hij gezegd; welk een zorg en angst heb ik
om uwentwil gehad en welke verwijten heb ik mij
gemaakt mijne toestemming gegeven te hebben.
Zij kon daarop geen antwoord geven, het was
haar volkomen onverschillig wat hij tot haar sprak.
Ten slotte moest ook bij dat merken, want wat
hij te voren steeds om haar te verdedigen toe
geschreven had aan hare koele, teruggehoudeno
natuur, na deze onzalige reis kwam er een oogen-
blik, waarin hij tot zich zeiven moest zeggen, dat
zij niets voor hem was, heelemaal niets.
En zoo stond bij op een zekeren dag tegenover
haar, toen zij voor 't open venster zittend naar
buiten zag in do avondschemering en een roos
ontbladerde, wier roode bladeren als bloedvlek
ken op haar wit kleed lagen.
Die vergelijking moest hij bij zichzelven maken
en het werd hem in hare nabijheid onaangenaam,
hij wist niet waarom, want ze was zoo schoon als
een engel des lichts.
De dag neigt zich ten einde, zeide hij diep adem
halend. Kom, laten wij eene wandeling gaan doen
door den tuin.
Zij knikte met het hoofd van neen.
Ik ben moede, zeide zij onverschillig.
Christine, Christine, waarom zijt gij mijne vrouw
geworden, wanneer gij geen woord van liefde voor
mij hebt barstte hij smartelijk los.
Wat Vraagt gij dat wonderlijk? antwoordde zij
koel en onbewogen. Heeft uwe zuster u niet dik
wijls genoeg gezegd, dat ik geen hart heb?
Doch voor hij antwoorden kon, weerklonken
buiten in de gang schreden, de deur werd open
geworpen en de chef van de keurvorstelijke garde
trad, gevolgd door een aantal gewapende mannen,
binnen.
Verwonderd trad Frans Albrecht lien te gemoet
begrepen, zoodat 160,319 in de geboortere
gisters werden ingeschreven, slechts 2198 meer
dan in 1895, toen de vermeerdering 3408 be
droeg boven 1894.
Daarentegen is de sterfte in 1896 aanzien
lijk lager geweest dan in 1895 en vorige jaren.
Na aftrek der levenloos aangegevenen was het
cijfer der overledenen slechts 84,285, terwijl
het van 1892189G gemiddeld 89,630 was.
liet bedroeg 5700 minder dan in 1895, dat
ook een gunstig jaar was, en 13,200 minder
dan in 1892, toen o. a. de inlluenza zoovele
slachtoffers heeft gemaakt.
Het overschot van geboorte boven sterfte
was dan ook 76,034 tegen 68,123 in 1895 en
51,184 in 1892.
Clirist.-IIist. Kiezersbond.
Woensdag had te Utrecht de eerste alge-
meene vergadering plaats van den Ciiristelijk-
Historischen Kiezersbond. Na opening met
gezang, gebed en toespraak van den voorzitter
van het hoofdbestuur, prof. Van Leeuwen, bleek
uit het verslag door den secretaris uicgebracht,
dat de Bond 93 afdeelingen telt en in 51 dis
tricten vertegenwoordigd is. Het aantal leden
der reeds opgerichte afdeelingen en dat van
enkele, die nog georganiseerd worden, bedraagt
ongeveer 9000. Het doel der vergadering was
hoofdzakelijk om een gedragslijn te bepalen,
die door de afdeelingen van deu Bond bij de
aanstaande verkiezingen gevolgd moest worden.
(U. B.)
Congres to Delft.
In de feestelijk versierde comediezaal van
Stads Doelen te Delft opende de* voorzitter
van het Genees- en Natuurkundig congres
gisteren de algemeene vergadering met een
welkom aan de aanwezige gasten, de dames,
den burgemeester van Delft, de leden en de
deelnemers. Van de beide ministers was bericht
ontvangen dat zij verhinderd waren te komen.
Na een inleidend woord over de geschiedenis
der Polytechnische Schooi, behandelde spr. het
onderwerp: Openbaar vei keer.
Vervolgens overhandigde prof. Stokvis, als
voorzitter der Fondscommissie, in schoone be
woordingen de Borneomedaille, waarop dr. Büt-
tikofer antwoordde.
Prof. C. A. Pekelharing zette in de tweede
voordracht uiteenhypothesen aangaande de
scheikundige samenstelling der levende stof.
In zijn kort verslag over het 10-jarig be
staan van 't congres, deelde de secretaris mede
de ondersteuningen, die verschillende weten
schappelijke ondernemingen in ons land gehad
hebben, gedurende de laatste twee jaar. Het
aantal leden van het congres bedraagt 1080.
Het batig saldo blijkt dit jaar weer f 1000
ongeveer te zijn, en het fonds beschikt over
een som van ongeveer f 6500.
Hierna werden eenige nieuwe aanvragen om
ondersteuning in behandeling genomen. Heden
met een marmerbleek gelaat sprong Christine op,
zoodat de bloedroode rozenblaadjes op den grond
vielen.
In naam van den keurvorst neem ik u gevangen
jonker van TJimenried.
Deze deed verbaasd eene schrede terug.
Op welken grond, kapitein? vroeg hij rustig.
Gij zijt van hoogverraad aangeklaagd.
Ik? Van hoogverraad? Droom ik dan? ant
woordde Frans Albrecht.
In plaats van eenig antwoord te ontvangen,
haalde de chef van de garde een papier voor den
dag en reikte het den jonker. Het duizelde hem
voor de oogenhij zag zijn eigen handteekening
en daarover heen geschreven de woordenSaksen
heeft een verbond gesloten met Zweden en heeft
het verdrag met den keizer verbroken.
De generalissimus van het keizerlijke leger, graaf
Tilly, zond dit schrijven aan mijnen meester met
verzoek om opheldering, zeido de chef van dc
garde somber. Neem afscheid van uwe gemalin,
jonker van UIraenried, want ik vrees, dat uwe
zaak slecht staat.
Ik vrees 't ook, antwoordde Frans Albrecht zacht,
en hij zag als verlamd naar de regels schrift, die
hij herkend had, als door Christine's hand te zijn
geschreven. Toon trad hij op haar, die als ver
steend stond, toe.
Vaarwel, zeide hij verder niets
Dan volgde hij kalm en met opgeheven hoofd
den kapitein de deur werd dichtgeslagen, do
schreden klonken weg in de gang het werd
stil, stil in 't geheele huis.
Dat heb ik niet gewild, dat niet, bij den Almach-
tigen God, dat niet, kreet Christine en bewusteloos
stortte zij ter aarde.