N°. 9754.
52"e jaargang.
Donderdag 13 October 1898.
DE GELDDUIVEL.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
BUITENLAND.
jtBOHHaiousTWBui 7661 Schiedam, per kwartaal f 0.00
omliggeuda plaatsen, p. kwart. - 1.05
B franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afsondarlijke nommers- 0.02
BU1UEMJ: BOTEBSTK.AATT TO, 'ïelephoon Wo. 123.
Adtebtenmeprijs: van 1—5 gowono regels met inbo-
grip Tan ceno Conrant0.52
Iedere gewone regel meer0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Algemeen overzicht.
SCHIEDAM, 12 October '98.
Gisteravond zijn keizer "Wilhelm en de Kei
zerin uit Potsdam vertrokken. Het vertrek, aan
vankelijk op heden bepaald, is vervroegd omdat
de Keizer een condoléance-bezoek wilde afleggen
op kasteel Camenz bij den. regent van Bruns-
wijk, prins Albrecht, 's Keizers oudoom. He
den wordt vandaar de reis voortgezet naar Ve
netië, waar koning Humbert het keizerlijk paar
zal ontvangen. Waarschijnlijk komt koningin
Mar°herita niet mede- trouwens het Duitsche
vorstenpaar zal in de Lagunenstad alleen in heb
koninklijk paleis dejeuneeren en. zich daarna on
middellijk inschepen op de H oho nz o lier n,
die spoedig daarop het anker zal lichten om
koers te zetten naar heb Oosten.
's Keizers reis is noch voor den Souverem zelf
noch voor zijn volk een door allen en in alle op
zichten gegund genoegen, en terecht schrijft de
„Köln. Ztg."
Het is niet te loochenen dat de reis des Kei
lers in het buitenland van meer dan één zijde
met weinig instemming beoordeeld en door wan
trouwende commentaren begeleid wordt. En dab
wel, omdat men met deze reis eerzuchtige plan
nen in verband bracht, en met name in Frank
rijk den Duitschen Keizer het voornomen werd
toegeschreven zich op te werpen als bescherm
heer der Christenen in Klein-Azië, den invloed
van Duitschland in dit deel van het Turksclie
rijk tot een overwegenden te maken en zelfs zoo
mog'elijk een latere inlijving voor te bereiden.
Die veldtocht, gaat het blad voort, werd
eenerzijds gevoerd in de pers, maar anderzijds
hier komt do „Köln." op de quaestie die
m Duitschland, maar ook bulten de grenzen van
dat land zeer de aandacht trekt anderzijds
heeft men ook den Heiligen Stoel zoeken te
winnen voor Frankrijk's belangen.
Kardinaal Langénieux vooral ijverde voor do
handhaving van het Fransche beschermheer
schap over de Christenen in heb Oosten, en
scheen het een oogenblik dab een voortzetting
der Franschgezinde politiek van kardinaal Ram-
polla afgesneden was door de verklaringen die
Duitschland door zijn gezant op heb Vaticaan
had Jaten afleggen, uit de toespraak die door
kardinaal Croy in tegenwoordigheid van Leo
XIII de vorige week werd gehouden tegen Fran
sche pelgrims, bleek hoe gering Duitschland's
invloed bij den Heiligen Stoel is, vergeleken bij
dien van Frankrijk.
In die rede van mgr. Croy werd gesproken
van het „traditioneele protectoraat in het Oos
ten", en die uitdrukkig heeft te Berlijn zóóveel
misnoegen gewekt dab de gezant bij hel Vati
caan Von Biilow, met verlof in Duitschland we
gens het huwelijk van zijn dochter, niet naar
Rome zal terugkeeren. Het blad verneemt ook
dat de gezant reeds dezer dagen zijn ontslag zal
indienen.
De „Köln. Ztg." constateert daartegenover
DOOU
S. WÓRISHÖFFER.
3i)
De baron deed of hij haar niet begrepen had.
„Om Ruth?" herhaalde hij. „Ik begrijp niet wat
je bedoelt, Cilli."
„Maar ik des te beter. Wanneer Ruth met
den handelsraad Lissauer trouwt, dau hen je
van alle zorg ontslagen, niet waai-, Hans?'
„Ik heb in 'b geheel geen zorg, mol."
Cecilia barstte in tranen uit. „Ach, Hans,
Hans, als je toch kalmer kon overleggen, als
je
Het vlamde plotseling op in zijn oogen. „Ver
wijten, Chili?"
„Neen, neen, daar denk ik niet aan. Maar een
verzoek, Hans, een innig, teeder verzoek! Laat
ons kalm den staat van zaken onder de oogen
zien."
De baron keek uit het venster. „Zulke be
sprekingen zijn mij hoogst onaangenaam," zeide
hij na een kort stilzwijgen. „Ik heb nu eenmaal
geen aanleg voor een peuterig burgermannetje;
dat wist je voordat ik je jawoord, kreeg,
Cilli."
„Wie wordt er nu bitter, Hans, jij of ik?"
„Jij bent er althans do schuld van, wanneer
ons gesprek een eenigszins onaangename wen
ding heeft genomen. Wees daarom zoo goed mij
alleen te willen zeggon, welk gevaar je zuster
.kan bedreigen en voor wolk lot je haar door je
tegenwoordigheid hoopt te bewaren?"
met genoegen dab do katholieken in Duitsch
land het volkomen eens zijn met do x-egoering.
Ook zij zijn van oordeel dab de Duitsche christe
nen in heb Oosten waarlijk wel door Duitschland
zelf kunnen beschermd worden, en ook zij zien
in het feit dab Von Bülow niet op zijn. post te
rugkeert, een bewijs dat de leiders der buiten-
landsche politiek wel niet don Paus, maar dan
toch den kaï-dinaal-staatssecretaiis Itampolla
hun afkeuring hebben willen doen blijken over
de behandeling der protectoraatsquaestie,
Do „Germania", het toongevende katholieke
orgaan, zegt dit ook met ronde woorden. Het
blad zet eerst uiteen, waarom het ook Von Bil
low's niet-naar-Rome-tenigkeeren in verhand
meent te moeten bx-engen met de protectoraats-
quaestie, en het meent dab mot de idtdrukking
„traditioneel protectoraat" door den Heiligen
Vader niet zal bedoeld zijn do „eenzijdige tradi
tioneele Fransche opvatting", maar een „objec
tieve historische opvatting".
Het katholieke orgaan noemt heb niet-terug-
keeron van Von Bidow een pex-sonenquaestio,
met een politieken achtex-grond evenwel. En liet
vervolgt dan „Wij vermoeden dat hot ministe
rie van buitenlandsehe zaken daarmede niet zoo
zeer den Heiligen Vader als wel don kardinaal
staatssecretaris Rarnpolla zijn misnoegen over de
protectoraatsquaestie heeft willen te kennen ge
ven, tevens er nogmaals op wijzende dat
Duitschland, bereid en m staat om zijn eigen
onderdanen in het Oosten to beschermen, uit
kracht van zijn souverciniteitsrechten van geen
andere wereldlijke macht, vooral niet van de
Fransche regeei-ing, eenige inmenging door mid
del van aanspraken op het protectoraat wil dul
den."
Het blad betoogt vervolgens dab de houding
van den Paus volkomen correct is geweest, dat
er blijkens de Duitsche bladen geen spra
ke is van een herleving van den „Culturkampf",
maar dat integendeel de schuld van den pijnlij
ken toestand waarin de Heilige Stoel zich nu
bevindt, alleen te wijten is aan Fransche en
Fransch-gezinde politici.
De Duitsche bladen zijn het over 't algemeen
met deze opvattingen geheel eens. „Wij stellen
in heb x-echtvaardigheidsgevoel en het diepe po
litieke inzicht van Leo XIII liet grootste ver
trouwen," zegt de „Koln. Ztg." o. a., en andere
liberale bladen spreken evenzoo. „Wij meenen
te weten dab niet alle boongevendo personen op
het Vaticaan instemmen met de Fransch-gezin
de politiek van kardinaal Itampolla die meer
politieke dan kerkelijke doeleinden najaagt,"
gaat het blad voox-b, on met heb oog op de bxn-
nenlandsche verhoudingen constateert heb met
begrijpelijke voldoening, „dat liet wantrouwen
uit den tijd van den „Culturkampf" bezig is te
verdwijnen
Evenwel,- er zijn ook nog andere vraagstuk
ken die aanleiding hebben gegeven tot een be
spreking van do reis des Keizers, waaraan men
Nu zag de jonge vrouw den opgewonden man
open en flink in de oogen.
„Ik wil niet dat mijn arme Ruth tegen haar
zin en zonder liefde met den handelsraad zal
trouwen," zeide zij op beslisten toon.
Hij haalde de schouders op. „Nu dan, Ruth
heeft al eon verklaring afgelegd die geen twijfel
overlaat, liefste. De handelsraad. weet wat hij
te verwachten heeft."
„Heel wel, maar daarmee behoeft de zaak nog
niet afgedaan to zijn. Hij kan zijn eens afge
wezen aanzoek herhalen; hij zal dat in ieder
geval zelfs doen, wanneer je niet in staat bent
hom to betalen."
Hans Adam knikte. „Dab geloof ik ook," ant
woordde Hij. „Maar een gevaar voor je zuster
zio ik daarom nog niet."
„Hans, HansBen je zóó zeker van je zelf
Mag jij die liet leven m elk opzicht zeer lucht
hartig opneemt, stout beweren dab je onder geen
voorwaard© liet arme land zult bepraten, haar
niet met smeekbeden zult bestormeu om je te
redden
Hij scheen maar één ding gehoord te hebben,
misschien opzettelijk, misschien omdat hij zich
gekrenkt voolde.
„Ik noem dus alles luchthartig op, beste
Cilli?"
„Hans, moest je niet zooevon zelf erkennen,
dab je kalme, zakelijke besprekingen niet leunt
uitstaan
Hij lachte spottend. „Met een vrouw ja,"
antwoordde hij. „Dergelijke dingen zijn uitslui
tend mannenzaken."
Zij zuchtte diep. „Neen, Hans, niet uitslui
tend; ten minste nooit wat je eagen vrouw be-
trouwens zekere politieke boteokenis niet kan
ontzeggen, vooral niet omdat de staatssecretaris
van buitenlandsehe zaken Von Bülow den Kei
zer zal vergezellen. In 't bijzonder brengt men
de reis van den Keizer in verband met de Kre
tenzische quaestie, en men vreest dab Wil
helm II den Sultan zal stijven in zijn verzet
tegen de vier mogoudlieden. Natuurlijk ontken
nen do Duitseho bladon do waarheid dezor bes
wering; zij verwachten integendeel dat mon na
deze reis tevergcefsch zal zoeken naar hot inci
dent dat in tegenspraak zou moeben zijn met do
„vredolievendo eu onzelfzuchtige" politiek van
Duitschland.
Van Konstantinopel eu Palestina naar den
Nijl is een kleine stap, en al lieefb keizer Wil
helm gemeend ditmaal zijn bezoek aan liet land
der Pharao's te moeten nalaten, er gebeurt
waarlijk genoeg aan den Nijl dat de aandacht
waardig is.
Uit het door de Engelselio regeoring gepubli
ceerde blauwboek blijkt, dab sedert December
1897 een correspondentie-partij is gespeeld tus-
schen de Quai d'Orsay te Parijs en het Foreign
Office te Londen, waarbij vooral van Fransche
zijdo fijne zetten op te merken vallen. Leuk is
do toestemming door lord Salisbury den 28sten
September jl. aan den Fransclien minister „van
buitenlandsehe zaken gegeven om „een telegram
te mogen zenden aan een Fransch onderzoekings
reiziger, die zich aan den Boven-Nijl in een ge
vaarlijke positie bevindt"; de Engelsche pre
mier wensehto van den inhoud van het telegram
geen kennis to nemen.
Door dat telegram heeft Delcassé zich zeer
handig uit het lastige geval gered, met vermij
ding van een ultimatum dat aau alle onderhan
delingen een einde zou hebben gemaakt, zegt
de Pressensé in de „Temps", en de „Figaro"
stemt met dien lof in.
Maar er is nog een tweede punt waarop de
Pressensé wijst, en dat is het standpunt waarop
Engeland zich plaatst. Het grondt zijn aanspra
ken op Faslioda nl. niet meer op de oude rech
ten van de Egyptische of de Turksclie regeering,
maar op het recht van den overwinnaar bij Om-
durman ten eigen bato en dat van Egypte.
Terecht merkt do Pressensé op, van hoe groot
belang deze nieuwe opvatting is voor Frankrijk.
Intusschen blijven de Engelsche bladen een
krachtigen, soms zelfs strijdlustigen toon aan
slaan; hierover zijn zij heb eens, dat Engeland
er niet aan denkt de quaestie van zijn en Egyp-
te's rechten op het Nijldal te gaan hespreken.
En in die opvatting wordt de regeermg door de
goheele natie gesteund.
Een oplossing 'van liet geschil dio reeds vroe
ger aan de orde is geweest, wordt door een aard
rijkskundige van naam do Parijsche „New-York
Herald" aan de hand gedaan, nl. de afstand
van liet Nijldal tot Faslioda aan den Congo-
staat. Reeds in 1894 heeft Engeland den weste
lijken Nijloever tot benoorden Fasboda aan den
Congo-staat willen verpachten, maar op aaudrin-
treft. Wil je niet om mijnentwil het ergste ge
val eens volkomen goed onder de oogen zien?"
„Je bedoelt, wat er gebeuren zou, indien Lis
sauer mij tot het uiterste drijft; wanneer ik
liet is belachelijk om er over te sproken1
Moidt eens kwijt was?"
„Ja. Zou daarmee al jo levensvreugde, al je
geluk, al je hoop vernietigd zijn, Hans? Zou je
niet ook m bescheiden levenseondities gelukkig
kunnen zijn, niet met mij kunnen arbeiden, om
ons eerlijk door heb leven heen te slaan2"
Hij lachte luid en schamper. „Ilc vrees, neen,
beste Cilli. Of moet ik onderofficier worden,
klerk, pedel, of wat je anders denkt?"
„Dat komt er niet op aan, Hans. Als je maar
moedig den strijd aanvaarddeb, als je maar ge
lukkig leerdet zijn ook zonder rijkdom en weel
de. Kan je dat?"
„Ik denk het niet, Cilli. Ik zou waarschijnlijk
een anderen uitweg kiezen. Maar waartoe over
zulke dingen te spreken? Het is louter- onzin;
sedert ik LissauePs waanzinnige liefde uit oigeu
ervaring heb lecren kennen, clenk ik niet meer
aan de dreigementen van den man."
Een purperen gloed overtoog Cecilia's bleek
gelaat. „Zie jo wel!" riep zij luid en'op smarte
lijke toon uit.
„Wat?"
„Hoezeer jo ondanks al jo beweren van heb
tegendeel toch voortdurend op dit huwelijk re
kent?"
„Nonsens. Zie ik er uit als iemand die in staat
is een jonge dame te dwingen tot iets dat haar
onaangenaam is? En al was mijn oogmerk op
zulk een gemeenheid gericht, waardoor zou ik
het bereiken? In mijn eigenschap als zwager heb
gen van Frankrijk en Duitschland is daarvan
toen niets gekomen.
Het groole Britsche plan, de verbinding tus-
schon Zuid-Afrika en Egypte begint inmiddels
zijn uitvoering te naderen.
Een nieuwe Eugolseho oxpeditio ondor Mo-
hun wordt voorbereid om do telegrafische ver
binding tot stand te brengen tussehen liet Tan-
ganyikameer en Stanloy-Falls (aan den Boven-
Congo). Hiervoor zal twee jaar noodig zijn, in
wolleen tijd men ook lioopt gereed te komen met
de lijn van Rhodosië naar het Tanganyika-nieer,
terwijl hot in de bedoeling vail den Sirdar ligt
de Egyptische lijn, welke thans tot Omdurnian
loopt, naar het Zuiden door te trokken.
Gcmcngtlc IfSededeeïingcn.
De Fransche ministerraad besloot gisteren
dat de Kamer den 25slen a.s. zal bijeenkomen.
Vervolgens werd de inwendige en dc uitwendige
politiek besproken.
President Fauro, die de vergadering had ge
presideerd, vertrok na afloop naar Rambouillet.
Mr. Mornard, advocaat bij het Hof van Cas
satie, heeft namens meviouw Dreyfus tot den
raadsheer-rapporteur Bard bet verzoek gericht
kennis te mogen nemen van het dossier.
De verkoop van Zola's inboedel heeft zich
gisteren bepaald tot een notenhouten tafel,
waarop de uitgever Fasquelfe een bod deed van
32000 fes. Wat gejouw en geschreeuw, en
daarmee was 't afgeloopen.
Schoon de toestand ernstig blijft, schijnen de
berichten der laatste dagen, dat nl. een alge-
rneene prolotariaatsstaking, ook buiten Parijs,
wordt verwacht, wat overdreven te zijn.
De staking breidt zicli eenerzijds wel uit
door partieele strikes, maar anderzijds wordt
op verschillende plaatsen het werk hervat.
Yves Guyot waarschuwt in de »Siècle" de
stakers voor Déioulède en zijn aanhang, daai bij
herinnerende aan het noodlottig pistoolschot
van 2 December, waarvan men nooit den dader
heeft ontdekt, maar dat tot bloedige tooneelen
aanleiding heeft gegeven. sMenschen die van
falsarissen helden maken," zegt hij, izijn tot
alles in staat."
Tegen aanstaanden Zondag wordt te Brussel
door aanhangers van Déroulède een betooging
voorbereid bij het graf van wijlen generaal
Boulanger.
Yolgens de testamentaire beschikking der
overledene zullen alleen koning Christiaan, czaar
Nicolaas en de overige familieleden de bijzetting
van het lijk van koningin Louise van Dene-
maiken in het mausoleum te Roesekilde op
Vrijdagavond a.s. bijwonen.
De Czaar is op zijn jacht de Poolster reeds
te Kopenhagen aangekomen.
Yoor het nationaal blijk van hulde aan
ik over Ruth's aangelegenheden in een geval als
dit niet liet minste te zeggen."
„Maar je kunt het haar verzoeken, Hans; je
kunt haar de zaak voorhouden als een gewetens
vraag en op liet arme kind een moreelen invloed
uitoefenen. Geloof je zelf niet dat Ruik je in
dat geval een offer zou brengen?"
Haar toon Honk beteekenisvol, en hetzelfde
kon van haar blik getuigd worden.
Hans Adam bleef staan en keek zijn vrouw
hoofdschuddend aan. „Om 's hemels wil, Ceci
lia, je bent tocli niet jaloersch op Ruth
„Neen," antwoordde zij en zij haalde diep
adem. „Neen, Hans, jaloersch niet, maar heel
heel bezorgd. En dat is de reden waarom ik
niet naar Nizza kan gaan voordat do zaak be
slist is."
„Ofschoon ik daar een prachtige woning voor
je gehuurd, een equipage tot je beschikking ge
steld en met den voornaamste» dokter relaties
aangeknoopt heb
Cecilia schrikte. „Hans," riep zij uit, „dat
kost weer duizenden."
„Voor jou," antwoordde hij op eenigszins bit
teren toon. En toen zij in tranen uitbrak, wend
de hij zich naar de deur. „Je bent uit jo hu
meur, Cilli zal ik juffrouw Malton bij ja
sturón
In plaats van te antwoorden vloog zij op van
de> sofa, snelde hem na en sloeg beido armen om
zijn hals.
„Ben je boos, Hans Hebben wij nu vandaag
voor het eerst ongenoegen gehad?"
(IFordf vervolgd.)