52"c jaargang.
:3
ondag 18 en IVIaandag 19 September 1898.
IN0. 9733,
jEerste Blad.
IDe GeienteÈepotiBi voer 1859,
DË GELDDUIVEL.
§L
4
tl
'"zi
n
3
1
•J
t
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
uitgever" H 07 c. roelants.
b FK tJIXjIjETOJST.
BINNENLAND.
M
A
"A
7 ijj
Ltf
l.s
m
W %i
is
-J
Ujj
>/M
4
H?
1
i
?i
8CHIE
iLLBSliUJi
COURAIT.
AboHKMBinsnttj* vosr Schiedam, par kwartaal 0.90
a omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco pet post, p. kwartaal. 1,80
Afzonderlijke nommerso.02
BÜRE4Ü: BOTEIt§TKAA1« ÏO, Tcloplioon Mo. 123.
ADVERTENTispniJB: van 1—5 gewone regels mot inbe
grip van cono Courantf 0,52
Iedcra gowono regel moor- 0,10
By abonnement wordt korting verleend.
I.
Sedert eenige dagen is in druk verschenen
de begrooting voor 1899 der gemeente Schie
dam en aan de leden van den gemeenteraad
rondgedeeld.
Enkele aanteekeningen willen wij op dit stuk,
dat ook thans weder in den door Gedeputeerde
Staten-van Zuid-Holland voorgeschreven vorm
verschijnt; .reeds nu maken.
Aüere ,-jt wat dezen vorm betreft; wij achten
dien rib; idealistisch en voor een goed overzicht
tot het geheel ondienstig. In andere provin
ciën, met name in Overijsel en ook in enkele
gemeenten van Zuid-Holland bijv, Vlaardingen
is het ook voor den minder ingewijde mogelijk
zich een overzicht te geven van liet huishouden
der verschillende gemeenten uit de begrooting
van Schiedam valt dat bij bijna absoluut ge
mis aan eene Memorie van Toelichting schier
onmogelijk.
Waar het reeds niet gemakkelijk is op de
'gewone inkomsten en uitgaven een goeden blik
te hebben, zoo deze niet vergemakkelijkt wordt
door nadere verklaring, daar klemt dit bezwaar
te meer, waar gewone en buitengewone in een
bijna onontleedbaar mixture compositum zijn
samengevloeid, iets wat wij geven het on-
midfUhnk toe bij de tegenwoordige inrich
ting dT-i" meeste gemeentebegrotingen onver
mijdelijk is.
Wij zullen ons bezwaar duidelijk trachten te
maken met naast elkaar te stellen de totaal-posten
van inkomst en uitgaaf gedurende de drie
laatste jaren, gelijk die uit de gemeentereke-
ning, flter afgeloopen en uit de begrooting van
het tegenwoordige en het volgende jaar blijken,
Dab vinden wij
Inkomsten.
1897 1898 1899
f525.953 f 695.979 f 589.722
Uitgaven (verminderd met de onvoorziene).
1897 1898 '1899
1504.912 f671.335 f575.092
L-Jniddelijk spriugt in het oog, hoe reusach
tige; op het eerste gezicht onverklaarbare lluc-
tuaite hier is waar "te nemen.
In een gewoon huishouden loopen de inkom-
DOOR
S. WÖRISHÖFFER.
Wolfram schudde liet hoofd. „Dat geloof ik
niet, mijn. jongen. Do schok is blijkbaar zeer
hevig geweest, on de lichte, tengere wouw zal
hoogstwaarschijnlijk wel over de sloot heen min
geslingerd."
„Dan moeten wij er heen, mijnheer."
Wolfram bleef het antwoord schuldig; maar
hij stapte terstond voort om een diehtbijzijndo
plaats tc bereiken, waar de sloot nogal smal was,
en daar den sprong naar den overkant te doen.
Het was geen gemakkelijke taak, onder bet ra
zen van den storm een sprong op den doorweekten
grond, gelukkig uit te voeren, maar toch gelukte
het waagstuk aan de beido onverschrokken man
nen uitmuntendzij kwamen or over, en reeds
na weinige minuten was de ongelukkige gevon
den.
Do storm had de kap meegevoerd en het rijke,
zwarte haar fladderde woest in den wind. Op
het voorhoofd der bewustelooze vrouw vertoon
de zich een roode vlek; bloeddruppels parelden
naar buiten, en onder het krullende haar gaapte
oen open wond. Door den regen overstroomd lag
Anna in heb gras en gaf geen teekca van leven
ha» gelaat leek dat eener doode.
„Peter," zei de landeigenaar zuchtend, „wat
sullen wij nu doen?"
sten cn uitgaven in een drietal jaren in gewone
omstandigheden niet sterk uiteen. Mogen er
als bijzondere baten of vei liezen zijn dan bljjkt
dit in vermeerdering of vermindering van kapi
taal. Er is daar scheiding tusschen gewono en
buitengewone inkomsten en uitgaven.
Daardoor ook valt den huisvader een over
zicht gemakkelijk.
Zoo diende het ook bij he't gemeentehuis-
houden te gaan. In gewone omstandigheden
nemen met den aanwas der bevolking dp
iukomsten en uitgaven regelmatig toe, zoodat
beeft men een accres van 2 7» der bevolking,
daarvan, zoo in debet als in creditzijde de
gemeentebegrooting den terugslag onderbindt.
Werden nu de gewonen en de buitenge
wone inkomsten en uitgaven gesplitst, dan zou,
bij rich tig beheer der gemeente van een en
ander blijken, dat deze wisseling verklaart.
Wij hebben de moeite genomen om eene be
rekening hiervan te maken en vinden clan voor
gewone
Inkomsten:
1897 1898 1899
f399.794 f393.250 f411.037
te verminderen uit te verminderen met
post 50 met onge- f 8000 buitengew.
veer f 10.000 (teruggave Boffers)
blijft
f389.794
blijft
f 393.037
Uitgaven:
1897 1898 1899
f 278.445 f287.372 f 293.307
Bij de inkomsten blijven bij deze beiekening
buiten beschouwing Hoofdstuk I (ontvangsten
wegens vroegere diensten); bij de uitgaven Hoofd
stuk II (kosten voor werken en inrichtingen tot
openbaren dienst bestemd), omdat in dit hoofd
stuk de Maaswerken zijn opgenomenHoofd
stuk IX (renten en aflossingen van gehlleeningen
enz,), Hoofdstuk X (andere uitgaven niet onder
de vorige hoofdstukken begrepen) en Hoofdstuk
XI (onvoorziene uitgaven), de sluitpost der be-
A1 nemen nu ook de gewone inkomsten niet
belangrijk toe, wat zeker wijst op den niet
wel vai enden toestand der gemeente, tot neer-
slagtigiieid stemmen deze cijfers evenmin, vooral
als men in aanmerking neemt dat dit jaar de
directe gemeentebelastingen met de helft onge
veer verminderd werden en ook voor '1899 niet
„Ik weob maar cén uitweg, mijnheer."
„Eu welke is dat?"
„"Wij dragen de arme dame naar de plaats,
waar een brag voor heb vee over do sloot ligt,
en dan terug naar heb rijtuig."
Erik onderdrukte de vcrwensching die hem op
de lippen kwam. Hij vatte de bewustelooze bij
hoofd en schouders, terwijl Peter de voeten nam,
en zoo gingen beiden dapper door het natte gras
tot aan een hekpoortje, dat zonder sleutel ge
opend kon worden. Een kwartier later was het
rijtuig op den straatweg weer bereikt.
„Leeft de anno dame, mijnheer?" vroeg do
koetsier.
„Dab mag de hemel weten. Kan je haar een
oogenblik zonder mijn hulp houden, Peter?"
„Dat lichte dametje? Lieve hemel, 't is net
een veer
En de brave Peter gaf zijn meester, nadat
deze in het rijtuig had plaat?, genomen, do be
wustelooze als een zuigeling aan. „Nu gaan we
toch naar Dom au, niet waar, mijnheer?"
„Yoorloopig ja. Maar misseMcn zal je later
nog naar de stad moeten rijden, Poter men
kan niet weten hoo dat alles nog afloopt,"
En zuchtend schikt Erik zich in de noodzake
lijkheid van nu zijn arm tc moeten leggen om do
bowusteloozo en haar hoofd tegen zijn schouder
te leunenhet ging niet anders, maar hij hoop
te heimelijk dat dio toestand van bewusteloos
heid m ieder geval zou voortduren tot aan hun
aankomst te Domau. Eenmaal daar gearriveerd,
kon hij de zorg voor zijn beschermeling overla
ten aan do oudo huishoudster en zichzelf geheel
aan do zaak onttrekken.
Maar liet zou anders komen. Heb schokken
.van clen wagen werkte als een opwekkend mid-
op eene heffing aan directe belastingen is ge
rekend, welke die van de jaren voor 1898 evenaart.
Dit nu is wel heigeen de meeste onzer ge-
roeentenaren het meest zal interesseeren.
Ook in 1 899 behoeven de ge
meentelasten niet noemenswaard
te worden verhoogd.
Werd voor '1898 gerekend op eene heffing
van (53.000, overeenkomende met eene belas
ting van hel zuiver belaslbate inkomen van
3'/io voor '1899 wordt voorgesteld f 60.000
aan directe gemeentelasten te heffen, zijnde
dus, indien hot gezamenlijk belastbaar inkomen
niet is gedaald (en er is geen geldige reden dit
aan te nemen) eene heffing van ongeveer 3Vs
benoodigd.
Met voldoening zal dit zeker door ieder
worden opgemerkt; reeds was men niet gerust
of niet weder tot de oude, schier ondragelijke
lasten zou teruggekeerd worden; nu het blijkt,
dat hiervoor, althans voorloopig, geen vrees be
staat zal dit de gemeentenaren met blijdschap
vervullen, vooral wanneer zij daarbij bedenken,
dat er thans iets voor de opgebrachte lasten
tot stand komt, wat in de naaste toekomst
nienwe bronnen van beslaan kan openen.
"Voor een niet gering deel werkt tot den gttn-
stigen toestand mede do nieuwe rijksuitkeering
(sedert '1 Januari 1898) in de plaats getreden
van het Vs Van de zuivere opbrengst der hoofd
som en rijksopcenten van het Personeel, vroeger
daarvoor in de plaats genoten.
In 1897 droeg betreffende deze baten het Dijk
bij (43.290, in 1898 f79.650 en 1899 (ver
moedelijk) f83.868.
In 1897 werd geheven in de/e gemeente aan
directe belasting f43.208 (verteringsbelasting)
-j- (52.970, (inkomstenbelasting); in 1898
f52,100; iri 1899 f60.100, In totaal kwam
uit beide baten tarnen in de stadskas
1897 1898 1899
f 139,468 f 129.750 f 140.368
De lasten door de gemeentenoren op te bren
gen ziju dus belangrijk gedaald dank zij de
nieuwe wet op het Personeel, die behalve dat
zij den ingezetene persoonlijk minder drukt, den
zwakke ook nog als gemeentenaar ter hulp komt.
Wij kunnen hiermede dit deel van onze
algemeene beschouwingen sluiten en hopen in
een volgend artikel over de eigenlijke begioo-
cleler kwam eenige beweging in Anna's
lichaam; zij tastte als een blinde met de hand
om zich heen.
„Wie is hier V'
„Stel u volkomen genist, mevrouw. Ik ben
liet, Erik Wolfram."
Een oogenbkk had hij er aan gedacht zijn
arm bijtijds weg te trekken, maar dat zou be
lachelijk zijn geweest, en dus voegde hij er op
gelaten toon aan toe
„lk wil hopen dat u geen ernstig letsel licht
gekiegen?"
Zij bleef nog steeds het antwoord schuldig.
Door zijn stem plotseling ontwaakt uit de laat
ste nevels der bewusteloosheid, zocht zij naar
kalmte. liet was Enk aan wiens borst kaal
hoofd geleund lag, wiens arm haar omvat
hield Erik1
not was alles een droom, een koortsfantasie.
Hot kon immers nooit werkelijkheid, nooit an
ders dan verbeelding, zijn.
En mot kloppend hart zweeg zij. Misschien
zou liet eerste woord heb zalige droombeeld ver-
jagen.
„Mijn koetsier zag Goddank te rocliter tijd
wat er gebeurd was," ging Wolfram voort. „Hij
eu ik zochten totdat wij zoo gelukkig waren u
lo gjMon, mevrouw. Voelt u zich nu tamelijk
weD"
Het liep haar koud door de aderen Zijn koet
sier 1 Eu eon oogenblik liad zij gemeend dat
hij haar van Moklt uit opzettelijk was gevolgd 1
Een haastige beweging die haar moeite kostte,
bracht haar buiten het bereik van zijn arm,
„Ik dank u, mijnheer Wolfram. Het gaat al
wat beter."
Maar haar stem klonk als mat gefluisterhet
ting enkele algemeene opmerkingen te kunnen
maken om dan te besluiten met een aan-een-
omlcrzoek-onciei weipen van enkele bijzondere
posten, voor zooven e wij bij hgt-doorbtadcren
der bogrooting daaibij aanteekeningen maakten.
Forste Kamer.
De Eerste Kamer zal Dinsdag, 20 September,
des namiddags half vier eene vergadering hou
den.
Uitvanrlsdienst voor do Keizerin van Oostenrijk.
Men meldt ons uit 's-Gravonliage.
In do St Jacobuskcrk aan de Parkstraat to
's-Giavonliage werd heden voormiddag een uit-
vaarlsdiensl gehouden voor de zielerasl van H.
M. de Keizerin van Oostenrijk.
llaio Majesteit de Koningin was hij deze
plechtigheid, vertegenwoordigd door don chef
van J.laar Militair Huis, graaf Dumonceau en
de Koningin-Moeder door jbr. de Itanilz; de
prins van Wied door zijn zoon, den Erfprins en
de groobheilog van Saksen, door zijn adjudant,
generaal de Palézieux.
Voorts waren o. a aanwezig do moeste te
's-Gravenhago geaccrediteerde gezanten met het
pciwnecl der legatie; do Ministers van Bnilen-
kmdsclio Zaken, van Marine en van Financiën
en verschillende belangstellenden uit do Oosten-
rijksche kolonie of particulieren, gerechtigd tot
het dragen eener Oostenrijkscho orde-
De autoriteiten werden ontvangen door graaf
Oeolicsawji, Oostenrijksch gezant. Do gouden
uitmonstering der leden van de Oostenrijksche
legatie waien mot rouw crêpe omhuld. Heb kerk
gebouw was met rouwstof gedrapeerd. Tusschen
koor on hoofdaltaar was een katafalk geplaatst,
omgeven door honderdon ontstoken kaarsen.
Do Mis werd opgedragen door den Internun
tius, Mgr. Tarnassi, bijgestaan door do heeren
Thoys, Onderwater en Boogmans. Het zangkoor
voelde het „Dies Irae" en het „Requiem" van
Sell wei s uit.
Do gezant van Oostenrijk verzocht don verte
genwoordigers dor Koninginnen aan Hare Ma
jesteiten don dank zijner Itegccring te willen
overbrengen voor de betoonde deelneming.
Het plau-CocIen.
De heer W. A. Coolen, notaris te Holvoort,
heeft omtrent zijn reeds meermalen besproken
donkbeeld een brochure in hot hebt gegeven
waarin hij nader ontwikkelt zijn plan tot aan
moediging der vrijwillige deelneming bij do Na
tionale Militie en bovoidermg der deelneming
aan vooroefening in elke gemeente. Hij herin
nert daarin] or aan, hoe het ideaal van onzen eer
sten Koning was de conscriptie te vervangen
door een Nationale Militie, zoo mogelijk samen
gesteld uit vrijwilligers, en dat, wat uitzonde
ring had moeten zijn, regel is geworden, ril. liet
hoofd der jonge vrouw zonk machteloos op haar
borst; zij had alleen het noodzakelijkste gezegd,
en nu schenen liaar krachten volkomen uitgeput.
„Daar is Domau," zei de landeigenaar met be-
viediging. „Nu zal u betere hulp ton deel val
len, mevrouw."
Zij richtte zich als geëlectriseerd op.
„Niet naar Domau!" trilde het van haar lip
pen „Wees zoo goed ...ik wensch zoo spoedig
mogelijk thuis lo zijn."
Erik hoorde nauwelijks wat zij zeide. Uit do
vensters van zijn grootvader schemerde hem nog
op dit uur licht tegemoet wat beteekende
dab?
Nu hield het rijtuig stil, en Peter liet de
zweep duchtig klappen om de bedienden to wek
ken Erik sprong haastig uit hot rijtuig; toen
klopte hij hard op de huisdeur, die echter op
hetzelfde oogenblik reeds van binnen geopend
werd. Op den drempel stond de oude heer Wol
fram, wens gelaat m de scherpe belichting van
een lamp er nog bleekor en nog meer vervallen
uitzag dan anders.
„Goeden avond, beste jongen," zeidc hij op
vriendelijkcii toon. „Kom binnen, dan praten
wij samen nog een beetje."
Do landeigenaar knikte haastig.
„Later," zeidc hij. „Later, grootvader; voor
hot oogenblik heb ik geen tijd. Juffrouw Steffer
moet dadelijk gewekt worden, want ik breng
een dame mede. Er is onderweg een ongeluk ge
hemd met haar rijtuig ik vertel u dab alles
later wol."
Wordl vervolgd.)