BINNENLAND. STADSNIEUWS. tuigd met de Boodschap van den Czaar als in overeenstemming met de in verschillende ency clieken ontwikkelde denkbeelden. Naar intusschen verluidt zal de vredesconfe rentie zeker plaats vinden, en wel vermoedelijk te Kopenhagen. Gemengde Mcdedeellngen. Men verwacht dat keizer Wilhelm op zijn reis naar het Oosten, een samenkomst zal heb ben met koning Humbert te Venotië en met Czaar Nicolnas te Livadia. Do uitslag der Oostenrijksch-Hongaarsei: nister-conferentie is dat de Oostenrijksclie ring nogmaals voor het Vergelijk een beroep zal doen op den Rijksraad. Voor het geval dat deze poging mislukt, is zij het met de Hongaar- sciie regeering eens over do te nemen maatre gelen. Do „Times" verneemt uit Manilla dat do voor naamste kooplieden aldaar in een nota aan lord Salisbury verzoeken niet toe te laten dat de Pkihppijnen onder Spaansck bewind terugkee- rea. De Spaansche vredescominissarissen zijn be noemd. Hot Anglo-Egvptische leger is thans bijeen getrokken op 30 nnjlen afstands van Khartoum, Ka het contract voor den spoorweg Peking- Ilankow gesloten is, vraagt Engeland van China een andere spoorwegconcessie. China zal die ver moedelijk toestaan. De Koninginnen ia de Kerk. Heden woonden Hare Majesteit de Koningin en H. M. de Koningin-Moeder de godsdienst oefening in de Groote Kerk bij. Op weg van het Paleis daarheen werden de Koninginnen geestdriftvol toegejuicht door een dichte menschenmenigte. De dienst ving ten 10 urn* aan in tegenwoor digheid van ongeveer 4000 personen, onder wel ke verschillende staatslieden en autoriteiten. Even voor het aanvangsuur verschenen in het kerkgebouw de Groothertog van Saksen met Zijn Dochter en de Prins en Prinses van Wied. Opgewacht door genoemde vorstelijke perso nen betraden de Koninginnen te 10 uur het kerkgebouw. Aan den ingang van liet Bedehuis waren H.H- M.M. ontvangen door kerkvoogden. Koningin Wilkeknina droeg een robe van zee groen satijn, de Regentes een gebrocheerd sa- tijnen kleed. De vreemde vorsten en vorstinnen namen bij H.H. M.M. in de voor het Hof be stemde loge plaats. Do dienst nam, na een inleiding van variatie n o do Vaderlandsche liederen en het Largo von Handel op het orgel, een aanvang met een zegenbede van den Hofprediker, dr. Van der Flier, die rijn bede aanving met een gelukwensch met de vermeerdering van Harer Majesteits ja ren, waarbij zich aansloot een herinnering aan de grootmaking van ons land door Oranje en de wensck dat H. M. tijdens Hare Regeering een geest van wijsheid moge gegeven worde en dat het Volk bezield moge worden door een geest van eendracht en liefde. Na een korte tussckenpooze, waarin de ge meente feest- en dankliederen aanhief, wees de predikant op de groote beteekenis van dezen 31en Augustus en dankte hij de Koningin dat Zij zelf begeerd had ten Bedehuize pp te gaan voor een plechtigheid die voortgekomen is uit de behoefte des harten. Dr- van der Pliers eigenlijke toespraak had tot tekst psalm 39 vs. 8„Ende nu wat ver wacht ik, o Heere, mijne hope die is op U." De prediker schetste wat God door Oranje voor Nederland was en deed uitkomen dat het Volk zijn welvaart, vrijheid en andere voorrech ten aan Oranje to danken heeft. En in dien dank deelt het eerst onze geliefde Koningin, die in: duizenden harten een plaats bekleedt. Spreker herinnerde aan het verlies in de prille jeugd der Koningin, van Haren Vader, noemde 't een troost dat zij een koninklijke Moeder be zat die Haar in liefde opvoedde en over Haar waakte gelijk eene moeder over het hart harer kinderen waken kan. Hij wenschte H. M. bij de vervulling van Haar taak kracht en zelfver trouwen. Verder werkte de predikant, die zicht- baar aangedaan wa^, de stelling tut dat het Vor stenhuis van Oranje niets zonder God is en dat in de hope Gods de kroon op het hoofd niet zwaar drukt, de arbeid niet moeilijk valt en de kroon des levens en de genade gegeven wordt. De toespraak werd afgewisseld en besloten met kerkgezang. Het indrukwekkendeDat 's Heeren zegen op U daal', werd eindelijk Hare Majesteit toegezongen. Daarna verlieten de Vorstinnen het kerkge bouw. AtjelL De correspondent tan de sN. R. Ct." te Ba tavia seint: De troepen van kolonel Van Heutsz en overste Willems zijn te Segli teruggekeerd. Alleen de eersten bereikten Tangseli en ontmoetten daarbij weinig tegenstand. Oemar vluchtte naar de Westkust. Naar men mededeelt zijn al de kamerheeren en adjudanten in buitengewonen dienst van wijlen Z. M. den Koning, benoemd tot kamer heer en adjudant i. b. d. van H. M. de Koningin. De Minister van. Koloniën geeft deze en de yolgende week geen audiëntie. Reuter seint uit Berlijn De kruher Kaiser met den vice-admirnal von Diederielis aan boord is Maandag te Tand jong Prink aangekomen en blijft daar tot den 7cu September. Gemeenteraad van Overschie. Zifting van Tloensdat/ 31 Augustus 1S9S, voorin. S'/i uur. Voorzitter de Burgemeester, de heer Bos. Tegenwoordig alle leden uitgenomen den heer Poot. De Voorzitter opent de vergadering en stelt voor de notulen der vorige vergadering aan te houden. Hiertoe wordt besloten. Do Voorzitter houdt hierop do volgende toespraak: Mijne Herren. De heugelijke dag waarop onzo dierbare Koningin door de Grondwet geroepen wordt de teugels van het bewind te aanvaarden is aangebroken. Heel Nederland is over dit heugelijke feit in feest vreugde overal richten zich de gedachten vol liefde en trouw tot Haar die tbans den troon der Oranjes bestijgt; niet het minst beijveren zich ook do inge zetenen van de gemeente Oversckie om hunne liefde en gehechtheid tot het Vorstenhuis aan den dag te leggen. Bij de vreugde die er alom beerscht dat onze laatste Oranjetelg ons gespaard bleef, mag de ernst der toekomst niet over het hoofd worden gezien. Wat zal die toekomst brengen Laten wij hopen dat de regeering van II. V. Koningin Wilhelmina zich mag kenmerken als een tijdperk van vrede en welvaart en dat Zij zelve lang voor ons volk en land gespaard blijve. Wanneer wij een terugblik werpen op de laatste jaren moeten wij dan niet dankbaar gestemd zijn, voor al hetgeen Hare Moeder voor ons vaderland geweest is, op welke uitnemende wijze heeft odzo geerbiedigde Koningin-Regentes niet hare regeerings- taak volbracht, en hoeveel toewijding heeft Zij zich niet gegeven voor öc opvoeding van Haar dochter om die voor te bereiden voor do gewichtige betrek king die haar thans wachtis het thans niet onze plicht mijne heeren, als vertegenwoordigers van de ingezetenen van Overschie een adres van geluk- wenschen en hulde aan onze Koninginnen te zenden Dc heer R u h a a k vraagt inlichtingen. Vervolgens worden de volgende adressen vastge steld. Aan de Koningin 'g-Gravenhage. Doorluchte Majesteit Den Raad der gemeente Overschie heden in buiten gewone zitting vorgaderd, zij het vergund bij de aanvaarding der regeering door Uwe Majesteit U ziju eerbiedige hulde en gelnkwenschen aan te bieden. Van Uwe Majesteit de gehoorzame onderdanen, De Gemeenteraad van Overschie, BOS, Voorzitter. VAN DER LINDE, Secretaris. Aan de Koningin-Weduwe, 's-Gravenhnge. Mcvtouic I Bij het eindigen der regerringstaak door Uwe Majesteit zij het den Gemeenteraad van Overschie heden in buitengewone zitting vereenigd, U zijne diepgevoeldo dankbaarheid aan te bieden. Van Uwe Majesteit de gehoorzaame onderdanen, De Gemeenteraad van Overschie, BOS, Vom-zltter. VAN DER LINDE, Secretaris. Niets meer aan de orde zijnde wordt de vergade ring door den voorzitter gesloten. Maatregelen van Orde. De politie verzoekt bet publiek in het belang der orde beleefd, bij gelegenheid der a.s. feesten in de straten rechts te houden, bij het naderen van een optocht te blijven staan, alsdan den rijweg zooveel mogelijk vrij te laten, en ni#t met een optocht mede te foopen, alsmede om bij de illuminatie ter voorkoming van brand, op straat niet met serpentines te werpen. k De opening van het Feest. r De rij der feestelijkheden welke hier zullen plaats hebben, is gisteren, geopend met het lui den der klokken. En zij die zich onder het volk bevonden, hebben er zich van kunnen overtui gen dat dit luiden thans voor de Schiedammers twee beteekenisseu had. Zeer zeker, men gevoel de het, het- luiden der klakken was de plechtige, officieele inwijding van een feest, waartoe zich de burgerij bijna een jaar had voorbereid om het waardig te doen zijn. Maar ook, het was de eerste maal dat de groote klok weder haar zwa re stem zou paren aan het gelui der andere klokken, en met den vinger omhoog maakten allen elkander er op attent: hoort gij de klok wel en tevreden knikte men eikander toeZij luidt weer! Daar werd do algemeenc aandacht van do klok afgeleid door een schitterend rood licht dat van den omloop des torens kwam en een fantas tisch schijnsel afwierp op die ontelbare massa menscheu, die zich op de Markt- en omliggende straten hadden verzameld- Toen volgden op de vier zijden van den spits luchtkaarsen, die met hun gouden regen een prachtig effect oplever den. Inmiddels had de muziek de taptoe doen lioo- ren, welke gevolgd werd door het Wilhelmus, waarna onder de opwekkende tonen van den bekenden defileermarsch de wandeling werd aanvaard, eerst rondom het stadhuis en daarna dc Lange Kerkstraat in. Ditmaal werd de tocht uitgestrekt tot het einde der Hoofdstraat langs de Groenelaan en Dwarsstraat, iets wat zoor ze ker daar een aangename verrassing is geweest. Duizenden en nog eens duizenden maakten deze wandeling mede of bleven op de pleinen, waar do stoet langs zou komen, wachten. En onder die allen heerschte een opgewekte pret tige toon, die geen enkel oogenblik verstoord werd. j In Mnsis. r- Opgewekt en toch plechtig was de feestviering 'gisteravond in „Musis". Het Comité van het riingeikwartier zou de monumentale bloemvaas op het Emmaplein overdragen aan het Dage lij ksch Bestuur. Vol, zeer vol was de zaal van be woners der straten van het Siugelkwartier, die in spanning de komende dingen afwachtten. Lang duurde het eer de plechtigheid een aan vang nam; 't kon niet anders: eerst moest de taptoe zijn afgeloopen, en de rondgang door de stad nam heel wat tijd in beslag. Daar klonk de muziekmen hoopte dat het korps van den stai nu „Musis" zou binnenkomen. Maar 't gebeurde andersvan uit de stemkamer betraden de mu zikanten liet podium, waar de bloemvaas met haar bebloemde kruin boven het omhullende schut uitstak. En t-oen de Commissie van het Singelkwartier den Burgemeester, de Wethou ders, den Secretaris der Gemeente en de andere genoodigde autoriteiten met hun dames binnen leidde, viel Verhallen's onvermoeide schare in met het Volkslied, dat luide word toegejuicht. Nadat de autoriteiten en hun dames de voor hen bestemde zitplaatsen vóór in de zaal had den ingenomen, en de Commissie zich om de groene tafel had geschaard, nam de Voorzitter van het Comité, de heer P. van Groningen, het woord, om de leden van het Dagelijkseh Be stuur der Gemeente, de andere genoodigden en de buurtbewoners welkom te heeten. Vervolgmis drukte spreker rijn leedwezen uit dat de Com missie hier miste haar ijverigen penningmees ter, den heer jhr. Tj. Humalda van Eysinga. die wegens droevige familie-omstandigheden, niet aanwezig kon zijn. Daarop vervolgde de heer Van Groningen aldus „De hoofdreden die ons hier doet samenzijn, behoef ik wel niet uitvoerig te besprekendaar van getuigen allerwege do vlaggen en festoenen, daarvan getuigen do liederen die men den gan- schen dag hoort zingen; daarvan getuigt ook het lied dat wij zooeven hoorden aanheffen. An deren kunnen op een andere plaats beter den ernst van dezen dag aantoonen. Maar wel wil ik dit zeggenlaat ons den eed vernieuwen, dien wij ons zelf gezworen hebben, om pal te staan om den troon. Ik verzoek u allen een driewerf „Leve do Koningin aan te beffen." Nu, dat was voor geen doovemans ooren ge zegd. Driemaal klonk het gejuich, en driemaal schetterden de fanfares ter eere onzer jeugdge Vorstinne. Daarop deelde de Voorzitter mede dat na mens de bewoners van het Singelkwartier het volg"ude telegram was verzonden aan Hare Ma jesteit de Koningin. Aan H. M. de Koningin, 's-Gravenhage. De bewoners van het Singelkwartier te Schie dam in het gebouw Musis Sacrum vereenigd in feestvergadering ten einde het Gemeentebestuur van Schiedam een blijvend aandenken over te dragen aan de op handen zijnde plechtige In huldiging van Uwe Majesteit, bieden Uwe Ma jesteit de verzekering aan van hunne eerbiedige liulde en van hunne onwankelbare trouw aan het Huis van Oranje. van Groningen. Voorzitter. van Bolder, Secretaris. Door gejuich gaven de buurtbewoners hun in stemming te kennen met deze hulde. Hierop verzocht de heer Van Groningen den lieer C. A. M. Jansen, 2de-luitenant der schut terij en lid der Singel-commissie, de leden van het Dagelijkseh Bestuur der gemeente naar do estra-de te geleiden. Toen het Dagelijkseh Be stuur der Gemeente zich rechts en de Commis sie zich linies van den Voorzitter hadden ge plaatst, sprak deze aldus: „Edel Achtbare Heeren, Burgemeester, Wet houders en Secretaris dezer gemeente! „Het is mij een groot voorrecht U aan den vooravond van een zoo gewichtigen dag te mogen toespreken namens de burgerij van een deel van de stad onzer inwoning, thans in zoo breede rijen naar deze zaal opgekomen- „Een voorrecht, vooral is dit mij om de aan leiding, die mij op dit oogenblik tot spreken noopt. „De aanleiding is aan U niet onbekend. Ge lijk in de meeste deelen onzer gemeente, voelde ook de burgerij van het Singelkwartier zich op gewekt om deel te nemen aan de algemeene feestviering ter eere van de Inhuldiging onzer geliefde Koningin, en zij meende dit te moeten doen door naast de gewone versiering het besluit te moeten nemen tot de stichting van iets blij vends. „Van harte verheug ik mij er over, dat het besluit, op voorstel van ons Comité, genomen werd door de bewoners van den Singel van de R. K. Kerk tot aan den Rotterd. dijk, en van harte ook ben ik verheugd, dat van bemiddeld tot onbemiddeld schier zonder uitzondering, elk der bewoners van ons stadsdeel dat besluit hielp tot uitvoering brengen door het schenken eener bijdrage. „Mijne Heeren, juist dit stemt mij tot blijd- tn deze dagen van volksvreugde, dat rd wist men ook, dat de versiering der straten min der kwistig moest zijn dan in andere stadsge deelten, nu een niet onbelangrijk deel der gel den bestemd zou worden tot een blijvend monu ment, dat, niemand, die zich vroeger bereid ver klaarde eene bijdrage te geven, zich daarvan onttrokken heeft. „Mijn hulde en dank daarvoor aan allo hoof den van huisgezinnen en spaarzame huismoeders. (Applaus.) „En thans meen ik te moeten overgaan tot de eigenlijke plechtigheid van dezen avond, de onthulling van de monumentale bloemvaas, die straks op liet Emmaplein zal verrijzen, en die door aller samenwerking thans aan het gemeen tebestuur kan worden aangeboden. „Ik verzoek u, mijne lieeren De Maar en Moutfoort, het laatste hulsel weg to nemen." Bereidwillig voldeden do genoemde heeren aan dit verzoek, en algemeen was de bewondering, luid en warm de toejuicliing, toen nu do bloem vaas daar in al haar forsche en toch sierlijke schoonheid voor alle aanwezigen zichtbaar was. Waarlijk schoon van conceptie en bewerking is deze monumentale vaas, en buurtbewoners schenkers zoo goed als autoriteiten en genoodig den waren blijkbaar ten zeerste verrast. Zóó schoon had men zich haar niet duiwen voor stellen. 't Werd weer stil, en de heer Van Groningen zette zijn toespraak aldus voort: „Zoo is dan nu deze vaas onthuld. „Mijnheer de Burgemeester, vergun mij, dat ik in het bijzonder thans tot U, als Hoofd der Gemeente het woord richt. „De gemeenteraad heeft op voorstel van het Dagelijkseh Bestuur besloten deze vaas aan de gemeente in eigendom en onderhoud te aanvaar den. En daarmede deed de gemeenteraad een stap in den blinde. Men wist feitelijk niet, wat wij zouden aanbieden. „Mogen wij buurtbewoners hopen, dat nu onze gave daar voor ieders oog staat, dat zij welgevallig moge zijn. (Applaus.) „Wij hebben gemeend van de aanbieding de zer vaas een oorkonde te moeten doen opmaken. Door de goede en belangelooze zorgen van don heer G. S. Montfoort zijn daarvan twee exem plaren schoon uitgevoerd. „Bereids hebt gij, Mijne Heeren Burgemees ter en Secretaris namens het gemeentebestuur Uwe handteekeningen naast die van het Comité geplaatst. Ik verzoek daarom thans onzen secre taris deze oorkonde voor te willen lezen." De heer W. A. van Dolder, secretaris der comnus-sie, deed hierop voorlezing van de oor konde, welker tekst in de „Officieele Feestwij zer" te vinden is. Daarna besloot de heer Van Groningen aldus „Mijne Heeren, zoo is dan op dit oogenblik de bloemvaas in Uwe handen overgegaan. Ten zeerste verheug ik mij daarover. Het Dage lijkseh Bestuur dezer Gemeente darde ik voor het gunstig praeadvies op ons verzoek tot plaat sing van ons geschenk, den leden van den Raad dat zij deze feestgave hebben willen aanvaar den maar wel in de eerste plaats U, Mijnheer de Burgemeester, omdat ik weet dat U dit ge schenk welgevallig is, omdat ik weet, dat U do belangen der Gemeente zeer ter harte gaan. „Mijnheer de Burgemeester, ik heb, met de beste wenschen voor den bloei onzer gemeente, de eer dit glas te ledigen op de gezondheid van U als vertegenwoordiger van het hoogste gezag hier ter plaatse, het gezag U opgedragen door onze geëerbiedigde Koningin. Leve de Konin gin Leve de Burgemeester Hartelijk stemden de aanwezigen in met deze vivats en luid en langdurig klonk liet gejuich. Intusschen was de eerewijn aangeboden en word de bloemvaas door de autoriteiten in oogen- schouw genomen. Hierop nam de Burgemeester, de heer H. J. Versteeg, het woord en sprak aldus: „Ik weet niet wat ik het meest zal bewon deren de schoonc bloemvaas der Gemeente aan geboden, de schoone woorden waarmede zij werd overgedragen, of de keuze van het oogenblik daar toe. Het is eigenaardig dat op den laatsten dag waarop onze geliefde Regentes het bewind voert, aan den vooravond van den dag waarop Hare Majesteit Koningin Wilhelmina de regeering aanvaardt, de bewoners van het Emmaplein en naburige straten der stad een monumentaal ge schenk aanbieden om het Emmaplein te ver sieren. „Het oogenblik kon niet gelukkiger gekozen zijn en het geschenk drukt dan ook zeker uit de groote dankbaarheid, liefde en trouw der bewo ners aan beide Koninginnen. Tevens drukt dit geschenk den stempel der goedkeuring op liet werk der gemeente. Het kan ons niet anders dan welgevallig zijn, dat waar in den laatsten tijd van gemeentewege hier en daar de stad is verfraaid, op die wijze ingenomenheid en mede werking wordt betoond. „Daarom geef ik gaarne uitvoering aan het be sluit van den Raad en wordt dit geschenk door mij voor de gemeente Schiedam met dankbaar heid aanvaard. Bij die aanvaarding breng ik U den dank der gemeente en spreek ik de hoop en den wensch uit dat dit monument het getuigenis moge rijn en blijven van liefde voor ons Vor stenhuis." Met luiden jubel stemden de aanwezigen in met heb „Leve Koningin Wilhelmina! Leve Ko ningin Emma!" door den Burgemeester aange heven. Maar warm klonk ook de bijval, toen de Burgemeester vervolgens een dronk wijdde aan de bewoners van het Singelkwartier, de Com missie en vooral haren voorzitter den heer Van Groningen. De muziek viel vervolgens in mot het „Wilhel mus", dat staande werd medegezongen. Nadat nog de heer K. Sneijders de Vogel een driewerf hoerahad ingesteld op den lieer G. J. Vincent, lid der commissie, in wiens fabriek de bloemvaas vervaardigd werd, sloot de Voorzit ter hot officieele gedeelte der vergadering. Maar lang bleef men nog vroolijk bijeen. De Voor zitter had waarheid gesproken: in dezen tijd weet men wel hoe den tijd aangenaam te kor ten. Wanneer liet hart warm klopt voor Vader land en Koningin, dan is er vanzelf blijde feest stemming.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 2