N°. 9353
ST jaargang.
Vrijdag 25 Juni 1897.
GROOTVADER.-
ONZE TIJDINGZAAX.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
UITGEVER: H. J. C. RÖELANTS.
AFKONDIGING.
KENNISGEVING.
De Burgemeester van Schiedam,
FEUILLETON.
Burgeravondschool te Schiedam.
Morgenavond ter gelegenheid van
de herstemming voor leden van de
Tweede Kamer zal onze Tijdingzaal
weder geopend zijn van zeven ure des
avonds tot na sluiting van het tele
graafkantoor alhier.
Eveneens zal de Tijdingzaal des Za
terdags geopend zijn.
Wij hebben weder maatregelen ge
troffen waardoor met den grootst
mogelijken spoed van alle districten,
waar eene herstemming zal plaats
hebben, ons de uitslag wordt toege
zonden.
Ook ditmaal is deze officieusde
officieele uitslag kan eerst Zaterdag
in den loop van den dag bekend zijn.
Daar echter op 15 Juni gebleken is,
dat de officieuze uitslag zeer te ver
trouwen iszal men morgenavond
reeds met stelligheid een overzicht
kunnen krijgen van de samenstelling
der a. s. Tweede Kamer.
Mogen wij ten slotte het publiek,
dat gelijk men weet zonder eenige
uitzondering toegang heeft, beleefd
verzoeken om zooveel mogelijk circu-
leerend te blijven.
De ruimte van de Tijdingzaal gedoogt
niet, dat een vijftigtal menschen den
ganschen avond op post blijvende
overigen ondervinden daarvan de na-
deelen.
Wij verwachten, dat deze enkele
heusche opmerking voldoende zal zijn.
Per bulletin deelen wij onzen lezers
den uitslag der herstemmingen mede,
zoodra dit mogelijk is.
BUITENLAND.
I
1
iBOKSMBOTSPaiJS vost Schiedam. per kwartaal 90
b omliggende plaatsen, p. kwart -1.05
franco per post, p. kwartaal. 1.30
0.02
Afeoaderlijke nommers.
BUREAUBOTERSTRAAT fO, Teleplioon Ko. 133.
ADvERTESTrErBijs: van 1—5 gewone regels met inbe
grip van eene Courantf 0 52
Iedere gewone regel meer - 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Verkiezing Leden van den Gemeenteraad.
BURGEHEESTER. EN WETHOUDERS VAN SCHIEDAM
brengen ter openbare kennis, dat door den Raad dier
gemeente is vastgesteld de volgende
VERORDENING, houdende aanwijzing van de
stemlokalen in de kiesdistricten van de
gemeente Schiedam voor de verkiezing
van leden van den Gemeenteraad.
Eenig Artikel.
Het stembureau, tevens hoofdstembureau, voor
het eenige stemdistrict, waaruit KIESDISTRICT I
bestaat en dat omvat:
het deel der gemeente liggende ten Westen van
de lijn loopende van de grens der gemeente Kethel
over de 's Gravenlaridsche kade (verlengd tot die
grens) door de Noordvestgracht en Noord vest over
het midden van de Smt-Anna-Zusterstraat, de
Scliie, de Kreupelstraat, de Lange Kerkstraat, de
Gedempte Baansloot en de Laan, tot .voorbij het
"Willemshofje, langs de Oostelijke grenzen van de
kadastrale perceelen B nrs. 2845, 28cG, 2316, 2317,
2318 en 2124 tot de Hoogstraat, over liet midden
daarvan tot de Koemarkt, en ten noorden van de
lijn aanvangende bij voormeld eindpunt en gaande
over de Koemarkt, Gerrit-Verboonstraat, Oranje
straat, Nieuwe Haven en Vlaardingerdijk tot de
grens van Vlaardinger-Ambaeht,
zal gevestigd zyn in het Kaadhuis
het stembureau, tevens hoofdstembureau, voor
het eeuige stemdistrict, waaruit KIESDISTRICT II
bestaat en dat omvat:
het deel der gemeente liggende ten Oosten van
eerstgemelde lijn en ten Noorden van den Rotter-
damschen dijk,
zal gevestigd zijn in den St. .Toris-Doele
het stembureau, tevens hoofdstembureau, voor
het eenige stemdistrict, waaruit KIESDISTRICT III
bestaat en dat omvat
bet overigs deel der gemeente,
zal gevestigd zijn in het aeaaeente-G-ymnas-
tieiilohaal.
En zal hiervan afkondiging geschieden waar het
behoort.
Gedaan te Schiedam in de openbare vergadering
van den Gemeenteraad van den 22sten Juni 1897.
Se Burgemeester,
VERSTEEG.
De Secretaris
"VERNÈDE,
En is hiervan afkondiging geschied op heden den
2isten Juni 1897.
Burgemeester en wethouders van Schiedam,
"VERSTEEG.
Se secretaris,
VERNÈDE.
Brengt bij deze ter kennis van de ingezetenen:
Dat het kohier van de Personecle belasting No. 7
Roman door Jonas Lië.
24)
Nu zag men al spoedig da verschillende villa's
en landhuizen te voorschijn komen, vele met ver
lichte vensters, maar de meeste al donker en leeg.
Daar doken op, Rjönigs ïEriedhem" en Thorsens
ïSorgenfrei, schitterend verlicht, daar had men
bepaald gasten een partij misschien.
En daar verrees uit de schaduw Wingaard en
Cos groot, oud landhuis, met zijn zware, hooge
hoornen Het was, alsof die lichtjes, die nu
al meer en meer uit het donker te voorschijn
ktvamen, een eigenaardigen tint wierpen op het
gesluierde gezicht van Stephanie.
"Zeg, Stephanie," zei de arts en bleef plotseling
voor haar staan, izonderling, maar ik kan den
heelen avond de gedachte niet van mij zetten,
hoeveel ongelukkige huwelijken zouden er daar nu
welzijn, waar dia schitterende lichten nu zoo vroolijk
branden."
r IX
De arts was voor de derde en laatste maal op
Solid geweest en had daar alles in orde gebracht
en deuren en vensters goed gesloten, en het huis
n de stad had nu na het zomerreces en de zomer-
onrust ook weer zijn gewone aanzien.
Men had in de woonkamer reeds de lamp aan
gestoken en de dokter was juist teruggekeerd, toen
er gsbeld werd en Wingaard binnentrad.
dezer gemeente, iver het dienstjaar 1897. door den
!>eer directeur der directe belastingen te Rotterdam
op den 22n Juni 1897 executoir verklaard, op heden
aan den ontvanger eer directe belastingen, ter invor
dering is overgemaakt.
Voorts wonlt bij deze herinnerd, dat een lederver»
plicht is, zijnen aanslag op den bij den wet bepaalden
.oet te voldoen; alsmede dat heden de termijn van
-es weken ingaat, binnen welken de reclames tegen
dezen aanslag behooren te worden ingediend.
L'n is liieivan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den 2isten Juni 1897.
De burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
De aanmelding van nieuwe leerlingen, die
minstens 12 jaar oud moeten zijn, kan door
ouders of voogden geschieden op Woensdag;
1 September 1897, des avonds tusschen O
en 8 uur in het gebouw der Hoogere Burger
school.
Het toelatingsexamen wordt gehouden
op illoitdcrdag 2 September daaropvol
gende, des avonds 7 uur.
De Directeur der Burgeravondschool,
J. A. HÏNGMAN.
1Z00, zoo, welkom weer in de stad. Ik hoorde
Zondag eerst, dat je weer thuis waart en nu reeds
veertien dagen hier huist, is 't niet?" vroeg hij
zich tot Gunnar wendende.
»Nu, in deze saison zal ik u niet, met welke
muziekmakerij ook, plagen, mevrouw Grunth
daarover kunt u gerust zijn. Men is wel zoo ga
lant en verzoekt mij wel iets te presenteeren en
het vleit mij natuuilijk wel dat ze bier in de stad
niets schijnen te kunnen uitvoeren zonder consul Win
gaard. Maar ik dank er voor, ik moet op mijne
zenuwen passen.
>Ik dacht er eigenlijk aan je te verzoeken, dat
je mij eens een recept zoudt geven of een leefwijze
voorschrijven voor mijn ellendige zenuwen, Grunth,
Zij zijn zoo slap als uiteengerafelde touwtjes,"
klaagde Wingaard.
jQcb, wat zal ik je zeggen. Mij dunkt, je kunt
nog al tevreden zijn over je zenuwen. Al die
partijen, waar je de lion zijt, "t is geen gekheid.
«Dank je. Hier in de stad heb je lui, die je
ontzien moet. Je hebt je eenvoudig aan allerlei dingen
te onderwerpen. Maar intusschen voel je het maar
aan je gestel, je ergert je, verveelt je, je maakt
je boos, raast, tiert soms, enz, enz."
jNu," zei de dokter, strek dan naar een klooster
daar heb je het kalm en laat ons de stad." Gun
nar lachte luidkeels.
bJuist, wat ik wel eens tegen mij zeiven zeg.
Ik denk weieens over een badkuur of iets van dien
aard. Vroeg of laat, zal 't er toch toe moeten
komen
sik kwam eigenlijk jullie een visite brengen,
omdat ik licht bij je opzag en dacht: zij schijnen
thuis te zijn. En nu blijf ik me hier zitten en
houd je gezellig bezig met mijn misères
Algemeen overzicht.
Schiedam, 2-1 Juni '97.
Evenals bij ons te lande, is ook bij onze
zuidelijke stamgenocten de persoonlijke dienst
plicht een vraagstuk, waarover reeds heel wat
is gediscussieerd.
Nog gedurende het bewind van het tegen
woordige ministerie heeft deze quaestie er aan
leiding toe gegeven, dat de minister van oorlog,
generaal Biassine, door zijn ambtgenooten is
losgelaten. De generaal wilde een ontwerp in
dienen tot reorganisatie van het leger, waarbij
de afschaffing der plaatsvervanging werd voor
gesteld. Het gevolg is geweest, dat Brasine,
geen steun vindende bij zijn collega's, is heen
gegaan, en dat de minister van spoorwegen
Vandenpeereboom nog steeds ad interim de
portefeuille van oorlog voert. Geen enkel officier
toch was, na Brassine's aftreden, te vinden voor
de taak van minister van oorlog.
Eenige weken geleden nu is te Brussel de
groote betooging gehouden ten gunste van den
p "soonltjken dienstplicht.
Een adres werd aan den Koning overhan
digd, en deze antwoordde daarop vrijmoedig,
dat hij vóór afschaffing der plaatsvervanging
was, maar dat ten slotte de natie over haar
eigen lot besliste.
Dat die verkla, 'g vele clericalen zeer heeft
gehinderd, was tc begrijpen, en in de anti
militaristische pers heeft men in dit verband
zelfs het woord staatsgreep" kunnen lezen,
Ook verwachtte men een interpellatie in de
Kamer naar aanleiding van 's Konings woorden.
Die interpellatie is gisteren tot de regeering
gericht door den Katholieken, anti-militaristi-
schen, Anlwerpschen afgevaardigde Delbeke.
Deze haalde de geschiedenis op van den
sttijd tegen de plaatsvervanging, besprak daarna
het antwoord van den Koning op het hem
aangeboden adres, welk antwoord hij gevaarlijk
noemde voor het conslitutioneele koningschap,
dat allen liefhebben, en eindigde mptuï vraag
of het kabinet geraadpleegd was in de rede
voering van den Koning. Hij wenschte een
besliste verklaring van do regce.lr.g te ont
vangen ook over haar eventueele pianne.:.
De minister van financiën, Smet de Naeyer,
diende den interpellant van antwoord.
De minister meende, dat de interpellatie
Hij haaide zijn horloge voor den dag,
»Ik eet van avond bij mijn broerik moet
me haasten, zooals ik zie."
»Hè, wat is het buiten donker," hoorde men
hem aan de voordeur zeggen tot Gunnar.
Grootvader en Terna maakten eene wandeling.
Zij wilden Trou's groote tuinaanleggingen en broei
kassen zien. Grootvader was onderweg bij den
optiker Krogh geweest en had een reservebril be
steld men moest toch zekerheid hebben niet
»bête" te worden, als men iets moest zien. Daai na
was hij met twee scheermessen, die hij geslepen
wou hebben, in een zijstraatje geweest.
En nu hielden zij stil voor eon wol winkel waar
grootvader bleef overleggen of hij zich niet wol
zou koopen voor nieuwe onderkleeren, toen Paul
Hoeg de straat ovetkwamen op hen beiden toekwam.
«Welkom weer in de stad!" zei hij groetend
nik ben vooibijgekomen en zag don dokter de
jalousién optrekken, maar ik heb mij er niet aan
gewaagd binnen te komen ik wist niet of ik
wel gelegen kwam."
«Zoo, zoo, beste vriend," zei grootvader, ven
waar denk jij je winter door te brengen?"'
«Ik blijf hier eigenlijk alleen hangen, omdat ik
nog geen besluit genomen heb, ik wacht op iets,
dat beslissend kan zijn voor mijn leven," hij zag
Terna even aan, sik ben als een schip, dat ieder
oogenblik klaar moet zijn het anker te lichten en
zee te kiezen.
Terna keerde zich om en keek eens naar de etalage.
«Heb je gehoord, Terna, dat de stad me hier
in den rijksban gedaan heeft?" zei hij met een
poging haar in het gesprek te betrekken.
teruggebracht kon worden tot deze twee vragen
Is de rede van den Koning vooraf medegedeeld
aan de regeering? Sluit die rede in zich eenige
verandering van inzichten der regeering En
dan kon de minister kortaf op de eerste vraag
bevestigend, op de tweede vraag ontkennend
antwoorden.
Maar de heer Delbeke had zijn vraag breeder
opgesteld, en daarom zou de minister u:tvoe-
riger antwoorden.
Hij betoogde dan, dat de Koning alleen een
persoonlijken wensch ten gunste van de af
schaffing der plaatsvervanging had uitgesproken,
zooals ook in vroegeren troonreden was ge
schied.
De minister verklaarde niet in te zien, waar
om de Koning niet, met militairen over leger-
zaken sprekende zooals met industrieelen over
industrie, uiting zou mogen geven aan zijn
persoonlijk gevoelen.
Bovendien had de koning uitdrukkelijk ge
wezen op het recht der uatie om over haar
eigen lot te beschikken.
Een langdurig debat ontstond nu naar aan
leiding van het antwoord des ministers, waarin
o. a. tot Delbeke het verwijt werd gericht, dat
zijn interpellatie slechts diende om het mini
sterie uit de verlegenheid te redden.
Delbeke zelf oordeelde de verklaringen der
regeering voldoende en stelde een gewone orde
van den dag voor, die aangenomen werd met
de stemmen der rechter- tegen die der linker
zijde.
De zitting werd verdaagd.
Heel Engeland en Schotland heeft Dinsdag
met opgewektheid het feest zijner Koningin
gevierd.
Door het gnnsche land vlamden op de heuvels
de vreugdevuren hoog op, waartoe het sein
gegeven was van af de heuvels om Londen.
In Londen zelf waren honderdduizenden op
de been om de prachtige illuminatie te be
wonderen.
Vooral de verlichting van den koepel der
St.-Pauls-kerk met magnesiumlicht was hoogst
indrukwekkend.
Gladstone ontving Dinsdag te Hawarden 12000
schoolkinderen, tot wie hij een toespiaak hield.
Ieder der kleinen ontving een herinnerings-
medaille.
Ook gisteren was te Londen een groote
menigte op de been om het Parlement zich
naar Buckingham Palace te zien begeven
Te drie uur 's middags verlieten de vertegen
woordigers des volks Whitehall.
De lec.en van het huis der Commons volgden
voor het meerendeel te voet de oude:wetsclie
karos, waarin de SpeaJcer, met de teekenen
zijner waardigheid omhangen, neerzat.
Na de leden van het Parlement ontving de
Koningin gisteren nog ten gehoore de mayors
en sheriffs van het Vereenigde Koninkrijk en
de graafschapsraden.
«Waarom? wat?" vroeg zij verschrikt.
«Toch niet om die fameuse kroniek van je?"
sliet is hier a. h w. een wespennest. Ze zijn nijdig
als een spin ais zo hooren, dat ik hun naam maar
noem. Dia oude families zijn heilig, meneer de
inspector zelfs naar hun grootvader of over
grootmoeder mag je niet wijzen."
«Men moot nooit te ver in een geslacht terug
willen gaan, zeggen de Schotten, want op het
laatst stuit men op een roover," merkte grootvader op.
Terna trok grootvader aan den arm.
vliet woidt voor ons donker en te laat! Wij
moeten nog heen naar Trou's tuin," verklaarde
zij, ven de broeikas zien en wat zij daar voor den
winter gezet hebben."
«Jawel, jawel," hij keek haar vragend aan.
«Die historie van dien tuin heb je mij verleden
ook opgedischt. Dat is een van je lijfstukjes. Je
zult me toch niet wijs willen maken, dat je nu
heusch studeert voor tuinbaas of zoo iets."
«Grootvader," zei zij wat koel en stijf, «breng
hem aan het verstand, dat ik inderdaad van vader
verlof heb bet volgende jaar mij op den tuinbouw
toe te leggen."
«Jawel, jawel, dat heeft zij werkelijk."
Welnu, ik zal onze tuinierster niet ophouden,"
zei Paul en groette.
Terna was terneergeslagen en zag peinzend
vóór zich, terwijl zij beiden stilzwijgend de voor
stad inwandelden. Grootvader had zich op de
wandeling in zijn eigen beschouwingen verdiept
en toen de duisternis viel, sloeg hij den weg naar
huis in en begon zijne oude brieven en oude
papieren bijeen te zoeken en te ordenon.
Wordt vervolgd.)