Woensdag 9 November 1898.
N°. 9777.
Tweede Blad
52"° jaargang.
Verschijn! dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen,
"^binnenland.
Uit de Staatscourant.
STADSNIEUWS.
UITGEVER: H.~J. C. ROBLANTS,
ilwraiJ«!iT»*a» vmï Schiedam, pei kwartaal f 0.90
w omliggende planteen, p, kwart. - 1.05
franco por po«t, p. kwartaal. - 1.80
Afzonderlijke nommerao.02
BUREAUBOTEKSTlt A AT ÏO, Teïeplioon No. 123.
ADTRKTKïmapiujB: van 1—5 gewone regels mot into-
grip van eeno Courant0.52
Iedere gewone regel meerQ.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Stantsbegrootlng 1899.
Justitie.
Bij het afdeelingsonderzook bracht men den
minister van Justitie kulde voor den gewiahti-
gen en omvangrijken wetgebonden, arbeid sedert
zij'n optreden door hem ondernomen en ver
klaarde zijn verdere werkzaamheid met groot©
belangstelling tegemoet to zien. Men vroeg of
heb nog steeds 's Ministers overtuiging is, dat,
nu de betero bescherming en berechting van.
kinderen en jeugdige personen in een reeks van
wetsontwerpen is belichaamd, allereerst de hand
jnoet worden geslagen aan do hervorming van
het huwelijksgoederen-recht en bet arbeidscon
tract.
Terwijl sommige leden verklaarden zich hier
mede goed to kunnen vereenigen, waren, vele
anderen van oordeel, dat de herziening van het
Wetboek van Strafrecht geen uitstel moer ge
doogt en daarom in de eerste plaats aan deze
herziening de aandacht moet worden gewijd.
Men vroeg, of de instelling eener Staatscom
missie tot herziening van het zeerecht mag wor
den verwacht.
Do verwachting werd uitgesproken, dat de
regeering een hetero wettelijke regeling der
naamlooze vennootschappen zou ter hand willen
nemen.
De wenschelijkheid van wederinvoering der
doodstraf werd opnieuw bepleit en bestreden.
Met grooten nadruk werd op bespoediging
aangedrongen van herziening van het Wetboek
van Strafvordering. Mocht daarop in den eer
sten tijd nog geen uitzicht bestaan, dan wensch-
te men alvast wijziging van art. 266 van dat
Wetboek.
Men vroeg of do minister thans ook voor vol
wassenen het instituut van de voorwaardelijke
veroordeeling in ons strafstelsel zou willen op
nemen.
In verband met heb adres der Middelburg-
Bche balio, omtrent behandeling van preventie
ve gevangenen, werd gevraagd door vele leden,
wat geschied is om aan toestanden die, volgens
den minister zelf, redelijker wijze aanstoot kon
den geven, een einde te maken. Ook werd ge
wezen op voorbeelden van afkeurenswaardige
behandeling van verdachten door te politie te
Maastricht, medegedeeld in hot „Weekblad van
het Recht", en gevraagd of die mededeelingen
juist zijn, en zoo ja, welke maatregelen in dezen
zijn genomen.
Men vroeg of 's ministers oordeel omtrent
stenographie in het strafproces gunstiger is ge
worden. De aandacht werd er op gevestigd, dat
vergrijpen tegen den eigendom soms onmatig
zwaar worden gestraft, terwijl weigens mishan
deling van personen en aantasting van him eer
en goeden naam veel geringere straffen werden
opgelegd, Hiertegeover word opgemerkt, dat de
wetgever geheel aan den rechter heeft overge
laten binnen de grens, door het maximum ge
steld, in elk concreet geval do straf toe te
meten.
Sommige leden, op den noodlottigon invloed
van langdurige celstraf, als ten onzent toege
past wijzende, wensctkten aan de gevangenissen
psychiaters te zien verbonden, welke dien in
vloed zouden kunnen constateeren. Andere le
den, hoewel eveneens van oordeel dat de regee
ring omtrent den. invloed der celstraf een op
zettelijk onderzoek behoort in te stellen, be
twijfelden de wenschelijkheid om daarmede bij
voorkeur psychiaters te belasten. In het bij
zonder werd gewezen op do wenschelijkheid om
personen, die celstraf ondergaan, meer dan tot
dusverre geschiedt, in aanraking te brengen
met hen veredelende elementen. Van andere zij
den werd gewaarschuwd tegen overdrijving op
dit punt.
Men verzocht do regeering te willen bevorde
ren dat in eenigszins belangrijke strafzaken van
feitelijken aard, door het Openbaar Ministerie
de voornaamste getuigen steeds zooveel moge
lijk in appèl opnieuw worden opgeroepen.
Vrij algemeen werd geklaagd over den ach
terstand van burgerlijke zaken, die bij sommi
ge rechterlijke colleges voorkomt.
Men drong bij den minister aan om, waar
Eoodig, verbetering te brengen in do door en-
kale leden gegispte houding van rechterlijke
ambtenaren., tegenover beklaagden en getuigen.
'Verscheidene leden vroegen of de Regeering
door wetswijziging voor hen, die liet doctoraat
f? recbten aan de vrije universiteit to Am
sterdam verkregen hebben, do inschrijving afe
advocaat en procureur mogelijk zou kunnen ma
ken, Andore leden hadden daartegen geen be
zwaar, indien voor deze personen de inschrij
ving als advocaat en procureur wordt afhanke-
lijk gesteld van een mot goed gevolg afgelegd
staatsexamen, waarbij van hunne praetische ge
schiktheid zal zijn gebleken. Zoodanig examen
zou men aan elke inschrijving als advocaat en
procureur wenschen. to doen voorafgaan.
Men vroeg naar de resultaten van hot toege
zegde onderzoek, naar do noodzakelijkheid van
eenige aanvulling van liet wetboek van straf
recht, met het oog op de propaganda van het
Nieuw Malthusianisme.
Op de spoedige indiouing van een wetsont
werp waarbij voor de erkenning van vereeni-
ging en een eenvoudige registratie wordt in do
plaats gesteld, werd aangedrongen.
Men drong wederom aan op verwezenlijking
van 's ministers denkbeeld eener wijziging van
art. 11 der wet op het notaris-ambt, in dien
zin, dat de verplichting, om telken jaro gelegen
heid te geven tot het afleggen van. het examen,
zal worden opgeheven.
Besproken werd de wenschelijkheid eener wij
ziging van art, 149 gomoentowot in dien zin,
dat voortaan ook anderen dan de daar aange
wezen personen kunnen worden benoemd tot
ambtenaren van den burgerlijken stand, waar
door een einde zou worden gemaakt aan do
thans bijna dagelijks voorkomende zoogenaam
de mtellectueele valschlieden.
Terwijl sommige leden toetreding van Ne
derland tot de Benier Conventie bepleitten,
werd zij door anderen ten sterkste bestreden,
naar wier meening Nederland's belang eischt,
dat het zijne wetgeving aanvulle met eone re
geling van liet auteursrecht op werken der beel
dende kunsten en overigens voortga op den
weg, ingeslagen bij hot sluiten van de bestaande
tractaten met Frankrijk en België. Doordat
men bij do Berner Conventie te hooge eisehen
heeft gesteld, is, zoo oordeelde men, de toetre
ding van landen als Nederland met eigen, be
perkt taalgebied zoo goed als onmogelijk ge
maakt.
Het denkbeeld van een lid, dat de Kamer bij
de regeering zoude aandringen op het verleenen
van gratie aan de gebroeders Hogerhuis, vond
van alle zijden bestrijding. Eerst nadat eene
beslissing zal zijn gevallen en daardoor eene re-
geeringsdaad zal zijn gepleegd, waarvoor een
minister verantwoordelijk is, zou er misschien
sprake kunnen zijn van beoordeeling door de
Kamer van het genomen besluit.
Enkele leden klaagden, dat do behandeling,
die bij de in.huldigingsfees.ten te Amsterdam
Alexander Cohen van do politie aldaar heeft
moeten ondervinden, een hatelijk en ergerlijk
karakter droeg en door de omstandigheden
geenszins gerechtvaardigd kon heeten. Daarte
gen merkten andere leden op, dat, waar het
gold iemand als do bedoelde persoon, waak
zaamheid van de zijde der pohtie zeer zeker
plicht was.
Men drong aan op zoodanige verandering in
de thans gevolgde wijze van benoemingen bij
de rechterlijke macht, dat niet langer vele kun
dige en geschikte jongo juristen voor de rech
terlijke macht verloren gaan. Daartegenover
werd opgemerkt dat tegenover hot nadeel, dat
een sollicitant een langen tijd heeft te wachten
alvorens hij de rechterlijke macht te worden ge
plaatst, het voordeel staat, dat de candidaat in
middels zich practisoh kan bekwamen voor de
taak, die hem waoht. Opnieuw werd do noodza
kelijkheid aangetoond van bepaling van vaste
traotomenten voor de griffiers met afschaffing
van alle emolumenten.
Men vestigde 's ministers aandacht op een
klacht omtrent de griffio der Haagsehe recht
bank en vroeg of deze overdreven is en. zoo
neen of voor verbetering van den geschetsten
onhoudbaren toestand is zorg gedragen.
Men vroeg of eenigo kans bestaat, dat dooi
de aanvulling van hot personeel van het ge
rechtshof te Amsterdam met een raadsheer, de
daar bestaande grooto achterstand van biu-ger-
lijko zaken zal worden ingehaald.
Men oordeelde dat er alleszins aanleiding be
stond liet aantal rechters en ambtenaren van
het Openb. Ministerie bij de rechtbank te Rot
terdam uit te breiden.
Men vroeg, of men eerlang zou kunnen over
gaan tot opheffing van do rechtbank te Zierik-
zee. Dit arrondissement zou dan hetzij geheel
bij hot arrondissement Breda, hetzij gedeelte
lijk daarbij en voor het andere deel bij het ar
rondissement Middelburg kunnen worden ge
voegd.
Het verlangen werd uitgesproken, dat van
regeeringswege voor het ontvangen van een ge
schikte opleiding van poliüe-anabtouaren gele
genheid werd gegeven.
In bijna allo afdeolingen werd ten aanzien
van de Rijksopvoedingsgestichten de vraag ge-
daan, of door do regeering een onderzoek js in
gesteld naar de al of niet gegrondheid van
klachten, door een oud-verpleegde openbaar ge
maakt omtrent voeding, bejegening, onderwijs
en omtrent onzedelijkheid.
Tegen, liet aanleggen van broeikassen in den
schooltuin van het Rijksopvoedingsgesticht te
Avereost hadden vele leden bedenking.
Teleurstelling werd uitgesproken, dat sedert
de behandeling dor boa-rooting voor 1898 nog
geen resultaten zijn gcgoven van don arbeid der
Staatscommissie tot herziening van het Burger
lijk Wetboek.
Bij Kon. Bed. is benoemd tot ridder in de
Orde van Or&nje-Na*teu ds, S. H. Buitendijk,
predikant bij de Nederd. Hervormde gemeente
te IJselstein.
De minister van Koloniën vei leent deze week
geen audiëntie.
De ministers van .Marino en van Financiën
begaven zich gisteren naar het Loo, ter audiëntie
bij II. M. de Koningin.
De Minister van Finantiën maakt bekend
dat liet saldo van 's rijks schatkist op 5 dezer
bedroeg
bij de Nederlandsche Bank 16,928,818.36Va
by de betaalmeesters - 3,632,179.78
Te zamen 20,560,998.14Vs
Het vertrek van dr. A. Kuyper uit Noord-
Amerika was voorloopig bepaald op 19 Nov.
a.s. Er komen evenwel nog zooveel aanvragen
in om lezingen te houden, dat er, naar wij
vernemen, groote kans bestaat, dat die datum
verschoven zal worden,
Dr. Kuyper is nog steeds lijdende aan zijn
wond in den mond. Niettegenstaande treedt
hij bijna dagelijks als spreker op.
Door dr. J, H. Dunner, opperrabbijn te Am-
steulam, is aan de vermogende Israëlieten een
rondschrijven gezonden, waarbij hun steun ver
zocht wordt om zoo spoedig mogelijk tot de
oprichting van Isiaëi, bijzondei e scholen te
gei aken, waar zoowel godsdienstig als maat
schappelijk onderwijs zal worden verstrekt.
B. en W. van Middelburg stellen den gemeen
tel aad voor, afwijzend te beschikken op het
adres van den Middelburg-chen Bestuuiders-
bond lot het opnemen vau bepalingen omtrent
minimumloon en rnaximumarbeid in bestekken
van uit te voeren gemeentewerken.
Een 40-tal kommiezen 2e en 3e klasse bij
den actieven dienst vau 's ry ks'uelnstingen zijn
in klasse bevorderd.
Bij Kon. besluit zijn benoemdtot burgemeester
van Ankeveen en van 's-Graveland, jhr. mr. J. P.
Hooft Graafland, secretaris dor gemeente Ankevecn,
tot id. van Kortenhoef, Chr. J. van Walchren tot
id. van Heythuizen. J. H. Janssen van Son, secretaris
dier gemeente; tot id. van Tictjcrksteradcel, S. B.
Drijbcr B.zn. j tot id. van Gemert, F. K. Buskens,
en tot id. van Rijson, H. J. van Opstall, secretaris
dier gemeente.
Bij Kon. besluit is de kapitein jhr. J. Ortt, van
het le rcg. veld.-art, op pensioen gesteld en het be
drag van het pensioen bepaald op 1 1056 'sjaars,
Jaarfeest R.-K. Volksbond.
Een groot aantal leden der afd. Schiedam van
'den Ned. R.-K. Volksbond vulde gisteravond
de zaal der Officieren-Vorecniging. 't Was het
jaarfeest van den Volksbond dut op den dag go-
wijd aan den patroon van den Bond, den heili
gen Willibrordus, gevierd word.
Met applaus begroette de vergadering do
geestelijken die in aanzienlijken getale deze fees
telijke bijeenkomst door hun tegenwoordigheid
opluisterden.
Te ruim acht uur opende de voorzitter, do
liecr C. J. Willeman, de vergadering en dankte
namens de afdeelmg den spreker van dezen
avond (lio zich terstond bereid had verklaard
tot de leden van den Volksbond het woord te
voeren, en de aanwezige geestelijken voor hunne
hooggewaardeerde tegenwoordigheid. Spr. her
innerde voorts aan de kerkelijke viering van het
jaarfeest van den heiligen patroon van den
Volksbond op Zondag; velo leden zijn toen de
tafel des Heeren genade-rel, en daaruit blijkt
dat, al beweegt do Volksbond zich op materieel
terrein, het geestelijke- en, zedelijke niet verge
ten wordt, wat ook overeenkomt mot het woord
des Pausen in zijn zendbrief aan de arbeidende
klassen. Him die gisteren ter H. Communie
zijn gegaan ter intentio van don R.-K. Volks
bond, dankt spr. en hij spoort hen dio dit niet
doden daartoe aan. Want Gods zogen is onmis
baar wil de arbeid sla,genhij moge ook voor
het komende jaar op den It.-K. Volksbond rus
ten.
bpr. hoopt dat steeds meer de eendracht en
broederschap moge bevorderd, en dat eons do
zedelijke en stoffelijke verheffing van den werk
man moge aanschouwd worden.
Toen hot applaus, waarmede deze woorden
waren begroet, was weggestorven, hief. de zang-
veieenigiutf St. Cecilia, onderafdceling van den
Bond, onuer leiding van den heer A. M. den
Draak, do „Hymne" van Van Eijken, voor
koor, bas-solo (de hoer I. S.) en kwartet, aan
Op zeer verdienstelijke wijze ten gehoore ge
bracht-, oogs'tjo dit nummer welverdiende toe
juichingen, die in niet mindere mate ten deel
vielen aan „Do Hemel" van C. C. A. de Vliogh,
voor vierstemmig koor.
Vervolgens bracht heb harmonie-orkest St.
Ambrosius, onder leiding van den heer J. F.
M. Smits, eenige nummers ten gehoore. Ook
deze, do marseh „Souvenir de Nymcquo (F. J.
Schwansberg) en „Ouverture joycuso" (Keler
Bela) oogstten luiden bijval.
Toen do zaugert, het tooneel ontruimd had
den betrad de feestredenaar, kapelaan J. H.
Niedfeld, met appleus begroot, liet spreekge
stoelte.
'tls de gewoonte der volkeren aldus ving
de spreker zijn rede aan te eeren ben die
uitmunten, hetzij door kennis of door weten
schap, hetzij door kunst of in welk opzicht ook.
De volkeren rekenen het zich tot een eer als zij
zich kunnen beroemen op grooto mamien dio
belmoren tot hun vaderland. Die vereering, dio
hoogschatting, dio hulde eindigt niet met dit
leven. Zij duurt voort ook al is de- held ver
dwenen van het tooneel dezer wereld. D© oude
ren van dagen vinden er genoegen, in hun hel
dendaden te verhalen aan de jongeren. In groot-
sche dichtregelen worden hun heldendaden her
dacht, en de kunstenaar maalt den hold af.
Spr. herinnert er aan hoe do Joden aan Ju
das den Maechabeeër, de Romeinen aan hun
grooten redenaar Cicero feestdagen wijdden, en
nog heden ten dage worden voor groote man
nen feestdagen gevierd en standbeelden opge
richt.
Kan 't dan verwondering wekken dat de Ka
tholieke Kerk heden het feest viert van den
II. Willibrordus die haar rijk heeft uitgebreid?
vraagt spr. Is 't niet natuurlijk dat de Ne-derl,
Kerk, door hem gesticht, lieden feest viert,
dat het een feestdag is voor den R.-K. Volks
bond, dio hem tot zijn patroon heeft gekozen,
hem, den heldhaftige die in zich vereenigde den
opofferenden heldenmoed van priester en kloos
terling, liet beleid van veldheer en staatsman?
En is 't dan niet natuurlijk gaat de rede
naar voort dat, waar ik heden heb woord tot
u voer, ik ga spreken over den H. Willibrordus,
dat ik u m korte en algemcene trekken zijn
leven ga schetsen, om in u op te wekken eer
bied en liefde, die gij reeds toondet door hem
tob uwen patroon te kiezen.
Spr. verhaalt dan hoo de H. Willibrordus
reeds als knaap werd toevertrouwd aan de Be
nedictijnen in het klooster Ripon in Ierland.
Reeds op jeugdigen leeftijd toonde hij, klein
van gestalte, groot tc zijn van geest en van
een ernstig gemoed.
De jongelingsjaren ontwassen, werd hom hot
gewaad omgehangen van die hem omringden, en
dit was niet alleen dienstig voor zijn geestelij
ke, maar ook voor zijn wetenschappelijke ont
wikkeling. Op 23-jarigen leeftijd tot priester ge
wijd, rijpte al spoedig in hem do begeerte de
heidenen in Friesland te gaan bekeer©n, waar
van hij zoo veel had gehoord. Dit geschiedde in
het jaar 690.
Spr. verplaatste in gedachten zijn hoorders
naai* het kloostcrkcrkje waar de 11. 'Willibror
dus alleen achterbleef aan het altaar, den avond
voor zijn vertrek. Wat al gedachten zullen zich
daar niet .aan 's priesters geest hebben opge
drongen. Daar herinnerde liij zich do heerlijke
uren in zijn eenzaamheid doorgebracht, daar
dacht hij aan zijn leermeesters, en hij dankte
God, dio hem de priesterlijke waardigheid had
geschonken.
Na een voorspoedige reis landde de II, Willi
brordus aan den Rijnmond bij 't Huis ter Brit
ten, op drie mijlen van het tegenwoordige Was
senaar,
Hoo dankbare beden zijn daar niet opgeste
gen tot God, beden ook voor hot land waarin
hij ging arbeiden, on voor zijn bewoners. Dat
de II. Willibrordus steeds aan dio iu*o heeft ge
dacht, blijkt uit hetgeen hij in latere jaren in,
zijn calendarium schreef,