51"*° jaargang. Donderdag 24 Maart 1898. N°. 9584. DE VLUCHT. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen. FEUILLETON. UITGEVER: H. J. C. ROELANTS. BUITENLAND, BINNENLAND. G3URI AsomBMïHTsrKus toot Schiedam, per kwartaal 1 f 0.90 n omliggende plaatsen, p. kwart - 1.05 franco per post, p. kwartaal. - 1.30 Afzonderlijke nommerso.02 BUREAUBOTERSTUAAT ÏO, Tclcplioon lïo. 123. ABTESTBirrrEPEijs: van 1—5 gewone regels met inbe grip van eeno Courant. f 0.53 Iedere gewone regel meer0.10 Bij abonnement wordt korting verleend. Algemeen overzicht. Schiedam, 23 Maart '98. Graaf Thun's rede bij de opening der nieuwe zitting van den Oostenrijkschen Rijksdag, waarin over de talen-qnaestie werd gezwegen en het vergelijk slechts kort werd aangestipt, vindt niettemin, ook bij de Duitsche bladen, om haar verzoenenden toon een gunstig onthaal. Zoo zegt het jWremdenblatt»Het program der regeering maakt de samenwerking en de vei zoening van alle partijen mogelijk. De par- tijen kunnen de aangewezen richting volgen zonder dat zij zullen afdwalen van hun nationale en politieke beginselen." Het blad ziet in de tegen-verklaringen en de protesten der verschillende partijen tegen den niemvbenoemden voorzitter niet het bliksemen der obstructie-wapens, maar veeleer de hand having van een niet ongegrond standpunt van recht. De Neue Freie Prcsse noemt als de op den voorgrond tredende bedoelingen van het program der regeering de regelmatige gang der wet geving en het herstel van ordelijke parlementaire toestanden. Het blad wacht hierover nadere verklaring af. De voornaamste punten van het program zijn de hetinnering aan het staatsgezag alsmede de zeker niet zonder bedoeling gekozen uitdruk king ïlangs grondwettigen weg", door den minister-president gebezigd toen hij sprak over het betrachten van rechtvaardigheid jegens alle volkeren der monarchie. Reeds om de geruststelling, die in deze woorden ligt, moet men de practische daden der regeering afwachten, meent de N. Fr. Pr. Het Wiener Tagcblatt zegt: j>De rede van graaf Thun versmaadt allen uitwendigen glans". Het blad prijst den voornamen tact der rede en haar innerlijke warmte. Het Extrablatt noemt graacThun's verklaring zeer correct, en de Oosterreichische Volkszei- tung schrijft«Niemand zal er aan twijfelen, dat de regeering het ernstig meent met haar verklaring." Het onhebbelijk optreden van Schönerer en zijn partijgenooten, die al hun best deden de •wanorde van vroeger weder in 't leven te roepen, vindt geen bijval in de pers; verscheiden bladen kenschetsen de houding der Schóne- rianen als geheel op zichzelf staande. Het Deutsche Zeitung zegt, dat het niet aangaat, dat de obstructie door scheldwoorden alleen wordt gevoerdaan het gedrag der Schönerianen behoort een einde te worden gemaakt. En het Deutsche Volksblatt schrijft)>I)e Schönerianen beleedigden den nieuwgekozen voorzitter persoonlijk op een wijze, die ook door de scherpste politieke vijandschap nooit kan gerechtvaardigd worden". Het is duidelijk waar te nemen, dat de aan hangers van Schönerer en Wolf, slecht» zeer DOOR IDA BOY-ED. 60) Zij overvielen Adriaan, die zich ontzettend ver heugde en wel een dozijn geldige redenen had op te sommen, waarom het hem onmogelijk was ge weest in de laatste waken te komen. De boekweit en de herfsthooi en de turf koopers en wat niet al meer. Maar Conradine's troolijke stemming ver dween, zooals een tropisch landschap op het tooneei op een teeken met de schel in een doodsche woestijn veranderteen verandering bij open 4oek. Adiiaan vroeg namelijk eenvoudig »En wat schrijft Felix wel Zij bloosde en zeide stamelend. a>Het is hier zoo warm niet waar? Zet het venster toch open of Iaat ons buiten gaan zitten. Felix? Mijnheer Dahiland? O, hij heeft mij twee maal koit bericht, dat luj tevreden is 's Avonds zat Cunradine nog laat op haar kamer alleen. Voor haar lagen dikke brieven. Zij nam ze fit de couverts en las. Het waren Felix* brieven. Haar oogen glansden, haar wangen waren warm en rood. Zij vatte dien nacht den slaap niet. Maar vol- weinigen in getale, een volkomen geïsoleerde positie innemen. De berichten uit de Vereenigde Staten blijven voortdurend elkaar tegenspreken en het veiligst is zeker geen enkele conclusie te trekken, voor dat een melding, hoe waar ook schijnend, van verschillende zijden bevestigd wordt. Welke dus de oorzaak der ontploffing op de Maine is, die door de Amerikaansche enquête commissie is aangenomen; wanneer dit rapport zal worden uitgebracht; wanneer het zal worden openbaar gemaakt, daarop is nog altijd geen stellig antwoord te geven. Toch is er êéne aanwijzing die niet van be- teekenis ontbloot is, en waaruit men wil op maken dat de regeering der Vereenigde Staten aanneemt, dat de Maine door een oorzaak van buiten af in de lucht is gevlogen. De bevelhebber der Maine, kapitein .Sigsbee. die op non-actief was gesteld, keert niet alleen in den actieven dienst terug, maar wordt zelfs bevorderd. Werd nu de oorzaak der ontploffing toege schreven aan een ooi zaak op het schip zelf, dan zou kapitein Sigsbee voor een krijgsraad belmo ren terecht te staan. Over het rapport der commissie is, zooals wij reeds zeiden, niets nog met zekerheid bekend. Een verzekering «uit goede bion", dat de Spaansche gezant te Washington aan zijn regee ring had getelegrafeerd, dat volgens het rapport der commissie de oorzaak der ramp van buiten was gekomen, is terstond door den gezant tegengesproken. Van zeer groot belang is de mededeeling van den correspondent der New-York Herald te Madrid aan zijn blad «Ik kan u verzekeren, dat de Spaansche regeering beslist zal weigeren een uitspraak der Jtfdine-commi«sie te aan vaarden, waarin de Spaansche regeering aan sprakelijk wordt gesteld. Meer nog, de regeering der Vereenigde Staten kent dit voornemen. «Het Spaansche kabinet meent dat de be schuldiging, vervat in zulk een vermoeden, op Spanje's naam als beschaafde natie een onuit- wischbare smet zou werpen, die het er niet op mag laten rusten. «Mocht dus het rapport der commissie de schuld op Spanje werpen, waaruit een eiscli tot schadevergoeding voortvloeit, dan zal de regeering te Madrid een beroep doen op alle Europeesche mogendheden en haar tusschen- komst inroepen ten gunste van Spanje tegen een uitspraak, die voor eiken Spanjaard afschu welijk en onrechtvaardig zal zijn." Ucmcngde Mcdedecllngen. De bisschop van Gent had den bekenden christelijk-democratischen pastoor Daens verbo den zich bij de verkiezingen opnieuw candidaat te stellen voor de Kamer, Daens is in hooger beroep gegaan bij den Paus, die evenwel het verbod van den bisschop heeft bekrachtigd. komen frisch, in stralende vroolijklseid zat zij aan de ontbijttafel. Het was baar of er een groot geluk moest gebeuren, juist heden. Zij maakte Madame mere een compliment over den xfeudalen indruk", dien haar nieuwe ochtend japon maakte, en loog daarbij niet, want zij vond die werkelijk verrassend lief. Zij plaagde ook Jas- peison en zeide dat hij cipier had moeten worden; voor dat beroep was hij eigenlijk in de wieg ge legd. Zij liep even over naar de oude lutdjes en maakte vader Amstrup het hof. Toen ging zij het park in. De zon scheen niet, maar toch was het haar of er een gouden klaarheid in de lucht was. Onder de populieren zat zij op de bank en droomde. De wind streek zacht door de toppen, en door het glanzig gebladerte trilde een beweging vol rustelooze glampjes, zooals lichte golfjes op een watei vlakje. In het hooge gras stonden uitgebloeide bloemen, hingen teere spinnewebben, en hier en da.tr sche merde er een fluweelen tint door van verstrooide dor e bladeren, die ontijdig in herfst-vermoeidheid wa en neergevallen. Maar het was zeer warm, en zoo sprookjesarhtig stil. Conradine schrok op van het eerste harde geluid. Het was Jasperson, die langs het smalle pad tusschen de wanden van struikgewas aankwam en rondom door takken werd bestookt, die hem tegen boist en beenen sloegen. «Een telegram", zei hij. Conradine werd zeer bleek, hetgeen Jasperson niet bijster verbaasde, want telegrammen betee- Bij de behandeling der zaak-Crispi in de Italiaansche Kamer werd door 43 leden geeischt, dat de gewone rechter over den ex-premier zal oordeelen. Aan de Trïbuna wordt uit Palermo bericht, dat de groote ellende op Sicilië allerwege op gewondenheid veroorzaakt, die zich reeds op verschillende plaatsen door wanordelijkheden heeft geuit. Te Algiers zijn weer anti-semietische op stootjes voorgekomen wegens de arrestatie van Max Regis, den redacteur der Anti-Juif, op grond van een heftige redevoering te Parijs. De zouaven en de jagers verstrooiden de menigte. De Ind. Beige verneemt uit Berlijn, dat koning Menelik zich verzoend heeft met Khalif Abdullah, die behalve een detachement naai de Fransche expeditie Bonchamps te Fashoda, ook een detachement onder den Franschen officier Clochette naar Khartoum heeft gezonden. Menelik van zijn kant rukt aan 't hoofd van een groot leger op naar het Rudolph-meer. De Somali's zijn door Britsehe agenten opgezet tegen Abessinie. Menelik ericht voor zich bet gebied tusschen den Nijl en Abessinië en zal geen Engelsche expeditie op zijn gebied toelaten. Een botsing tusschen de Angto-Egyptische legermacht en koning Menelik wordt steeds waarschijnlijker. Volgens een particulier bericht uit Dnar-es- Salaatn is een Duitsche expeditie in Oost-Afrika door de Wakóhé's vermoord. De gouverneur Liebert is tegen hen opge trokken om hen te straften. Naar uit Port-Arthur te Peking werd ver nomen, liggen twee groote Russische oorlogs schepen en een torpedo-vernieler in de haven van Port-Arthur. De Russen brengen steenkool bijeen en hou den schietoefeningen met het scheepsgeschut. De admiraal heeft de forten aan de baai geïnspecteerd. De Politische Correspondent te Weenen verneemt uit St. Petersburg, dat Japan in de jaren 1895 tot 1905 minstens'145 milfioen yen zal besteden aan de verbetering der vloot. Zeven en veertig oorlogsschepen zijn besteld op verschillende werven van Frankrijk, Enge land, Duitschïand en Amerika. De verkiezingen hebben den toestand in Japan gelaten zooals die was. De beslissing hangt af van 50 leden, die tot geen partij behooren. De regeeringspartij en de oppositie zijn ongeveer even sterk. Uit een officieel bericht blijkt dat de Cu- baansche insurgenten-aanvoerder Maximo Gomez met verlies van 38 man door de Spanjaarden geslagen is. Een bende boosdoeners houdt den White-pas, die naar het goudland Klondyke voert, bezet Er is bevel gegeven aan de troepen om tot eiken prijs de reizigers te beschermen. kenden bij hem hetzelfde als ongeluk en onaan genaamheden. «Het is niet van hem," dacht Conradine. «Hij komt eerst over vier dagen." Di0n termijn had zij zichzelf opgedrongen, om haar brandend onge duld te beteugelen, bHet is niet van hern," zeide zij met nadruk bij zich zelf, om zich voor teleurstelling te bewaren, en toch wist zij dat het van hem moest zijn, en toch hoopte zij met tedere hartklopping dat het van hem mocht zijn. Het was van hem: rik kom hedenavond zes uur te Tondern. Verzoek rijtuig. Hoogachtend, Fei.ix Dahlland." Met moeite stond Conradine op. «Zeg in den stal, dat het rijtuig voor den trein van zes uur te Tondeln moet zijn. Mijnheer Dahiland komt terug," zeide zij toonloos. Jasperson keerde zich om. »De landauer met da isabellan," beval zij. Hij wendde zich om. «Mijnheer Dahiland neemt altijd de kleine brick," zeide hij. tik rijd mee naar Tondern," antwoordde Con radine en week den blik van haar bediende uit. sik moet een boodschap doen." «Maar om zes uur schemert het ai; om half zeven, zeven uur is 't donker," zei Jasperson. Zij hield zich inmaar hel bloed steeg haar naar het hoofd. »Ik doe mijne boodschap voor de aankomst van den trein." Jasperson ging. Generaal Vetter. Na de overvalling op Lombok in Augustus, 1894, is door verschillende Indische dagbladen de houding van den generaal Vetter afgekeurd hij zou geheel het hoofd kwijt zijn geweest, had verder optreden tegen Lombok ondoenlijk geacht, telegrapheerde om schepen om de troe pen mede naar Java teiug te biengen enz. Wij hebben aan al die verhalen steeds alle geloof ontzegd. Niet alleen omdat al wat wij te weten konden komen omtrent het kalme en vastberaden kaïaktcr van den generaal Vetter daairnede geheel in strijd was, maar ook omdat de houding van de regeering in Indië en iu Nederland, ja door het hoogste gezag zelf, tegenover hem aangenomen, de ver halen voldoende tegenspraken. Zouden alle tot een juist oordeel bevoegden een generaal in het bevel gehandhaafd, na de veroveting van Lombok hier te lande zooveel hulde bewezen, vervolgens aan liet hoofd van het Indische leger gestold en hem in de moei lijkste omstandigheden met onbepeikte volmacht naar Aiji-h gezonden hebben, wanneer hij op Lombok getoond had tegen onverwachte be zwaren niet opgewassen te zijn geweest? Het was niet aan te nemen. Maar met dat al begrijpen wij zeer goed, dat bij menigeen door al de couvantenverhalen tvvijtel was gewekt. En daarom verheugen wij ons zeer, dat de hoofdredacteuren van De Locomotief en het Balaviaasch Nieuwsblad nagenoeg op hetzelfde oogenblik, maar onaf hankelijk van elkander, in staat zijn geweest aau allen laster ten deze voor goed den kop in te drukken door eindelijkopenbaar te maken wat werkelijk, na de overvalling, door generaal Vetter is getelegrapheerd. Deze, door den lieer Brooshooft zoo te recht genoemd »de stoutm -edige, voor zijne kaïakter- vastlieid bekende Atj -h-officier, de heldhaftige kapitein van Segli, de latere bekwame hoofd officier, de kalme aanvoerder, de krachtige legercommandant" is dan nu, zijnen lasteraars ten spijt, in de Indische publieke opinie vol komen gereliabiliteeid. Wij kunnen begrijpen, dat by zichzelven boven den laster heeft vet heven geacht, wel ovet tuigtl dat de waai beid zich ten slotte zou baanbreken. Maar het moet ons van het hart, dat wij de passieve houding der tegeerings- mannen in Indië niet kunnen goedkeuren. Waarom maakten dezen niet reeds sinds lang het bewuste telegram openbaar Al achtten zij dat onnoodig voor den gene raal persoonlijk, zij hadden niet mogen vergeten dat de handhaving van de krijgstucht in het leger, het vet trouwen van dit leger in zijnen bevelhebber schade lijden kan door de telkens herbaalde lasterlijke aantijgingen en daaraan vastgeknoopte beschouwingen. Een communiqué aan de dagbladen had, meer dan driejaar lang, veel geschrijf en veel kwaad kunnen voorkomen maar men kan in Indië soms zoo onhandig ge heimzinnig zyn I (ff.) jOnverdrageiijk", fluisterde ConradineIk moet voor hem oen andere bezigheid bedenken in mijn persoonlijken dienst duld ik hem niet meer." Aan tafel toonde Madame mère zich zeer be zorgd over hot weer. Het zag er uit naar regen. En ais het droog bleef, kon het een prachtige rit voor Conradine worden. De Septemberavonden waren dikwijls de mooiste van bet jaar. Zij moest Phoebe maar meenemen. Madame mere zelf had heiaas een beeije migraine en kon haar begeleiding niet aanbieden. Phoebe kwam hard aanloopen en vroeg of zij mee mocht. sin mijn eigen huis ben ik zoozeer de slavin mijner omgeving, dat ik niet eens alleen uit kan rijden, zonder dat het de aandacht trekt," dacht Conradine toornig. Want zoowel Phoebe alsook juffrouw Petterson en Madame mere verbaasden zich heel naïef. «Alleen Maar dat is immers zoo ver velend?" Zij had bijna een gevoei alsof zij uit een kerker ontsnapte, toen zij eindelijk met den hoed op het hoofd in de vestibule stond en door haar kamenier haar handschoenen liet vastknoopen. Zij droeg dezelfde donkergroene japon, waarin Fehx haar destijds voor het eerst had geziendezelfde kleine vilten hoed rustte op haar blond haar. Buiten aan het portier stond de onvermijdelijke Jasperson, in zijn lange jus, den hoogen hoed in de hand, gereed om mee te gaan. (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 1