5F'C jaargang. Vrijdag 15 October 1897. N°. 9449. Eersfe Blad De Verkiezing' te Sneek Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen. FEXJILLBTOlSr. EAM^NTCHO BINNENLAND. UITGEVER: H. J. C. ROELANTS. Mlil^ Abo;;kemf.;;tsprij8 voor Schiedam, per kwartaal f 0.90 omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.0S franco per post, p. kwartaal. 1.30 Afzonderlijke nommerso.02 BÜREAÏTBOTERSTKIAAT TO, Tcleplioon !¥o. 123. ADYEHTE5Trepwj8van 1—5 gewone regels met inbe grip yan eene Courantf 0.52 Iedere gewone regel meer0.10 Bij abonnement wordt korting Terleend. In de zitting van de Tweede Kamer van morgen zal behandeld worden de conclusie dei- commissie belast met het omlerzoek naar de geloofsbrieven van den lieer van Gilse, gisteren door ons uitvoerig medegedeeld. Die conclusie komt ons niet onaantastbaar voor; zelfs zouden wij niet de vrijmoedigheid durven nemen er vóór te stemmen indien het noodlot ons in de Tweede Kamer had geplaatst. Ten eerste een enkele opmerking, die wel op den uitslag geen invloed oefent, maar toch van belang is. Te Woudsend heeft de niet-kiezer Johannes Douma gestemd in plaats van zijn naamgenoot, die wel kiezer is. De niet-kiezer Douma was 27 jaarde andere Douma bijna -49 jaar. Wat beteekent nu liet zich overtuigen van de identiteit van den kie zer door het stembureau, dat de geboortedata voor zich heeft liggen van alle kiezers, indien het reeds geen man van 27 van een van 49 kan onderscheiden. Wij hebben hoop, dat deze onnoozelheid, die thans gruwelijk veel moeite veroorzaakt, slechts aan het stembureau te Woudsend kon overkomen. Het zal echter zaak zijn hier mannen met meer onderschei dingsvermogen in te plaatsen. Echter doet dit thans niet ter zake. Yan meer belang is, dat het stembriefje van Yvijmbritseradeel (Woudsend), als bedoeld is in het adres van Rudolf Feenstra c. si niet teruggevonden is door de commissie. De moge lijkheid, dat het inderdaad niet bestaat, is niet uitgesloten, hoewel een herhaald onderzoek in deze misschien alsnog zal aantoonen, dat zeer geloofwaardige getuigen, die beslist verklaren het gezien te hebben, zich niet hebben vergist. Waar het echter èn thans bij de verkiezing te Sneek, èn bij die te Amsterdam VI geble ken is, dat de gelegenheid niet absoluut ont breekt om, zij het ook geheel ter goeder trouw, in de stembriefjes veranderingen te brengen of opschriften daarop te plaatsen hij of na het depouiellement, dient zeer zeker bij een vol gende verkiezing daaraan te gemoet gekomen te worden. Doch datgene, waarmede wij oordeelen dat de conclusie der commissie eigenlijk valt, is het vol- Roman door Pierre Loti, lid der sAcadémie Franpaise". 15) Hoofdstuk IX. Het is de avond van St. Sylvester. Dsn geheelen dag is de lucht somber geweest. Bij de schemei ing van dezen laatsten dag van het jaar, waarop de mannen om de knappende haarden zitten, op het uur, waarop het heerlijk is te dom melen, gingen Ramuntcho en zijne moeder juist aan tafel zitten voor het avondeten, toen er zacht aan hun deur werd geklopt. De man, die uit het halfduister binnentrad, scheen hun eerst onbekend toen hij echter zijn naam genoemd had, José Biddegarrav uit Ilaspa- 'itz, herinnerde zij zich, dat het oen matroos was, die voor jaren naar Ameiika was vertrokken. Zie eens hier, zeide hij toen men hem een stoel had aangeboden, welke boodschap men mij heeft opgedragen. Eens op een keer in Rosario in Uru guay, terwijl ik daar zoo bij de dokken met andere landgenooten zoo stond te praten, kwam er een man van omstreeks vijftig jaren naar mij too, die toen hij mij over EtChézar hoorde prt ten, zeide Zijt ge van Etchézar? Neen, antwoordde ik, maar uit Ilasparitz, dat Jaar vlak bij is. Toen neeft hij mij over uwe ge heels familie ondervraagd. Ik heb gezegd gendo. betreffende hetgeen de commi*-sie opmerkt omtrent het tweede bezwaar van de luieren Pollema c. si waarin geconstateerd weid, dat de kiezer Wiobe Cnossen door den burgemeester van IJ 1st is verhinderd te stemmen. Uit de hieromtrent overgelegde bescheiden blijkt het volgende »Op Vrijdag den 25sten Juni 1897, den dag waarop de herstemming plaats had van een lid voor de Tweede Kamer (der) Staten-Generaal in het kiesdistrict Sneek, vervoegde zich in het stembureau van het onderkiesdistrict IJlst een weinig vóór vier uur, een persoon. Door den voorzitter van het stembureau die nog kort het ambt van burge meester der gemeente IJlst uitoefent, waar door hij dan ook totaal onbekend met dien persoon was wordt dezen toege voegd»Mag ik je kaart De persoon antwoordt, zonder zijn naam te noemen of te zeggen, dat hij zijne kaart heeft verloren of dat hem gecne kaart is toegezonden, weifelend wat in overeen stemming met zijne gansche houding was door iets te mompelen over »zijne vrouw". De voorzitter zegtzonder kaart kan en mag je niet tot de stemming toege laten worden." De persoon antwoordt»0, ze hadden me verteld dat ik daarom hier wel klaar komen kon." De voorzitter vervolgtsik zou u gaarne helpen, doch kan zulks nu niet doen." De persoon zegt»dan is het niet anders" en verlaat hierop het stemlokaal. Deze persoon heeft dus niets van zijne identiteit doen blijken, noen aanvraag om eene kaart gedaan. De stemming heeft vervolgens geregeld plaats gehadterwijl door niemand op eenigerlei wijze daartegen bezwaren inge diend zijn. Bij later onderzoek is gebleken, dat ge noemde pei'soon zich ook niet op de secre tarie had begeven 0111 eene kaart aan te vragen." Dit stuk is sopgemaakt door het alstoen fungeerend stembureau in het onderdistrict IJlst op 26 Juli 1897" en geteekend door II. P. Fledderus, voorzitter, en A. Rijpkerna en W, Ruardi, leden. Omtrent bovengenoemd proces-verbaal van het ten stembureele gebeurde merkt de com missie op De commissie is eenparig van oordeel, dat uit de verklaringen afgelegd door de personen die het stembureau van IJlst hebben uitgemaakt, blijkt, dat de persoon die zich heeft aangemeld om te stemmen, door den burgemeester is teruggewezen, alleen op grond dat hij niet in het bezit Ds oudelui zijn dool, de oudste broer is bij het smokkelen doodgeschoten, de tweede is naar Ame rika vertrokken er zijn geen anderen meer over dan Fianc'-;ta en haar zoon Ramuntcho, oen beste knaap, die nu zoowat achttien jaar zai zijn. Ilij was geheel in gedachten verzonken, toen hij mij aldus hoorde spieken. Welnu dan, heeft hij mij ten slotte gezegd, wanneer je naar hun terugkeert, breng hun dan de groeten van Ignacio. En nadat hij mij een dronk had aangeboden, is hij weggegaan. Franchita was opgestaan bevend en nog bleeker dan gewoonlijk. Ignacio, de grootste avonturier van de geheele familie, haar sedert tien jaren verdwenen broeder, die nimmer iets van zich had laten hooren. Iloe ging het met hem? Hoe zag hij er uit? Hoe was hij gekleed Scheen hij 't nog al goed te hebben of armoedig O, antwoordde de matroos dat scheen nog al te gaan, ondanks zijn grijze haren, en hij zag er goed gekleed uit met een zwaren gouden ketting als gordel. En dat was alles wat hij kon zeggenmeer wist hij er niet van af, en meer zou Franchita misschien niet vernemen voor den dood van haar broeder. Vervolgens, toen hij een glas wijn had gedronken, vervolgde de matroos zijn weg naar zijn dorp in de bergen. Toen zette moeder en zoon zich zonder te spreken aan tafel, Franchita afgetrokken, met tranen in haar oogen schitterend, Ramuntcho evenzeer in de war door de gedachte aan zijn oom, die zulk een avontuurlijk leven leidde. was van eene stemkaart, niettegen-daamlo do verklaring van dezen dat hij meende ook zonder die stemkaart te kunnen klaar komen, hiermede blijkbaar bedoelende zooals ook de voorzitter van het stembu reau blijkens diens antwoord begrepen heeft dat hij de noodige stemkaart alsnog zou kunnen ontvangen dat de identiteit van den zich aanmeldenden kiezer door niemand is betwist, zoodat deze ook geeno aanleiding had om die nader te bewijzen, vooral niet na de verklaring van den bur gemeester, voorzitter van het bureau, dat liij hem nu niet helpen kon, eene ambte lijke verklaring waarhij ecu kiezer zich wel moet nederleggen. Die verklaring acht de commissie echter in strijd met het 3e lid van art. 55 der kieswet. Vermits het nu mogelijk is dat de kiezer wien een biljet onthouden i«, zou hebben gestemd op den heer Heemskerk, zoo moet het aantal op dezen uitgebrachte stemmen worden vermeerderd met één. Deze conclusie nu van de commissie wij zeiden het hoven achten wij onjuist. Het 3de lid van art. 55 der kieswet zegt Aan den tot deelneming aan de stem ming bevoegden kiezer, die zijn kaart heeft verloren, of wien geen kaart is toegezon den, wordt op zijn aanvraag door of van wege den burgemeester eene kaart uit gereikt, mits hij voldoende van zijne identiteit doe blijken. Met het voorschrift van dit artikel is meenen wij hoegenaamd niet in strijd gehandeld, en wel hierom, wijl er van eenr aanvrage om eene stemkaart geen sprake is geweest, en de bewuste kiezer blijkbaar de bedoeling ook niet heeft gehad, die aan te vragen, daar hij anders zijn identiteit had doen blijken, wat niet geschied is. Dat de burgemeester den man niet naar de secretarie verwees, die krachtens voorschrift tot des namiddags 5 uren op de stemmingsdagen overal geopend moet zij'n, is misschien niet goed te keuren, rnaar de kiezer had mogten weten, waar hij terecht moest komen om een stemkaart te on vangen, en een eventueel ver zuim van den burgemeester kan, dunkt ons, in dit geval geen verkiezing onwettig verklaren. Niet de burgemeester zat in het stembureau om stemkaarten uit te deelen, maar de ambte naar ter secretarie, van wege hem. En in zooverre zijn des burgemeesters woor den hier niet als ambtelijk te beschouwen. Wanneer niet de voorzitter van het stembureau, die tevens burgemeester is, maar een ander lid daarvan of een voorzitter-niet-hurgameester het- Toen hij ds kinderschoenen ontwassen was, had Franchita da gewoonte gehad wanneer hij de smokkelaars naar de bergen wilde volgen, hem knorrend toe te voegen Je aardt naar je oom Ignacio, er zal nimmer iets goods van je groeien. En 't was waar, dat hij naar zijn oom Ignacio aardde, dat hij zich voelde aangetrokken door elke gevaarlijke onderneming. Dien avond, wanneer ze niet tegen haren zoon sprak van de boodschap, die hen was gebracht, dan was het omdat zij wist, dat hij met zijne ge- gedachten in Amerika verwijlde en omdat zij be ducht was voor zijne antwoorden. Overigens, bij de landbouwers en do mensehen uil het volk plegen dergelijke kleine drama's zich af te spelen zonder woorden. Toen zij hun maal eindigden, hoorden zij een koor van vroohjke en jeugdige stemmen, die nader bij kwamen, vergezeld door een tamboerhet waren kn ipen uit Etchézar, die Ramuntcho kwamen halen om met hen in een muziek-optocht hot dorp door te trekken, zooais dat op oudejaarsavond ge woonte was, en ieder huis binnen te gaan en daar een gias te drinken, als de serenade was afge- loopen. En Ramuntcho, Uruguay en zijn geheimzinnigen oom vergetend, werd weder als de andere knapen, in zijn genot om her. te volgen en met hen langs de duistere wegen te zingen, bovenal bekoord door de gedachte, dat men ook bij Detcharry zou binnengaan en dat hij Gracieuse een oogenbiik zou zien. /elfde antwoord had gegeven, /nu het dan niet- ambtclijk geweest zijn.' Ja immers! Wij zijn er diep van overtuigd, dat omtrent de geldigheid eener keu/e geen twijfel mag bestaan, doch met klem dringen wij er aan den andoren kant op aan, dat de Kamer aan geen fictief of half bezwaar waarde moge toekennen. Ook al neemt men aan, dat de zoo gauw uit het veld geslagen kiezer wel wat heter te recht had kunnen geholpen worden, waar het wettelijk voorschrift niet geschonden is, mag zoodanig waardeeringsoordcel geen gewicht in de schaal leggen. En geschonden is art. 55 der kieswet niet de kiezer is noch teruggewezen noch is hem de mogelijkheid om to stemmen ontnomen. "Waar zou liet heen, indien men inging op bezwaren van kiezers, die niet j'iï-t weten wat zij te doen hebben Was Cnossen een cordaat man geweest, hij had naar de secretarie ge- loopen om een stemkaart en had gestemdnu hij stumperig het stembureau onverrichter zake verliet, draagt hij hiervan zelf de verantwoor delijkheid. Wij achten liet een gevaarlijk antecedent, als de Kamer zich in dit geval op de wet zou beroepen. Moreel is natuurlijk Yan Gilse de gekozene, dat weet ieder, en wij hebben dan ook ons eigen oordeel over het z, g. eerste bezwaar Pollema, de Douma-quaestie. Verkiezing te Enkliuizen. Door het hoofdbestuur der Centrale Liberale lviesvereeniging in het district Enkhuizen is een schrijven geiicht aan de Liberale Unie, of deze haal invloed wil doen gelden bij den heer Gerritsen, om zijn candidaluur in te trekken, aangezien (le candidaat der Centrale, de heer A. Kool, zich geheel met het piogram der L. U. vereenigt. Het diingt daarop te eetder aan, omdat de eandidatuur Gerritsen toch geen kans van slagen heeft en slechts koren is op den molen der clericale tegenstanders. Weduwen- cn Weezenfonds Door het Hoofdbestuur van den Algemeenen Bond slnsulinde" te Rotterdam is aan H. M. de Koningin-Regentes een adres gericht met eerbiedig verzoek om in belang van duizenden weduwen en weezen met de bevoegde autori teiten te raadplegen, in hoeverre de oprichting van een generaal weduwen- en weezenfonds voor militairen van land- en zeemacht in kolo- Hoofdstuk X. De wispelturige maand Maart was gekomen en met hem de wederopleving van da lente, tot vreugde stemmend voor de jongeren en tot droefenis van hen die het keerpunt des levens reeds hadden bereikt. En Gracieuse was weder begonnen des avonds in de schemering op de bank voor het huis te gaan zitten. 0, die oude steenen banken, voor de huizen, in vroegere tijden gemaakt, voor zo^te avonddroo- merijen en voor de eeuwig gelijk blijvende keuve- larijen der minnenden. Het huis van Gracieuse was zeer oud, gelijk de meeste huizen in dit Baskische land, waar wel de jaren voorbijgaan maar niets schier verandert. Het had twee verdiepingen en een overspringend dak da muren waren als die van een kasteel en werden ieder jaar gewitzeer kleine vensters met kozijnen van graniet en groene zonneblindenB jven de deur was een steen aangebracht, waarop in ouderwetsche letters te lezen stond: nDat de heilige maagd deze woning zeg ene; gebouwd in het jaar 1630 door Pierre Detcharry, koster, en zijne vrouw Damasa Iiribarne, uit het dorp Istarltz." Een tuintje van twee meters bieedle, omgeven door een laag muurtje, dat toestond de menschen te zien voorbijgaan, scheidde het huisje van den weg daar bioeide een mooie laurierboom die zijn kroon over de bank uitspreidde, accasia's, een palm en gioote hortensia's, struiken, die bier welig op schieten. Achter het huis was een boomgaard, die op een vei waarloosden weg uitliep, een bekoorlijk plekje voor verliefden. Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1897 | | pagina 1