52"° jaargang.
Donderdag 26 Mei 1898.
N°. 9635
VROUWENSTRIJD.
u
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
Kennisgeving.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
ABOffKBHSRTsPBUs voor Schiedam, per kwartaal f 0.90
n omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlijke nommcrs- 0.02
BtllBAU: BOTÏRSTRAAT ÏO, Telepïhoon Ho. 123.
Advertentieprijs: van 16 gewone regels met inbe
grip van eene Courantf 0,52
Iedere gewone regel meer- 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Burgemeester en wethouders van Schiedam,
Gezien art. 98 der Kieswet;
Brengen ter kennis van de ingezetenen, dat het
proces-verbaal bedoeld bij art. 93 dier wet, van de
op den 24sten dezer in kiesdistrict UI dezer gemeente
plaats gehad hebbende stemming voor de verkiezing
van een IAd van den Gemeenteraadop de secretarie der
gemeente ter inzage is nedergelegd, en dat afschrift
daarvan aan het raadhuis is aangeplakt.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den 2östen Wei 1898.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De secretaris,
VERNÈDE.
Algemeen overzicht.
Schiedam, 25 Mei '98.
De oorlog.
Een beslissende slag is op handen of wellicht
reeds begonnen. Alle berichten wijzen daarop,
wordt uit Londen gemeld, en in de Londensche
avondbladen kon men lezen hoe uit New-York
werd bericht dat Cervera's eskader in de klem
zit, en dat de Amerikaansche smaldeelen onder
Sampson en Schley hem steeds nauwer in
sluiten.
Op de vraag, waar de Spaansche vloot zich
nu eigenlijk bevindt, en tegen wanneer de be
slissing verwacht kan worden, is het antwoord
niet gemakkelijk.
De Evening World te New-York vernam
gisteren uit Key-West dat de Amerikaansche
vloot binnen drie dagen de Spanjaarden zou
aangrijpen, terwijl hetzelfde blad ook wist te
vertellen dat het Spaansche eskader Maandag
morgen nog te Santiago de Cuba lag. Goed en
wel. Maar waar ligt het nu? Dat is de vraag.
Dit is zeker: de Amerikanen zijn het zoeken
moede, en zooals het meer gaat, zij worden
niet boos op zichzelf omdat zij er niet in slagen
de Spanjaarden te vinden, maar op de neu
tralen, in wier havens kolenschepen binnen-
loopen om, wanneer de Spaansche vloot dan
in de buurt komt, die vloot steenkool te gaan
brengen. De Vereenigde Staten denken er dan
ook over, steenkool alsnog tot oorlogscontra
bande te verklaren.
Op ernstige gebeurtenissen wijst een telegram
uit Key-West aan de New-Yorksche Journal
van dezen inhoudnEen aviso is hier aange
komen met het bevel alle hospitalen terstond
in gereedheid te brengen voor de opneming
DOOR
HEBHAim HEIBERG.
Eindelijk, na een fangon warmen rit, hield de
postwagen stil, en roet de woorden: sHier gaat
de weg naar kasteel Rankholm deed de
conducteur het portier open en gaf aan een passa
gier die binnen zat, te kennen dat hij uit moest
stappen. En terwijl deze, een jonge man van deftig
uiterlijk, aan zijn aanmaning gevolg gaf, wendde
de postillon zich naar de bagagekast, trok den
koffer van den passagier er uit en gooide dien op
■den zanderigen weg neer. Maar meer nogt
Toen de passagier, graaf Axel Debn, iets waagde
te zeggen over den weg dien hij moest inslaan,
en zijn zoo ruw neergeworpen bagage, stak de
conducteur, een kerel van korte gedrongen gestalte
in een korte gele postillonsjas, in plaats van te
antwoorden, zijn vingers in zijn mond en liet in
de richting van een smal zijpad driemaai achtereen
een schel gefluit hooren.
En toen verscheen ook dadelijk een oude, ge
bogen man aan den draai van het pad, hief met
een langzame beweging de hand op ten teeken dat
hij reeds kwam, en naderde met hetzelfde phlegma
den passagier die op hem wachtte.
tDenne Mand besorger allverwaardigde zich
nu eerst de weinig spraakzame postillon te zeggen,
van gewonden. Geneesheeren en verplegers
hebben bevel gekregen om op hun post te zijn."
Moet men daaruit opmaken dat de slag reeds
geleverd is Of zijn die verwachte gewonden
slechts de slachtoffers van kleinere gevechten
Want voortdurend hebben er min of meer
belangrijke gevechten en beschietingen plaats.
Zoo moeten de Amerikaansche kruisers St.
Louis en Wompatrick te Santiago en te Guan-
tanamo de telegraafkabels hebben doorgesneden
ondanks het vuur uit de forten dat zij beant
woordden en vrijwel tot zwijgen brachten.
Yoor Havanna liggen thans niet minder dan
negentien Amerikaansche schepen.
Het bijeentrekken van een zoo groot aantal
oorlogsbodems schijnt mede er op te wijzen
dat ernstige dingen aanstaande zijn.
Admiraal Sampson zal spoedig belangrijke
versterking ontvangen in de Oregondie thans
behouden te Key-West is aangekomen. Na kolen
en mondvoorraad te hebben ingenomen zal dit
zwaar gepantserde en bewapende slagschip van
10.288 ton zich onverwijld bij Sampson's
eskader voegen.
Van de Nictheroy en de Marietta hoort men
intusschen niets. Een gerucht als zou de Man
grove door de Spanjaarden zijn genomen, is
onjuist gebleken.
Vier Amerikaansche oorlogsschepen hebben
Zondag, op 25 mijlen van Key-West, last gehad
van een zeebeving. Men dacht eerst aan een
ontploffing, maar het bleek een beving te zijn.
Ernstige schade werd er niet door aangericht.
De expeditie naar Cuba schijnt heel wat
voeten in de aarde te hebben. Niet minder dan
85000 man acht generaal Miles noodig voor de
operaties op het eiland, daar men niet veel kan
rekenen op de opstandelingen. Daarom wordt
een nieuwe oproeping van 50 a 100.000 vrij
willigers voorbereid.
Inderdaad valt de hulp der opstandelingen
den Amerikanen zeer tegen, en een vieem-
deling, die te Havanna gewoond heeft en na de
oorlogsverklaring Cuba heeft verlaten, zegt dat
de strijdbare opstandelingen slechts gering in
aantal, bovendien slecht gewapend en slecht
uitgerust zijn en gebrek hebben aan levens
middelen. Daarentegen beschikken de Span
jaarden over 130.000 man goed gewapende,
goed uitgeruste troepen, die volkomen aan het
klimaat gewend zijn, zonder nog te rekenen
80 ii 83.000 goed gedisciplineerde vrijwilligers,
en bovendien 20 000 ruiters, die met het land
bekend zijn en als verkenningstroepen dienst
doen.
Is het dan wonder dat weder een 500 insur-
genten, die een aanval deden op Palmasaria,
met verliezen werden teruggeslagen? In den
kleinen oorlog geven de opstandelingen den
Spanjaarden de handen vol werkdaarentegen
zijn zij in het vrije veld en in den openlijken
aanval bij lange niet opgewassen tegen de
Spanjaarden.
De Spanjaarden hebben voor het oogenblik
knikte even en üep toen, bijna meer met een noisch
dan met een voldaan gezicht de hem geschonken
fooi in den zak stekend, naar het rijtuig met de
twee dampende vossen toe, heescb zich weer op den
bok, en ranselde, nu in de maat met de zweep
uithalend, op de snel in het stof van den landweg
verdwijnende paarden in.
sHoo ver is het nog naar het kasteel?" vroeg
graaf Dehn, terwijl de oude man, na een eerbiedige
buiging, den zwaren koffer op zijn schouders laadde.
uSaa omtrent li Minuter (zoo ongeveer tien mi
nuten)", antwoordde de oude, die buitengewoon gned
Deensch sprak zacht, het spierwitte hoofd schuddend
Zij sloegen nu den stoffigen, warmen weg in, en
hoe meer zij het tusschen de boomen van hot park
doorschemerende kasteel Rankholm naderden, hoe
beklemder het den jongen vreemdeling te -coede
werd.
Reeds als knaap had hij van zijn ouders veel
van deze groote Deensche bezitting gehoord en
er altijd met zeker huiveren naar geluisterd. Er
was zooveel sombers afgespeeld in de groote pronk
zalen, in de halfdonkere, stille vertrekken, in de
torenkamers met haar dikke muren, in de logeer
vertrekken, maar ook op de geheime trappen van
dit kasteel dat sedert eeuwen bestond en steeds
in het bezit der graven Lavard was geweest. Een
wild, trotsch geslacht had daar boven den schepter
gezwaaid, gekuipt om erfenissen, geld of schoone
vrouwen, en niet zelden biltere veeten tegen elkaar
gevoerd.
De vrouw van den tegenwoordigen eenigen be
zitter, graaf Lavard, was een Franjaise uit aan
zienlijke familie. Hij had de beeldschoone en zeer
vermogende vicomtesse de Yerdeuil bij zijn verblijf
ook nog voldoende mondvoorraad, maar maar
schalk Blanco heeft aan zijn regeering doen
weten dat het toch voorzichtig zou zijn bijtijds
voor proviandeering te zorgen voordat zich ge
brek begint te openbaren.
De blokkade van Manilla is thans officieel
afgekondigd. Dat evenwel die blokkade toch
reeds streng werd gehandhaafd blijkt uit een
telegram aan de Evening World uit Hongkong,
waarin de toestand te Manilla hopeloos wordt
genoemd. Vleesch is er niet meer, en het overige
voedsel is schaarsch. De vrijwilligers hebben de
overheid om voedsel gevraagd, maar de regee
ring weigerde. Er dreigt nu een oproer.
Een incident, ook al naar aanleiding der
voedingsquaestie, heeft zich volgens de Evening
Journal voorgedaan tusschen admiraal Dewey
en den Duitschen consul te Manilla. Deze had
na een onderhoud met den kapitein-generaal
Augusti aan de Duitsche schepen bevel gegeven
levensmiddelen te ontschepen, en toen admiraal
Dewey zich daartegen verzette, had de consul
geantwoord dat er zoo noodig met gewapende
hulp der in de baai liggende Duitsche kruisers
tot ontscheping van proviand zou worden over
gegaan.
Toen admiraal Dewey echter dreigde in dat
geval het vuur te zullen openen op de Duitsche
schepen, zag de consul van zijn plan af.
Het is te begrijpen dat Dewey met smart
wacht op de toegezegde versterkingen. Het
eerste contingent is gisteren te San Francisco
op ile Cily of Sidney en de Australia scheep
gegaan. Maar de Amerikaansche regeering heeft
moeite om transportschepen in voldoenden getale
te krijgen.
Levendig betreurt men het thans èn om het
gevaar dat de uit den Stillen Oceaan komende
Oregon heeft geloopen èn om de uitzending van
troepen naar de Philippijnen, dat de regcering
niet tijdig heeft gezorgd dat het kanaal van
Nicaragua gereed was.
Zoo gaat het ook in Spanje. Daar verweet
de heer Villaverde gisteren in do Kamer den
minister van financiën dat hij onvoorzichtig te
werk ging.
De minister wierp dit verwijt van zich. On
danks de ontzaglijke oorlogslasten, zeide hij, is
er uog geen cent van de staatsrente onbetaald
gebleven. Hij verzocht de Kamer zijn bezui
nigingsvoorstellen aan te nemen.
Tot minister van buiteniandsche zaken is
thans benoemd de hertog van Almodovan.
Men zegt dat de regeering met Frankrijk
onderhandelt om aan dit land de Philippijnen
af te staan. Erg waarschijnlijk is dit echter niet.
Gemengde Mededceltngcn.
Overleden
Aartshertog Leopold van Oostenrijk.
[Aartshertog Leopold was de oudste zoon van aarts
hertog Rcinicr, oudoom van keizer Frans Josef. Hij
werd geboren to Milaan G Juni 1823 cn had den rang
te Parijs op een bal bij den Deensehen gezant
twintig jaar geleden leeren kennen, en zij was hem,
met weemoed afstand doende van de onvergelijkelijke
bekoringen van haar vaderland, hierheen, in deze
eenvoudige noordelijke wereld, gevolgd.
De Lavards hadden twee dochters, Impjor en
Luciie, van wie de eerste, die eenige jaren ouder
was, thans op Rankholm was, terwij! Lucile zich
te Weenen bevond.
Graaf Dehn's vader en graaf Lavard hadden
eens bij hetzelfde regiment Deensche dragonders
te Kopenhagen gestaan, maar zij hadden hun ont
slag uit den dienst genomen nadat zij beiden, bij
gelegenheid van een verlof, de vrouwen hadden
gevonden, die hun oog en hun hart bekoorden.
Graaf Dehn was in het huwelijk getreden met
een baronesse von Berg, door wie bij rijke be
zittingen in de Lausitz had geërfd. Dientengevolge
had hij niet alleen opgehouden Deensch onderdaan
te zijn, maar hij was ook daarheen verhuisd. De
twee vrienden hadden evenwel steeds de betrekking
aangehouden, en nu ging de jonge graaf Axel von
Dehn, de eenige spruit dezer familie, naar Rank
holm om zijn bruid te kiezen.
Het machtige kasteel lag midden in de eenzaam
heid. Alleen een tot het domein behoorend, in een
dalplooi schilderachtig gelegen plaatsje, het dorp
Kneedeholm, verbrak do stille afzondering van do
wereld en van den grooten straatweg.
Nog voordat de beide wandelaars de naar liet
kasteel voerende laan bereikt hadden, vatte graaf
Dehn het woord en richtte eenige vragen tot zijn
gids. En daar hij het handig aanlegde, kreeg hij
weliswaar korte, maar toch voor hem zeer belang
rijke mededeelingen uit den mond van den ander.
van generaal der cavalerie. Hij was ridder van het
Gulden Vlies.]
Drin, minister van marine van Italië.
[De heer Benetta Brin werd in 1833 te Turijn ge
boren en wijdde zijn eerste diensten aan het vaderland
als ingenieur bij de marine. In 1876 werd hij lid van
het toen optredend liberale ministerie en sedert dien
tijd is hij lid geweest van alle ministeries der linker
zijde.]
Sir John Thomas Gilbert, de beroemde Iersche
geschiedsehrij ver.
Hot Engelsche Lagerhuis is tot G Juni ver
daagd.
Ondanks het verzet van Beieren en Bruns-
wijk heeft de Duitsche Bondsraad het wets
ontwerp op de herziening der militaire straf
vordering goedgekeurd.
Emile Zola is geïnterviewd door een mede
werker van de Temps, Hij verklaarde dat hij
niet de nietigheid van de aanklacht van den
krijgsraad te Versailles had opgeworpen, omdat,
werd de nietigheid erkend, er verjaring zou
zijn en er dan niets \an het geheele proces
zou komen. »En ik heb gezegd dat ik waarheid
wilde en mijn woord blijft mijn woord. Het
proces is noodig, want ik heb nog veel dingen
te zeggen en te laten zeggen voor de jury.
»Ik zal mij niet onttrekken," zeide Zola
verder, »als men mij loyaal en wettig behandelt.
Als ik door het Hof van Cassatie naar het
Assisenhof te Versailles verwezen word, zal ik
mij daar met vertrouwen heen begeven, maar
ik moest protesteeren tegen de buitengewone
omstandigheden, waaronder het proces gisteren
zou worden begonnen."
De 1 longaarsche delegatie heeft de gewone en
de buitengewone begrooting van oorlog aange
nomen.
In de Oostenrijksehe delegatie sprak Iiramoa
tegen het Drievoudig Verbond, waaraan hij
invloed op Oostenrijks politiek ontzegde.
Nadat Dumbas de politiek van Goluchowsky
verdedigd had, werd de begrooting van buiten
iandsche zaken aangenomenzoo ook die van
Bosnië en Herzegowina.
In een door de Osservaiorc Romano gepu
bliceerd schrijven aan den aartsbisschop van
Milaan betreurt de Paus de ernstige onlusten
die hij het gevolg noemt van het kwade zaad
dat uitgestrooid is en bederf en verdorvenheid
beeft voortgebracht.
Met draconische gestrengheid wordt in Italië
nog de censuur gehandhaafd. Men vreest dat
verscheiden correspondenten van buiteniandsche
bladen uit het land zullen worden gezet.
Volgens de Ind. Beige heeft de Sultan thans
zijn verzet tegen de candidatuur van prins
George van Griekenland voor het gou, "neur-
schap van Kreta opgegeven. Rusland en Frank
rijk zullen nu de goedkeuring der andere
mogendheden zien te krijgen.
De Transvaalsche regeering heeft thans den
En onder een levendig gesprek kwamen zij ten
slotte aan het kasteel, dat met de voorzijde naar
een groote, open plek was gekeerd. Daar die plek
evenwei zoo goed als het gebouw zelf rondom door
hoog, dicht geboomte en struikgewas omgeven was,
scheen het of Rankholm eenzaam en verlaten
als het kasteel van Doornroosje midden in een
woud gelegen was.
Toch was dit niet zoo. Uit de vensters aan de
achterzijde had men door het daartoe gekapte
woud het gezicht in het dal en daar lag in bekoor
lijke natuurschoonheid en zoo dichtbij, dat men
bij helder weer de huizen, de wegen en de men-
schen uit de ramen van het kasteel nauwkeurig
kon onderkennen, het dorp Kneedeholm met zijn
mooie kerk, zijn prachtige hoeven en een oud,
schilderachtig opgetiokken jachtslot.
Een overweldigenden indruk kreeg graaf Dehn
toen hij, na de slotbrug over te zijn gegaan, die
naar een zeer net geplaveid plein voerde, de breede,
door twee steenen leeuwen geflankeerde poort
doorging.
Hij bevond zich nu op een grooten, in het mid
den met een klaterende fontein getooiden en door
de muren van het trotsche gebouw ingesloten
binnenhof.
Naast de stoep in bet midden van het gebouw,
die het wapen van graaf Lavard een band die
een dolk omklemde en dezen tegen een woest drei
gende gier richtte droeg, rezen krachtige
zuilen op.
Wordt vervolgd)