UIT IIE PURS.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
V
dem hei p.i-M'creii dor ten anker liggende oor-
z.il inngoii Voegen, nodi rlioli stoot
mug, O v In of voorgaan.
ui(- zal aan goon enkel scldp of vaar
luie 0- .H.rloofd zijn, l>i.l hoi, vertrek van hot K<>-
nhiidijk j,i< hl, aan to sta.om.-u of to zeilen, ter
wijl do ma.ativgrleit van politic van kracht blij
ven -
lo voor di M-hopon on vaartuigen bewesten
don t-tolijkon ingang van th n Mnnwon Over
val totdat lot Koninklijk j.ioht op do terugreis
naar dt n Mm n 1 ijk tit --tempo ten no, 7 m den
Nieuwen Ovirval zal zijn gepaleerd
"Jo. voor do '«.rhepf ij on vaartuigen in don
Nieuwen Overval en hot gedeelte van het Hui-
laiitKeh Diip tear-ten do •.piiorwcgbrttg Iot aan
do haven van iloortlijk, todat, 11. M. de Konin
gin weder zal zijn godeh.trkoerd.
Tot voorkoming van ongelukkon door aan
varing wordt hnpaald, tl,it ilo particuliere vaar-
tuigon, die na de opheffing van lift- vt rbod tot
rondv.iren. Ling- do lnue oorlogsschepen willen
stooiuen ul zeden, zulks in eenzelfde nehling be-
hooron to doen en wol in oostelijke richting ton
noorden van die linie en in westelijke richting
ten zuiden van die link*.
Revisie.
Omtrent ile Hoager huizen-zaak schrijft de
heer Z. Middelkoop in Vooruitgang"
Troonsbestijging en inhuldiging zijn voorbij
gegaan, doch gratie is niet gekomen. Had men
op een gelegenheid gewacht uln haar to verlec-
Jiuti, dan waren dit do gesehiksto momenteu ge
woest. Doch blijkbaar bestaat niet het voorne
men, om langs dien weg de zaak te beëindigen.
Uil wat wij vroeger schreven blijkt, dat wij ge
ringe verwachting hadden. Ons hoeft alzoo doze
uitslag der gratie-beweging niet bevreemd. He
Minister, die zieli liad geplaatst up liet strenge
standpunt van uitsluitend in dit instituut
„rechtsherstel" to zien, kou moeilijk er too mede
werken, zoolang niet naar do regelen der wot do
onsehuid der IJogerliuizeu was gebleken-
Dat bewijs was niet aanwezig, en is naar do
thans bekende gegevens ook niet te* leveren. Iets,
wat volstrekt met is hot nadeel der veroordeel
den, omdat het een eiscli is, waaraan slechts bij
hooge uitzondering zou kunnen voldaan worden.
Wanneer mij werd ten laste gelegd de inbraak
te Uritsiun mede te hebben gepleegd, zou ilc
evenmin mijn onschuld kunnen bewijzen. Kan
men geene nieuwe feilen aan hot Liclit brengen,
die de onschuld der ilogcrliuizeu tot wettelijke
zekerheid maken, dan moet gerekend worden,
dat de tegenwoordige Minister van Justitie zijne
medewerking voor gratie ook in het vervolg niet
zal verleenen. Zijne hulp geeft in deze den door
slag. Daarop is niet meer te hopen. En liet is
daarom, dat zij, die verlangen, dat aan deze
treurige zaak een goed einde zal komen, alle
aandacht hebben te wijden, en belmoren mede
te werken aan de poging, die tot revisie kan lei-
tien, omdat deze do eonige reehtstreeksclie weg
is-, langs welke liet doel is tc bereiken.
Ook voor weUsaunvuliing is de hulp van den
Minister noodig. Doeli zij is daar niet de voor
naamste. De Kamers kunnen de vnvulling aan
nemen, e-u aangezien we hiel* niet met eelie poli
tieke kwestie te doen hebben, volgt de mede
werking van den Minister van zelve.
Trouwens, reeds is gebleken, dat do wotsaan-
vulling op zich zelve bij hem geen bezwaar ont
moet. Hij is van de wensdielijkheid overtuigd,
schoon hij haar niet noodzakelijk oordeelt voor
de zaak Hogerhuis. liet verschil fussehen hem,
cu de velen, die ernstig twijfelen aan dc schuld
der veroordeelden bestaat hierin, of de aanvul
ling van art, 375 W. v. S. „terugwerkende
kracht*' moet hebben.
Alben hierover, en niet over de aanvulling
zelve, loopt, du kwestie.
Men weet het: de wetten verbinden alleen
voor de toekomst. Pleonastisch voegt art. 1 der
„algemuene bepalingen der wetgeving van liet
koninkrijk" er bij, dat zij geeue terugwerkende
kracht hebben. Een art., dat in eene gewone
wel, niet in de grondwet voorkomt; aizoo slechts
den rerhlel", niet den wetgever bindt. Deze staat
liet vrij er van af ie wijken do in-werking-tre-
diug op een ander tijdstip te bepalen dan in
artt* 1 en J van voornoemde wet is vastgesteld
zelfs haar terugwerkende kracht te geven.
„Regel" is, cn moet blijven, dat dc wetten
alleen in de toekomst werken. Waar oni redenen
van dringenden aard daarvan wordt afgeweken,
dient rekening gehouden met bestaande rechten,
waarop tic nieuwe wet inbreuk maakt. Kaar het
voorschrift van art. 151 der Grondwet, tegen
schadeloosstelling van den onteigende, voor zijn
ontnomen of benadeeld recht; niet voor zijne
lump of verwachting.
Waar alzoo aan eenige wet terugwerkende
kracht wordt toegekend, moet op velerlei cu op
het recht van velen gelet worden. Geen wonder,
dat slechts om bijzondere redenen van den regel
is afgewk-n.
De geschiedenis kent- slechts enkele gevallen,
en dan is gewoonlijk (niet altijd) geen recht ont
nomen, maar een uitgebreider of nieuw recht
toegekend. In 't laatste geval verliest liet be
zwarende der terugwerking zijne kraclit,
Algemeen ovcrxlclit,
Schiedam, 10 September '98.
Tegenover de vredesboodschap van^ czaar
Nicolaas maakt de rede die keizer Wilhelm
aan de Porta Westfalia heelt uitgesproken, al
een zeer vreemden indruk. Terwijl de Russische
lleenheerscher den eersten grooten stap beeft
edaan om te komen tot ontwapening der
volkeren, verschuilt keizer Wilhelm zich achter
liet oude adagium »Zuo gij den vrede wilt.
rust u (en oorlog.
ll<* ijKöIo. Ztg.'', begrijpende dat, men rl
rede des Keizer-, en vooral waar gezegd wordt
dat i>de vrede nooit beter gewaarborgd zal
zijn dan door een slagvaardig, ten strijde gort ml
leger", in dien zin zou uitleggen dat het de
Puitsclie regeering geen ernst was niet Imnr
tegemoet komen aan de plannen vun den C/aar,
v>ft dn terstond te weerleggen,
liet blad toont aan dat in deze keizeilijkc
uitspraak niet eens een schijnbare tegenspraak
schuilt, omdat d« O/aar van Rusland volstrekt
niet den wenscli koesterde de gioote legers van
Euiopa te doen verdwijnen, llij wil alieen be
proeven of er niet maatregelen te vinden zijn,
waardoor de voortdurende uitbreiding on ver
groeiing der 1,-gei- verhinderd worden.
Bovendien -- zegt liet blad moet men er
aan donken dat 's Keizers rede natuur)ijk alleen
geldt voor dezen tijd. Inderdaad is thans een
groot Duitsch leger voor ons de eenige waar
borg voor don vrede.
De Russische plannen heoogen, nog andere
waai borgen te scheppen dan scherpe bajonetten,
en wanneer die plannen ondanks de ontzaglijke
moeilijkheden die er tegen te berde worden
gebracht, ook maar voor een dee! in vervuiling
zouden gaan, dan zou daarmede een nieuwe
toestand zijn geschapen waarmede rekening
behoort te worden gehouden.
Niet alle bladen de ïKülniscbo" verbaast
er zich over doelen deze meening. jfJier
hebben wij te doen zegt de Deutsche Tages-
zeituug" met een antwoord van onzen Keizer
op de ontwapeningsvoorstellen van den czaar
duidelijker zou men er geen kunnen vvenschen.
Wij weten den Keizer dank dat hij daardoor
voor goed de dwaze praatjes van vrijzinnige
bladen die voor ollieieus willen doorgaan in a
hun onjuistheid op de kaak heeit gesteld, die
beweerd hadden dat de manifestatie van deu
Czaar vooraf besproken was met keizer Wilhelm.
Wij hebben natuurlijk eindigt het con
servatieve blad, orgaan van den »llund der
Lundwirlhe" terstond in deze mededeeiing
wegens haar onbestaanbaarheid een »canard
gezien, maar liet is goed dat de bladen die
het leger vijandig zijn, nu tocli niet meer met
deze bewering kunnen komen aandragen.
Ook in het buitenland heeft 's Keizers in ieder
geval vrij zonderlinge uitlating de aandacht ge
trokken, met name in Italië.
De iMessagero" zegt dat indien liet plan van
den Czaar door de mogendheden is aangeno
men, Wilhelm II we! verplicht zal zijn te buk
kenwant het zou hem moeilijk vallen aan
geheel Europa zijn wil en zijn grillen op te
dringen.
De üDon Marzio" is er verbaasd over dat
Wilhelm II doorgaat op een oorlogszuehligen
toon te spreken. Het schijnt dat Berlijn elke
voorafgaande overeenstemming met St.-Peters-
burg tracht te vermijden en dat Wilhelm II
openlijk zijn vrienden en boudgenooten wenscht
te waarschuwen dat zij zich niet laten vangen
door liet bedriegelijk voorstel des Czuren.
Wij gelooven niet, zegt liet blad, dat Oosten
rijk een dergelijken raad noodig heeft, want
liet weet waaraan liet zicli te houden heeft.
Maar veeleer is bet Italië dat, zoo het't hoofd
niet heeft verloren, van de Beriijnsclie waar
schuwing moet pruiiteeren.
De tweede morgen-editie der vKöln. Ztg."
van gisteren, waaraan wij hierboven reeds een
en ander ontleenden, bevat een hoofdartikel
dat lot titel draagtDuilschiand en Frankrijk.
Het begint aldus:
»Per slot van rekening is 't dus de schuld
van ons Duitsehcrs wanneer de Fransdien in
weerwil van alles een onschuldige op liet bagno
aten Want wanneer zij hun Dreyfus-proces
herzien, dan zullen wij er zijn mensehen
die dat in ernst beweren hun den oorlog
aandoen.
»En waarom? Omdat de revisie aan den dag
zal brengen dat de Duitsche keizer met kapitein
Dreyfus brieven heeft gewisseld, dat een Duit
sche ordonnans en een Pruisische regeering
door dc Fransche regeering zijn omgekocht,
dat een Jodin enn Pruisisch generaal, terwijl
deze waakte, papieren uit den zak heeft ge
nomen dat men, d. w. z. de Fransche regeering
of de Fransche generale staf, den Duitschen
keizer en zijn gezant heeft laten bestelen.
a Aangenomen nu eens," gaat het blad voort,
jxiaf die beweringen waar zijn wat nog
altijd hewezen zou moeten worden dan zou
het tocli geen mensch in de Duitsche gouwen
in 't hoofd komen zijn leven op het spe! te
zetten omdat de Duitsche Keizer aan een
Franschman een brief beeft geschreven, twee
Duitsche officieren schurken en een derde een
oude ezel is, of omdat de Fransche generale
staf zichzelf tot den heler van dieven heeft
gemaakt.
»Dat zou er op gelijken of men den schurk
die eeu zilveren lepel heeft gestolen, op pistolen
wilde uitdagen."
Vooruit dus met het geheimste aller dos
siers!" roept het blad uit. sOorlog komt er
niet; in geen geval komt er oorlog, wat ook
het dossier mogen inhouden."
En de sKölnische" betoogt in het vervolg
van dit stuk dat gevaar voor een oorlog alleen
ligt in den eigennardigen gemoedstoestand van
ele Franschen die reeds eens een ooriog uit
lokte.
In hetzelfde blad wordt geantwoord op een
mededeeiing van de Romeinsche sTribuna" van
zoogenaamd bevoegde zijde te Parijs, als zou
graaf Munster aan den minister van buiten-
larnDuhe zaken in opdracht van keizer Wilhelm
verklaard hebben dat de brieven des Keizers
aan hem en Dreyfus onecht waren. De gezant
zou in opdracht hebben zijn pas aan te vragen
indien de Fransche regeering zicli van die
brieven in liet te verwachten proces wil be
dienen.
Een officieus schijnend bericht uit Bei lijn zegt:
5>Ilo jiTi ibtirm" zou goed doen naar die »zoo-
genaamd bevoegde zijde" eens nauwkeuriger
to informeereri, voordat zij zulke alarmeerende
berichten (ie wereld in stuurt. Duitschlan
denkt er niet aan zicli op eenigerlei wijze te
mengen in de Dreyfu«-zauk en het werk van
onhandige fasarissen zóóveel eer aan te doen van
liet tot het onderwerp van zuik een diploma
tieke actie te maken."
Tegelijkertijd zendt [lavas een officialise nota
aan de bladen waarin, met betrekking tot liet
verhaal in de »Corriere di Napoli" en boven
vermelde mededeeiing in de >Tribiiua", ver
klaard wordt dat geen enkele communicatie
noch eenige stap aangaande de Divyfus-zaak
door eenige buitenlandsche regeering bij die van
Frankrijk is gedaan.
Men wacht inmiddels nog steeds welke be
slissing de nieuwe minister van oorlog zal nomen.
Geneiard Zurlinden houdt zicli voortdurend
bezig met de qua«'stie; zijn besluit zal echter
vermoedelijk eerst na den 17den vallen, wanneer
de minister terug is van de groote manoeuvres
waarheen hij president Faure gaat vergezellen.
De bladen die tegen de revirie gekant zijn
liet zijn ev slechts enkele: »Libre Parole",
»Intiansigeant", nPatrie" in de eerste plaats
ver langen dat Zin linden zal aftreden en, hun
wenscli lot werkelijkheid makend, houden zij
vol dat de minister dat ook zal doen.
Uit de Fransche bladen enkele citaten.
Rochefort wel de man die daarover kan
en mag oordeeleu zegt dat Brisson's ver
raad een gevolg is van zijn proteslanlsch fana
tisme en zijn onderworpenheid aan het protes
tante Duitschland, Brisson wil dat Keizer
Wilhelm II de Vogezen en Champagne inpalmt
om daardoor hel aantal Hugenoten te ver
meerderen.
Gelijke of nog grnnter on laiiiartiger onzin
kraamt de «Libre Parole" uit. Een reeks
aitikeien die er op moesten wijzen dat Zurlinden
do landgenoot van Mathieu Dreyfus en de
geloofsgenoot van Trarieux, Brisson, Pres«ensé,
Lebiois, dus protestant is, zullen niet ver
schijnen, bericht het blad, omriat de minister
na nauwkeurig onderzoek zicli reeds tegen de
levisio heeft verklaard
De nAurore" verhaalt dat kolonel H-nty
indertijd, toen liet gerucht opdook dut een
Engelscli blad voornemens was Esterhazy's
brief aan een vreemden militaire-attaché te
publiceeren, den vertegenwoordiger van dat
blad een groote som gelds en het kruis van het
eere-legioen had aangeboden indien die publicatie
niel geschiedde. Het aanzoek werd van de hand
gewezen.
In hetzelfde blad klaagt Clémenceau erover
dat, al is Brisson nu van Cavaignac ontslagen,
Ie minister-president nog zóó besluiteloos is
dat liij zei Is Picquard niet in vrijheid durft
stellen; integendeel wordt deze met een schan
delijk proces bedreigd.
Eerst Maandag zal de strafkamer vermoedelijk
een beslissing nemen ton opzichte van Prcquard's
verzoek om in vrijheid te worden gesteld.
Omtrent Esterhazy loopen de meest ver-
chiliende geruchten. Donderdag meldde de
ïFrance" in een bulletin dat de majoor zich
van het leven had beroofd. Op navraag bij
Mme. Pays werd het antwoord verkregen dat
Esterhazy te Versailles was en nog denzelfden
avond naar Parijs zou terugkeeren. De politie
verklaarde het bericht van den zelfmoordvoor
valsch.
En gisteren werd tegelijk uit Londen gemeld
dal hij na een kort verblijf aldaar Vrijdagmorgen
naar Dover was vertrokken en uit Ostende dat
hij daar uit Dover was aangekomen waarheen
liij eveneens Vrijdagmorgen is teruggekeerd.
Teekenend is het plan van een Parijzenaar,
zich noemende X, die een inschrijving heeft ge
opend om voor wijlen Henry een gedenkteeken
op te richten. Hij zelf heeft voor dit deel 100
frs. afgestaan. Op de lijst prijkt bovenaan de
naam van den oud-minister Cavaignacnaar de
jrTemps" verneemt is dit echter geschied zonder
medeweten of goedkeuring van den gewezen
minister van oorlog. Achter Cavaignac 's naam
staat dan ook geen bedrag vermeld.
Gemengde Mededecllngcn.
Te Munster kregen twee onderofficieren twist
met eenige werklieden, die hen de baas waren.
De onderofficieren werden hierover zóó woe
dend dat zij zich met hun sabels een weg
baanden door de menigte, en een twaalftal
personen verwondden.
Het blijkt thans dat de Czaar reeds bij zijn
bezoek aan koningin Victoria op Balmoral, en
vermoedelijk ook aan de andere hoven, over
zjjn plan betreffende een vredesconferentie
heeft gesproken.
De groote mogendheden hebben besloten
versterkingen naar Kreta te zenden om een
einde te maken aan de onlusten, die zich nog
uitbreiden. Uit Kanea en Sphakia snellen de
Christenen hun geloofsgenooten te Kandia te
hulp. De admiraals eischen de ontwapening der
Bashi-Bozouks, die met verwoedheid de Chris
tenen bestrijden.
Generaal Polavieja's besluit om zich aan het
hoofd te stellen eener nieuwe partijdie de
politieke en financieele reorganisatie van Spanje
wil, welk besluit niet dan na overleg met tal
van persenen genomen is, wekt groot opzieii.
!>e vlinpnrcial", do slleraiilo" en de »Nacio-
nal" (vroeger een orgaan van Weyler) steunen
den generaal die zijn manifest, indien de cen
suur Ce openbaarmaking verbiedt, indeCortez
wil voorlezen.
Men is algemeen van oordeel dat de dim en
van het ministerie geteld zijn; langer dan°na
het sluiten van den vrede zal liet niet aan
blijven Dan ra! óf Silvela óf Polavieja inet de
vorming van een kabinet belast worden.
Na de laatste lichting van 100 000 man
waarvan er 20.000 voor de Philippijnen bestemd
waren, zijn velen over de Fransche grenzen
uit liet land geweken.
Aan de uTemps" wordt uit Londen verzekerd
dat de overeenkomst tusschen Duitschland en
Engeland, wat Afrika aangaat, een voldongen
feit is.
Chamberlain is in de Vereenigde Staten bezig
propaganda te maken voor een verbond tusschen
de berde Angelsaksische landen. Hij verklaarde
in een interview o. a. dat Europa, de Vereo-
nigde Staten eri Engeland builen China willende
houden, te recht bang is voor zulk een verbond.
Volgens een bericht uit Peking aan het
»Klt'iue Journal" te Berlijn, gaat de keizer van
China met de Keizerin-Moeder eerstdaags op
reis naar Tien tsin om daar liet Chineesche leer
en de vloot te inspecteeren.
Haute nouveauté voor China!
Dankbetuiging van II. M. de Koningin.
Do burgemeester van Amsterdam brengt ter
kennis van de ingezetenen, dat hij van H. M.
de Koningin liet navolgende telegram heeft ont
vangen
Bij Mijne terugkomst in de Residentie is het
Mij eene behoefte nog eens Mijne gevoelens van
innige dankbaarheid to uiten voor de zoo har
telijke cn schitterende ontvangst, die Mij in
de hoofdstad te beurt viel. Ik ben diep getrof
fen door al de ontelbare bewijzen van liefde, ge
hechtheid en trouw, die Ik in Amsterdam out-
"g-
Onvergetelijk zullen M'ij de dagen zijn in uw
luidden doorgebracht.
Ik verzoek U Mijnen diepgevoelden dank over
te brengen aan allen, die, bezield met gevoelens
van verknochtheid en aanhankelijkheid, het hun
ne hebben bijgedragen tot het zoo uitstekend
slagen der sclioone feesten, die Mij aangenaam
errast hebben door de zoo prachtige versiering
van de stad en de schitterende illuminatie. Voor
de voorbeeldige orde, die overal hcersehte en
die een ieder hielp handhaven, beu ik zeer er
kentelijk.
Amsterdam heeft Mijne Moeder en Mij heer
lijke feestdagen bereid, die Onze harten met
groote blijdschap en dankbaarheid vervullen.
WILHELMINA."
Een schrijven der Koningin-Moeder.
Bij den burgemeester van Amsterdam,
tevens voorzitter vari de hoofdcommissie tot
liet aanbieden van een nationaal huldeblijk aan
II, M. de Koningin-Moeder, is ingekomen liet
navolgend schrijven:
's-Cn.WENHAGE, 4 September 1898.
Hoogedel Gestrenge heer.
Ik verooi loof mij uwe bemiddeling in te
roepen om allen, die door hunne bydragen
hebben deelgenomen aan het uationaal geschenk,
mij bij het nederleggen van het Regentschap
aangeboden, daarvoor mijn oprechten en diep
gevoelden dank te betuigen, in het bijzonder
ook dien dank te willen overbrengen aan de
commissies en personen, die in deze hunne
medewerking hebben verleend.
Het geschenk is grooter dan Ik Mij had
mogen voorstellen, de deelneming meer alge
meen dan Ik had mogen verwachten. Het
stemt mij tot groote dankbaarheid, en Ik gevoel
behoefte U te verzoeken dit namens Mg open
lijk uit te spreken.
Moge de Stichting, die Ik wensch in het
leven te roepen, niet alleen velen ten zegen
worden, maar een waardig gedenkteeken zqn
van de liefde en trouw, waarmede het Neder-
landsche volk Mij bij de vervulling Mijner taak
omringde en steunde, een blijvend gedenkteeken
tevens van Mijne oprechte en innige dank
baarheid.
(get.) Emua.
De Pans en de Koninginnen.
De Parijsche „Vérité" deelt mede, dat de
Paus twee telegrammen van gelukwenscken
heeft verzonden: aan H. M. de Koningin en
II. M. de Koningin-Moede'- Aan de eerste biedt
de H. Vader zijn zegenwenschen voor het geluk
van Hare Majesteit en van de onder haar macht
gestelde bevolking.
Tot Hare Majesteit de Regentes richt Z. H.
den wensch, dat het Haar moge gegeven zijn
nog langen tijd zich te verheugen in een zegen
rijke regeering van haar Dochter, in wier hart
zij de zaden heeft gestrooid van zoovele edele
deugden.
Beide Koninginnen hebben aanstonds in har
telijke en gevoelvolle Bewoordingen de:.. H. Va
der Haar dank gebracht.