4 Agett tan Polilie 3a klasse, 52"° jaargang. Woensdag 28 September 1898. N°. 9741. DE GELDDUIVEL. imiT]^LANÏ>r" FEUILLETON. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, UITGEVER: H. J. C. ROELANTS. POLITIE. g°n- \jp ia»0KKHMENT3Piujg toot Schiedam, pat kwartaal f 0.90 n omliggende plaatsen, p. kwart. -1.05 franco per poot, p. kwartaal. - 1.30 Afzonderlijke nommerso.O'J SStTREAÜ: SOTEÏ5STKAAT ?0, "ffeleplioon TSo. 123. Adtomeotikpmjb: van 1—5 gawone regoio mat inbe grip van ecno Courantf o.ga Icdoro gewone regc! meer $.10 Bij abonnement wordt korting verleend. Er kunnen a 1 li i e r geplaatst worden rooi' den nachtdienst. Sollicitanten moeten zich aanmelden bij den Commissaris van Polilie. Leeftijd: beneden 35 jaien. Algemeen ovcrsiclit. Schiedam, 27 September '98. Een morgen van spanning was liet gisteren, voor de Panjzenaars, die voo liet ministerie van binnenlandsclie zaken afwachtten welke de uit slag zon zijn van de vergadering daar binnen van den. ministerraad. Wat er over de groote zaak in den boezem, der vergadering al zoo is gezegd, blijkt nog niet. Dc „Soir" alleen vertelt op gezag van den mi nister Viger, dien heb blad heeft geïnterviewd dat Brisson in buitengewoon krachtige taal de herziening van het procus-Dreyfus eischic. Die weigeren, was hem onteeren, zeide de minister president. Zóó buitengewoon drukte Brisson zieli uit, dat de ministers Sarrien, Maruéjouls en Peytral (waren dit dan de weifelaars als onder zekeren dwang toestemden. De uitslag is bekend de ministerraad besloot de herziening bij het Hof van Cassatie aanhan gig te maken. Eenparig is dit besluit genomen en van ver deeldheid of zelfs van een crisis, gewagen do berichten niet. Maar de ministerraad is niet ge ëindigd; hij wordt heden voortgezet onder pre sidium van Faure, die gisteren uit Rambouillet te Parijs is teruggekeerd. Toen de wachtende menigte gistermorgen de ministers het gebouw zagen verlaten, klonk het „Leve de revisie Leve BrissonEn toen Ma ruéjouls het hek bereikte, vroeg men ongeduldig „ls de revisie er T' Op zijn bevestigend antwoord werd den minister een langdurige ovatie ge bracht, en gedurende het vertrek der ministers hield men niet op te schreeuwen: „Leve Bris son Leve PicquardLeve het leger I" Wol klonk er ook eenig vijandig geschreeuw, maar dat werd terstond overstemd. De „Temps" kan zeggen dat zij namens de meerderheid van het Fransohe volle spreekt nu zij de regeerïng gelukwenscht met het geno men besluit. Het leger zal deze beslissing toe juichen, die overeenstemt met de rechtvaardig heid en do groote belangen van het land, de re publiek en de vrijheid, zegt hot blad, en liet spreekt de hoop uit dat heb Hof van Cassatie spoedig zijn beslissing zal vellen. 't Was te verwachten dat Esterhazy's bekente- DOOR S. \VÖ RIS [(ÓFFER, 19) Een prachtig meisje, die kleine Adèle. Zij zou moe naar- Nizza en haar salaris wilde hij verdub belen. Waarom Ruth toch zoo het land had aan do stille, zwijgende gezelschapsjuffrouw barer zuster? Het arme meisje had niet heb minste ploizier in haar levenzelfs schepte zij er niet, zooals andere jonge meisjes, vermaak in zich op te schikken. Men zag haar niet anders dan iu een grijs kleed, zonder eonig sieraad en met het haar gekapt als een uon en toch was Adèle volstrekt uieb Icelijk of onbeteekenendzij had heerlijke, donkere oogen en een gestalte als een gazel. Arm, klein ding Terwijl Hans Adam bozig was in te slapen, droomde liij dat hij haar een kus gaf. XH, Een bediende te paard bracht den brief der barones naar de stad naar het postkantoorliet regende,^ en er woei een scherpe wind van de zee, die in den nacht tot een storm aanwies. Alle visschersbooten van het dorp werden hoog op nis in do „Observer" tegenspraak zou ondervin den. Eslerhazy heeft reeds tegenover een redac teur der „Daily News" ontkend dat hij aan de redactrice van de „Observer", mevrouw Rachel Beer, die mededeelingen zou hebben gedaan, of schoon hij wel met genoemde dame een paar maal een onderhoud hoeft gehad. Dc majoor be weert dat de correspondent der „Observer" te Parijs reeds beproefd heeft hom er in tc laten loopen. En de „Libre Parole", die zegt dat Esterhazy aan generaal Chanoino een protest heeft geseind tegen do publicatie der „Observer", bevat tevens de brieven, door den majoor aan de „Observer" geschreven, waarin hij verzet aan toekent tegen het in hot blad opgenomen verzonnen verhaal en zich beklaagt over de handelwijze van het blad. Rochefort daarentegen vertrouwt blijkbaar den braven majoor geen centime. Do roode mar kies vertelt in de „Intransigeant" hoe hij en eenige vrienden Esterhazy, op verzoek van rnr. Tézénas, met geld waren ter hulp gekomen. Ro chefort had hem duizend francs gegeven, en bo vendien hadden zij den majoor een maandelijk- sehe toelage bezorgd van drie honderd francs om van to leven. Bij zijn geheimzinnig vertrek naar Londen heeft de majoor die toelage prijs gegeven. Nu zegt Rochefort, blijkbaar batig dat Ester hazy zal gaan klappen, dat Esterhazy, die zon der middelen is, zeker te Londen grootere som men ontvangt; maar dan is hij een schurk. Nu, of de majoor een schurk is, zij daargela ten maar dat Rochefort reden heeft om te vree zen dat Esterhazy gaat klappen, is wel waar schijnlijk. Immers, de „Gaulois" wijt aan hom ook het incident-Henry. Toen hij voor den raad van discipline terecht stond, zou Esterhazy den kolonel als falsaris hebben ontmaskerd. Intussehen zit Picquard nog steeds in de Cher- che-Midi, geheel afgesloten van de buitenwereld, De vraag is gesteld of de nieuwe, wet op do instructie in strafzaken, bepalende dat de be klaagde gedurende hot voorloopig onderzoek rechtsgeleerden bijsband mag hebben, ook toe passelijk is op de militaire rechtspraak. De „Matin" heeft er den senator Constans, den vader der wet, naar gevraagd, en deze zei- de dat wel de tekst der wet dit niet uitdrukke lijk bepaalt, maar dat er toch geen twijfel moge lijk is, daar de wet op alle rechterlijke colleges zonder onderscheid toepasselijk behoort te zijn. Do senator zou, zoo wordt van andere zijde bericht, bovendien verklaard hebben dat hij met het oog op Picquard zal voorstellen voornoemde wet alsnog toepasselijk te verklaren op militaire en speciale rechtbanken. De minister van justitie zal, naar hij gisteren in den ministerraad mededeelde, elke beweging tegen het leger krachtig tegengaan. In den Fransehen ministerraad kon gisteren de minister van koloniën het heugelijke nieuws mededeelen dat de Fransche troepen in Afrika aan de Ivoorkust een belangrijke overwinning het strand gezet en de stroodaken der huizen bedekt met eggen, ploegen en bestanddelen van wagens. Meer dan eens varen in den tijd der herfststormen do golven opgesprongen tot boven aan het houten dorpskerkje, meer dan eens had den zij de lichte hutten met zich medegesleept en akkers en tuinen verwoest. Of dat ook nu weer zou geschieden 1 De watermassa's hoopten zich op tot bergen en overstelpten het onbeschutte strand met wit schuim. Yan uit het Oosten stormde het aan op het landonophoudelijk namen de dreigende kenteekenen toe. Toen de volgende dag aanbrak, kwamen eeni ge visschors met bleeke gezichten op heb kasteel. „Het water wast van uur tot uur, mijnheer de baron. Mogen wij onze bezittingen dio de meeste waarde hebben, hierheen brengen? Mis schien gaat alles nog wel goed, maar wij zouden toch liever voorzorgsmaatregelen nemen." „Brengt alles hierheen wat je unit, vooral de zieken, de vrouwen en de kinderen dan zijn jullie gerust." Do mannen dankten zeer verblijd; maar hun huisgonooten behoefden nog niet to vluchten, zeiden zij. Wanneer eerst maar het vee in veilig heid was, en hun familiepapieren en de kost baarste dingen, dan was voorloopig genoeg ge daan. En zoo kwamen dan den goheelen dag de ka ravanen den heuvel op. Een koe dreef da een voor zich uit, varkeus of schapen de ander; een anno oude vrouw bracht in een zak haar liove- liaddou behaald op Samory. Diens benden wer den uiteengejaagd, waarbij de Fransehen 5000 gevangenen kregen en 300 Gras-, 700 vuursteen- geweren, 10 kisten met patronen, 3 kisten met bommen, 10 vaten kruit eu 50 paaiden buit maakten. Sedeit die overwinning hebben 20,000 inlanders lum onderwerping aangeboden. Minder prettig ziel het er voor de Fransehen uit aan dun Nijl. Want Fasiioda, waar Mar- chand zich tocli blijkt genesteld te hebben, is door de Engelschen bezet. Toen sir II. Kitchener van uit Khartoum in zijn bedank-telegram aan den poortermoester dei- City voor do hem geschonken eerbewijzen, zon der veel omhaal eenvoudig berichtte dat hij Fa- shoda on andere plaatsen aan de Sobat bezet eu er garnizoenen hacl achtergelaten, repte hij geen woord van do expedilie-Marchand. Maar sedert hebben zoowel het Foreign Office te Londen als liet ministerie van bui tenia ndschc zaken te Parijs uitvoeriger berichten ontvangen, waaruit blijkt dat de Sirdar te Fashoda majoor Marcliand werkelijk aantrof. Deze antwoordde weigerend op Kitchener's lutnoodiging om terug te trekken en op diens aanbod om den Nijl af ie worclcn gebracht door do Engelscli-Egyptische troepen. De Sirdar bezette toen kalm de stad en heescli er dc Engelselie en do Egyptische vlag- Strijd is er dus niet geweest; de diplomatie zal de quaestie uitmaken. Maar voorloopig heeft do Sirdar met een sterke troepenmacht de hand gelegd op liet betwiste gebied; daarna is hij naar Omdurman vertrokken. In de „Corriere della Serra" komt majoor Cas- sati, de medgezel van Emin-pacha en Stanley, heftig op tegen de Engelsche veroveringszucht aan den Nijl. Ilij wil dat de mogendheden, den Nijl tot internationaal gebied zullen verklaren. Bedenkelijk, niet het minst voor Etigeland's positie in liet Yerre Oosten, zijn de jongste ge beurtenissen in het Hemelsclio Rijk van liet Midden. De gevluchte staatsman Kung-Yi-Wei, die te Woo-Sung een toevlucht heeft gevonden aan boord van do Engelsche stoomboot B a 11 a r a s, heeft aan den correspondent der „Times" te Shanghai het volgende varhaal gedaan van de paleis-revolutie. De Keizer zelf had hem, Kung-Yi-Wei, ge waarschuwd dat zijn leven gevaar liep van de zijde der Mandsjou-partij. Want het was deze partij, aan wier hoofd staan de Keizerin-Weduwe, de staatsman Jimg- Lu cn andere Mandsjou's van aanzien, die, uit ontevredenheid over de hervormingen, de revo lutie op liet getouw hadden gezet. De Mands jou's staan de belangen der Russen voor, die op hun beurt beloofd hebben de Mandsjou-dynastic tc handhaven. Kung deelde nog medo dat de Keizer naar hervorming streeft, maar machteloos is zonder de hulp van Engeland, dat, wil het zijn belangen beschermen, nu tusschenbeide moet komen. De Keizer geniet een uitstekende gezondheid. Den meesten invloed, meer nog dan LiTIiuig- lingen, een paar katteneen jongen bracht wee- neud zijn duiven. „Moeder wil ze aan de keukenmeid van het kasteel verkoopen, zij zegt dat die onnutte op- vreters te veel geld kosten." Rutli troostte den blondkop. „Je zult ze hou den wees maar bedaard, Karei. Het voer mag je voortaan hier op het kasteel komen halen. Daar heb jo een boterham, Kareltje, en een appel. Help nu ook braaf de oude vrouwen die niet meer zoo flink kunnen loopen als jij." „Dat zal ik doen," knikte de jongen en ge hoorzaamde; andere vragers namen zijn plaats in. Sedert tien jaar verloopen verzekeringspolis sen werden aan het jongo meisje als heiligdom men in bewaring gegevenoude kranten en brio- ven, een menigte bonte platen, koekoek-klokken, koppen met buitengewone bloemen, bruidkran sen onder glas in een lijst, photografieën en bij bels met zilveren sloten. Waar de een of ander bijzonder op gesteld was, clat bracht hij bij de dochter van den gestorven dominee in zekerheid. Ruth was immers ook een kind van het dorp. Zij herinnerde zich uit haar prille jeugd zoo me- nigra storniachtigen avond, waarop ook in dc kleine pastorie tegen de helling-van den heuvel aan de kostbaarste bezittingen bij elkaar gepakt en op den zolder gebracht waren. Tot zoo hoog kwam het water niet. Wat waren zulke dagen voor haar zelf en haar zuster niet een genot geweest. Moeder weende dan altijd bittor, en vader liep met een ernstig gelaat rond; maar de kinderen vierden een Tschang, geniet thans aan hot liof to Peking do onderkoning Jung-Lu. fntUsschcn hebben de Chineesehc autoriteiten do uitlevering van Kung-Yi-Wei gevraagd; maar sir Claude Mac Donald, tfarer Bl'itwho Majestoits" gezant, heeft dio eenvoudig gewei gerd. Kung is reeds to Shanghai aangekomen. De in China wonende Engelschen juichen do Britsclie lusschenkomst ten gunste van den val- schdijk aangeklaagden staatsman (natuurlijk te vens ten gunste der Britsclie belangen) zeer toe. Inderdaad schijnt Kung een man van boleekenis en zeer hervormingsgezind te zijn. Ook de concentratie der vloot onder admiraal Seymour in dc golf van Petschili wordt goedge keurd. Wat wil die vloot eigenlijk Telegrammen uit Shanghai zeggen dat te Port-Arthur 10,000 man Russische üocpen gereed worden gehouden om in geval van nood do Keizerin-Weduwe te hel pen. De Engelsche vloot zou nu bevel bobben gekregen Russische troepen-transporten tegen te houden. Geheel andeis ziet de „Nowoje Wremja" dc zaak in. „Past op uw zaken!" roept het blad Frankrijk, Rusland en Duitschland too. Hel ziet in de dreigende verschijning der Engelsche vloot een gevaar voor de belangen der mogendheden in liet Verre Oosten. Zij mogen niet onverschil lig toekijken, wanneer Engeland in botsing komt met China. Of do ongelukkige Cliineesche Keizer spring levend, zwaar ziek, een natuurlijken dood ge storven of vergiftigd is, weet intussehen nog nie mand. Uenicnsde Mededeelingen. De correspondent der „Standard" te Kopen hagen zegt dat de gezondheid der Koningin van Denemarken opnieuw levendige ongerustheid in boezemt. Mevrouw Paulmior, dio op don redacteur Oli vier der „Lanterue" schoot, zit gevangen in de cel waarin ook mevrouw Clovis Hugues destijds heeft vertoefd. Zij mag haar man ontvangen, lezen, brieven ontvangen enz. Olivier verkeert nog altijd in zorgwekkenden toestand. Gisteren is de zitting der Oosteurijksche Ka mer geopend. De afgevaardigde Fuchs werd niet 205 stemmen en 119 onthoudingen tot voorzit ter gekozen. De Kamer nam een motie aan, waarin den Keizer deelneming wordt betuigd met het ge leden verlies en hief daarop haar zitting ten tec- ken van rouw op. In het Hongaarselie Huis van Afgevaardigden verklaarde du minister-president Banffy, in ant- wooid op een desbetreffende vraag, dat de mi nister van buitenlandseho zaken aan Rusland had kennis gegeven dat Oostenrijk-Hongarije met vreugde het voorstel tot het houden eener iTodeoCaiiferonlie aannam en geen moeilijkheden zou opwerpen, hopende op een gelukkig resul taat. Alle regeeringen hebben liet voorstel met vreugdefeest. Het zag er ook zoo bont en zoo grappig uit op den zolder. Bedden en eetwaren, boeken en kleercn, alles was naast eu boven el kaar gestapeldop een afzonderlijk tafeltje stond altijd liet,zilveren altaarstel uit de kerk. „Daar mogen jullie niet aankomen," had va der dan altijd gezegd, en de twee kleine meisjes slopen met eerbiedigen schroom, het heiligdom vporbij. Do tranen sprongen Ruth iu de oogen. Alles weg, vader en moeder eu het tehuis van haar kindsheid alles weg! Hoo gaarne zou zij den berg afgegaan zijn naar de pastorie om den dierbaren, ouden zolder te zien. In haar hart waakte een brandend, on bedwingbaar verlangen op. „Wel, ldcine Rutli," klonk achter haar do stem van den baron. „Je weent? Waarom dat?" Zij keerde zich haastig af. „Niets, Hans, nietsWat zou je denkenzou het dorp over stroomd worden f" „Ik vrees er voor. Beneden is» Wolfram ook in duizend vreezen wegens zijn dam dio eerst half gereed is." „Zoo! En kan je hem niet helpen, Hans?" „Al mijn mannen zijn op dood en leven aan 't aardwerkwij hebben ook al geschreven om. arbeiders uit de stadmaar als werkelijk het water met kracht aandringt, helpt dat toch niet, omdat het zand geen stevigheid genoeg hoeft ge kregen." iV'ir 't vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 1