w
fc
51s"® jaargang.
Vrijdag 2 Juli 1897.
N°. 9359.
ROLAN D.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen,
JACHT.
FEUILLETON.
IV
Üv
UITGEVER: II. J. C. ROELANTS.
KENNISGEVING.
BUITENLAND.
t
-
?rit
Vertelling door Ernst Eckstein.
tfV
- f -
ïkf-
Kfï
AbOnnementsphijs voor Schiedam, per kwartaal f 0.90
omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. 1.30
Afzonderlijke nommer3- 0 02
BUREAU i BPTEKSTKAAT 70, Tcïejjïtoou Ko. 123.
ADvmTENTiamiS: van 1—5 gewone regels mot inbe
grip van cene Courantf 0.53
Iedere gewone regel meer- 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Afsluiting van straten bij gelegenheid
van dc kermis.
f BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
- SCHIEDAM,
brengen ter openbare kennis dat gedurende
de a. s. kermis de volgende straten voor het
vei keer met voertuigen (handwagen., uitgezon
derd) zullen gesloten zijn:
lo. het Broersveid,
2o. het Heerenpad,
3o, het Emmaplein,
4o. de Lange Kerkstraat,
5o. de Broersvest, met uitzondering van het
gedeelte gelegen tusschen de voormalige Rotter-
damsche poort en de vvagenmakeiij van den
heer Jordaans, hetwelk tot verbindingslijn zal
blijven dienen van den Singel met hetveidere
gedeelte der gemeente.
Schiedam, 1 Juli 1897.
Burgemeester en wethouders voornocma,
VERSTEEG.
De Secretaris
"VERNÈÜE,
De Commissaris der Koningin in de provincie Zuid-
Holland,
Gezien het besluit van de Gedeputeerde Staten van
den 22sten Juni 1897, n° 67
Gelet op art. 11 der wet van den 13den Juni 1857
(Staatsblad n° 87)
Biengt ter kermis van belanghebbenden, dat bij
voornoemd besluit door de Gedeputeerde Staten is
bepaald, dat de afzonderlijke jachten op waterwild .voor
dit jaar zullen worden geopend op Maandag den %hn
Augustus aanstaandeen dat mitsdien van dat tijdstip
af de uitoefening der jachtbedrijven, vermeld in art. 15,
htt. d, f en ?z der wet op de jacht en visschenj, is
geoorloofd; wordende tevens herinnerd aan de bepa
ling van art. 1 van het Reglement op de uitoefening
der jacht en visseherij in deze provincie, krachtens
welke die jachten r.iet anders mogen plaats hebben
dan op het water, langs de stranden, oevers van meren,
plassen, rivieren en op moerassige landen.
En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt, worden
afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen ge-
biuikehjk is, alsmede in het Provinciaal Blad en in
de Nederlanische Staatscourant worden geplaatst.
's-GPAVENHAGE, den 24sten lum 1897.
De Commissaris der Koningin voornoemd,
FOCK.
Algemeen overzicht.
Schiedam, 1 Juli '97.
De leesten ter viering van het regeerings-
jubileum van koningin Victoria zijn, althans
officieel, algeloopen.
V-Ga
rvV
fvSiJt
l? -
9k>,
f
rpè
faji.
V
2)
Het toeval had gewild, dat er onder de jonge
dames, met welke hij in kennis kwam, ook niet
een enkel Gietchen zich bevond; allen waren
Zuidelijke types van meer of minder fonkelenden
geest. Dat was alles. Gten spoor van eenige be
denkelijke neiging zijnerzijds.
»D!e goede mama!" dacht de jonge manjnog
altijd met den blik op het panorama va zijn
buitengoed; zij meent het toch zoo goed, fil be
handelt zij mij ook wel een beetje al te veel als
een kind."
Thans viel hem in, dat hij haar zijn eerewoord
had moeien geven om haar alies mede te deelon,
eer hij om de hand van een mei-je aanzoek deed,
en dit dan zes weken uit te stellen.
De zorgzaamheid, die zich in in dit verlangen
uitsprak, roeide hem bijna. Maar hoe kwam mama
tot een dergelijk mistrouwen? Hij zelf w is toch
verstandig genoeg om te begrijpen, dat ven ge
meenschap voor het leven iets anders was dan
een cotillon of een praatuurtje bij een glas cham
pagne. Ilij zou zijne oogen wel goed open houden
als 't eenmaal zoo ver kwamvoorloopig echter
was daar bij zijn weten niet de minste kans op.
Bij kende hier geen enkele dame, die hem op den
duur had kunnen boeien.'Hij amuseerde'zich een-
De bevelvoerende officieren der vtcemde
oorlogsschepen op de leede van Spithead hebben,
onder geleide van den schoiu-bij-nacht Rice,
de werf en het arsenaal te Poitsmoulh be
zichtigd.
Daarna brachten zij een bezoek aan liet
pantserschip Caesar, waarna zij zich aan een
lunch veieenigden. De eerste loid dei admiiah-
ieit Goschen zat voor aan het dejeuner.
De koloniale ministers zijn ook de gast ge
weest van lord Roseberiy, en met hen zaten
tal van liberale oud-ministers aan.
De vreemde gasten verlaten allengs Londen
veischeidene zijn reeds naar hun land terug
gekeerd.
Met zich zullen zij nemen den diepen in-
diuk, dien de ontzaglijke organisatie van het
Britsche wereldrijk op hen heeft moeten maken,
en uiet zonder naijver zullen zij zich moeten
bekennen, dat Groot-Brittannie nog altijd de
primus inter pares der groote mogendheden is.
Thans is het weer tijd om aan ernstige
dingen te denken.
Zoo is de Zuid-Afrikaansche commissie weei
aan het weik getogen, en morgen zal, naar
verwacht wordt, opnieuw in openbaie zitting
worden vergadeid.
Men zegt, dat dan de beruchte telegiammen
van miss Floia Shaw ter tafel zullen worden
gebracht, en dat zij zelf nogmaals zal worden
gehoord.
In de geheime zitting van Dinsdag zijn, naar
thans verluidt, niet twee, maar drie rappoi ten
ingekomen, en wel een van Jackson, een van
Labouchère en een van sir William Harcourt.
Voor de eer der commissie, en niet minder
van de Britsche regeering, is het te hopen, dat
het tweede deel van de taak der commissie
vruchtbaarder zal zijn, dan wat tot nu toe is
gedaan.
De patlementaire toestand in Duilschland
wordt met den dag moeilijker.
In de te Keulen gehouden maandelijksche
vergadeiing der Nationaal-liberale Vereeniging
sprak de geheimraad Knebel, in zijn rapport
over de houding der nationaal-libeialen tegen
over de novelle op de veieenigingsvvet, als
zijne meening uit, dat de regeermg speculeerde
op een scheming in de nationaal-liberale partij
en dat de regeering, zoo zij met die tactiek voort
ging, de partij noodzaakte, zich zonder voor
behoud te scharen bij de oppositie.
De vooruitstrevende pers bespreekt in uit-
voeiige artikels de eigenaardige wending, die
de regeeiingszaken allengs nemen, en men
vreest niet alleen voor de verschillende han-
delsverdiagen, waarvan er verscheidene met
een jaar opzegbaar zijn, maar bovendien is men
beducht vooreen toenemend militairisme, dat zich
o. o. reeds uit door de benoeming van gene
raal Vort Podsbielski lot staatssecretaris vaa het
postwezen.
Levendig betreuren bladen als de Kohiische,
de Vossische en de National Zeitung, om zelfs
voudig zoo goeJ als het ging, maakte rechts en
links de dames het hof en voelde zich in dit alle-
daagscho gedoe vrij en behagelijk. Mama brak zich
wei kol ijk onnoodig het hoofd.
Roland von Myrpach legde het Goyntzer pano
rama ter zijde en nam het volgende blad Ischia
op. Daar werd er hard aan de deur geklopt. Lolo,
het kamermeisje, bracht het bericht, dat mevrouw
klaar was en mijnheer boven wachtte. Toen Roland
de huiskamer binnentrad, vond hij zijne moeder
daar m een elegante zijden robe, die njkehjk
met echte kanten was afgezet en del tig over den
grond luischte. In het donkerbruine haar dioeg
Nadeschda von Myrpach een kostbare, maar niet
opzichtige biillanten pat ure in den voim van eon
ster. Zij was juist bezig den laatsten knoop van de
haar ganschen aim bedekkende handschoenen dicht
te doen.
«Ah,"kwam het onwillekeurig van Roland's lippen,
neen ptachtig costuum, mama."
Metrou.v von Myrpach lachte,
«Werkelijk, schitterend 1" voer de jonge man
voort, «U hebt smaak, dat kan de nijd zelfs niet
ontkennen. Pas eens op, met dit vooi naam een
voudig toilleije zult u weder een eeisten prijs be
halen."
«Dat doet mij ter wille van jou genoegen. Ik
ben het je nog schuldig; de tijden, dat ik daar
zelf nog wat aan hechtte, zijn helaas voorbij."
«Werkelijk?" lachte Roland ongeloovig-«Is dat
reeds lang geleden,"
Mevrouw von Myrpach nam haren waaier op.
«Sedert jij volwassen bent geworden," zeidezij
lustig. «Overigens ik ben niet zoo enghartig,
dat ik van oordeel ben, dat een getrouwde vrouw
niet te gewagen van de Forwarts en andere,
de overwinning der conservatieve agrariërs, en
met bezorgdheid wordt de naaste toekomst
ingezien.
Intussclien heeft de staatssecretaris Von
Botticher leeds geen deel meer genomen aan
den gisteten gehouden kabinetsraad, waaruit
mag afgeleid vvoiden, dat hij inderdaad zijn
omslag heeft aangeviaagd.
En er behoeft niet aan getwijfeld te worden,
of dit ontslag zal worden verleend.
Er bestaat hoop, dat de viede in het Oosten
nu spoedig zal zijn geteekend.
Immers, de gezanten, het eeuwige dralen
moede, schijnen besloten de onderhandelingen
te bespoedigenzoo noodig buiten Tevvfik-
pacha om.
Eigenlijk is liet wachten alleen op de quaestie
der capitulation. Wat de oorlogsschatting en
de grensregeling betreft, zal Turkije zich wel
naar den zin der mogendheden schikken.
Men spreekt van een oorlogsschatting van
vier millioen Turksche ponden, aanmerkelijk
minder dus dan de vroeger genoemde bedragen.
Toch zal het Griekenland nog moeite genoeg
kosten om zelfs dat bedrag op te brengen.
De linancieele toestand is zóo treurig, dat de
salarissen der ambtenaren tot op 50 °/0 van
het nominaal bediag zullen woiden teiugge-
bracht.
Nog vei zekert men, dat de gezanten het eens
zijn gewoiden over de noodzakelijkheid om een
nota tot de Poite te richten, ten einde aan te
dringen op de ontruiming van Thessaliê. Ais
termijn voor de ontiuiming zou worden bepaald
van 20 tot 31 Augustus.
De gezanten storen zich dus niet aan het
telegram, dat volgens be^chter. irt Trikala
door 12,000 Christelijke en Joodsclie notabelen
zou zijn gezonden aan den gioot-vizier, om den
Sultan dank te zeggen vc-or de eventueele an
nexatie van Thessaiie.
Te Weenen denkt men, dat de vredes-
preliminairen uiet voor den 15den Juli zullen
geteekend worden.
Wat het gouverneurschap van Kreta aangaat,
bericht men uit Paiijs aan de Frankfurter
Zeitung, dat men den heer Numa Droz hoopt te
overreden, voor een jaar althans de functie van
gouverneur op zich te nemen.
Daai bij deelt de Ind. Beige beslist mede, dat
Numa Droz is benoemd tot gouverneur van
Kreta. Zijn opdracht zal zich bepalen tot liet
heistel der orde; hij zal er naar moeten stieven
de wenschen der Kretenzers te bevredigen en
middelen op tc sporen om de pacificatie te
verzekeren.
Frankrijk schijnt zich niet in het rustig bezit
van zijn Oostersche bezittingen te mogen ver
heugen.
Nu weer is de toestand met Siam zeer ge
spannen, althans zoo de berichten dienaangaande
juist zijn.
zich niet aangenaam meer mag voordoen. Zelfs
een weduwe, wanneer zij haar leed te boven is
waarom zoude zij niet het beetje zonneschijn, dat
haar bet leven nog over heeft gelaten, dankbaar
genieten? Zekere ondervindingen in het leven
werken terug op liet gemoed. Maar natuurlijk slles
met mate en met een doei. Gij kent mijne opinie
op dat punt."
«Ja, ik weet, dat u met ieder jaar strenger
wordt, en met name, wat de dames betreft, die
zich eventueel in mijn bijzonderen gunst zouden
mogen verheugen. Kom nu echter mee. Het heeft
al negen uur geslagen. Naar ik van Anna hoor,
is men in de Sportclub militair punctueel."
Men begaf zich nu naar de voorzaal; Roland
nam zijn pelsjas van den standaard, terwijl Lolo
hare meesteres dienstvaardig den wijden mantel
omhing.
Twee minuten later zaten moeder en zoon in
de zachte kussens van den landauer.
Tweede Hoofdstuk.
Roland wierp zijn pelsjas af, keek even in den
grooten, ronden spiegel, en wachtte dan met zijn
claque in de hand op zijn mama.
Dat duurde een poosje. De aandrang in de dames
garderobe was tamelijk sterk. Eindelijk verscheen
ook mevrouw von Myrpach aan de zijde van een
levendig pratende jongedame, met prachtvol blond
haar. 't Was Anna Polonius, Roland's nicht.
Roland begroette haar juist op het oogenblik,
toen haar papa, de zwaarlijvige, joviale opperstaf
arts, uit de zoogenaamde kleine cantine, waar hij
een cognacje genomen had, glimlachend naar buiten
trad.
Na de gebruikelijke beieefdlieidsphrases, reikte
De zaak is deze.
Een honderdtal Siameezen, waaronder konink
lijke vei tegenwooidigprs, zouden op Fiansch
gebied zijn getrokken om belastingen te innen.
Zij zouden daarop doipen geplunderd en ver-
bi and en gevangenen hebben gemaakt.
Bovendien hebben zij een aanval gedaan op
nog een andeie pi ovincie van Cambodja en daar
geplunderd en te Bangkok, de hoofdstad van
Siam, velschillende onder bescherming van
Frankrijk staande personen, Zwitsers, Grieken,
Turken, Arabieren, Anamielen en Chineezen,
tot den krijgsdienst gedwongen.
De klachten der Fian=chen vinden daaren
boven bij liet internationaal gerechtshof geen
gehoor.
Eindelijk is een piiester door Siameesche
soldaten gewond, en een ander moest zijn ge
meente onder de wapenen roepen om zich dc
Siameezen van liet lijf te houden.
Welke beteekenis nu aan die vijandelijk
heden moet worden gehecht, blijft af te wach
ten. En wellicht kan de tegenvvooidiglieid van
den koning van Siam in Europa er toe mede
wei ken, dat de quaestie spoedig in het reine
vvoidt gebracht.
't Heeft anders wel eenigszins den sclnjn, of
Siam zijn oude rechten en bezittingen wil revindi-
ceeren.
Cambodja is reeds sedert 1864 onder Fransch
beheeren allengs heeft Siam ook moeten
afstaan alle rechten op den linkeroever der
Mehong en op een vijftien mijlen breede strook
aan den rechteroever.
Het is niet onmogelijk dat Siam thans een
poging waagt om het verloren terrein te her
winnen.
-V f- jr s ks y s j
Cemengdc üledcdccltngcn.
De werkstaking in de Borinage breidt zich
uit.
Thans bedraagt het aantal stakers reeds 16,000.
Gp sommige plaatsen vreest men voor wan
ordelijkheden.
Eindelijk iets bepaalds over het bezoek van
president Faure aan Rusland.
In den ministerraad deed Faure voorlezing
van een brief van den Czaar, waarin deze be
tuigt, dat het hem veil genoegen zal doen, den
president der republiek nog dit jaar op Peterhof
te zien.
De ministerraad besloot de noodige credieten
aan te viagen voor de reis, die in de tweede
helft van Augustus zal geschieden.
De hertog van Orleans heeft een blief van
geluk wensching gezonden aan den royalistisehen
maire, die geweigerd heeft in zijn gemeente de
redevoering vau Brisson te doen aanplakken.
Als eigenaardige bijzonderheid verdient ver
melding, dat bij de scheepsrevue te Spithead
ook een Zweedsch en een Noorsch pantserschip
tegenwooidig waien, die evenwel niet gezamen
lijk de Zweedsch-Noorsche Unie vertegenwoor-
de opperstafarts mevrouw ven Myrpach den arm,
terwijl Roland hetzelfde deed met mejuffrouw
Pülinius. Zoo traden zij de balzaal binnen, waar
juist bij den klank van een geliefkoosde marsch de
polonaise begon. Beide paien sloten zich bij de
colonne aan,
«Wij oudjes," zeide de opperstafaits, «moesten
eigenlijk maar dadelijk naar het skatzaalije gaan
ik bedoel natuurlijk alleen mij, want jij bent on
danks je giooten jongen nog zoo'n halve bakvisch
maar juist voor de polonaise heb ik nog zoo'n
soort zwak. Men iaat zoo liet gelieele gezelschap
de revue passeeren en bekijkt alles lachend met
een philosopliisch hoofd."
«Dat is het doel van de gansche comedie,"
meende Nadeschda. «En aan het skat komt ge
nog altijd vroeg genoeg. Ik denk mij dat nog veel
vervelender dan de rol van balpapa."
Roland von Myrpach was over het toeval, dat
hem Anna Polomus als danseuse had toebedeeld
volstrekt niet ontevreden. Hij vond wel is waar,
dat zij er in de laatste andeihalf jaar niet mooier
op geworden wasook was zij eigenlijk nooit knap
gowoestmaar hij mocht haar gaarne om haar
levendigheid en gevatheid. Daarbij gold Anna Po
lonius voor de wandelende stadskioniek. Zij kende
iedereen en daarom was zij de meest geschikte
persoon om hem over den een af ander, die hem,
om welke oorzaak dan ook, interesseerde, uitvoerig
te onderrichten met name over de jongedames.
Daar kwamen ze bij paren en dozijnen in hare
schitterende baljaponnen voorbij gewandeld, do
schoonen on de leelijken, de vervelenden en de
boeien len, de onieugenden en de opvallenden.
Wordt vervolgd.)