52"e jaargang. Vrijdag 29 April 1898. N 9613. Tweede Blad. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, uitgeverThTj. c. roelants. Openbare Aanbesteding. BINNENLAND. De gistfabricage volgens een ander systeem dan het onz», leverde meer moeilijkheden op dan wij hadden voorzmn, rnaar die thans ge lukkig zijn overwonnen. Dientengevolge hebben wij de gistproductie te Brugge in het afgetoopen jaar lot een minimum beperkt, waaronder de uitkomsten der exploitatie natuurlijk gevoelig moeten lijden. Wat echter hierdoor het bedrijf te Brugge te kort kwam, kwam aan de Delft sche fabriek ten goede en wij konden te eerder onze afnemers van Delft uit blijven voorzien, omdat de heffing der invoerrechten tot 1 Januari 1898 werd uitgesteld. Staten-Generaal. Abojwemesttspkijs voor Schiedam, per kwartaal f 0.90 omliggende plaatsen, p. kwart - 1.05 franco per post, p. kwartaal. - 1.80 Afzonderlijke nommers0 02 GOUDA BFREAP; BOTZRSTBAAT ÏO, Teleplioon HTo. 123. A»rERTMrrrEPRijg: van 1—8 gewone regels met inbe grip van eene Courant(j gj Iedere gewone regel meer010 Bij abonnement wordt korting verleend. Op Donderdag 5 Mei a.s., 's namiddags te 2 uur, zal door Burgemeester en Wet houders van Schiedam openbaar worden aan besteed, volgens bestek no. 49, liet uitvoeren van verf- en leerwerken aan gebouwen, bruggen, beschoeiingen, liekken enz. binnen de gemeente Schiedam. Het bestek is tegen betaling van f-.25 ter Gemeente-Secretarie verkrijgbaar. De aanwijzing geschiedt: van perceel II op 2 Mei a. s., 's morgens ten 9 uur, te beginnen aan de Gasfabriekvan de overige perceelen op dienzelfden dag "s namiddags 4 Va uur, te be ginnen aan de Stadstimmerwerf. l>e oorlog. De St.-Ct. bevat de beide volgende kennis gevingen De Spaansche gezant heeft, in opdiacht zijner Regeering, onder dagteekening van den 2Gsten dezer, aan den Minister vari Buitenlandsche Zaken mededeeling gedaan van het Spaansche Koninklijk besluit van '23 Apiil 1898, bekend gemaakt in het olficieele blad Qaceta de Madrid van 24 d.a.v. Dit besluit, waarvan de officieele tekst op het Departement van Buitenlandsche Zaken ter in zage ligt, luidt in vertaling, als volgt Kon. besluit. Overeenkomstig het gevoelen van den Raad van Ministers In Naam van Mijn Doorluchtigen zoon, den Koning Don Alfonso XIII en als Koningin-Re gentes van het Koninkrijk, hebben Wij besloten en besluiten als volgt Art. 1- Ten gevolge van den tusschen Spanje en de Vereenigde Staten bestaanders oorlogs toestand vervallen de verdragen van vrede en vriendschap vau 27 October 1795, het protocol van 12 Januari 1877 en alle andere schikkingen, overeenkomsten of verdragen, tot dusver tusschen de beide landen van kracht. Art. 2. Te rekenen van de bekendmaking van het tegenwoordig Koninklijk besluit in de Qaceta de Madrid zal aan alle zich in onze havens bevindende schepen der Vereenigde Staten een termijn van 5 dagen worden toege staan, binnen welke zij vrijelijk uit gezegde havens kunnen vertrekken. Art. 3. Hoewel Spanje niet is toegetreden tot de den löden April 1856 te Parijs getee- kende Declaratie, maar integendeel uitdrukkelijk zijn wil heeft te kennen gegeven, daaiaan niet ie adhereeren, is Mijne Regeering de beginselen vau het volkenrecht indachtig, voornemens de navolgende regelen van het zeerecht in acht te nemen en beveelt het dat die zullen worden in acht genomen a. de onzijdige vlag dekt de vijandelijke koop waar, met uitzondering van oorlogscontrabande; b. de onzijdige koopwaar, met uitzondering van oorlogsconirabamle, mag onder vijandelijke vlag niet worden genomen c. blokkades moeten om erkend te worden werkelijk zijn, dat is gehandhaafd worden door een macht voldoende om feitelijk den toegang tot de vijandige kust te beletten. Art. 4. De Spaansche Regeeiing handhavende haar recht om kaperbrieven ai te geven, welk recht zij zich uitdrukkelijk heeft voorbehouden Wj hare nota van 16 Mei 1897, in antwoord op (iet door de Fransche Regeering tot haar gericht verzoek om tot de declaratie van Parijs betreffende het zeerecht toe te treden, zal voorshands door middel van Spaansche koop vaardijschepen een dienst van «hulpkruisers der Oorlogsmanne" in het leven roepen, welke hulpkruisers met die der Marine zullen samen werken tot bereiking van oorlogsdoeleinden en zullen staan onder de jurisdictie der oorlogs- marine. Art. 5. Ten einde de vijandelijke schepen te nemen en de vijandelijke koopwaar onder haar eigen vlag, en oorlogscootrabande onder elke vlag buit te maken, zullen de Koninklijke Marine de hulpkruisers en later de kapers, zoo deze mochten worden gemachtigd het doorzoekings- reeht in volle see en in de tot het vijandelijk gebied behoorende wateren uitoefenen, over eenkomstig het vólkern echten de voorschriften, die daaromtrent zullen worden uitgevaardigd, Art. 6. Onder oorlogscontrabande worden verstaan: kanonnen, mitrailleuses, houwitsers, geweren en alle soorten van blanke en vuur wapenen, kogels, bommen, granaten, kartetsen, slaghoedjes, lonten, kruit, zwavel, salpeter, dynamiet en alle soorten van ontplofbare stof fen, uitrustingstukken, zooals uniformen, riemen, zadels en tuigen voor artillerie en cavalerie, machines voor schepen en toebehooren, sch voet hoornen, schroeven, ketels en alle voorwerpen dienende tot liet bouwen, herstellen en uitrusten van oorlogsschepen en in het algemeen alle instrumenten, gereedschappen, munitie of voor werpen die voor den oorlog dienstig zijn, als mede de voor wei pen die in het vervolg onder die benaming mochten worden begrepen. Art. 7. Als zeeroovers zullen worden be schouwd en met al de gestrengheid der wetten als zoodanig geoordeeld de kapiteins, gezag voerders en officieren en twee derden der be manning van nietNoord-Amerikaanscheschepen, die zullen worden gevat bij liet uitoefenen van oorlogsdaden tegen Spanje, al zijn zij voorzien ▼an een patent afgegeven door de republiek der Vereenigde Sta'en. Art. 8. De ministers van Staat en van Marine zijn belast met de uitvoering van het tegen woordig Koninklijk besluit en met het nemen der maatregelen, noodig voor de goede uitvoering daarvan. Gegeven in liet Paleis den 23steu April 1898, (get.) Maria Christina. De Voorzitter van den Raad van Ministers, (get.) Piuxedes Mat go Sagasta. Blijkens mededeeling van den Spaansclien gezant, in verband met den tusschen Spanje en de Vereenigde Staten uitgebroken oorlog, zal de toegang tot de havens op Cuba, Purto- rico en de Philippijnsche eilanden slechts moge lijk zijn met behulp van de aanwijzingen der kustloodsan, die zich met hunne vaartuigen ter plaatse zullen bevinden, om de schepen binnen de havens te voeren. De aandacht van belanghebbenden wordt ook gevestigd op de mogelijkheid, dat het wegnemen der bakens en het uitdooven der kustlichten, om redenen van oorlogsbelang, door de Spaan sche autoriteiten noodzakelijk zoude kunnen worden geacht. De minister van buitenlandsche zaken heeft aan de Kamers van Koophandel het volgende schrijven gericht: Ik heb de eer ter uwer kennis te brengen, dat, blijkens mededeeling van den Spaansclien gezant, de oorlogshavens Cadix, Ferrol en Car- thagena, alsmede die van de Baleaiische eilan den Cabrera en Tornetl*, vermoedelijk zullen gesloten worden. Verzekering van werklieden. Bij de Tweede Kamer is ingekomen het door de voiige tegeering reeds ter hand genomen, doch buiten behandeling gebleven ontwei p van wet houdende wettelijke verzekering tan werk lieden tegen de gevolgen van ongevallen in be paalde bediijven. De regeertng verklaait, dat het thans inge diende ontwerp in hoofdtrekken overeenkomt met dat der vorige regeering. Ook de toelichting is bijna geheel uit het vorige ontwerp overgenomen. Onder de verzekeringspliclitige bedrijven zijn nog opgenomen de omnibus-ondernemingen, het leggen van riolen en van gas- en waterleidingen buiten gebouwen, het fabiiceeren van lichtgas en liet verwerken van de daarbij ontstane neven producten, het stoken van moutwijn en jenever. Nieuw is voorts een bepaling, strekkende om de verzekering ook uit te strekken over den hier woonachtigen werkman, die voor de hier ge vestigde onderneming het bedrijf in een vreemd lund lijdelijk of bij tusschenpoozen uitoefent. Wordt bedoelde werkman in de verzekering opgenomen, dan behoort door den werkgever ook voor hem premie betaald te wot den. Tevens is een bepaling opgenomen, waai door bevorderd wordt dat liet buitenland onze werk lieden iu de verzekeringspliclitige bedrijven niet in eene wettelijke verzekering tegen de gevolgen van ongevallen opneemt, bijaldien zij aldaar tijdelijk of bij tusschenpoozen liet bedrijf uit oefenen. Waar in het vorige ontweip bepaald was dat indien de verzekerde werkman lid is van een fonds voor uitkeering en hij gedurende langer dan drie weken gedeeltelijk of geheel ongeschikt is tot werken, de verzekeringsbank hem boven dien als schadeloosstelling uitkeert een geldsom, gelijkstaande met 20 maal de door hem aan het fonds over de week voorafgaande aan het ongeval betaalde bijdrage, in liet nieuwe ont werp de termijn op zes weken gesteld en liet bedrag op 52 maalde week bedrage. In verband daarmede is ook geregeld de termijn voor de verdere schadeloosstelling, in den vorm van geregelde uitkeering of rente. De schadeloosstelling voor begrafeniskosten door de Rijks-verzekeringsbank uit te keeren is bepaald op dertigmaal het dagloon van den over ledene. In het vorige ontwerp was bepaald 0 pc. van het jaarloon. De rente-uitkeering aan de nagelaten betrek kingen is uitgebreid tot elk ouderloos kleinkind, indien de oveiledeue zijn kostwinner was en be draagt 20 pc. van dien-, dagloon. Klerk- of adjunct-commies. De Nederlandsche Post- en Telegraafbond heeft zich tot den Minister van Waterstaat gewend met een request, waarin liet volgende wordt aangevoerd dat het begrip, opgesloten in liet woord nklerk", niet juist weergeeft den werkkiingeri maatschappelijke positie van den klerk der Postei ijen en Telegraphie, vooral niet, wanneer hij in 't bezit is van het post- en het telegraaf- ladicaal; dat de titel klerk vele moeilijkheden in den weg legt aan liet streven, zich zoowel tegenover liet mindere personeel, als in het particuliere leven op de juiste plaats te handhaven; dat vooral voor de oudere klerken der Poste rijen en Telegraphie, hoofden van huisgezinnen, de onderschatting, waaraan zij dagelijks bloot staan dubbel hinderlijk is; dat dus eene wijziging van den titel sklerk" zeer wenschelijk mag genoemd worden. Redenen, waarom het bestuur den minister beleefd verzoekt, den klerken der Posterijen en Telegraphie le klasse, In 't bezit der beide radi calen, een anderen titel b.v. dien van adjunct- commies te willen verleenen. Een uitvoerige memorie van toelichting ver gezelt het request. lte Ned. Gist- en Spiritusfabriek Ie Delft. In haar verslag over 1897 deelt de directie van De Nederlandsche Gist- en Spiritusfabriek, te Delft, mede dat de eindcijfers der winst- en verliesrekening gunstiger zijn dan in verband met de omstandigheden waarin hare industrie verkeert, was te verwachten, s De protectionis tische strootning", zegt de directeur o. a., «die sedert een tiental jaren in en buiten Europa he er.sc lit, brengt aan alle takken van nijverheid, elk op zijn beurt, verrassingen, die voor de imlustrieelen in Nederland, waaraan het heilig hui-je van den vrijhandel niet mag worden ge raakt, zonder uitzondeiing even zoo vele teleur- tellingen zijn. Ook wij mogen dit opnieuw in ruime mate ondervinden. Hebben in 1890 Frankrijk door eene verliooging van invoerrechten van 30 op 70 frs., in 1892 Spanje door eene ver hooging van 17 op 100 pesetas hunne grenzen voor spiritus gesloten; heeft Frankrijk tevens in 1892 door de heffing van een invoerrecht van 25 centimes, en heeft Duitschland iri 1891 door de verhooging der rechten van 42 tot 65 pfennig den invoer van gist onmogelijk ge maakt; thans is liet niet slechts alweder Frankrijk maar tevens de Belgische wetgever die de Nederlandsche gist- en spiritusfabi ikutie in het nauw drijft." De wiust- en verliesrekening toont aan dat de exploitatie te Delft een voordeelig saldo heeft gegeven van f 283,499.90'/a, die te Brugge een nadeelig saldo van f 14,551.48, en die te Delftshaven eveneens een nadeelig sahlo van f 6596.43Vaterwijl de centrale kosten f 31.034 38 i hebben beloopen. De bruto-winst is f 23i,317-50Va, en liet winstsaldo f33,946.35Va, zoodat de directie voor kan stellen bet dividend te bepalen op 2'/s pet. o( f25 per aandeel. De balanswaarde van de Delftsche fabriek die meer dan f 2 millioen gekost heeft, is thans tot ruim f 1 millioen teruggebrachtterwijl van het totaal in de beide fabrieken (Delft en Brugge) vastgelegde kapitaal meer dan de helft afgeschreven is. Het verslag bevat voorts eene uitvoerige be schouwing naar aanleiding van de nieuwe wet geving op het gedistilleerd in België, die de industrieelen daar feitelijk noodzaakte hunne branderijen in gistfabrieken te veranderen, en de aanleiding is geweest van de vestiging, dooi de N. G. S,, van eene fabiiek te Bi ugge. De uitvoering der daarvoor strekkende plannen (telleden jaar door de aandeelhouders goedge keurd) vereischt groote inspanning der directie. »De uitkomsten" zegt deze, «hebben nog niet dadelijk aan onze verwachtingen beantwoord. Vooral op technisch gebied zijn wij op moeilijk heden gestuit, die wij niet hadden voorzien. «Gelijk trouwens onvermijdelijk is bij zóó ingrijpend gewijzigde omstandigheden, als de riipuwe wetgeving in België deed geboren wor den, kenmerkt zich de economische toestand in onzen tak van industrie vooralsnog door onzekerheid. Nij veren en handelaren voelen zich blijkbaar nog niet recht op hun gemak in de nieuwe woning en de iegeering staat weifelend tegenover de verbeteringen die door de ver schillende tegenstrijdig-belanghebbenden orden aan de liatid ge iaari om de grieven tegen baar weik uit den weg te ruimen, de gebreken te herstellen, die elke nieuwe wettelijke oiganisatie aankleven, vooral wanneer zoo groote geldelijke lands- en particuliere belangen in het spel zijn, als bij eene wetgeving op het gedistilleerd het geval is. »\faar juist de omstandigheid dat zoo vele en velerlei groote belangen bij onze industrie be trokken zijn, dat zoo machtige kapitalen er in zijn vastgelegd, dat zij in handen is van in vloedrijke mannen, gevoegd bij het feit dat hot de bedoeling is geweest door beschermende maatregelen in de gist-industrie een nieuwe bron van volksweltaatt voor België te openen, een en ander wettigt liet vertrouwen dat de regeering deze industrie zal vestigen op fiscale grondslagen, die baar gezonde ontwikkeling bevorderen. «Hoe het zij, wij bevinden ons in ons bedrijf te Brugge tegenover onze Belgische concurrenten in eene zeer gunstige positie. Wij bezitten van het gistbedrijt eene technische ervaring, die uitteraard slechts door jarenlange praktijk kan verkregen worden, wij mogen ons verheugen in de aanhankelijkheid eener uitgebreide clientèle, wier behoefte htl tegenwoordig productiever mogen onzer Brrgge'sche fabriek verre over treft. Voor den afzet van het gedistilleerd vinden wij kraehtigen steun in de gevestigde reputatie van de firma Verslraete, die tevens sinds onheug lijke jaren de West-Vlaam-che boeien aan het gebruik van spoeling gewoon heelt gemaakt. Zoo hebben wij een voorsprong eenerzij Is op alle Belgische distillateurs, die gistfabrikanien zijn geworden, ander zijds op alle vreemde gist- fabrikatiten die in België distillateurs zouden willen worden, en dit geeft ons goeden moed en vol vertrouwen in de toekomst onzer fabriek te Brugge, nadat de eigenaardige moeilijkheden, verbonden zoowel aan onze ve-tiging in den vreemde, als aan de wijziging van de Belgische wetgeving zullen zijn overwonnen, ook al moge de exploitatie tot dusver geene gouden eieren voor onze vennootschap hebben gelegd." Het bedrijf te Delft heeft wel niet geheel onbevredigende, maar toch geenzins schiterende uitkomsten gegeven. Op de spiritusmarkt kwam het Fr.irische protectionisme weder een spaak ïn het wiel steken. Door verbubbeling van het invoerrecht werden er feitelijk de grenzen ge sloten voor de melasse der Holland-che suiker- fabrikanten en raffiiiadeurs. Daarvan nin België de invoer verboden, Duitschland heeft meer dan genoeg aan zijn eigen afval der suikerfabrieken. Nederland moet dus nu zelf zyn melasse ver werken, en melasse verwelken beteokent voor alsnog spiritus maken. Zeer belangrijke hoe veelheden spiritus zijn dientengevolge geprodu ceerd, die natuurlijk zwaar hebben gedrukt op de spiritusprijzen. TWEEDE KAMER. Zekerheidstelling door Ambtenaren. In zijn antwoord op het afdeelingsverslag der Ka mer omtrent-het wetsontwerp betreffende regeling van de wijze waorop voor de daartoe verplichte rijksambte naren ten behoeve van den Staat zekerheid wordt gesteld, verklaardt de minister van financiën dat dit onderwerp al is het niet door alle ministers onder-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 5