BINNENLAND. STADSNIEUWS. moet nog verklaard hebben dat de Vereenigde Staten zich op de Pliilippijnen vermoedelijk met een enkel eiland zouden vergenoegen. De vraag is nu, wat Spanje van de door de ereenigde Staten te stellen eischen, zal zeggen. Zooals reeds werd gezegd, gaat men te Washing ton er volstrekt niet zeker op, dat die voorwaar den grif zullen worden aangenomen. Inderdaad zal Spanje het trotselie hoofd diep. heel diep moeten buigen, en men vreest in de Vereenigde Staten dat liet bekend worden der vredesvoorwaarden in Spanje een neiging zal doen ontstaan om den ooi-log nog voort te zetten. Men verwacht dan dat de oorlog zijn voortgang zal hebben totdat de Amerikanen San Juan de Porto-Rico hebben ingesloten, hetgeen volgens de berekening der militaire deskundigen, binnen veertien dagen kan geschieden. Voorloopig wordt trouwens do oorlog nog voortgezet. Het Amerikaansclie stoomschip Wanderer heeft beproefd bij Banes op Cuba een groote ex peditie van manschappen en wapenen aan lancl te zetten. Do Cubanen, die de expeditie tegemoet zouden gekomen zijn. schenen echter door de Spanjaarden verdreven te zijn. Toch begon de Wanderer met de lading in booten aan wal te brengen. Plotseling echter werd uit de bos- schen door duizend man Spaansche miters een geweervuur geopend, dat de expeditie tot den terugtocht dwong. Van de Amorikaanscho scherp schutters die den terugtocht dekten, werden er zes gewond. Volgens do „Ncw-York Herald" heeft de Spaansche gouverneur van Santiago, door gene raal Shafter terechtgewezen over eenige eigen machtige handelingen, zijn ambt neergelegd. In de gevangenissen te Santiago moeten aller treurigste toestanden gebleken zijn; eveuzoo in hot financieel beheer. Bjömsterue Bjömson heeft een brief geschre ven aan do „Temps" waarin hij liet zijn plicht zegt te achten Frankrijk te waarschuwen voor het zoo goed als eenstemmig oordeel der gansche wereld. En dat alleen ter wille van den generalen staf, die in de oogeu der wereld reeds zóó is ge compromitteerd, dat hij niets te verliezen heeft door de revisie van het proces-Dreyfus. Als een bewijs noemt Bjömson de door Henri Roche- fort in de wereld gebrachte, belachelijke bewe ring dat liet geheime dossier verscheiden brieven bevat van keizer Wilhelm aan zijn spion Drey fus. De Temps'' werpt in antwoord op dezen brief het bezwaar op dat liet moeilijk is in dat con cert van vreemde raadgevers te onderkennen hen die het goed met Frankrijk meenen en vooral hen die goed zijn ingelicht. Het blad betoogt dat, wat men ook zegge, Frankrijk nog de eenige groote mogendheid is waar de rechtspleging, het pers-régime en de zeden zelf vrijzinnig genoeg zijn om het mogelijk te maken dat de groote strijdvraag van den dag zich ontwikkele tot aan de waarheid. En het blad besluit dan aldus „Het is noodig dat de vreemdelingen bet vei nemen, ook al zouden er eenige n onder hen van nemen, ook al zouden eenigen onder lien van hun kwaadwilligste verwachtingen moeten afzien dit alles geschiedt onder goede Franschen, onder brave lieden die met volharding naar de waar heid zoeken of die met hartstocht meenen haar te bezitten, maar die uit liefde voor liet vader land tot overeenstemming zullen weten te ko men op don dag waarop, voor ons en on der ons, het schitterende licht voor allen zal schijnen." Is liet niet, 11a deze patriottische tirade, of men de schetterende fanfares en het daverend „Vive la France!" hoort? En daartussehen na tuurlijk het „Weg met Zola'" Inderdaad, die "laatste kreet hoort men aan heffen, en 't is de President der Republiek zdf die, aangezet door den raad van orde van het Legioen van Eer, mede instemt in het koor van hen, die nog steeds toelaten dat op onwet tige wijze iemand, vie dan ook, veroordeeld kan worden tot de ontzettende straf die Dreyfus ondergaat- Ziehier het besluit van president Faure ten opzichte van Zola. als drager van het Legioen van Eer, een besluit gegrond op het vonnis van het Hof te Versailles. „De president der Republiek „Gezien „Overwegende, gelijk ook het vonnis zegt, dat deze lastertaaC welker aard door den „st eur'' Zola berekend, de gemoederen, heeft ont roerd en dat zij nog verergerd is door de hou ding van den beschuldigde „Overwegende dat de sleur Zola is veroor deeld tot het maximum van de straf bij de wet voorzien „Overwegende dat dus de aard van het mis drijf en de zwaarte van do opgelegde correct,io- neele straf de schrapping van den sieur Zola uil, de ordelijst van het Legioen van Eer zou den rechtvaardigen; „Maar overwegende dat het vonnis bij ver stek is gewezen en niet aan den persoon betee- kend kon worden en derhalve niet definitief is; „Niettemin, overwegende dat het aan het do micilie is beteckend en voor uitvoering ontvan kelijk, zoolang de veroordeelde niet in verzet is gekomendat het bijgevolg oirbaar is om in overeenstemmtjng met de constante jurispru dentie van den Raad van de orde, aan den sieur Zola te onttrekken de uitoefening van de rech ten en prerogatieven van lid van het Legioen zoolang het vonnis tegen hem uitvoerbaar is en tot den dag waarop definitief over zijn verstek kan worden beslist; „Besluit" „Artikel 1. De sieur Zola (Emilo, Edouard Charles, Antoine) hierboven nader aangegeven, wordt geschorst in alle rechten en prerogatie ven verbonden aan het kruis van officieren van het Legioen van Eer, zoolang Hij niet contra dictoir geoordeeld en liet vonnis tegen hem niet definitief zal zijn. Ilem wordt bovendien voor hetzelfde tijdsverloop het reclit ontzegd 0111 eenige Fratisrlm of buiterlandsche decoratie of medaille te dragen." Intusbdien weet men nog steeds niet waar Zola is. De „Morning Leader" zegt dat hij on der den naam Pascal eenige dagen te Londen in het Grosvenor-IIotel heeft gewoond, waar mevr. Zola zich bij liem voegde. Daarna zijn zij verdwenenmaar iedcren morgen komt een dame aan het hotel de brieven voor den heer Pascal halen. Ook tegen Zola's medebeklaagJo Perreux, den directeur der „Aurora", is het vonnis niet betcekeud kunnen worden, wegens afwezigheid. Do „Corriere cli Napoli" publiceert een in terview dat een zijner redacteurs gehad heeft met Casella. Deze verhaalde o. 111. dat hij den 4 den Januari, van Berlijn temgkeerende, een brief van von Schwartzkoppen had overgebracht aan den Italiaans-ellen militairen attaché Pa- nizardi. Deze had hein den brief laten lezen. Von Schwartzkoppen schreef daarin„Hoe zal „cotte canaille d'Esterhazy" zich er uit weten te reddenhoe zal hij kunnen voortgaan in Frankrijk te leven, ook al wordt hij vrijgespro ken Maar Esterhazy leeft nog in Frankrijk, wordt toegejuicht door de menigte en is nog drager van het Legioen van Eer! De instructies tegen Picquard en Esterhazy worden voortgezet; een voorloopig onderzoek is begonnen naar aanleiding van Picquard's aanklacht tegen Du Paty de Clam. Generaal de Galiffet die om gezondheidsredenen in Ma- riënbad was, is onverwijld teruggeroepen om in de instructies tegen Picquard den Esterhazy gehoord te worden. Gemengde NededeeHngen. De „Hamb. Nachrichten" lichten over den gezondheidstoestand van vorst Bismarck de vol gende mededeeling ontvangen„De toestand van den vorst is onveranderd. De slaap was in den afgeloopen nacht goed. Er is geen grond aanwezig voor ongerustheid." Ook de Münchener vrienden van den ijzeren kanselier houden de onrustwekkende berichten voor ongegrond, daar zij anders wel verwittigd zouden zijn. Naar verluidt, zal de staatssecretaris van El- zas-Lotharingen von Puttkammer zijn ontslag nemen. Hij kan niet overweg met den stad houder Von Hohenlohe. Generaal von Pechmann, kommandant eener cavalerie-brigade in den Elzas heeft zich te Dioime doodgeschoten. De reden tot deze wan hopige daad kent men niet. Een cycloon van ongekende hevigheid heeft in het departement Indre-et-Loiro, in den om trek van Chateau-Renault, over een oppervlakte van 45 quadraad-mijlen den oogst vernield. De wijnstokken zijn verloren, en een groot aantel boomen werden geknakt- Drie huizen werden vernield. De schade is zeer groot. Een titikel in het Augustus-rummer der Fortnightly Review" hemelt Chamberlain zeer op tegenover lord Salisbury en voorspelt den val van het Kabinet, waarna zich wellicht een nieuwe nationale partij zal vormen met een coa litie-kabinet, bestaande uit mannen als Cham berlain, lord Roseberry, Balfour en Asquith. Het besluit van keizer Frans Jozef tot slui ting van den Rijksdag heeft in politieke klin gen groot opzien gewekt. De bladen spreken van een dictatuur en van een staatsgreep. Men acht de ontbinding van het Parlement aan staande, nu graaf Thun een opruiming hooft gehouden onder alle prerogatieven van het Par lement. Te Buda-Pest worden heden graaf Thun en de minister van financiën verwacht om met baron Bnnffy te eonfereeren over liet Vergelijk. Na die conferentie gaat Banffv naar Ischl om den Koning zijn ontslag aan te bieden. Koning Alfons van Spanje ligt ziek aan ma zelen. De ziekte heeft haar normaal verloop. De Russische regeering heeft op Fransche Middellat)clsche-Zee-werven besteld drie torpe do-jagers, een kzuiser en een pantserschip, tc zamen ter waarde van 51 miïlioen fracs. Nu krijgt Frankrijk toch ook eens een test baar voordedeltje van" zijn verbond met Rus land. De Keizer van China wordt beslist modem. Bij de audiëntie die de Zoon des Hemels den nieuwen Franschen gezant Pichon verleende, droeg de Keizer al zijn Fransche ridderorden iets wat met het oog op de etiquette, eon eve nement is. „De Times" verneemt uit Hongkong dat het zuidelijk deel van Kuang-Si nog steeds in op stand is. De rebellen tellen 40,000, de manda rijnen beschikken slechts over 7400 man. KETHEL EN SPALAND, 28 Juli. Gisteren avond had alhier de officieele opening der water leiding plaats. Het dorp was in vlaggcntooi, dc nieuwe pomp versierd, terwijl vroolijkc gezichten overal blonken. Precies te zeven uur kwam de gemeenteraad op het feestterrein en deed de muziek zich hooren; daarna nam dc heer J. J. Verspeek het woord en sprak het volgende: iSilel Achtbare Heer Burgemeester Met een gevoel van zelfvoldoening heb ik de eer U als hoofd van het gemeentebestuur aan te bieden en over te dragen de drinkwaterleiding welke onder Uw bestuur als burgemeester van Kethel is tot stand gekomen. Ik dank U voor deu steun en de mede werking welke ik, van af de opvatting van dit werk van U mocht ondervinden. Ik hoop en ver trouw dat deze drinkwaterleiding in alle opzichten moge voldoen aan de eischen die aan een dergelijke inrichting gesteld worden en mag bijdragen tot be vordering der algemeene gezondheid. Zij dan deze drinkwaterleiding een schakel te moer aan den keten die U als hoofd der gemeente Kethel bindt en één maakt met Uwe, onder Uwe bescherming staande gemcentenaren. Heeren Wethouders en medeleden van den Gemeenteraad Een zeldzaam genoegen is het mij II in de tweede plaats onze drinkwaterleiding aan te bieden en op te dragen. Als ooit een voorstel in den gemeenteraad met vlag en wimpel is aangenomen dan kan zulks ook gezegd worden van mijn voorstel tot aanleg cener drinkwaterleiding. Gij hebt, evenals ik, be grepen de groote behoefte die alhier bestond aan betci- drinkwater en hebt met voorbijzien van per soonlijk belang gemeend uw eed getrouw tc blijven door mij ten volle uwen steun te verleenen. Daarom breng ik U inijn dank, en ik hoop dat Gij nog vele jaren voldoening zult hebben van dit werk, waartoe Gij het Uwe hebt bijgedragen. Tot mijn leedwezen mis ik thans een persoon aan wien ik veel te danken heb, namelijk den heer A. D. Hcederik, ingenieur te Rotterdam. Hij berichte mij verhinderd te zijn hier tegenwoordig te zijn. Hem was het steeds aangenaam als ik, zijnde een leek op het gebied van drinkwaterleidingen, kwam putten uit de bron van kennis en ervaring, welke hij zich in deze zaken heeft eigen gemaakt. Op het kantoor of aan zijn huis, altijd was ik welkom, cn met meer dan gewone welwillendheid was hij steeds bereid mij de gewenschte inlichtingen te verschaffen. Hem breng ik hier dan ook openlijk dank voor alles wat ik inzake de Kethelsche water leiding aan hem verschuldigd ben, en spreek daarbij den wensch uit, dat hij nog veel nuttigs voor de mantschappij op dit gebied moge tot stand brengen. Nog rest mij iets wat ik zeer gaarne doe, dat is hulde brengen aan dr. Sauer voor de zich nooit verloochenende bereidvaardigheid waarmede hij mij door zijn algemeene technische ontwikkeling altijd ter zijde stond. Menige nuttige opmerking en ver betering ben ik hem verschuldigdwat hij voor Kethel in 't algemeen is, dat is een vriend cn hulp voor zieken eu gezonden dat is hij voor inij in het bij zonder geweest. Ook dank ik den heer Borsboom voor menigen prnetischea raad van hem ontvangen waar ik proefondervindelijk hulp verlangde stond hij mij belangeloos ter zijde. Dan nog een erkentelijk woord aan den heer C. Schepp, hem is de eer het hek rondom den filter ontworpen te hebben. Een laatste dank aan alle mijn medeburgers, die als om strijd mij hebben ter zijde gestaad bij de uitvoering van het door mij onder nomen werkik hoop dat de drinkwaterleiding in hunne behoefte zal voorzien en nog onze nazaten er genot van zullen hebben. Het muziekcorps hief nu het „Wien NeerlaDdsch Bloed" aan, en deed luide eenige fanfares schetteren. Hierop trad de heer Verspeeck weer naar voren en vulde eenige hem door zijn dochtertje toegereikte glazen met het eerste water uit de leiding, waarna hij ze den burgemeester en den leden van den Raad aanbood. Alsnu kwam de burgemeester naar voren en sprak als volgt Mijne heeren! Bij het eerste glas water dat ons de nieuwe drink waterleiding dezer gemeente verschaft zij hot mij vergund een enkel woord in het midden te brengen. Tot op heden ontvingen de inwoners van de kom dezer gemeente hun drinkwater uit de Kerklaanvaart welk water somtijds veel te wcnschen overliet en dan ook verlangend naar iets beters deed uitzien. Wei werden in 1892 met het oog 00 de toen heer- schendc cholera pogingen aangewend om zuiver drinkwater te verkrijgen doch zonder het gewenschte resultaat te leiden hoewel men er ten volle van over tuigd was, dat zuiver drinkwater een onmisbaar vereischte is voor de volksgezondheid. Toen dan ook de heer Verspeeck in den aanvang van dit jaar zijn voorstel indiende om tot het ver schaffen van zuiver drinkwater aan de inwoners dezer gemeente over tc gaan en daarbij dc noodige plannen ter uitvoering overlegde, waart Gij leden van den Raad u bewust van het nut dat zulk een leiding zou kunnen stichtten en bechttet gij een parig uw toestemming aan die plannen. Het werk zou dus tot stand komen. En thans, mijne heeren, reeds na een kort tijdsverloop is het ons vergund te staan niet meer voor plannen maar voor de verwezenlijking van hetgeen toen nog moest worden uitgevoerd. Ik reken het mij een eer dat onder mijn bestuur deze gemeente een drink waterleiding hoeft gekregen en, heeren leden van den Raad, vertegenwoordigers der burgerij, ik wcnsch U geluk dat onder Uwe leiding leze gemeente is voor zien van een der nuttigste instellingen welke een gemeente kan bezitten, en voorzeker zal de gedachte, dat Gij hebt mogen medewerken aan de verwezen lijking van dit werk ook voor U een aangename herinnering blijven. Ik hoop, mijne heeren, dat deze waterleiding steeds zal strekken tot zegen der gemeentedat do inwoners er ruimschoots gebruik van zullen maken en dat zij veel zal bijdragen tot verbetering der volksgezondheid. En hiermede wensch ik een eersten dronk te wij den aan den voortdurenden bloei der gemeente Kethel en Spaland. En thans, mijne heeren, wensch ik nog eenige woorden te spreken, om onzen hartelijken dank uit te spreken voor de groote toewijding, ijver en nauw gezetheid, welke de heer Verspeeck bij dit werk getoond heeft. Toen aan IJ, Verspeeck, in de verga dering van den Raad de leiding in hel dagelijksch toezicht word opgedragen over de bezigheden ver bonden aan de tot standkoming dezer waterleiding, vermoedt Gij nog niet welke bezwaren daarmee ge paard zouden kunnen gaan. Maar welke bezwaren er ook oprezen, steeds hebt Ge ze weten te overwinnen daarvoor wensch ik U dan ook onzen beste dank te betuigen. Laehender wijze werd deze leiding „het kind van Verspeeck" /vonnmnd, maar ik geloof dat ik ronduit verklaren mag, d&t warneer Gij voor alle kinderen, waarmede Uw"" echt werd gezegd, dezelfde zorg hebt getoond als voor dit, Uwe kinderen geen klagen zullen hebben gehad. Uit n tiara van den Raad, neen ik durf zeggen uit naam van de geheele gemeente, zeg ik U hierbij dank voor dc trouw, hulp cn ijver in dezen betoond en stel ik voor den tweeden dronk te wijden aan het welzijn van den heer Verspeeck. Ook na deze aanspraak deed de muziek zich hooren. Alsnu was het woord aan den heer E. Liadeijer. Deze sprak: Geachte heer Verspeeck, wij, aanstaande gebrui kers van het water, dat de leiding ons verschaffen zal, zijn verheugd en wij wenscben U geluk met het slagen uwer onderneming. Wij, Kethelaars, heb ben reden blijde te zijn. Denken we nog eens terug toch aan den winter van 1890, toen we, wilden we drinkwater hebben, naar de Steenen Brug moesten om daar water tc halen, en hoe was dat dan nog? De Jïerklaan gaf in den regel dragelijk water, doch in de laatste jaren waren zelfs politic-veror deningen op het inwerpen van vuil enz. tn herhaald spuien niet in staat het water in dragelijken toe stand te houden. Maar nu is dat voorbij. Aan onze vreugde paart zich dank en dien brengen wo U, die jaren lang het versohaffen van goed drinkwater aan de Kethel U ten doel hebt gesteld. Talloos waren de bezwaren en vooroordeelea die te overwinnen warenmaar Gij geloofdet aan de mo gelijkheid der uitvoering en dat geloof schonk U den moed, die taaie volharding om steeds weer op het plan terug te komen, en aan Uw energie hebben we dan ook nu onze waterleiding te danken. Daarom nogmaals geluk gewenscht cn gedankt. De waterleiding is Uw kind zooeven genoemdnu wij zullen dat kind een naam geven: Vcrspceekpomp, zoo zal zij heet en, tot in lengte van dagen. Met die pomp heeft U in ons midden U een blijvend monu ment gesticht. Nooit zullen wij Uw rusteloos werken vergeters en als onze kinderen vragensvaarom toch „Ver- speeck"-pomp? dan zullen sve bun vertellen van Uw rusteloos ijveren voor goed drinkwater en ook zij zullen erkennen, evenals wij boden doen, die Ver speeck was een kranige vent! Mej. J. Sauer overhandigde hierop den heer Ver speeck onder hartelijke toejuiching een bouquet namens de burgerij. Het publiek bleef nog lang in opgewekte stem ming bijeen, terwijl do muziek een menigte nummers ten beste gaf. In enkele bladen werd vermeld dat de maze len zich hier ter stede langzamerhand uitbrei den thans waren reeds tien, zegge 10 gevallen aangegeven. Dit kan den indruk wekken alsof een epidemie onze gemeente bedreigt. Wij hebben ter bevoegder plaatse navraag gedaan, waarbij ons is gebleken dat van een dreigende epidemie geen sprake is. Een aantal van tien ziektegevallen op een bevolking van 26.000 zielen is zeer gering, en mag geen aan leiding geven tot eenige ongerustheid. Naar wij vernemen zal er Zondag 31 Juli in het lokaal van liet Leger des Heils alhier eene reeks van samenkomsten gehouden worden onder leiding van den heer Booth-Clibboru, schoonzoon van generaal Booth. Omtrent deu heer Bootb-Clibboru, meldt men ons vanwege het Heilsleger het volgende Deze beer was vroeger predikant bij de welbekende secte der Kwakers en sloot zich daarna aan bij het Heilsleger. Met zijne echt- genoote de marechale Catharina Bootli heeft hij het Leger in Frankrijk en Zwitserland opge richt. Iu dit laatste land ging het hem niet zoo erg gemakkelijk want menigmaal werd hij gevangengenomen eri over de grenzen gezet. Dank echter zijn volhardenden geest en ijzeren wil is hij er in geslaagd in vele Zwitsersche steden korpsen te formeeren die nu bloeiend zijn en heeft hij de regeering met daden het doel van het Leger des Heils getoond, zoodat de Heilsoldaten vanwege de regeering volkomen vrijheid nu genieten. Kommandant Booth-C'libborn is ruim 2 jaar in Nederland; hij spreekt verschillende talen, heeft vele ervaring opgedaan en het zal de moeite dus waard wezen hem te gaan hooren. To Amsterdam is gisteren zendingsfeesfc go- houden ter herdenking van het 40-jarrt bestaan der vereeniging „De Zendingzaak" O. a. voerdo ds. J. Schrijver van hier heb woord. Hedenmorgen te 814 uur is per extra-booten van hier vertrokken de jaarlijksche bedevaart naar Brielle, onder leiding van pastoor F. J. Poelliekke en de paters A. G, van den Berg en S. C. Meeus. Onder de talrijke deelnemers bevond zich ook pastoor J. M. Daniëls. Hedenavond te ongeveer 7 uur zullen de bedevaartgangers in de kerk van O. L. V. Visitatie worden toegesproken, waarmede deze bedevaart zal beëindigd zijn. De pleiziertrein, dien de H. S. M. gisteren liet loopen van Rotterdam en Schiedam naar Haarlem, Velson, Beverwijk, Alkmaar en den Helder, vervoerde 200 2de klasse- en 700 3c klasse-reizigers. Woensdag 3 Augustus rijdt er van hier eu eenige nabijgelegen gemeenten een pleiziertrein naar Amsterdam. Achterstaande annonce geeft nadere bijzonderheden. De jeugdige G. Wijzenbroek viel heden middag, stoeiende met andere jongens, in de Noordvestgraclit, waaruit hij echter spoedig gered werd door G Bakker. Hij is daarop naar de ouderlijke woning in de Konijnenbuurt ge bracht. Bij heb opleggen van een drijfriem om heb wiel had gisterennamiddag te ongeveer 6 uur de 15-jarige Hendrik Groenoweg heb ongeluk om met zijn voet tusschen het wiel en den riem to geraken met het gevolg dat de groots

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 2