n *'Ém 52"° jaargang. Donderdag 27 October 1898. N°. 9766. Tweede Blad. uit ïï¥T¥usT^3 Brieven uit Zwitserland Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen. UITGEVER: II. J. C. ROELANTS. BINNENLAND. PH i mP'FIT'CP 4iiilj ^BOimBMBirrspRua voor Sohiedam, por kwartaal f 0.90 omliggendo plaatsen, p. kwart. - 1.05 franco per post, p. kwartaal. - 3.30 Afzonderlijke nommerao.O'J BUÏMEJAUs !Sm,Eï$§YISAyVa, 7», Telephoon Mo. 123. ADvniiTENTOPRHSvan 1—5 gewone regels wot inbe grip van ecno Courantf 0,53 Iedere gewono regel racero.lO Bij abonnement woult korting vorleend. Accijns op oedistilleerd en wijn. Do „Arnhcmsche Cb." ontkent do urgontio van hot voorstel der Regeering tot vorliooging van don accijns op gedistilleerd cn wijn. Wel geeft zij too, dat do vele adressen van belang hebbenden tegen hot voorstel door soln-ome- lijke overdrijving hun zaak schaden. E11 ook dat dezo vorliooging tot die middelen tor verster king van 's lands inkomen behoort, waartegen nog het minste bezwaar is to maken. Maar zij acht haar op heb oogenblik nog niet dringend noodig. De „Amh. Ct." merkt voorts aan, dat de vermindering van het gebruik van gedistilleerd meer relatief dan absoluut is, d. w. z. dat cle opbrengst dor belasting alleon verminderd kan genoemd worden in verhouding tob do toene mende bevolking, Daar men dus tot een vrij constant gebruik besluiten mag, en daar het drinken van sterkon drank cn wijn toch meer een weelde dan een behoefte is, zou dat ge bruik, meent do „Amh. Ct," zeer goed eene flinko belastingverhooping kunnen verdragen. Maar aan liet slot van haar artikel verklaart zij nogmaals deze versterking der middelen niet ru'gont te achten en schrijft: „Tegen eene flinko vorliooging der twe-o be sproken accijnzen zouden wij geen overwegend bezwaar hebben, indien versterking der midde- len dringend noodzakelijk ware. En cüt nu dunkt ons op het oogenblik volstrekt niet liet geval, ondanks de misrekening ten aanzien van de uit> keeringen der schatkist aan do gemeenten. Want dc overschrijding van de raming dezer uitgaven wordt ruimschoots opgewogen door de verrassend hoogere opbrengst der Rijksmidde len in 1898. „Tegenover deze aanzienlijke ver meerdering van geraamde uitgaven," zeide de minister Pierson in de inillioenen-speech, „zal echter, het kan nu reeds voorspeld worden, eeno groote vermeerdering van ontvangsten staan. Deze laatste, ten vorigen jare op f 134,432,350 gesteld, zullen vermoedelijk f 137,445,000 bedragen of ruim f 3,000,000 raeor." Welnu, dezo onverwachte bate mag, ja zelfs moet in de eerste plaats worden aange wend tob dekking der even onverwachte mis rekening van 13 ton in de raming der uitkee- ringen aan do gemeenten, en dit zou ook wol hebben kunnen gebeuren, indien slechts de mi nister van financiën zelf het voorbeeld gegeven en er zijne ambtgenooten too aangespoord had, om bij do raming hunner begrooting to blijven K r n t h e. III Wij waren binnen. Do hut waarin wij ons bovonden, was gebouwd door do Zwitsersche Al penclub en dus uitstekend ingericht. Er stond een groote kook-kaehel met bijbehoorend keu kengereedschap, vorder waren er horden, vor ken, messen, lepels, kopjes en schoteltjes, pan nen, een verbandlost, een draagbaar voor goval van een ongeluk, britsen met kooi en een massa dekens. Dadelijk maakten wij vuur aan en zetten wa ter, dat wij uit een beek haalden, die wij eerst moesten ontgravr op het vuur. "Van de Iviili- plankon-Alp had. a wij eeno groote hoeveelheid hout mede genomen, zoodat er voldoende brand stof was. Wij trokken ouzo zware laarzen uit, die hij onderzoek bloken uitstekend waterdicht geble ven te zijn, en deden de aanwezige „Finken" aan. Dit zijn eon soort pantoffels met houten zolen. Toen ons water kookte, maakten wij soep, waarmedo wij ons soupor aanvingen. Onder liet eten werd er heel wat geredetwist over do vraag wolken weg wij don volgenden dag zouden nemen, als wij van den top terug wa ren. Liever gingen wij niet meer het bandje te rug, maar eeno anderen kant, dio op do kaart aangegeven stond, Hiertoe werd ten laatste be sloten. Dadelijk na ons avondeten gingen wij naar „bed", d. w. z. wij rolden ons in de dekens, en legden ons zoo in het hooi. Wij sliopen goed dien nacht. Om ongovcer drie uur werden wij wakker gemaakt, omdat het tijd was om op te staan; hij vier uur gin gen wij op weg. Het was zeldzaam koud. Een onzer, die wegens zijn onvermoeid vooraan gaan, den bijnaam van „de locomotief" kreeg, deed weer zijn naam oer aan, en ging vooraan; wij Volgden in zijne voetstappendo weg was heel binnen de beschikbare middelen. Maar op do budgetten vooral van Justitie, Binnenlandsche Zaken, Financiën 011 Waterstaat zijn vorhoo- gingen en nieuwo uitgaven uitgetrokken, ten gunslo waarvan er „m abstracto" veel, zelfs zeer veel te zeggen valt, maar dio daarom, nog niet juist alle voor 1899 behoeven te worden uitgetrokken. Op de aanhangige bcgrooting kan ou moet er bezuiningd worden en eerst als zij in eindcijfer is vastgesteld, kan do Hamer be slissen of or werkelijk eeno versterking der middelen noodig is. lteeds, daarom moet do hoop van minister Prerson, dat zijn „eenvou dig" voorstel spoedig „don weg naar het „Staatsblad" zal vinden, ccn illusie blijvon." Do „Middelb. Ct." denkt, blijkens een arti kel, dat zij verleden weck had, gunstiger over het ontwerp, vooral over do urgentie er van dan do „Amh. Cb." Zij schrijft o. a. „Wij willen met Zijn Excellentie oj> den door hom au aangegeven weg meegaan, al lijkt ons hel middel niet verkieslijk, omdat or eenoogen- blikkelijk werkend geneesmiddel moet gevonden worden voor onze kranke schatkist; omdat nu niet alleen gedistilleerd maar ook wijn wordt getroffen; daar do voorgedragen verhooging niet to hoog is en gemakkelijk to dragen zal zijn; cn wijl tevens door den minister wordt voorgesteld, in een ander wetsontwerp, 'iets later, 16 September ingediend, om van den ac cijns vrij te stellen gogiste of ongegiste dranken, die hier te lande worden vervaardigd uit ver- sclio boomvruchten, met uitzondering va.n drui ven. En wij gaan vooral mot den minister nu mee, in de hoop, dat hij nog in do gelegenheid zal zijn, en die ook aangrijpen, om verbeteringen tot stand te brengen, welke een vorliooging der inkomsten ten gevolge hebben, waardoor liet mogelijk wordt een stap terug, althans geen verdere schreden voorwaarts to doou op het ge bied der accijnzen. Wij stollen ons wel niet voor dat dit spoedig zal geschiedeneono verhooging gaat altijd veel gemakkelijker dan eene verlaging, tenminste op belastinggebied, maar het oog dient, dunkbons, toch gevestigd te blijvon op ecno vorliooging der directe belastingen, vooral waar grootevcr- mogens daarbij betrokken zijn." 'j Vr-a aiJ* wrjtta*. Sfnatsbegrootlng 1809. Buitenlandse he Zaken, Blijkens het voorl. verslag werd algemeen betreurd, dat de bijlage der Mem t. Toel. be vattende de diplomatieke stukken bij de Staats- wat steiler dan don vorigen dag. In hot eorst ging alles gemakkelijk, tot wij eindelijk op eene onafzienbare sneeuwhclling kwamen; tegelijker tijd kregen wij ook weer dien ijskoude» wind vlak in het gezicht. liet vroor zóó sterk, dat wij bij eiken stap onzen stok uit do sneeuw moei ten trekken, doordat die er reeds in begon vast tc vriezen; in korten tijd had zich telkens om liet ondereind een dikke ijskorst vastgezet. Een paar uren gingen wij zoo voort, maar nog telkens vertoonden zich T w nieuwe sneeuwvelden aan ons oog. Er scheen geen eind aan to komen; wij waren roods lang op don gletsehcr, maar nog geen bewijs van den top. Eindelijk om on- govccr half acht luidden wij den rug van don gletscher bereikt; Hor echter was do koude dooi den feilen wind onhoudbaar, zoodat wij genood zaakt waren, om ons hoofd op de oogen na, in Ic pakken, ten einde ons voor ccn paar bevro ren ooren of neus te vrijwaren. liet was erg jammer, dat de lucht zoo stork bowollct was, waardoor zoo goed als geen uitzicht mogelijk was. Wij gingen verder over stocnen 011 Hompen ijs naar boven, doch bleven niet lang op den top (3108 M.) omdat het er veel to koud was. Op den gletsohcr teruggekomen, op den raad van een (stoil sneeuwveld, zoudon wij trachten te „mitsdien". Onze „locomotief" ging weer voor uit en maakte de baan; eerst vorderden wij slechts bij kleine eindjes, doch toen volgde een lang stuk, eon daling van pl. m. 100 M. I11 een bijna rechte lijn maakte onze „locomotic-f cle baan, en wij volgdenik was op één na het laatst; zonder van mijn rem gebruik to maken, liet ik mij zoo snel mogelijk naar boneden glij den en kroeg spoedig een enorme snelheid. Nu en dan had ik wel ecus moeite om adem to halen, daar een fontein van losse sneeuw mij in het gezicht vloog. Toen wij allen beneden waren stonden wij elkaar cenige oogenblikkon verbaasd aan te kijkengeen wonder, want wij waron volslagen als sneeuwpoppen geworden; daarbij was alles aan elkander vastgevroren, zelfs mijn bpgi'ooling behoorende, is ingezonden op een tijdstip waarop het onderzoek van hot III Hoofd stuk dier begrooting 111 alle afdeelingen reeds had plaats gehad. Men verbouwde dat de regeering dit voortaan zal weten te vooi komen. Hoewel met belangstelling en waardeering was kennis genomen van de diplomatieke be scheiden, in liet zoogenaamde Oranjeboek ver vat, en hoewel de meede leden erkenden, dat door de overlegging daarvan aan een zoowel in de Eerste ais :n de Tweede Kamer der Sinten-Generaal kenbaar gemaakt verlangen was voldaan, vroegen enkele leden of niet de tlmns gevolgde wijze van bandelen aanleiding gaf en noodzakelijkerwijze moest geven lot hat openbaar maken van bescheiden, dio voor pu bliciteit minder geschikt moeten worden geacht. Als voorbeeld wees men op een brief van den Nedei landschen gezant te Londen in de bijlagen afgedrukt. Daarentegen merkien andere leden op, dat dergelijke brieven ook worden aange troffen in de verzamelingen van diplomatieke bescheiden, die in andere landen van Regeeririgs- wege worden gepubliceerd. Gevraagd werd of het Belgisch wetsontwerp betreffende grensregeling tusschen BaarH-Nassau en Baatle-IIertog opnieuw in de Belgische Kamer is ingediend. Men wenschte te vernemen, of door de regee ring reeds een besluit is genomen omtrent het door de inter-parlementaire conferentie te Brussel ontworpen voorstel tot instelling van een Inter nationaal Arbitragehof, Aangenaam zou het vele leden zijn indien do regeering teimen kon vinden den juisten inhoud van het Russische voorstel over de beperking der krijgstoerustingen mede te deelen en het eventueel daarop gegeven antwoord. Gevraagd werd of de regeering eene uituoo- diging heeft ontvangen van de Italiaansche regeering tot deelneming aan een congres tot wering van het anarchisme, zoo ja, ol zij daar aan zal deelnemen en welke instruction zij in dit geval aan hun afgevaardigden zal geven. Algemeen betoonde men zich weinig tevreden over de beslissing door Belgid onlangs omtrent de toelating van ons vee genomeifeen sprak men onverholen daarover zijne teleurstelling uit Men was van oordeel dat de beperkte strekking van den maatregel en de daaraan verbonden bezwa rende voorwaarden dezen vrijwel illusoir maken. Men bleef' met klem aandringen op eene on beperkte openstelling, en gevraagd werd, wat de Regeering denkt te doen zoo hare pogingen om die te verkrijgen vruchteloos blijven. Acht stok zat zoo vast aan mijne wollen handschoe nen, dat ik ze slechts met moeite los kon scheu ren. Omziende waar onze achterman bleef, zagen wij hem heel in do verte aan komen; vlak voor hem rolde een klein voorwerp naar beneden, waarvan wij echter niet konden onderscheiden, wat het was. En achteraan reed onze vriend zoo snel hij maar glijden kou. Niettegenstaande zijn wanhopige pogingen, bleef het geheimzinnige voorwerp met razende snelheid voor hem uit rollen. Met geheclo tooneel leek ons zoo komisch toe, dat wij heb uitschaterden, vooral toen wij merkten, dat het phantoom zijn hoed was, die een eind verder do diepte invloog, op den voet gevolgd door den „locomotief", die er in slaagdo den vluchteling eindelijk to achterhalen. Lang hielden wij ons bij do hut niet op, maar trokken vorder, want geen onzer had ooit dien anderen weg geloopen en de snoouw had de meeste aanwijzingen onzichtbaar gemaakt. Spoe dig waren wij al loopende en glijdende een heel eind gedaald, tot wij plotseling voor een stollen rotswand stonden, blijkbaar hadden wij den verkeerden weg ingeslagen. Hoe nu terug te gaanHet scheen alsof wij hot golicelc eind weer terug moesten tob bij de hut. Een onzer wilde ecu steil sneeuwveld be klimmen, doch wij weigerden, omdat het ons ondoenlijk toescheen, waarop hij alleen ging. Echter zonder resultaat, want bijna boven ge komen raakte een stuk rots los en begon hij mot enorme suelheid op zijn buik het sneeuwveld af te glijden. Gelukkig was dit nog al lang en be hield hij zijn tegenwoordigheid van geost, hij keerde zich op zijn rug, ging toen goed zitten en begon toen met volle la-acht te remmen, zoodat hij vlak hij om stil hield. Er bleef ons niet anders over dan terug te gaan, waarbij wij nog al meevallertjes hadden, zoodat wij na niet al to groote omzwervingen spoedig op ruim 2000 M. terug waren. Hier bleken wij op den gooden weg; wij gingen een eindweegs tamelijk vlak, tusschen enorme rotsblokken door. zij in dat geval den tijd niet gekomen voot het nemen van retorsie-maatregelen Omtrent dort stand van het mond- en klauw zeer in België en Pruisen zou men gaarne een zoo_, nauwkeurig mogelijke opgave ontvangen. Een internationale overeenkomst ter bescher ming van voor den landbouw nuttige vogels achtten vele leden zeer gewenscht. Gevraagd werd of door de regeoiing pogin gen zijn of worden aangewend om do nadeelige gevolgen af te wenden die de artt. 251 en 252 van het Diugley-tatief voor den Nedorlamlsehen handel en tuinbouwvnovtfcrcngsclen, speciaal den handel in bloembollen, dieigen te ontstaan. Vele leden drongen er bij de Regeering op aan om pogingen aan te wenden om ook liet minimum vecht over invoer van paarden in l'rattkrïjls niet meer van toepassing te doen ver klaren op onze paarden, met bet oog waarop het niet is ingesteld. Betreurd werd de aangevraagde som vooraan koop van liet huis in den l'ractizijnshoek ten dienste van het dep. v, buiteril. zaken, daar men dit onnoodig achtte nu weldra een gebouw be schikbaar komt. Vermindering van personeel voor den consulairen dienst werd bedenkelijk geacht. Enkele leden wenschten 's ministers aandacht te vestigen op de berichten in de nieuwsbladen, dat aan een onzer legatiën noch de verjaardag, noch de inhuldiging van Hare Majesteit de Koningin zijn gevierd. Naar aanleiding van een dagbladartikel werd gewezen op liet gewicht van onzen gezantschap?- post te Constantinope! en bet vertrouwen uit gesproken, dat onze regeering op de hoogte wordt gehouden van hetgeen aldaar omgaat, om zoo noodig bij de Turksche autoriteiten te kun nen aandringen op het afdoende tegengaan van alle intriges door courantenberichten of andere middelen in onze Oost-Indische bezittingen. Aangedrongen werd op het aanstellen van Itonotaire consuls op plaatsen in Amerika naar daaraan behoefte bestaat. Gevraagd werd wat de regeering heeft gedaan voor de bedevaartgangers naar Mekka. Tegen de aangevraagde verhooging van f 3G00 voor liet consulaat-generaal te Londen werden bedenkingen geopperd. Een lid herhaalde zijn vroeger uitgesproken bezwaren tegen iiet artikel, waarbij voor geheime uitgaven een bedrag wordt uitgetrokken. De Minister van Marino vorloent dezo week geen audiëntie. De hoer K. Veldkamp, te Groningen, is tot wij aan den i-and van een onafzienbaar sneeuwveld kwamen, hetwelk in het dal scheen uit te loopen. Volgens do kaart waron wij hier op 1920 Al. Dc vraag rees, zoudon wij niofc weer voor eon hinderpaal komen en hot geheelo lange veld weer terug moeten 1 Hoe lang heb was kon den wij niet zien. Do „locomotief" nam op zich den weg te gaan verkennen; als hij beneden was, zou hij een teeken geven, dat wij ook kon den komen. Hij ging zitten on liet zich glijden; spoedig was hij achter eenige rotsen uit ons ge zicht verdwenen. Eerst een heel eind lager kwam hij oven te voorschijn, steeds doorglijdende; toen verdween hij weder, on zagen wij lang vergeefs naar hem uit, tot zijn broer op eens riep -. „daar gaat ic" en ja, heel in de diepte zagen wij een kleine zwarte stip over een sneeuwveld vliegen. Hij scheen zijn vaart nu te verminderen en ein delijk zagen wij aan eene beweging, dat hij moest opgestaan zijn. Nu volgden wij ook zijn voorbeeld on lieten ons in do gemaakte baan met de grootst mogelijke snelheid naar beneden glijden. Vlak om een hoek hield dc baan op en slechts dcor krachtig remmen konden wij nog juist hij tijds stoppen 0111 in een andere baan over te stappen. Toen ging het weer met de zelfde snelheid voorwaarts; op een gegeven oogenblik bleef ik ergens mot mijne voeten aan haken on duikelde tweemaal over het hoofd, doch kwam weer precies in de baan terecht, zoodat ik met dezelfde snelheid voortrutschte. Weldra waren wij bij onzen voorman, aange komen slechts iets meer dan twee minuten, wa ron wij onderweg geweest. Wij bevonden ons nu op 1320 AI., en waren dus 600 Al. gedaald. Do lengte van de helling block pl. m. 1400 M. to zijn, zoodat wij met een gemiddelde snolheid van pl. m. 42 1CAI, per uur gegleden hadden. Nu duurde hot niet lang meer of wij waron weer in het dal terug, en langs denzelfden weg als den vorigen dag bereikten, wij Erstfeld, waar wij om vier uur aankwamen, natuurlijk doornat van do sneeuw.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 5