Woensdag 9 November 1898.
N°. 9777.
Eerste
Minst
52"° jaargang.
DE GELDDUIVEL
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
COURIIT.
ABOJnrnsrErnrsprnjs voor Schiedam, per kwartaal f 0,90
n omliggende plaatsen,p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1,30
Afzonderlijke nommers.
13W
- 0,02
IIITBEATF: SïO'JTESlSTÏ&A.A.'ff ÏO, Teïcpïioon W«. 123.
ADVEMENïrEPMJs: van 1—-5 gewono regols met inbe
grip vnn cene Courant. f o,52
Icdcro gewone regel mooro.io
Bij abonnement wordt korting verleend.
II.
(Slot
Wij komen nog oven terug op liet hoofdbe
zwaar, hetwelk wij tegen do ontwerp-veror de-
ning zeiden to hebben, nl. een bezwaar ontleend
aan de gemeentewet in haar artikel 243, welles
voorschrift wij niet in overeenstemming achten
met de klasseschaal in art. 8 neergelegd.
Wij hadden het genoegen met een onzer
vrienden, wel tehuis op het gebied der wetsexe-
gese, een gesprek te voeren over ons bezwaar
en al aanstonds deed hij ons verstaan, dat hij
ons bezwaar niet achtte. Z. i. verbood de ge
meentewet niet het in een ontwerp opnemen
van een schaal, als de thans hier voorgestelde.
Wij rekenen ons gelukkig dezen tegenstan
der en wij zeggen dit natuurlijk zonder een
zweem van zelfingenomenheid tot ons idee
te hebben kunnen overtuigen. Ook hij gaf ten
slotte geheel toe, dat de nieuwe gemeentewet
een klassificatie-stelsel, met speling tus-
schen minimum- en maximumgrens van inko
men, waarbij de binnen die grens vallende in
komens gelijkelijk worden belast, niet ge
doogde.
En reeds springt onmiddellijk in het oog, dat
zoodanig gedoogen een absurditeit zou zijn.
Immers, liet de gemeentewet klassificatio toe
in den geest van het aanhangig gemaakte ont
werp, dan ware de weg tot willekeur in de meest
ongebreidelde mate geëffend.
Wio zou bijv, een gemeonteraad verbieden te
decreteeren
Klasse I bevat de inkomens van
f 300f 100,000
Klasse II bevat de inkomens van
f 100,000—/ 1,000,000
voor iedero f 10,000,000 meor wordt eene nieuwo
klasse gevormd.
Dan zoude dus, met de gemeentewet in de
hand, de man met een ton inkomen juist even
veel betalen als d© man. van de f 6 in de week.
Wij overdrijven, zal men zeggen.
Onmiddellijk toegegeven; mits men dan ook
anderzijds toegeve, dat dit overdrijven niets
van don kracht onzer argumenten wegneemt.
Nu zal men zoggen, das geen enkele gemeen
teraad zoo'n klassificatio, waar de daglooner en
de millionair onder één hoed gevangen worden,
zal willen.
DOOR
S. WÖRISHÖFFER.
54)
En toen kwam ook tot haar het vreeselijke
bewustzijn. Met een kreet van smart wierp zij
zich voor het bed op de knieën „Dood!
Dood
Beneden ratelde de dogcar in vollen galop
over de bestrating van het voorpleintoen wer
den op den corridor haastige stappen gehoord,
en Hans Adam trad de kamer binnen, blijkbaar
hevig verschrikt, zelf zoo bleek als een doode.
„Ruth," zoide hij, „juffrouw Malten is
het werkelijk waar V'
„O Hans! Hans! Zij is dood!"
Met zachten dwang sohoof do baron zijn
schoonzuster op zijde en boog zich over het lijk
hoen.
„licht! licht!"
Adèlo liield de lamp in de hoogte. Het was
op dit oogenblik zoo stil dat men een speld zou
hebben kunnon hooron vallen.
En toen scheen ook de baron de vohnaakte
zekorhoid to hebben gekregen van de verschrik
kelijke waarheid; als gebroken zonk hij neer
op den stool vóór het bed.
„En weet niemand waaoneer mijn arme
vrouw stierf? Was er geen hulp bij cl© hand?
'Ik ben als door den donder getroffen."
Hu sprak de gezelschapsjuffrouw voor het
Toegegeven; maar ook de mogelijkheid daar
toe heeft de gemeentewetgever willen uitslui
ten-
Trouwens, wio zou aansprakelijk gesteld wil
len worden voor de malligheden, dio gemeente
raden hier en daar al gelastten?
Meer dan één gemeenteraadsbesluit is door
den Koning gecasseerd en hoevelen werden er
ingetrokken, waar mot zoodanige cassatie ge
dreigd werd
Imperatief gebiedt do gemeentewet: Bij het
heffen van eenon hoofdelijken omslag of an
dere directe belastingen naar liet inkomen mo
gen geen inkomsten buiten bereke
ning worden gelaten of lager dan
haar we r ke 1 ij k bedrag worden be
rekend of geschat.
En hiermede in strijd handelt meg. als men
zegt: f 100,000 of f 110,000 inkomen of ƒ3000
of f 3500gij betaalt hetzelfde. AVio dan vlak
aan het minimum ligt, betaalt percentsgewijze
meer dan wie het maximum zeer dicht nadert
de gemeentewet verbiedt dit: „voor alle
aangeslagenen gelijk" staat er ten overvloede.
Wij willen eens een oogenblik aannemen, dat
de gemeentewetgever niet eens zoo ver heeft
willen gaan, als de text der wet doet gelooven;
wij weten dit niet, maar het doet er ook niets
toemen heeft zich te houden aan de woorden
der wet, die voor zich zelve spreken, en waar
lijk duidelijk genoeg. In een noot onder dit ar
tikel zal men kunnen lezen, hoe men te Nijme
gen 1) art. 243 der gemeentewet verkeerd uit
legde; zonder twijfel zal het gemeenteraadsbe
sluit daar worden gecasseerd. Laat men te
Schiedam, nu men gewaarschuwd is, dit gevaar
niet willen loopen, een gevaar bovendien waar
tegenover geen enkel voordeel staat.
Nu wij ons hoofdbezwaar, eigenlijk het eeni-
ge, nog eens hebben blootgelegd, zullen wij de
verschillende artikelen elk op zich zelve aaneen
onderzoek onderwerpen, waarbij wo de zuiver
redactioneele wijzigingen buiten beschouwing
laten.
Art. 1 is, behoudens de datumverandering
der inwerkingtreding ongewijzigd gebleven.
Art. 2 is niet onbelangrijk gewijzigd. Het
oude art. 2 stelde het maximum der heffing
vast op f 100,000, het procent op 4in het
nieuwe art. 2 wordt slechts bepaald, dat het
bedrag der opbrengst van deze belasting bij de
begrooting jaarlijks wordt vastgesteld, terwijl
van. een maximum, procent niet wordt gerept.
eerst sedert Kuth de kamer was binnengeko
men.
„Ik kan u niet de minste opheldering geven,
mijnheer. Juffrouw Assmaim zal alles wel pre
cies weten."
„Jij, Ruth?"
Maar het jonge meisje antwoordde niet. Toen
Hans Adam opstond en naar haar toe ging,
vond hij een bewustclooze. De zware blonde
vlechten waren los gegaan en vielen over zijn
hand neer; het hoofd zonk machteloos achter
over. Ruth lag in zwijm.
De baron en Adèlo droegen haar naar de
sophamen wreef met een horstel over de bin
nenzijde barer handen en wiescli haar voor
hoofd met eau-de-cologne, maar toch was zij
nog niet tot bewustzijn teruggekeerd toen de
dokter een uur later verscheen en nu zóó krach
tige middelen aanwendde om de levensgeesten
te doen terugkeeren dat althans een rilling kaar
door de leden voer en toen ook lang/aam haar
bewustzijn uit de diepo onmacht ontwaakte.
Alle deuren werden gesloten. De man der we
tenschap liet de gordijnen openschuiven en de
lamp uitdoen; nu viel het schelle daglicht op
het bed en de rustige gestalte der doode.
Ruth lag snikkoud op de canapé; de baron
verleende den dokter de behulpzame hand, en
op eenigen afstand stond Adèlo, Zij was bleek
als een geest; op haar gelaat lag een harde,
onverzoenlijke rritdrukking.
Nu was haar paspoort geschreven, maar
zoo heel alleen de lijdende partij zou zij toch
niet zijn. Er was nog heel wat waarover men
eerst eens zou spreken.
Wij verkiezen het oude artikel, omdat thans,
zonclcr wijziging van de verordening - on zoo
iets heeft iieel wat voeten in de aarde de
Raad het telleen jare in de macht heeft om tot
een ongelimiteerd bedrag do heffing op to voe
ren. Het oude art. 2 was ons als eon grondwets
artikel, hetwelk wij ongaarne zouden missen.
Art. 3 is bijna onveranderd gebleven.
Art. 4 eveneens; onder de inkomsten, waar
voor minderjarigen worden aangeslagen, zonden
wij nog willen voegen die uit pensioen. Vrij
dikwijls toch zal een minderjarige pensioen ge
nieten (kinderpensioen, Atjeh-oorlog)wij ziou
echter geen reden om wanneer dit het geval is,
het pensioen vrij te stellen.
Art. 5 behelzende o. a. de gevallen waarvoor
aftrek is toegestaan, is met een tweetal nuttige
punten uitgebreid id. met de vrijstelling van
het bedrag voor pensioen en weduwen- en wee-
zenfonds verschuldigd benevens van dat voor
levensverzekering. Waarom hier echter de af
trek tot f 100 als maximum beperkt wordt, is
ons een raadsel; waarschijnlijk wel is liior
het bepaalde omtrent de bedrijfsbelasting ge
volgd, wat wij niet loven; een levensverzeke
ring van f 100 's jaars premie is niet van zoo
danig belang, dat wij niet een hoogere premie
zouden willen vrij stellen, waarbij, naar analo
gie van de pensioensbijdrage van gemeentelijke
ambtenaren, een zeker percentage van het in
komen als maximum kan worden aangegeven.
Art. 6 is niet onbelangrijk gewijzigd, daar
het voorschrijft, dat „niet verplicht© uitkeerin-
gen en giften van hand tot hand, onverschillig
of zi j worden gedaan aan aanverwanten dan wei
aan andere personen, die hier al dan niet be
lastingschuldig zijn," worden beschouwd als in
komen der gevers, wanneer die gevers binnen
deze gemeente belastingschuldig zijn en als in
komen van lien door wie zij genoten worden,
wanneer de gevers niet binnen deze gemeente
belastingschuldig zijn.
Meer dan eens hebben wij het wenschelijke
van zoodanig voorschrift, bepleit; wij kunnen
dus thans volstaan met onze erkentelijkheid
aan den ontwerper der verordening uit te spro
ken, dat hij wel in onzen geest een voorschrift
heeft willen geven, waardoor aan een onnatuur
lijk privilege van gebeneficiëerden in doze ge
meente, die van elders toelagen genieten, oen
einde komt. Dat niet tevens, wanneer gebenifi-
cieerde en schenker beiden hier wonen, ook bei
den worden aangeslagen voor een zelfde bedrag,
oordeelen wij volkomen juist gezien.
Art. 7 is ongewijzigd.
Art. 8 bevat de Massificatie, welke reeds bo-
De dood is ongeveer negen, uur geleden inge
treden," zei de dokter. „Tusscheu olf en twaalf
uur 's avonds dus. Was mevrouw om dien tijd
geheel alleen?"
„Ja.
Ruth had dit woord zacht gefluisterd. „Om
half elf ongeveer was ik nog bij haar. Mijn
arme zuster wilde niemand zien."
„Was dat altijd zoo haar gewoonte?"
„Volstrekt niet," bracht Adèle in 't midden.
„Ik bleef ietleren avond bij haar totdat zij sliep
dat kunnen alle dienstboden gecuigeD."
„Zoo. Waarom gebeurde het dan gisteravond
ook niet zoo?"
„Omdat juffrouw Assmann het tegenoverge
stelde beval. Om welke reden, weet ik niet."
Ruth hief plotseling haar lioofd op van het
kussen. „Mijn zuster wilde beslist alleen blij
ven," riep zij uit, „Is het niet voldoende wan
neer u dat weet?"
De dokter fronste de wenkbrauwen, „Was do
overledene erger dan anders?" vroeg hij. „Wan
neer heeft zij voor 't laatst haar poeier inge
nomen
„Ik zelf heb het haar even na tien gegeven."
„Dat is onmogolijlc," kwam Adèle tusschen-
beide. „Er waren geen poeiers meer 1 De knecht
moest hedenmorgen naar de apotheek gestuurd
worden."
„Ik zelf ben er geweest," riep Ruth uit.
„Mag ik do poeiers eens zien?" vroeg de
dokter. -
Allen gingen aan het zoeken, maar tever-
geefsch; er was geen spoor te vinden van een
von door ons besproken is. Slechts merken wij
nog op, dat thans ieder een aftrok van 400
heeft, tonvijl deze vroeger door hot percentage-
stolsel bedroeg in de eerste klasse (naar het mi
nimum) f 350, in do tweede f 340, iu de dorde
f 350, in de vierde, ƒ360, in de vijfde ƒ360, in
de zesde ƒ350, in de zevende ƒ360, in de acht
ste ƒ350, in do negende ƒ320, in do tiende
270, in do elfde ƒ210, in do twaalfde 120,
in de dertiende nihil.
Art. 9 schrijft nu een vasten aftrok van 400
voor, een bedrag hetwelk o i, volkomen good
gekozen is voor Schiedam, en bevat voorts den
kinderaftrek.
Vroeger bedroeg deze: voor het eerste kind
70, voor het tweede 60, voor het derde 50,
voor het vierde 40, voor ieder kind meor 30
thans is dc aftrek voor ieder kind beneden 18
jaar 50, Waarom het oude systeem verlaten
is, is ons niet duidelijk; wenscht men echter
eon vast cijfer, dan zouden wij dit hooger dan
ƒ50 willen stollen; minstens op ƒ75 en liefst
op ƒ100; dit is ook meor in overeenstemming
met den algomcencn aftrek van ƒ400, die ook
een ongehuwd© mag toepassen.
Art. 10 bepaalt, dat de aanslag, ovenals vroe
ger, ambtshalve geschiedt, waarbij de belasting
plichtige de vrijheid behoudt op het beschrij
vingsbiljet d© Masse aan te wijzen, waarin hij
meent te moeten gerangschikt worden en in
lichtingen to geven. Nieuw is een clausule in dit
artikel opgenomen, waarbij bepaald wordt, dat
ambtshalve rangschikking in eene hoogere klas
se, dan dio, welke door den belastingplichtige
is aangegeven, niet geschiedt, dan „na dezen de
gelegenheid te hebben geopend zijn aangifte na
der toe t© lichten".
Wij waardeeren dezo bijvoeging zeer, die,
waarschijnlijk in navolging van andere gemeen
ten, o. a. Amsterdam, waar dit voorschrift uit
nemend werkt, is opgenomen en die een groot
aantal vijanden van de inkomstenbelasting in
vrienden kan verkeeren. Valt evenwel het sy
steem der Massificatie weg of wordt dit zoo ge
wijzigd als wij in verband met de wet noodig
achten, dan zal deze bepaling evenzeer ee-nige
wijziging moeten ondergaan.
Art. 1117 zijn ongewijzigd gebleven.
Art. 17 stelt den termijn van aangifte bij
vestiging op 14 dagen; vroeger was dit één
maand; dit achten wij gewenschter; waarom
de verandering is aangebracht, is ons duister.
Art. 18 is ongewijzigd.
Art. 19 bepaalt dat de „voorlichtingscommis
sie" uit do burgerij door Burgemeester en Wet
houders benoemd wordt; hot oude art. 19 liet
doosje of zelfs van een papier. De overgebleven
vijf poeders waren verdwenen.
De dokter schudde heb hoofd. „Dat is
vreemd," zeide hij. „Dus u is persoonlijk in de
apotheek geweest, juffrouw Assmann?"
„Ja"
„En u heeft de zieke haar medicijnen gege
ven?"
Ruth stond opzij liet haar blikken van don
een naar den ander dwalen. „Wat betcekenb
dat alles?" vroeg zij gejaagd. „Is het een ver
hoor dab ik te ondergaan heb
„Het is het noodzakelijke middel om eon goe
den blik op de dingen te krijgen," antwoordde
de dokter. „Mevrouw de barones schijnt geen
natuurlijken dood gestorven te zijn."
Een uitroep van do lippen der gezelschaps
juffrouw scheurde de stilte vaneen, „Ik dacht
liet wol I" riep Adèle uit.
„U, juffrouw Malten?"
„Ja, ik' De overledene Meld van mij; zij
ver-trouwde mij al haar gedachten toe. Waarom
ben ik gisteravond van haar verwijderd 5"
„Omdat zij zelf het wenschte," riep Ruth uit.
„O, mijn God, mijn GodDat schepsel zou mij
voor een giftmengster uitmaken!"
„Dat schepsel'" herhaalde Adèle. „IJ heeft
mij gehaat van den eersten dag af dat ik liier
was, juffrouw Assmann. TJ heeft getracht mij
lcwaad te doen en mij te verdringen uit de
gunst van mevrouw, waar u er maar leans toe
zag."
(Wordt vervolgd.)