51"° jaargang.
Vrijdag 18 Februari 1898
N°. 9555.
Tweede Blad
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen,
UITGEVER: H. J. C. RQELANTS.
UIT DE PERS.
BINNENLAND.
JiJf&SJL-
Abosnemektsphijs voor Schiedam, per kwartaal
n b omliggende plaatsen, p. kwart.
franco per post, p. kwartaal.
Afzonderlijke nommers
f 0.90
- 1.05
- 1.30
- 0.02
BUREAU
De Inhuldig ingsfeesthn.
Onder den titel »Den armen gegeven" komt
in de Standaard het volgende artikel voor, dat
wij meenen, in verband met eene in dit blad
gevoerde discussie, in zijn geheel te moeten
afdrukken. Het luidt
In do Kroniek werd onlangs wel ingenomenheid
betuigd met de stads- en dorpsmanie om voor de
tinhuldiging" flink in den zak te tasten maar
toch tevens gevraagd, of het met zonde en jammer
was zulke schatten gehls aan smakelooze verfie-
rincen te ver-pillen, en of het onzen NedetlnntHchen
naam niet meer tot eere zou strekken, zoo dat
geld opgepot en voor dat opgepotte geld een
nationale weldadigheids-stichting in hot leven werd
geroepen.
Dat die bedenking opkomt, verslaan we, en toch
houden we haar voor onge/ond.
Kort voor Christus' opgaan naar Golgotha werd
in zijn intiemer kiinb schier gelijke bedenking
geopperd. Een vrouw kwam aangeioopen met een
kiuik uiterst kostbare zalfolie, naar onze vet hou
dingen wel f300 waard, en onderwijl Jezus aan
tafel aanlag, brak ze die kruik nardus, en goot
die uit, en zaifde er de voeten van den Heiland
der wereld meê.
Dat vond Judas Iscatioth toen ook geldverspilling,
en de vraag kwatn over zijn lippen; Had deze
kruik niet tot hoogen pi ijs kunnen veikocht woiden,
en het geld den armen gegeven
Nu zal do redactie van de Kroniek ook zonder
nadere uitlegging we! verstaan, dat geen haai op
ons hoofd er aan denkt, haar met den rampzaligen
Judas le vergelijken, ja, begrijpen, dat we voor
het persdebat wel wilden, dat een minder gebrand
merkt discipel deze voorspraak voor de armen te
zijnen laste had.
Judas' persoon blijft hier dus geheel buiten het
geding, maar de redactie zal zelve toegeven, dat
beidemalen een gelijkheid in de strekking van de
vraag sprekend is.
Toen in Palestina Kon dit geld niet aan nutte
loos en doelloos huldebetoon onttrokken wotden,
en den armen gegeven
Thans in de A't nniek Kon liet geld niet belet
dan aan smakeloos inhuidigingsornament, besteed
voor een instelling van weldadigheid?
Toch viel Jezus, Judas niet bij, maar drukte op
de huldigingsdaad van de vrouw zijn zegel. Er was
tweern lei in het leven: Het gewone, het alMaag-
sclt°, en daarin stond de zorge voor den at me op
den vootgrond. iDe ai men hebt ge allijd hij u,"
Maar er is ook een enkel maai het buitengewone
en dan tieedt op den voorgrond datgene wat zulk
een dag exceptioneel maakt
De Kroniek z.a! hpt dan ook verstaan kunnen,
dat wij, Antirevolutionairen, ten deze niet aan
haar zijde staan, maar achten, dat op den dag
der Inhuldiging huldebetoon en uiting van vi'cugde
over het opttedoo der Koningin de eerste rechten
op de beurs heelt.
Dat ook hieibij vee! munt van vaisch allooi onder
het goede geld mee doorloopt, geven we voet
stoots toe.
Bij niet weinigen staat niet het huldebetoon,
maar pret makerij, ook wel bluf, soms zelfs teclame
voor eigen zaak, op don voorgrond. Wie er een
slaatje uit kloppen kari, laat het niet, zooals de
soeieteitstaal zegt.
Maar dit neemt niet weg, dat de beweging, over
heei het land genomen, we! terdege een spontaan,
een algemeen, een nationaal, een vaderlandsch ka
rakter dtaagt, en dat zelfs de illiberaliteit bij de
saamstelling der hooge Feestcommissie die vader-
iandsche geestdrift niet heeft kunnen blttsschen.
Ons volk is door zooveel droefs heengegaan.
Zoo veel m den vaderlandschen toestand drukt
neer en boezemt weerzin in. Zoo zelden hebben
we als volk eens een hoogen vierdag kunnen vieren.
En nu er eindelijk zulk een dag aanbreekt en
de laatste telg uit het Huis van Oranje den troon
beklimt, en die vorstelijke telg een Jonkvrouw vol
gratie is, nu is er drang, aandrift in den vader
landschen geest opgekomen, om op den dag van
Haar Inhuldiging dan ook eens de mooie kleeren
aan te trekken, het huis mooi, het dorp, de stad
mooi te maken, blij en onbezorgd feest te vieren,
en dien dag zóo te doen schitteren, dat de heugenis
er van nawerke tot in lengte van dagen.
Dat hooge vaderlandsche gevoel wil zich uiten.
Het wil naar buiten breken. Het heeft behoefte aan
expansie. En, enkelen nu uitgezonderd, zal heel het
volk verbroederd voor don Troon staan.
Daar nu tegen in te gaan, en te zeggeniLaat
alles gewoon. Geniet dat vaderlandsch gevoel in
stilte bij u zelve. En als ge geld wilt uitgeven,
pot het dan op, on bouw er een Werkhuis of
Oudemannenhuis voor", gaat -tegen de wreef van
BOTERSTRAAT TO, -Feïeplioon tfo. 123.
ADvrr.TEKTrEPmjs: van 1—5 gewone Tegels met inbe
grip van ecne Courant/"0.53
Iedere gewone regel meer0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
het nationale leven, tegen den mensehelijken aard
in, en is onnatuurlijk.
Dat standpunt ligt le hoog, en zou misschien
goed zijn voor engelen, maar niet voor menschen.
Als sr geen feest was, en geen versiering op
liet feest, zou liet geld eenvoudig in de beurs
blijven, en de goudstioom met vloeien.
Het is menschelijk, om, als er glans op het hat t
achitteit, dien glans ook naar buiten te willen
vertolken.
Van smooie kleeien" schreven we. Welnu, reeds
daar spreekt de tnenschenaatd in. Als het hait
blij is, moet het kleed, dat men aantrekt, feestdos
zijn. En datzelfde menschelijk gevoel, dat op de
feest- en vierdagen om het i>zondagspakje" viaagt,
vraagt op zulk een vierdag oek om een aanklee-
den van onze straten, grachten en pleinen.
Hot is geeri petsoonlijk feest, het is geen huislijk
feest, het zal een feest zijn van heel het vaderland
en daarom moet stad en dorp zelf in feestdos
worden gestoken, en moet hee! de wereld de roep
doorgaan, dat Nederland en Oianje een dag van
vieugde voor Gods aangezicht hebben doorleefd.
En wat men nu zegt, dat zulke versieringen
zoo smakeloos zijn, maakt op ons al den indi uk
van de hyperaci ibie van een overdreven kunstgeest.
Veeleer staat, wat de lageie volksklasse in dit
opzicht doet, voor ons vee! Iiooger, dan de uit
grof gold betaalde gemeen-versietingen van de
deftige straten.
Zeker, wat onlangs Brussel op zijn Boulevards
te zien gaf, was aesthetisch keurig; vooral de
bandelieren der oude gilden maakten met de ge-
tooverde electrische illuminatie een wonderschoon
effect.
En toch, niet daar sprak het hai t in.
Dat was een versiering door tijke winkeliers bij
een kundig architect besteld. Zeiven hadden zeer
geen hand voor uitgestoken. Er niet over gedacht.
Er niets voor verzonnen. Ze waren or niet mee
bezig geweest. Ze betaalden per strekkende meter
zóó en zóóveel. En daarmee was het uit.
Neen, interessant is zulk oen stadsverslering juist
liet meest in de achterbuurten. Daar kleeft aan
eiken gulden, die wordt uitgegeven, het zweet des
aangezicbts. Daar steekt men zelf de handen uit de
mouwen. Daar is men er weken lang mee bezig,
hoe men het redden pn mooimaken zal. Daar
peinst en zint men er zelf op. Daar dicht inen
veizen voor de opschriften. Daar gaal men 'snachts
voor naar buiten, om wat sparregroen te halen.
Heel de buurt is er voor in de weer. En ais het
klaar is, geniet een ieder er in.
En als ntt de hoog-aesthetische keurmeesters
roepen, dat z.oo iels smakeloos is, dan sta hier de
wedervraag, wat onze iagero school gedaan heeft,
om smaak bij het volk aan te kvveeken. En vooits,
of er dan geen inwendig schoon, geen schoon van
iiet hart is, en of een vei siering, waaruit een
warme, zuivere, edele a.iniittft van het hart spreekt,
niet wel zoo hoog staat, als een keurig belijnde
en getinte vesieting van onze hoofdstraten, die
voor koud geld besteld en voor geld sliptehjk
uitgevoerd is.
En dan blijft het onzo overtuiging In wat gij
smakeloos noemt, spreekt nationale poczie.
De Koninginnen.
Ilare Majesteiten de Koninginnen en prinses
Elisabeth van Waldeck en Pyrniont woonden
gisteravond hot zesde Diligentia-concei t bij
in het Gebouw voor Kunsten en Weten
schappen.
Do vorstelijke bezoeksters verschenen na de
uitvoering van de Sympitonie no. 8 van Beet
hoven. Met het optieden der soli-ten, mej. Mar-
cella Pregi (zang) uit Parijs en de heer Arigo
Seiato (viool) uit Bologna, die beiden een schit
terend succes behaalden, werd gewacht tot de
komst van de vorstelijke personen.
De verkiezing te Doventc-r.
Uit de officieelo cijfers der afzonderlijke stem-
districlen biijkt, dat in de gemeente Deventer
zelve, de beer Van Loeneri Martinet een be
langrijken voorsprong had. Meer dan 100 stem
men had hij daar meer dan mr. A. van Delden,
meer dan 200 meer dan mr. Heemskerk.
De doipen behoorende bij het kiesdistrict
Deventer hebben den doorslag gegevenvooral
die aan de oostzijde van den IJsel bleken wei
nig vooruitstrevend. In Bathmen b.v. had de
heer Van Delden 191 stemmen, de heer Heems
kerk 11 en de heer van Loenen 12 stemmen.
Dat gaf het resultaat, wat velen heeft ver
rast.
De portefcaille-qnaestie.
In het Ned. Dagbl, schrijft de heer Ver
kouteren nog een laatste woord in de quaestie-
Herwaarden
Waarom, vraagt T)a Stand., heeft de heer
Van Herwaarden l»et feit, dat hem in 1888
de pottefeuiüe van rnarme was a.tngebo ien,
to Juni 189-4 aan de groote klok gehangen?
Dat is niet geschied, zegt mr. V.
»flet was een burgemeester van een der
plaatsen, waar de lieer Van Herwaarden als
candidaat optrad, oud-zeeofficier zooals hij,
die het eerst, bij het debat, het geheim open
baarde, en daar die burgemeester aan de hoog-te
marine-autoriteiten verwant is, kan bij van de
zaak, ook buiten den heer Van Herwaardei
hebben kennis gedragen."
Kieswet en coöp. woningen.
Volgens de kieswet kunnen ook bet kiesrecht
verkrijgen zjj, die, hoewel niet in eenige rijks
belasting aangeslagen, gedurende zekeren tijd
eene woning van eene huurwaarde tot een
bepaald minimum in buur hebben gehad.
De vraag is gerezen, zegt een inzendet in
de N. I?. O., hoe te handelen met bewoners
van huizen, gebouwd door eene coöperatieve
bouwvereertiging.
Het geval heeft zich voorgedaan, dat op dezen
gio.id kiesiecht weid aangevraagd door een
persoon die, terwijl in de gemeente het betalen
van een minimumhuur van f 2 veieiscbt ts, eene
woniug in huur bad van eene coöperatieve
hou wvereenïging voor 12.25 per week.
Volgens de statuten dier bouvvvereeniging
hebben hare ieden het recht een peiceel der
vereonigtng in huur te bekomen, waarvan zij bij
behoorlijke voldoening aan al hunne verplich
tingen inetleitijd den eigendom zullen kunnen
bekomen.
De huuipiijs is zoo geregeld, dat daaruit be
taald kunnen wordenrente en aflossing van
de gcldleeningen, door de vereeniging voor den
aankoop van bouwterrein en dea bouw der
huizen aangegaan; grond-, polder- en andere
belaslingen en lasten en kosten van onderhoud,
van verzekering tegen brandschade en van drink
waterleiding, en kosten van administratie en
beheer.
De huurprijs van f 2.25 is dus geen zuivere
huur; een gedeelte van deze som strekt om
roef tei lijd eigenaar van het perceel te worden.
De feitelijke huur daalt daardoor in vele
gevallen beneden de mimrnurn-liuur, door de
wet bepaald ter vekrijging van kiesrecht.
Een juiste grens te tiekken, h liter eene
moeüyke taak voor hem, die de wet moet uit
voeren.
Het schijnt evenwel, dat in dergelijke geva'len
geen astn«ptaak op kiesrecht bestaat, indien
kan worden aangenomen, dat onder den huur
prijs van f2.25 per week bijr 50 cents schuilt,
strekkende tot delging vari schuld of votmmg
van kapitaal.
Reservekader.
Het Bui eel van den Hoofdofficier voor het
Reservekader is van af 1 Maart a. s. gevestigd
te 's-Gravenhage, Paiamariboslraat No,
II.
0 verij ver.
De oud-minisler van justitie, mr. H. J.
Smvdt, schrijft in de Haarl. Ct. een zeer be
hartigenswaarde opmerking over het onver
standige om ook bij zeer get inge overtredingen
terstond proces-verbaal op te maken. Daardoor
wordt sde gelieele machinerie aan het werk
gezet en moeten deurvvaardei s, rijksveldwach
ters, parketten, techfers, kantoren van iegis-
tratie, gevangenisbesturen, statistieke bureaux
voor ten onrechte geconstateerde en vervolgde
feiten in beweging worden gebiacht."
Een schrijver in de Haarl. CL had er op
gewezen, dat het aantal processen-vei baal en
veroordeelingen toeneemt met de uitbreiding
der poiitie in de gemeenten en dot de ijver
der agenten vaak wordt afgemeten naar het
aantal vet balen die ze opmaken. Hij noemde het
geval van een burgemeester, die bij dagoider
den agenten zijn misnoegen had kenbaar ge
maakt, omdat in een viertal dagen slechts enkele
overtredingen waren geconstateerd Daardoor
wordt aan de onjuiste meening voedsel gegeven,
alsof de bevordeiing bij de politie mag afhangen,
niet van oordeelkundig optreden, maar van het
getal verbalisation. En daat bij bestaal het wan
begrip, alsof van hooger hand lsvst is gegeven
van alles proces-verbaal op te maken.
De heer Smidt herinnert, dat de minister
van justitie in 1S93 (dat was hij zelf) getracht
heeft dien overtjver te beteugelen. Hij liet een
aanschrijving uitgaan aan de ambtenaren van
het Openbaar Ministerie, om hen er op te
wijzen dat zij wel bevoegd maar geenszins
verplicht zijn alle overtredingen die lev hunner
kennis komen, te vet volgen en dat /ij van die
bevoegdheid met vvijz.e gumatig<lheid behooren
gebruik te maken.
In de Tweede Kamer waren in verschillende
afdeelingen leden toen ontevreden over die aan
schrijving zij konde, meen rnen, niet anders
dan vei kimmend werken op den ijver der amb
tenaren van het O. M.
Ook hier dus - zegt mr. Smidt de
uiting van een heertellende meeniug, dat ambts
ijver is af te meten naar het aantal, jAlsof
ijver zonder verstand niet in eene vervolgings-
vvoede ontaardt, die Staat en maatschappij
meer kan schaden dan het kwaad waartegen
zij geiicht is."
De Minister verklaarde, in zijn Antwoord aan
de Tweede Kamer, als de strekking zijner
ciiculaire: dat geen vervolging zou worden
ingesteld, welke noch de openbare orde, noch
het algemeen belang noodzaikelijk of raadzaam
maakt; dat het Openbaar Ministerie steeds zou
te rade gaan met de wenschelijkheid om in
sommige gevallen, vooral waar het nietigheden,
meer een persoonlijke gevoeligheid dan een alge
meen belang, veeleer eerie vei schoon bare daad
dan een strafwaaidig feit betreft, niet straf
rechterlijk te vervolgen".
Krachtig handhaafde de Minister verder zijne
aanschrijving, daartoe o. a. aanvoerende, dat
tnloor kleingeestige en kinderachtige vervol
gingen bet gezag geschaad en de aandacht van
liet Openbaar Ministerie afgeleid wordt van de
ernstige taak die daaraan is opgedragen."
Deze uitnemende opmerkingen mogen inder
daad wel herhaald worden, nu wij bij het
naslaan der gerechtelijke statistiek vinden, dat
het getal vervolgingen weder aanmerkelijk is
toeeenornen. In 1892 het jaar dat aan de
aanschrijving voorafgingmoesten niet minder
dan 85,558 beklaagden voor de kantonrechters
verschijnen (10,000 meer dan in 1891). In de
jaren 1893 en 1894 daalde dat getal tot 83.725
en 82,415, maar in 1895 was het weder 88.828
en in 1896 vermoedelijk wel 93.000. Het juiste
cijfer vinden wij in de gerechtelijke statistiek
niet opgegeven, maar iiet getal behandelde
zaken bedioeg 86,989 (of 6717 meer dan 1895!)
en gewoonlijk is het getal der beklaagden on-
gevper 10 pCt. hooger.
De oud-minister, dia tevens op beteie op
leiding van het politiepersoneel aandringt eitidigt
zijn beschouwing aldus:
nZonder politie, vervolging en straf zijn orde,
veiligheid en zekerheid niette handhaven; dat
ze dan ook met klem, kracht en ernst worden
aangewend, waar het feiten betreft die in
wezenlijkheid daartegen indruischen. Maar buiten
de natuurlijke en redelijke grenzen uitgebreid,
wordt bet middel erger dan het kwaad, waar
tegen het dienen moet."
Ecu borrel of chocolade.
De Ned. schreef onlangs liet volgende: »Er
is veel geschreven over imt afschaffen van den
oorlam aan boord der oorlogsschepen en men
voert steeds daartegen aan, dat de bemanning
daartegen zou opkomen. Waarom niet eens de
proef genomen, van hetgeen bij de Eng. marine
geschiedt, waar de matrozen kiezen kunnen
tuscehen een borrel of een groolen kop heerlijke
chocolade Velen, die niet gelooven aan de
problee atische verwarming door alcohol, ver
kiezen dagelijks chocolade en zeggen, dat een
groot volume van dien warmen drank ben vee!
meer verwarmt. Ik meen, dat zij ook een kom
kokende melk kunnen krijgen, maar daarvan
ben ik niet geheel zeker."
Hierin vindt een oud-scheepsgezagvoerder
aanleiding om het volgende te schrijven:
»Over het gebruik van sterken drank aan
bootd van oorlogsschepen kan ik niet spreken,
maar op koopvaardijschepen kan ik stellig ver
zekeren de bptnnnning er niet tegen zal zijn,
als er geen sterke drank aan boord verstrekt
wordt, mits er wat voor in de plaats gegeven
wordt.
»Ik had op mijne 8 a 9 laatste reizen, nu
nagenoeg 18 jaren geleden, op een zeilschip geen
stetken drank aanboord; hoewel op aansporing
van mijne feeders er mede begonnen, was ik
toch huiverig en in spanning hoe de proef zou
uitvallen. In plaats van het gebruikelijk oor
lam, in ,den regel driemaal daags, zoude elke
schepeling daat voor ontvangen 2:/s ons koffie.
2Vs ons suiker en een kwart flesch wijn in de
week.
sBoven verwachting bevond ik mij er goed
bij en Janmaat was er zeer mee tevreden, zoo
zelf dat ik eens met nog twee andere schepen
hier in Amsterdam de monsterrol bq den
Waterschout opende met een gedeelte der