Vrijdag- 7 October 1898.
IN0. 9749
Eerste Blad
m
52"" jaargang.
DE GELDDUIVEL.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
Kennisgeving-.
BUITENLAND.
JriwÏÏftiiiW*li.l't'{li'i.iIhiti tdffi.ui ,'i
AnoNxranNTsmjs voor Schiedam, per kwartaal f 0,00
omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlijke nommers- 0 02
a ia33arncaaaiaskan8g>pgiPw*,|'-ff,'*g* T'wir«.'»!<TTy»^
BUREAU
sti arurymsgarBRagai. jsn
Auvertbntiepiujsvan 1-
grip van ceno Courant.
Iedere gewone regel moor
Bij abonnement wordt korting verleend.
5 gewone regels met inbe-
f 0.52
- O.IO
1ÏRTPE1S8TKAAT ffO, Tclcphoon Ko. 123.
Inrichtingen wellte gevaar, scliadte ol
hinder kunnen veroorzaken.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN SCHIEDAM,
Genen het verzoek van J. GERAE'f d en D. IÏEÖEKS
tê K e t li e 1 om vergunning tot oprichting alhier van
een stoomzuivelfaMek aan de Hoofdstraat no. 42,
liulister sectie L, no. 1316.
Gelet ep de bepalingen der Hinderwet;
Doen te weten
dat voormeld verzoek met de bijlagen oji de secre
tarie der gemeente is ter visie gelegd
dat op Donderdag den ÏOsten October as., des
middags ten 12 uie, ten raadhuize gelegenheid zul
worden gegeven om bezwaren tegen het toestaan van
dat verzoek in te biengon en the mondeling of sehiif-
telijk toe te lichten; en
dat gedurende drie dagenvóór het tijdstip hierboven
genoemd, op do societal ie der gemeente, van de
schiiftuie», die ter zake mochten zijn ingekomen,
kennis kan woiden genomen.
Ijl is hiervan afkondiging geschied, waar het be-
hooit, den 6den October 1893.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De secretaris,
VERNÈDE.
Algemeen overzicht.
Schiedam, 6 October '98.
Het herzieningswerk heeft nu een kalm on ge
regeld verloop. De procureur-generaal Manau is
gereed gekomen met zijn onderzoek on volgens
de „Matin" spreekt hij zich in zijn requisitoir uit
ten gunste der herziening van het proces op
grond van het proces-verbaal-Henry en eenige
onregelmatigheden in het dossier-Droyfus.
Gisteren zijn dossier en requisitoir ter griffie
gedeponeerd en ingeschre-venhet verzoek om
herziening van het proces-Dreyfus is thans aan
hangig gemaakt bi] de kamer van strafzaken.
Aan den voorzitter dier kamer, Loew, is het
thans, een rapporteur te benoemen; naar de
„Droits de l'IIomme" wil weten, is zijn keus ge
vestigd op den raadsheer Accarias.
Men bespreekt nog altijd de vraag of er niet
eerder reden is tot vernietiging van het over
Dreyfus gevelde vonnis op grond van onwettig
heid dan tot herziening van hot proces.
De „Auroro", die over Manau's opvatting do-
zelfde inlichtingen heeft gekregen als do „Ma-
tin", zegt: „Wat de vernietiging betreft, men
nen wij te weten dat reeds nu d© leden der
strafkamer eenparig van meening zijn dat de
dooii
S. W0RISI10FFER.
27)
Adèle had het kleinste schuitje van een paal
losgemaakt, een notedop voor twee personen,
die door de visschers alleen werd gebruikt om
van hun vaartuigen in verbinding te blijven met
het land; zij gebruikte een riem als boom en
zette dien nu hier, clan daar op den grond, en
toen zij op halven afstand hot huis der oude
Katharina was genaderd, wierp zij zoo handig
oen touw docr de lucht dat de vlugheid van den
baron niet eens noodig was geweest om het touw
op te vangen en daarna het schuitje langzaam
naar zich "toe te trekken. Toen sprong hij er
zoo voorzichtig mogelijk in zonder te kunnen
verhinderen evenwel dat het bootje gevaarlijk
schommelde. Zijn beide armen omvatten het
toeisje om hot voor vallen te behoeden.
„Juffrouw Halten!"
Zij keek hein niet aan. „Het schuitje!" zeido
zij met onvaste stem.
Hij wierp reeds het touw om eon boomtronk.
„Hoe is u hierheen gekomen? Neen, neen,
U mag mij niet ontwijken. Ik wil alles weten,
allesWie geeft or nu een geschenk maar half 1"
„Ik heb u niets gegeven, mijnhoor de baron."
„Toch wel, Adèle. Je kwam hierheen omdat
je mij in gevaar meende. Het is immers niet de
eerste maal dat jo mij dapper hebt bijgestaan
„Hoe dat
En nu keek zij hem toch aan., bleek' en
vernietiging onvermijdelijk is voor hot onwaar
schijnlijke geval dat de revisie niet zal worden
toegestaan."
Do ijvorige voorvechter der revisie, kolonel
Picquard, zit intusschen nog altijd in do Cher-
ehe-Midi „au secret".
Volgens de „Matin" is er in den minister
raad van Zondag toevallig over hem gesproken.
Toevalligwant sedert generaal Chanoino zit
ting heeft in het kabinet wordt in den minister
raad zorgvuldig vermeden een debat te openen
dat middellijk of onmiddellijk betrekking heeft
op de Droyfus-zaak.
Telkens wanneer dit onderwerp even ter spra
ke kwam, zou generaal Ckanoine een eind heb
ben gemaakt aan do bespreking met de woor
den
„Wat wilt ge toch? Wacht toch af, want de
militaire zoo goed als de burgerlijke justitie
houden zich op het oogenbük met deze zaak
bezig."
Ook Zondag kwam Picquard ter sprake zon
der dab evenwel de minister van oorlog zijn col
lega's eenige mededeeling deed over den loop
van het onderzoek. Verschillende ministers zou
den zich evenwel de opmerking hebben* veroor
loofd, dat de kolonel nu reeds veertien dagen in
strenge opsluiting zit, zoodat hot nu toch wel
tijd scheen te worden hem te vergunnen zijn
verdediger te raadplegen.
Maar daarbij zou het ook gebleven zijn.
Ongunstig voor Picquard is een meening die
te Berlijn wordt verkondigd, naar het heet op
zeer goede gronden.
Er wordt dan gezegd dat Von Schwartzkop-
pen, de militaire attaché van het Duitsche ge
zantschap, te Parijs nooit in betrekking heeft
gestaan tot Estcrhazy, die echter wel meerma
len rechtstreeks met den Duitschen generalen
staf heeft te doen gehad. Dc persoon die daar
bij als tusscbenpersoon zou hebben dienst ge
daan, wordt niet genoemd.
Bovendien wordt gezegd en zoo de waar
heid er van wordt bevestigd, is deze bewering
van zeer groot gewicht dat Picquard zich
vergist lieefb wat betreft de echtheid van het
„petit bleu". Dit stuk is niet afkomstig van Von
Selnvartzkoppen en in 't geheel niet echt.
Maar ook hierover zal wel 't voile licht wor
den verspreid. „De waarheid is op weg; niets
zal haar meer tegenhouden."
De Pressensé, onhandig vriend der revisie en
van Dreyfus, wil weer een meeting houden ten
gunste van den banneling van heb Duivels
eiland. Een even onhandig vriend is Bjöm-
stjeme Bjömson, die thans in de „Vossische
Zeitung" do Duitsche regeering verwijt dat zij
niet in do zaak-Dreyfus tussclienbeide is geko
men, en het Duitsche volk dab hot sack door
zijne regeering een zoo weinig openhartige hou
ding heeft laten opdringen. De beroemde Noor
verklaart opnieuw dat de schilder Lenbach hem
Von Hohenlohe's verklaring betreffende de on
schuld van Dreyfus heeft medegedeeld.
De „Voss. Ztg." antwoordt hierop dat alleen
de Fransclie regeering eenig verwijt kan treffen.
bevend, een seconde slechts, toon sloeg zij de
oogen neder, als had haar blik een vlam gotrof-
feu. „Ik u, mijnheer?"
„Zeker. Heb je niet don handelsraad Lis-
sauer van mijn deur afgeweerd?"
„O dat dab
„Weet ik," knikte hij. „En ik weet nog veel
meer, Adèle."
Hij zag hoe een gloeiende blos haar gelaat
overtoog en trok haar weer aan zijn borst. Een
lango kus brandde op haar lippen, „lloud jo
veel van mij, Adèle?''
„O," stamelde zij als in een roes haar hoofd
tegen zijn schouder leunend. „O jij U zegt
„Mocht ik dat niet doen, Adèle?"
„Ach! Er heeft mij nog nooit iemand
„jijgenoemd. Niemand dan de moeder in heb
weeshuis en die zeido altijd tegen mij„Je
bent do ouverdragelijkste, de slechtste van alle
kinderen. Je eindigt nog eens in de gevangenis!"
Adèle snikte hartstochtelijk; een zenuwach
tige trilling voer haar door de leden. „Ik ben
misschien slecht, heel slecht, mijnheer. Weet u
wat ik vannacht heb gowenscht?"
„Wel?"
„Dat hot water zou stijgen tob aan hot kas
teel en het mocht vernielen, wegspoelen, ver
weg de zee in, en dat er geen levend wezen ge
spaard werd ik zelf het minst."
Hij lachte, „Wat een overdrijving, Adèle!
Eerstdaags gaan jullie naar Nizziv, jij en mijn
vrouw, daar zal je eerst recht genieten van hot
leven. Ik kom later ook ii dat niet een heer
lijk vooruitzicht?"
liet jonge meisje huiverde. „Naar Nizza?"
Want deze had niet naar Berlijn behoeven te
gaan om de waarheid te ontdekken, daar de
bewijzen van Dreyfus' onschuld zich bevinden
in de geheime kasten van den generalen staf
op liet ministerie van oorlog en op het Elysée.
Mevrouw Zola spreekt tegen clat haar man
weer te Parijs is. Evenzoo schijnt Du Paty niet
in Italië, maar gewoon met verlof te Brest, to
zijn.
Aan een particulier schrijven ontleent het
„N. v. d. D." het volgende:
„Zola vertoefde een paar dagon in hot hotel
Wisse te Batavia en is thans in de Preanger.
Hij denkt in October naar Frankrijk terug te
koeren. Hij voelt zich hier recht gelukkig „dans
lo pays de la plus grande liberté et du repos"."
Lang en heftig is er op den sociaal-democra-
tischen partijdag te Stuttgart gedebatteerd over
de vraag of inen het streven gericht moest hou
den op het einddoel, op het socialistisch ideaal,
d'an wel onder do bestaande maatschappelijke
omstandigheden in het engere Duitsche vader
land zich met het practised bereikbare tevreden
stellen zonder daarom de idealen in den doofpot
te stoppen.
Nadat eerst in de morgenzitting door sluiting
van liet debat den utopisten den mond was ge
snoerd, was Liebkneeht in de middagzitting,
toen hij de discussie over de partij-pers deze
quaestie weer ter sprake kwam, zoo gelukkig
een middenweg ingang te doen "vinden. IIi]
wensclite geleidelijke evolutie en daarbij het
einddoel voor oogen houden. Wat zou moeten
gebeuren, wanneer de maatschappelijke catas
trofe gekomen was, zou eerst dan moeten blij
ken.
Den volgenden dag word behandeld de mili
taire en de koloniale quaestie. Daarop werd liet
voorzitterschap overgenomen door Kloss, aan
wien Singer de presidiale hamer overgaf. Kloss
hield een zeer verzoenende rede, naar aanleiding
der hartstochtelijke discussie van den vorigen
dag, en betoogde dat het een vanzelf sprekend
feit is dab zich vorsciiH van inzichten voordoet,
waar men niet te doen heeft met automaten,
maar met „Genossen" die het hierin eens zijn
de wenschen van het proletariaat te doen zege
vieren.
Schöniank hield toen een zeer heftige rede,
waarin hij den Keizer zijn machtsmisbruik en
zijn absolute neigingen verweet, gepaard aan
fantastische ideeën zooals de kruistocht naar Je
ruzalem; vooral ook zijn bedreigingen tegen het
recht van coalitie.
Peüs waarschuwde er tegen dat men zich niet
door de uitdagingen van boven af zou laten ver
leiden tot onvoorzichtigheden.
Bebel bracht hierop de ontwapeningsvoorstel
len van den Czaar ter sprake en stelde naar aan
leiding daarvan een resolutie voor, waarin ge
zegd wordt dat die voorstellen een rechtvaardi
ging zijn van het verzet der socialisten van allo
landen tegen de onzinnige wapeningen, die do
volken rumoeren, en die voortvloeien uit de eer-
herhaalde zij. „Hcelemaal weg van hier? Weg?"
„Voor den winter alleen," vulde hij aan, haar
het door den wind verwarde haar van het voor
hoofd strijkend.
„Nog een tas, Adèle en geen gedachten
aan den dood weer. Men leeft om zelf gelukkig
te zijn en anderen geluk te geven."
Zijn blikken magnetiseerden de hare; hij
kuste haar voorhoofd, haar oogen.
„Wij hebben wakend© een heerlijken droom
doorleefd, Adèlo een zoeten, heerlijken
droom, niet waar? Tc schooner omdat do wer
kelijkheid onverbiddelijk haar rechten doet gel
den."
Jin toen zij met een beklemd hart zweeg, liet
hij haar nocrglijden op de zitbank en bracht het
schuitje aan land. Met haar hand in de zijne
ging hij toen met haar naar het kasteel, zonder
veel meer te spreken
Met een zacht „Goeden nacht!" verdween
zij door een zijdeur, terwijl hij, een half mede
lijdenden, half behagelijken glimlach om de lip
pen, naar de voordeur liep en daar aan de bel
trok.
Een bediende deed open, en hoven aan de
trap stond Ruth, een lamp boven haar hoofd
houdend.
„Kom je eiudelijk, Hans t"
„Wat, slaap je nog niet?"
„Waar ben je toch geweest?" vroeg zij.
Hij sloeg ziju regenjas uit elkaar. „Kijk hier
vandaag is het te laat om nog te vertellen."
Eu toen gingen op Moldt de lichten uit. Wie
niet sliep, die verborg toch ziju gelaat in de
kussens en trachtte althans do verschrikking
der laatste vrecselijke uren te vergeten.
zucht en do zucht naar verovering dor lseer-
schende klassen.
Om echter do voorstellen van den Czaar ern
stig op te nemen, moet Rusland zelf het voor
beeld geven: hot moet ontwapenen, zijn poli
tieke vervolgingen staken en aan het volk do
noodzakelijke constitutie goven om het in staat
te stellen tot zijn beschavende taak.
Het congres beschouwt het voorstel van den
Czaar als een symptoom zelfs een autocratisch
monarch erkent don heilloozen invloed der wa
peningen.
Ten slotlo wordt ia do motie gezegd dat do
socialisten met vernieuwde energie moeten ar
beiden in de parlementen om den klimmenden
afkeer der bevolking tegen de overdreven wa
pening nog te doen toenemen.
Hot Chineesche gezantschap te Londen deelt
de volgende nota mede
Een telegram van Peking aan den gezant
meldt dat tusscheii de Keizerin-Weduwe en den
Keizer de grootst mogelijke overeenstemming
hoerscht. De Keizerin, het gevaar ziende dat
do uitvoering der groote en radicale hervormin
gen, die den Keizer zijn aanbevolen, Z, M. zou
doen loepen, lieoft haar afzondering verlaten om
den Keizer te doen profitcereu van haar raad
in de leiding der zaken en om hei-vormingen in
te voeren die door de omstandigheden vereischt
worden.
Zos raadsheeron, die den Keizer er toe bewo
gen hebben ontijdige en slecht overwogen her
vormingen te aanvaarden, zijn ter dood ge
bracht. Twee anderen die op een Engolscli en
een Japansch schip gevlucht zijn, zijn nog niet
gevangen genomen.
De ondervoorzitter der commissie van finan
ciën en een lid van het Tsung-li-Yamen, die
eveneens ondervoorzitter dier commissie is ge
weest, zijn verbannen omdat zij zich op andere
wijze misdragen hebben.
Li-ïIung-Tschang onthoudt zich van bemoei
ing met de openbare aangelegenheden, sedert hij
uit het Tsung-li-Yamen is verwijderd.
Te Peking is het rustig.
Andere berichten uit Peking zeggen dat de
gezanten inderdaad vergiftiging van ijen Keizer
door arsenicum hebben geconstateerd.
De vraag is nu maar, wie de giftmengers zijn.
Uemengdc filcticileeiingen.
Terwijl koningin Victoria Maandag een rij-
toertje maakte ïuet keizerin Frederik en de prin
ses van Lippe-Scliaimiburg, sloegen de paarden
op hol.
De dames schrikten erg, maar kwamen er on
gedeerd af.
Dr. Leyds is gistermiddag in tegenwoordig
heid van den staatssecretaris Von Bülow te
Potsdam door keizer Wilhelm in audiëntie ont
vangen.
Aan de „Sirassb. Post" wordt uit Lotharin-
IV.
Ook Dornau had de verwoesting getroffen,
veel erger en belangrijker nog dan Enk wel ge
vreesd had. De schade zou zekor vele duizenden
bedragen; misschien den welstand van do be
zitting voor een reeks van jaren bedreigen. Met
sombere gezichten stonden do dagloonex-s op do
plaats van hun ii gespannen, nu geheel verniel
den arbeid.
„Als die meeuw maar niet roekeloos was
dood geschotenzei er oen, en mot die woorden
had hij uiting gegeven aan de algenieene stem
ming. „Wie weet of er dan wel zulk een groot
ongeluk te beklagen zou ziju,"
„Ja, de meeuw Ik zou toch wel eens wil
len weten wat die vrouw mot haar bleek spoo-
kengezicht eu haar pistool m den zak op Dornau
doet? Ik zie haar bijna dagelijks."
„Ik ook. Daar ginds op de heide klimt ze
over do greppels en in hot boscli zit zij in hot
dichtste struikgewas, die heks. En altijd ver
zamelt zij het een of ander."
„Ik zag haar onlangs in de steengroeve; toen
hacl ze een zwarten dgek om het hoofd gowou-
den en zong een lied, hcelemaal voor haar al
leen, dat klonk anders dan. alle andere liederen
die ik ooit heb gehoord. Het was een vreemde,
gekke taal, en toen de vrouw mij zag, stiet
zij een schellen lach uit. „Dat is voor den schrik,
goede vrienden tegelijk wierp zij mij eeu
thaler toe."
„Dien heb je toch niet opgeraapt, Micliiol?"
„Dat kan jo denkenAls nu die vrouw wer
kelijk eeu weerwolf is, dan zou immers
„Sst! Daar komt mijnheer aan!"
Wonlt vervolgd.)