51"° jaargang.
Dinsdag 9 November 1897.
N°. 9470.
RAMUNTCHO.
Kennisgeving.
EETJIEEETON.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
BUITENLAND.
Abohhbmbntsprijb voor Schiedam, per kwartaal OM
omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
0.02
Afzonderlijke nommers.
BUREAUBOTEKSTHAVT ?0, Telephoon lo. 1?».
Advertentieprijs: van 15 gewone regels met inbe
grip van eene Courant. f 0.52
Iedere gewone regel meer - 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
De burgemeester van Schiedam,
Brengt bij deze ter kennis van de ingezetenen
Dat het kohier van de Personeele belasting No. 8
dezer gemeente, over het dienstjaar 1897, door den
heer duecteur der directe belastingen te Rotterdam
op den Gden November 1897 executoir veiklanrd, op
heden aan den ontvanger der directe belastingen, ter
invordeung is overgemaakt.
Voorts wonlt bij deze herinnerd, dat een iedei
verplicht is, zijnen aanslag op den bij den wet bepaalden
voet te voldoen; alsmede dat heden de termijn van
zes welen ingaat, binnen welke de reclames tegen
dezen aanslag behooren te worden ingediend.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den 8sten November 1897
De burgemeester voornoemd,
VERSTEEG,
Algemeen overzicht.
Schiedam, 8 November '97.
De Fransche bladen blijven zich bij voort
during bezig houden met de zaak-Dreyfus. Men
werpt tal van vermoedens op, men verzekert
dit en dat, en per slot van rekening weet
men niets.
Ziehier eenige der beweringen, voorkomende
in verschillende bladen van verschillende
richting.
De Matin houdt den senator Scheurer-Kestner
voor de dupe van een bedrog. Zijn bewijsstuk
ken zouden nl. zijn vervalschte geschriften,
eerst na Dreyfus' veroordeeling gemaakt.
De regeering heeft de draden van dit com
plot in handen, zegt de Matin.
Een gelijke opinie verkondigt de Journal
Bescheidener is de Figaro. Het boulevardblad
heeft alleen den heer Scheurer-Kestner doen
interviewen en deze verklaarde dat hij aan de
regeering de feiten had medegedeeld, waarop
zijn overtuiging berustte. Aan de regeering was
het nu de publieke opinie voor te lichten.
Dit laatste is reeds geschied in een blijkbaar
officieuze nota in de Parijzer bladen.
Daarin wordt gezegd, dat Scheurer-Kestner
inderdaad den minister-president en den minister
van oorlog heeft gesproken, maar hun geen
enkel stuk heeft medegedeeld. En dit zou toch
noodig zijn. Immers, alleen op nieuwe feiten
of nieuwe bewijsstukken kan de minister van
justitie, krachtens de wet van Juni 1895,
wijzigende de artt. 443447 van den Code
Pénal, revisie van het vonnis vragen.
De regeeiing wijst dus de zaak af. En
Scheurer-Kestner? De Temps heeft hem deze
nota voorgelegd, maar de onder-voorzitter van
Roman door
Pierre Loti,
lid der «Académie Franpaise".
35)
Hoofdstuk V.
En wat heb je in het dorp gedaan, mijn jongen?
vroeg zij den volgenden morgen, gedurende een
oogenblik van opbeteiing, die iederen ochtend na
het zakken van de koorts zich voordeed.
En wat heb je in het dorp gedaan, mijn jongen
aldus sprekende deed zij haar best om op onver
schillige wijze over het een en ander te spreken,
uit vrees dat zij een of ander onaangenaam onder
werp zou aanroeren, of verontrustende antwoorden
uitlokken.
Ik heb Arrochkoa ontmoet, moeder, antwoordde
bij op een toon, die onmiddellijk leidde tot de
hoofdvraag, die zijn geheele hart in beslag nam.
Arrochkoa! En wat heeft hij tegen je gezegd?
Hij heeft met mij gesproken alsof ik zijn broe
der was.
Ja, dat weet ik, dat weet ik, Ja, hij is 't niet,
di haar daartoe gebracht heeft.
Zslfs heeft hij mij gezegd
Hij durfde op dit oogenblik niet doorgaan en
boog het hoofd.
Wat heeft hij je dan gezegd, mijn jongen
Nu, hij vond dat 't wel hard was haar daarop
te sluiten en dat misschien dat misschien
den Senaat heeft daarop verklaard dat hij er
niets bij te voegen had.
Zal dit het einde zijn
/.al de senator Scheurer-Kestner blijven vol
harden in zijn geheimzinnig stilzwijgen
'tZou jammer wezen, nu hij zoo belang
rijken steun vindt bij deskundigen.
De beroemde schriftkenner Crépieux-.Tamint,
en een niet minder ervaren grapholoog, professor
Paul Moriaud van de universiteit van Genève
toch verklaren beiden, dat het bewuste borderel,
waarop Dreyfus is veroordeeld, niet van zijn
hand is.
Moriaud zegt letterlijk: «Het is feitelijk on
mogelijk dat Dreyfus de schrijver van het
borderel is. Een onderzoek van dit schrift geeft
geen enkele aanleiding tot de veronderstelling,
dat Dreyfus zijn schrift heeft verdraaid, maar
integendeel, dat men getracht heeft Dreyfus'
schrift na te maken, zonder evenwel daarin
te slagen."
Jammer is het ook, dat Scheurer-Kestner en
professor Monod, die den opzienbarenden brief
aan de Temps schreef, beiden protestant zijn.
Er zijn er die daarin aanleiding vinden te
spreken van een aanval tegen Frankrijk en
tegen het katholiek geloof, waar het gaat om
de eer der Fransche rechtspraak en van het
Fransche leger.
Zaterdag heeft de budget-commissie uit de
Oostenrijksche Kamer zich bezig gehouden
met het voorloopig ontwerp van het vergelijk
met Hongarije.
Daarin werden twee belangrijke verklaringen
afgelegd.
In naam van alle Duitsche partijen sprak
de afgevaardigde Pergeit als volgt:
«Daar het regeeringsontvverp voor het ver
gelijk alleen onder gebruikmaking van grove
schending der agenda, der bestaande wetten
en der constitutie naar de budgetcommissie
is verzonden, protesteeren wij er ernstig tegen,
dat deze uitvoering geeft aan dit besluit, door
de beraadslaging te beginnen. Wij verklaren,
dat alle diensvolgens te nemen besluiten strijdig
zijn met de bestaande wetten en de grondwet,
en nemen alleen onder protest deel aan de
beraadslaging om verder nadeel Voor het volk
zooveel mogelijk te beletten."
Deze verklaring is onderteekend door de
vertegenwoordigers der Duitsch-vrijzinnigen en
der Duitsche volkspartij, der christelijk-socia!en
en der vrij-liberalen, te zumen door 12\ande
48 leden der budget-commissie.
Ook de vertegenwoordiger van het Duitsche
groot-grondbezit en die der sociaal-democraten
spraken tegen het regeeringsontwerp.
Een krachtig dreigement lag daartegenover
in de rede van den minister van financiën "Von
Bilinski.
Deze drong aan op de onmiddellijke goed-
thans nog als zij mij temgzag, het nog niet zoo
onmogelijk zou zijn om te gelooven
Zij richtte zich om de ontroering, die zich van
haar meester maakte, in haar bed opmet hare
magere handen streek zij de grijze haren weg en
hare oogen waren jong en vol leven geworden,
met eene uitdrukking van vreugde en gebroken trots
Heeft hij je dat gezegd, hij 1
Zou u het mij vergeven, moeder, indien ik het
beproefde
Zij nam zijne handen in de hare en zij bloven
daar stil zitten, noch de een noch de ander durvende
spreken.
Eindelijk, toen het vuur in hare oogen weder
geblusclit was, begon zij
Je vergeven, ik, je weet wei van ja
maar doe hei niet, mijn jongen, ik smeek je doe
het niet, dat zou kwaad over jelui beiden brengen.
Denk er niet aan, Ramuntcho, denk daar nooit aan.
Vervolgens bleven zij zwijgen, luisterend naar
den stap van den dokter, die de trap opkwam om
zijn dagelijksrh bezoek te brengen. Dit was de
eenigste en de laatste maal geweest, dat zij daar
over samen zouden spreken.
Maar Ramuntcho wist thans, dat zelfs na haar
dood zij hem niet zou vervloeken, omdat hij dat
zou hebben beproefd of bedrevon, en die vergiffenis
was hem voldoende; thans was de groole slag
boom, die tusschen hem en zijn bruid bestond, als
het wat8 eensklaps uit den weg geruimd.
Hoofdstuk VI.
Des avonds, bij het weder opkomen van do
kooris, scheen haar toestand reeds veel gevaarlijker.
Haar vroeger krachtig lichaam was hevig aange
grepen door de te laat herkende ziekte, terwijl zij
onvoldoend verzorgd was door hare boersche stijf-
keuring van het vergelijk, om reden van com-
rnercieelen en mouetairen aard.
De minister verklaarde dat hij het levendig
zon betreuren, indien de politieke toestand de
regeering noodzaakte, het voorloopig vergelijk
langs anderen weg tot stand te doen komen,
hetgeen kon geschieden met behulp van art. 14
der grondwet (schorsing van het Parlement en
regeeren door ministerieele besluiten).
«Niet als minister," zoo eindigde de heer
Bilinski, «maar als collega, moet ik u, in het
belang van het parlementair stelsel, dringend
waarschuwen tegen het gevaar dat er in zou
gelegen zijn, wanneer de regeering dien weg
op werd gedrongen.
«Ik zal niet moe worden bij de tweede lezing
van het ontwerp er opnieuw den nadruk op
te leggen hoe noodlottig het voor het Parle
ment zou zijn, indien zij de regeering geen
anderen uitweg liet dan het regelen van het
voorloopig vergelijk met behulp van artikel 14
der grondwet."
Of deze waarschuwing ook maar cenigszins
zal baten, mag betwijfeld worden. liet ontwerp
voor het vergelijk is, ondanks de obstructie,
voor de eerste maal gelezenmaar voor de
tweede lezing heeft de oppositie reeds over de
200 amendementen gereed.
\S el moge het haar bekomen
Van de propaganda voor de zaak der Duït-
schers, te Berlijn, waar de afgevaardigden
Funke, Prade en Wolf in een door de Al-
Duitsche Vereeniging uitgeschreven vergadering
zouden spreken, komt niets.
De Berlijnsehe politie heeft de vergadering
verboden en gedreigd, zoo noodig, de heeren
over de grens te zuilen zetten.
Gegrond is deze beslissing op de overweging,
dat de taalstrijd een zuiver inwendige Oosten
rijksche aangelegenheid is.
Het plan is nu door het bestuur der Al-
Duitsche Vereeniging opgegeven.
De Spaansche ministerraad heeft Zaterdag
avond andermaal verschillende besluiten geno
men, betreffende de hervormingen op Cuba en
Porto-Rico.
De bewoners der beide Antillen zullen nu
dezelfde rechten krijgen, als de Spanjaarden
in Spanje krachtens de grondwet genieten.
Ook het kiesrecht voor de eilanden is gere
geld, terwijl de Spaansche regeering geheel
buiten de locale belangen der Antillen zal staan.
Eindelijk zal de Cubaansche vertegenwoor
diging zelf die wijzigingen kunnen invoeren,
die de ervaring als noodzakelijk zal aanwijzen.
Maarschalk Blanco heeft intusschen tot de
troepen op Cuba een proclamatie gericht, waarin
hij hun houding en hun tucht prijst.
Van het Amerikaansche gouvernement ont
ving de regeering te Madrid geen enkele nieuwe
mededeeling.
hoofdigheid, die haar met ongeloovige minachting
over dokters en hunne medicijnen deed denken.
Langzamerhand was bij Ramuntcho de verschrik
kelijke gedachte opgekomen, dat hij haar zeker zou
verliezen gedurende de uren, die hij wakende aan
hare legerstede doorbracht, zwijgend en stil, begon
hij doordrongen te worden van de werkelijkheid
dezer scheiding, de schrik voor dat sterven en de
begrafenis, en kwam de gedachte bij hem op aan
zijn volgend leeg leven; hij zou het huis moe
ten verkoopen, alvorens het land te verlaten, ver
volgens misschien zou hij het hopalooze beproeven
in het klooster van Armesquedadan „ou hij ver
trekken, vermoedelijk alleen, zonder verlangen ooit
terug te keeren, naar het onbekende Amerika.
De gedachte ook aan het groota geheim, dat zij
met zich mede zou nemen in het graf het
geheim zijner geboorte liet hem den ganschen
dag niet los.
Toen, zich over haar heen leunende, over het
geheele lichaam bevend, ais beging hij eene schen-
nende daad in eene kerk, eindigde hij met te
durven zeggen MoederMoeder i Vertel mij nu,
wie mijn vader is.
Zij beefde eerst bij die vraag, wetend dat als
hij voortging haar aldus te ondervragen, zij
verloren was. Dan aarzelde zij een oogenblikin
haar hoofd, bonzend van koorts, werd een hevige
strijd gestreden; zij wist niet juist, wat haar plicht
haar gebood; haar hardnekkig bewaren van haar
geheim, jaren lang, begon in dit oogenblik bij haar
te wankelen, bij de nadering van den dood.
Maar eindelijk vastbesloten antwoordde zij op
haar harden toon van vroeger: Je vader! Waartoe
zou dat goed zijn, mijn jongen? Wat wil je toch
van hem, in meer dan twintig jaar heeft hij niet
aan je gedacht?
"Wel zet de oud-gezant der Vereenigde Staten
te Madrid Taylor zijn campagne tegen Spanje
voort.
Thn <s weer heeft hij in een brief aan de
New-fork Herald zijn eerste artikel nader
uiteengezet en zijn beschuldiging herhaald, dat
de Spaansche regeering de hem aangaande
Cuba gedatie beloften niet was nagekomen.
Hij houdt vol, dat het eenige middel om de
Cubaansche quaestie op te lossen ligt in inter
ventie door de Yereenigde Staten.
De toekomst zal moeten leeren, of dit inder
daad zoo is.
Zeker is het, dat de Spaansche regeering
den steun heeft der machtige autonomistische
partij op Cuba.
Zoo hebben de autonoinisten reeds verklaard
dat de hun aangeboden ambten zullen worden
aanvaard.
Met de vredesonderhandelingen te Kon-
stantinopel gaat het goed vooruit, heet liet.
Met verschillende bepalingen hoopte men Zater
dag tot een goed einde te komen.
Ook de terugkeer der Thessaliërs heeft een
geregelden voortgang. Officieele opgaven zeggen,
dat er reeds 10.000 naar hun land zijn terug
gekeerd.
De Grieksche regeering is anders nog niet
zeer vredelievend gestemd.
Althans zij besloot geen enkelen consul in
Turkije naar zijn post terug te zenden, voordat
de vrede definitief is geteekend.
Zij heeft ook wel reden niet prettig gestemd
te zjjn.
Daar is allereerst het zaakje der torpedo's,
waarmede de publieke opinie zich hartstochte
lijk bezig houdt.
Eenige bladen vinden er aanleiding in prins
George heftig aan te vallen. Deze werpt intus
schen, volgens üe Asty, alle verantwoordelijk
heid op kapitein Pastapoulo.
Hetzelfde blad deelt nog mede, dat bij de
enquête over deze zaak ook het volgende ge
bleken is.
Een torpedoboot was bij nacht de haven van
Salonika binnengeloopen om daar Turksche
schepen te vernielen. Gelukkig bevond zich geen
vijandelijk schip in de haven. Immers dan zou
de Grieksche torpedoboot vernield zijn, want
de torpedo's waarvan ze voorzien was, hadden
geen slaghoedjes.
't "Waren manoeuvre-torpedo's
Ook de oud-minister Delyannis blijft het de
regeering lastig maken.
Het schijnt dat hij, steunende op zijn meerder
heid in de Kamer, voornemens is een nieuwe
ministerieele crisis uit te lokken.
In ieder geval denkt men niet, dat de Koning
Delyannis weer aan het bewind zou roepen.
Kolonel Vassos verlaat het leger en denkt
in het politieke leven te treden.
Over Kreta weinig nieuws.
tft
Neen, het was beslist; zij zou het nooit zeggen
thans was het te laat, nu zij van de wereld zou
verdwijnen en in den onbekenden nacht van den
dood treden. Waarom zou zij het wagen thans
geheel en al bet leven van haren zoon te ver
anderen, nu zij zijn gangen niet meer kon bewa
ken waarom zou zij hem geven aan zijn vader,
die misschien een ongeloovige van hem zou maken,
een verloren man, als hij zelf.
Haar besluit stond onherroepelijk vastzij dacht
aan zich zelve, nu zij voor de eerste maal voelde,
dat het leven zich achter haar sloot, en zij vouwde
de handen tot een somber gebed.
Na zijn vergeefsche poging om te weten te komen
wat voor hem verborgen was, na zijn vragen, wat
hem bijna als heiligschennis had geschenen, boog
Ramuntcho het hoofd voor den wil zijner moeder
en vroeg niet verder.
Hoofdstuk VII.
Het liep thai.s spoedig af, afwisselend tusschen
koortsen, die haar de lippen verdroogden en de
wangen rood kleurden en uitputtingen, waarbij zij
in het zweet baadde, terwiji de pols nauwelijks
klopte.
Ramuntcho had geen andere gedachten meer
dan voor zijne moederhet beeid van Gracieuse
was gedurende deze sombere dagen van hem ge
weken.
Zoo vlood het leven van Franchita heen, stil en
onverschillig, zonder vragen, zonder klacht.
Eens, terwijl hij aan bare sponde wakend zat,
vroeg zij hem met hare arme stem vol doodsangst
om zijn armen om haar heen te slaan en zijn
hoc'd tegen hare wang te leggen.
Wordt vervolgd