N°. 9419. 1 Vuurtoren aan let MitMiaaieer. 5fe jaargang. Vrijdag 10 September 1897. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen. uitgever? h. j. c. roelants. FEUILLETON. BUITENLAND. Aboskementspeijs voot Schiedam, per kwartaal f 0.90 omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05 franco per post, p. kwartaal. - 1.30 Afzonderlijke nommerso.02 BUREAU: BOTERSTRAAT ffO, Telephoon Bïo. 123. AnrcRTEKTrEPRijBvan 15 gewone regels met inbe grip van cene Courantf 0.52 Iedere gewone regel meer- 0.10 Bij abonnement wordt korting verleend. Algemeen orcnlclit. Schiedam, 9 September '97. Nog steeds houden in Duitschland de ge ruchten aan, dat voist Hohenlohe's kanseliers- dagen ten einde spoeden. Men wil eeu vingerwijzing zien in de veel besproken rede, door keizer Wilhelm te Koblenz gehouden. Twee quaesties zijn het vooral, waarin de meeningen van den Keizer en zijn kanselier zeer uiteen schijnen te loopen. Allereerst de militaire rechtspraak. Reeds zes jaar lang is deze quaestie aan de orde. De Pruisische wetgeving, die het civiele element in de militaire rechtbanken buitensluit, is zeer verouderd en levert den schuldige geheel en ai over aan zijn superieuren, behoudens het recht des keizers om giatie te verleenen. Bovendien is die rechtspraak geheim. Toen nu, als gevolg der politieke eenheid, ook naar juridieke eenheid werd gestreefd, weigerden de Zuid-Duitsche staten met name Beieren, die een militair strafwetboek in meer liberalen geest bezaten, terecht de verouderde rechtspleging in te voeren. Vorst Hohenlohe deelt dit afkeurende oordeel, zoo goed als zijn voorganger, graaf Caprivi, en de Duitsche Rijksdag, uitgenomen de ultra conservatieve Jonkerpartij. flij wil niets weten van een generalisatie der Pruisische wetgeving, waarvan daarentegen de militaire partij en de camarilla voortdurend droomen. De publieke opinie verbeidt met ongeduld de oplossing van dit vraagstuk. Ook thans heet het weer een onderwerp van bespreking te hebben uitgemaakt tusschen den Keizer en de Zuid-Duitsche vorsten, die eikaar bij de groote manoeuvres ontmoet hebben. Uit 's Keizers jongste redevoering te Koblenz evenwel leidt men af, dat de souverein geen oplossing der quaestie wil in den geest van zijn kanselier. Een tweede punt van verschil tusschen den Keizer en zijn dienaar leveren op de te nemen maatiegelen tpgen de socialisten. Hoiienlohe'a gematigd libeiale opvattingen en jarenlange ervaring maken hem tot een tegen stander van de uitzonderingswetten, waarin Bismaick specialiteit was, en waarin de Keizer eveneens veel heil ziet. Waar op twee zoo belangrijke punten de meeningen uiteenloopeo, daar is samenwerking niet wel mogelijk. Velen verwachten dan ook dat, nog vóór de winter in het land is, ja nog vóur het einde dezer maand, Von Bidow, de eerst onlangs be noemde staatssecretaris voor buitenlandsclie zaken, Von Hohenlohe als rijkskanselier zal vervangen. Koning Humbert, 's keizers bondgenoot, staat Naar Balduin Molliiausen, 9) Wet er van de schepen kwam, had zich in die richting begeven, waar hel verlichte drinkhallen tot een bezoek schenen uit te noodigen, of dolle bacchanalien in de naar teer riekende kroegen werden gehouden. Slechts hier en daar verried een kajuits jongen door vroolijk gefluit zijne aanwezigheid of zong een minnaar zijn sentimenteel liefdelied onder het even sentimenteel tokkelen eener guitaar. Op de Koningin van het Westen was zelfs geen kajuitsjongen achter gebleven van de gansche be manning bevond zich alleen nog de kapitein, een roodharige Ier, aan boord. Nadat hij in de laatste uren van den namiddag had toegezien op het overladen van eenige honderden vaten suiker was hij thans naar het opperdek gegaan, waar hij op oen bank liggend de eene sigaar na de andere rookte. Bij hem had een koopman en medeeigenaar van het stoomschip plaats genomen, een echte Amerikaan met gesloten gelaat en berekenende oogen. Zij schenen op iemand te wachten en vulden dus hun tijd aan met gesprekken over de hun het naast aan het hart liggende zaken. »U weet zeker, dat u zich niet verteld heeft?" ook al niet op bijster goeden voot met de raads lieden der Kroon. Dat Di R u tl in i en de zijnen geen warme voor standers zijn van het Drievoudig Verbond, was reeds lang bekend en is ten overvloede gebleken uit de ernstige pogingen, die het Italiaansrhe ministerie in het weik heeft gesteld, om de goede betrekkingen met Frankrijk te herstellen. De Secoio het reeds meer genoemde orgaan der republikeinen is een krachtige campagne begonnen togen het Drievoudig Ver bond eri tracht de hernieuwing van het verdrag te bemoeilijken. Het blad toont aan, dat Italië sedeit liet bestaan van liet Verbond jaarlijksch "149 miIli— oen meer heeft uit te geven dan vroeger. Het Drievoudig Verbond belet de afgevaardig den te discussieeren over vermindering der legeruitgaven, zegt de Secoio, en het herinnert aan de vei klaring van den tegenwoordigen minister Prinetii, dat de lasten, die het Drie voudig Verbond Italië oplegt, de krachten van het land ver te boven gaan, Het blad drukt dan ook de hoop uit, dat in geheel het land een beweging zal ontstaan, tot het verkrijgen van vriendschappelijke be trekkingen met alle volkeren en liet sluiten van handelsverdragen met het oog op een vreed zame wisseling van producten en ideeën. De hostieie houding van het ministerie Di Rudini doet daartegenover in de Duitsche pers stemmen opgaan, die Koning Humbei t den raad geven, het ministerie heen te zenden. Wat dan Crispi is zeker een vriend van het Drievoudig Verbond, maar is hij wel een vriend van Italië? Over de ware beteekenis van liet Tweevoudig, Fiansch-Russische Verbond tast rneu nog altijd in het duister. De Soleil beweert uit St. Petersbui g te weten, dat president Faure openbaarmaking van den essentieelen inhoud had gevvenscht, maar van Russische zijde werd dat verlangen niet gedeeld uitgesteld. Het verdrag, dat geenszins tegen Engeland is gericht, zou aan beide pat tijen de verplich ting opleggen tot hijstand, zelfs wanneer een der paitijert door slechts een mogendheid zou worden aangevallen. Daarentegen zou geen aanleiding tothetvei- leenen van bijstand bestaan, indien Frankrijk of Rusland zelf als aanvaller optiad. Bovendien is voor verschillende bijzondere gevallen de verplichting tot wederzijdsche on dersteuning geiegeld. Voist Bismarck heeft, volgens de Gaulois, die een interview met den ouden staatsman publiceeit, een gamch ander inzicht in de zaak. Volgens hem is er juist zeei veel over Enge land gesproken, vooral met het oog op Egypte. Frankrijk geeft evenwel op 't oogenblik niet veel om Egypte. Over Duitschland sprekende, kon Bismarck niet nalaten ook ditmaal aan de keizerlijke zoodat de beslissing daarover werd vroeg Scare na een lange pauze aan den kapitein. »Zoo zeker als ik u voor mij zie," antwoordde deze ongeduldig, «twee honderd negen en veeitig vaten en geen hoepeltje meer." «En ik ben even vast overtuigd er twee honderd vijftig uit het magazijn geteld en verzekerd te heb ben," verzekerde Scaie, «De duivel is los, wanneer er een vat weggeraakt wasofm verkeerde handen viel." u't Zal onderweg gestolen zijn," antwoordde de kapitein zorgeloos, «en wie liet wegnam is zeker niet stom genoeg om als aanklager tegen zich zeiven op te treden; maar wij moeten toch met alle middelen trachten den dief op het lijmstokje te krijeen." «Ik mag geen Scare heeten, antwoordde deze barsch, «als ik niet liever vijf honderd dollar ver loren had." «Laat loopen," geeuwde de kapitein, «Stuur zekerheidshalve morgen maar een ander vat en draag zorg, dat men zich van den goeden staat van de waren kan overtuigen en wat ge voor een ongeiuk hebt gehouden, zal nog blijken een voor deel voor ons te zijn." «Wanneer licht u het anker?" «Over twee of drie dagendat hangt van het weer af; zooals het nu is, is het niet aan te raden." «Dat kan dan nog wel acht dagen duren," merkte Scare nadat hij een oogenblikje had nage dacht op. «Geen drie, reken daarop," antwoordde de kapitein, sik ken mijn hemel. Wanneer u zelt maar zeker is dan roet alles klaar te zijn." «Klaar tot op de laatste pennestreek," bevestig- legecring een «tjeitenlueb" toe to dienen. Hij meent, dat liet buitenland wellicht gelijk heeft mot kalm at te wachten, totdat Duitsch land door rijn begirwellooze buitenlandsclie poli tiek zich er nog dieper in heeft gewerkt dan reeds liet geval is. De gezanten le Konstantinopel hebben met geringe redactie-wijzigingen de voorstellen van lord Salisbury aangenomen en ze met-officieel meegedeeld aan Tewfik-pacha, die er ook wel ooi en naar had. In Engeland ziet men zeer goed, dat ook hier de Duitsche diplomatie weer haar zin krijgt. De St. James Gazette constateert kortaf, dat Duitschlaud tegenover Engeland zijn wil heeft doorgedreven, en zegt dan verder: «Duitschland beieikt, wat het waarschijnlijk de hoofdzaak achtte, de controle der Grieksche staatsinkomsten in het belang der oude schuld- eisehers. «De eenige nog quaestieuse vraag is thans het tijdstip der ontruiming van Thessalii., en indien Duitschland in dit opzicht toegeeft, is het departement van buitenlandsclie zaken te Londen bereid, zich tevreden te stellen met het «vergelijk". «Wanneer evenwel Duitschland op zijn stuk blijft staan, wat zeer licht mogelijk is, dan is het te hopen, dat er geen vei dei e voorstellen worden gedaanwant het is riiet duidelijk, welk nut de vvaaidigheid van Engeland of de belangen van iemand anders uit de eeuwige «voorstellen" kan trekken." In ieder geval wil het blad niets meer hoo- ren van het dwaze plan, dat Engeland aan Griekenland het geld voor de oorlogsschatting zal voorschieten. Het zou beter zijn, meent het blad, de rol van aigemeene vooizienigheid, die niets bereikt, te laten varen. De opheffing der blokkade van Kreta zou daartoe gereede aanleiding geven. Inmiddels heeft Duitschland zich niet tevreden gesteld met de vvaarboigen, die de Grieksche regeering aanbood, n.'. de zegelbelasting De regeering te Athene komt nu met andere waarborgen voor den dag, n.l. de uitvoerrechten op krenten en vijgen, de belasting op de mijnen van Lauiium, de havenrechten en de baken gelden, die nog nooit als garantie voor een leening hebben gediend. Tevens stelt de regeering een speciale con- tiole op deze belastingen voor, die 10>£ millioen drachmen per jaar opbrengen. Djevad-paclia heeft, naar gemeld wordt, zijn terugioepmg aan den Sultan gevraagd. De Tuiksche gendarmerie op Kreta komt ouder het bevel van Europeesche officieren. De mogendheden dragen de kosten er van, maar krijgen die veigoed door een deel van de opbrengst der douanerechten. De oogst van dit jaar is in Rusland mislukt. De PeterslurgsJcija Wjedomosti verzekert dat uit de meeste districten, waar men reeds den de Scare. «De quitanties van de verzekeringmaat schappij zitten in mijn portefeuille; voor mijn part kun je van avond al varen." «Hoe hoog is de oude kast geassureerd?" «Voor achttien duizend dollar." «Wel vervloekt!" stoof de kapitein op, «ik dacht voor dertig duizend." «Alsof niet ieder kind wist, dat de Koningin van hel 1 Vesten er geen zes duizend waard is en als het geen gunstig jaargetijde was, dan zou er moeilijk een maatschappij zelfs voor de dubbele premie bet schip hebben willen vei zekeren." «Maar acht duizend dollar meer hadt u in elk geval toch we! kunnen halen," bromde de kapitein, »ik heb er wel een paar honderd dollar verf op verbruikt om de oude schuit nog weer een fatsoen lijk aanzien te geven maar enfin als u omtrent die andete quaestie nu maar klaar is." «Met Cartridge?" «Een sluwe hond, dien ik op geen drie schreden verttouw," antwoordde de kapitein weifelend. «Geen nood, sedert de juiste persoon gevonden is," kalmeerde Scare. Pedlar, de koopman? Dien houd ik voor een schuik eerste klasse." «Daarom is hij juist onze man. Sedert maanden tracht ik hem voor onze zaak te winnen, want hij is overal in de binnenlanden bekendmaar't is vergeefs. Of hij begreep mij niet, öf hij wilde mij niet begrijpen. Daarom stond ik zoo verbaasd toen hij gisteren plotseling mijn kantoor binnentrad en hij mij zijn diensten aanbood. Cartridge moet hem zwaar beleedigd hebben want hij brandt van be geerte om hem uit zijne betrekking te stooten." afloop van den oogst kan overzien, jammer klachten komen. De droogte der laatste twee maanden heeft gioote schade aangericht en in vele streken wordt geklaagd, dat het zelfs in het noodjaar '1S91 er niet zoo Hecht uitzag met den oogst als thans. Of deze mislukking een hongersnood ten gevolge zal hebben, zal nog moetPn blijken. Er zijn nog voorraden over van vorige oogsier. maar hoeveel deze bedragen weet men niet. Het bovengenoemde blad dringt er op aan dat de regeering ten spoedigste nauwkeurige op gaven daaromtrent zal doen, opdat, zoo mogelijk, aan de onzekerheid een einde worde gemaakt. De Fransche oogst wordt in liet bulletin der Hallen geschat op 82 millioen ILL. tegen 11S millioen II.L. in 1S9G. In Biitsch-Indië beloott de oogst goed te zul len zijn. s y r f r jf Kjr -s fiemengde AlededccJIngcn. Te Berlijn komen thans veel Turksche koop lieden hun inkoopen doen. De Duitsche vriendschap jegens Turkije vindt reeds haar loon. De Berlijnsche avondbladen melden, dat de voorzitter der Kamer van Landbouw in de provincie Brandenburg, de heer Arnim Guter- berg Je leden heeft bijeengeroepen tot een ver gadering op 21 September. Daar zal onder meer bei aadslaagd worden over de vraag of door de landbouwers moet worden aangedrongen op het herstel van de vroegere Beurs, of dat het gevvenscht schijnt te Berlijn eeu grootere graan markt m het leven te roepen of een verkoop plaats van giooten omvang op te richten. Over het proces van Sampan den dader van den aanshg op Poitas te Barcelona, blijkt nader, dat de kapitein-generaal zich schaalde aan de zijde van het Openbaar Ministerie, dat 40 jaar dwangarbeid had geëischt, terwijl de rechtbank de doodstraf uitsprak. Vandaar herziening van het vonnis. De Carlisten uit Navarre hebben een confe rentie gehad met hun leider Gavero, die daartoe naar Roncevalles is gekomen. Volgens een bericht uit San-Sebastian be zitten de Carlisten talrijke, welvoorziene arse nalen. De ware toedrecht van den opstand in Britscli- Indië schijnt deze te zijn: Het plan was, dat alle stammen tegelijk zouden opstaan. De leiders der beweging waren de mollah Badda en de fakirs van de Svvat. Den Oen Augustus vond een bijeenkomst te Tirah plaats, waar Mir Tusja tot koning der Afridi's werd uitgeroepen. De Afridi's wilden eerst niet meedoen aan den opstand, maar werden door dreigementen overgehaald. Men besloot toen gezamenlijk de Khaiber- forten aan te vallen. De grieven der Afridi's betreffen den zout- «Wat verlangt hij voor zijn medeweiking?" vroeg de kapitein als terloops. «Te hoog schijnt hij zijn eischen niot te stellen, maar toch moeten wij op een flinkensom voorbereid, zijn. Maar we zullen zien. Iiij wilde niet goed voor den dag komon, die Pedlar is de duivel in eigen persoon." Hmimede schenen de beide eigenaars van het stoomschip hun stof to hebben uitgeput, want wel tien minuten gingen voorbij zonder dat zij een woord spraken, terwijl de kapitein met vernieuwden ijver zijn sieaar rookte. Scare daarentegen opmerk zaam stroom opwaarts zag. Een lichte roeiboot kwam thans in bun gezichtskring. Slechts door den tragen stroom vooitbewogen, gleed deze langs de Koningin van het Westen. «Een mooie nacht", riep oen stem uit het bootje naar het stoomschip naar boven. «Alles in orde, mijnheer!" antwoordde Scare voorzichtig, en zich naar den kapitein wondend, voegde hij er fluisterend aan toe«dat is onze man." De jol had naast de valreep van het stoomschip aangelegd en op het dek verscheen een gestalte, welke men trots de donkerheid kon aanzien, dat zij gewoon was zware lasten te dragen. «Zijt ge in alle opzichten zoo precies, mr. Par ker," sprak Scare, Pedlar want die was het aan, terwijl hij met den voet een stoel voor hem klaarzette; «als dat zoo is, dan kunt ge binnen kort zaken doen, zooals maar heri zelden gebeurt." «God zegene uwe oogen," antwoordde Parker spottend, «ge wilt daarmede zeggen, dat er voo. u zelf niets aan te verdienen is?" Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1897 | | pagina 5