52" "(jaargang. Dinsdag 15 November 1898. N°. 9782. DE GELDDUIVEL. m "binnenland. M Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon-en Feestdagen. UITGEVER: H. J. C. ROELANTS. BUITENLAND, jjj Wï ABOsssMMTgpiin v««r Schiedam, pat kwartaal f 0.00 n omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05 franco per peet, p. kwartaal. - 1.30 Afzonderlijke notnmers. - 0.02 BUmSAU: BOTER8T1AAAT Tcieplioon Wo. 123. g WmilMjm KiaaCJBJf.' w Munt Advertentieprijs: van 1—5 gowono regels met inbe grip van eens Courant70.52 Iedere gewone regel meer0.10 Bij abonnement wordt korting verleend. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 14 November '98. Terwijl het Hof van. Cassatie kalm het on derzoek voortgezet, dat de machtige, alles ver lichtende uitstraling der waarheid moet voorbe reiden, doen zeer verontrustende berichten do ronde over den. toestand van hohamelijken en geestelijken achteruitgang van don ongehiddgo op heb Duivelseiland. En zelfs wordt boweerd dat Dreyfus zou gestorven zijn. Joseph Beinach schrijft in de „Siècle" dat Dreyfus den 24sten September een brief heeft geschreven aan den gouverneur van Guyana, waarin hij op deerniswekkende wijze zijn moe deloosheid schildert. Op al zijn verzoeken om zijn zaak te herzien heeft hij niets vernomen. Hij is dood voor de wereld. De krachtige, taai- energieke man kan niet meer. Nog ééns zal hij aan den President der Bepubliek schrijven, niet voor zich zelf, maar voor de eer van zijn naam, ook dien van vrouw en kinderen. Hij is zóó ontmoedigd dab hij zelfs niet meer aan zijn fa milie wil schrijven. Beinach verhaalt verder hoe, nadab mevrouw Dreyfus dezen brief „die steenen zou doen weet- nen" van een ambtenaar van heb ministerie van koloniën heeft ontvangen (welke ambtenaar zelf tranen stortte toen hij den brief las), zij re geering heeft gevraagd de belofte te houden dio Brisson had. gedaan, nl. Dreyfus in kennis te stellen van hot arrest van het Hof van Cas satie. De regeering heeft geweigerd en mede af wijzend beschikt op het verzoek, door Beinach namens mevrouw Dreyfus overgebracht, dat de vrouw van den ex-kapitein dezen zelf mocht me- dedeelen dat zijn zaak weder ter hand is ge nomen. En het argument der weigering? Het Hof heeft niet de invrijheidstelling bevolen van Dreyfus, dio ook door niemand was gevraagd, em die allerminst als motief mag gelden voor de onbegrijpelijke omneedoogendheid der regee ring. En niet alleen onmeedoogend is haai" wei gering, de vraag is gewettigd of Dreyfus' een zame opsluiting wel is overeenkomstig de web, en zonder ckze zou do ex-kapitein, die tot de portatie zonder meer is veroordeeld, reeds lang bekend zijn met de pogingen die te zijnen gun ste zijn en worden aangewend. Ook de „Cournier du Soir" noemt Dupuy's weigering onbarmhartig; daarentegen onthou den „Temps" en „Journal dee Débats" zich van eenig oordeel; zij vergenoegen er zich. mede hun lezers Bemach's brieven mede te deelen. Beinach besluit zijn treffend verhaal aldus: „Ik heb mijn deel in de verantwoordelijkheid van mij afgewenteld. Do minister-president heeft zijn deel op zich genomen. Men moet het kennen; zijn deel is zwaar. Voor hem hoop ik dat zijn verantwoordelijkheid niet vreeselijk wordt, dab niet het geheel© menschdom Charles Dupuy ter verantwoording zal roepen, wanneer morgen Dreyfus in wanhoop, onbekend met het dook S. WÖRISHÓFFER. 59) Een weemoedige glimlach speelde om Erik's lippen. „Eerst kort geleden ging heb mij immers oven zoo," zuchtte hij. „Zulke dagen zijn vreose- lijk." Toen wendde hij zich tot het jonge meisje. „TT ziet er slecht uit, juffrouw A «maan. Is u ziek?" Ruth's lippen trilden zóó dat zij nauwelijks vermocht te spreken. „Misschien ben ik ook niet geheel wel, mijn heer Wolfram, maar dat beteekent toch niets. Maar men heeft mij zoo verschrikkelijk, zoo ongehoord beleedigd." Hoogrood kleurde zich plotseling Erik's go- laat. „Beleedigd?" herhaalde hij. „Wie heeft dat gewaagd?" „Dwaasheden 1" bracht Hans Adam in 't midden. „Wees zoo goed en vertel mij alles, juffrouw Assmann." Buth huiverde. „Het betreft Adèle Malten," zeide zij. „Dab schepsel wil mij als giftmengster brandmerken; zij zinspeelde op mij in tegen woordigheid van den dokter als de moordenares van mijn zuster." „Wat?" Wolfram keek van don een naar den ander. „Dat is toch niet mogelijk, Hans Adam." arrest dab hem had kunnen redden, lcomb te sterven." De correspondent der „Petit Bleu" te Parijs noemt Beinaoh's relaas zeer overdreven. Vol gens hem is Dieyfus reeds in kennis gesteld van het arrest van het Hof. Alleen uitgaande van het beginsel„zooveel mogelijk doen, maar zoo weinig mogelijk spreken," zou de ro- geering Bednadi's verhaal onweersproken laten. Wel heeft Havas gisteren de volgende nota gepubliceerd „Zooovea gewordt ons een telegram uit Col- mar (Elzas-Lobharingen), onderteekond „Weil" en behelzend© deze woorden: „Kapitein Drey fus dood". „Wij hebben nog geen officieel© inlichtingen dienaangaande kunnen inwinnen. De heer Ha- damard, Dreyfus' schoonvader, tob wien wij ons hebben gewend, hecht geen geloof aan de slechte belichten over do gezondheid van zijn schoonzoon. Twee dagen geleden ontving hij nl nog zeer goedo berichten door tussohemkomst van het ministerie van koloniën. „Wij moeten hieraan toevoegen dat onzo cor respondent te Colmar niet Weil heet en dat wij aldaar geen persoon van dion naam kermen." Ook de correspondent van Havas en do poli tie te Colmar schijnen geen persoon van dien naam te kennen. Waarschijnlijk hebben wij dus hier te doon met een mystificatie van een over- ijverigen vriend van Dreyfus Maar de drio woorden „Kapitein Dz-ayfus dood" honden niet temin een waarschuwing in: voor de vrienden van den banneling, dat zij mooton blijven aan dringen op een bespoediging der zaak opdat niet „Frankrijk de pijnlijke smart bcleve alleen een lijk in eere te kunnen herstellen"; voor de re geering om toe te zien dat niet op haar de ver antwoordelijkheid rust© van Dreyfus' dood ten gevolge van noodeloozen kommer, dat ook niet de minste aanleiding moge bestaan om haar direct den dood van den banneling te "wijten, een feit dat waarlijk allerminst buiten i-ekening mag worden gelaten. Te meer klemt dit, omdat het onderzoek van liet Hof nog lang kan duren. Heden wordt de ondervraging der ministers van oorlog voorbge-. zet; Zuriinden en Chanoine zijn thans aan do Mr. Momard zal telkens kennis mogen ne men van de afgelegde verklaringen, wanneer een bepaalde groep van getuigen is verhoord. Heb Hof zal, volgens de „Matin" Dreyfus niet zelf vei'hooren. Daartoe zal een rogatoire commissie naar het Duivelseiland gaan, niet van Frankrijk, maar van Cayenne uit. Vermoedelijk zal het Hof ook nog Lebrun Benault kooren over de zgn. bekentenis van Dreyfus. Omtrent Picquard vertelt de „Gaulois", welks onbetrouwbaarheid bekend is, dat kapitein Ta- vemier, dio de instructie leidt, gereed is met zijn rapport. In do „Bappel" wordt een inschrijving aan gekondigd om Picquard een ecresabel aan te bieden. Berry zal de regeering intorpelleeren over de verkoop van een plaat a la 't oud-Hollandsche ganzenbord, dio getiteld is „Geschiedenis van een onschuldige". Hij wil weten of de regeering den verkoop daarvan zal verbieden. Bij de prijsuitdceling der Philotechmseho Vercouiging lieeft do minister-president gisteren een rede gehouden waarin hij den wenseh uit sprak dat Frankrijk in de eeuw die staat to be ginnen, eindelijk in de wettige bevrediging van zijn verlangens en zijn behoeften zijn verdeeld heid zal zien verdwijnen. Buisson antwoordde den minister. Wat men ook doet, zeide hij, Frankrijk zal altijd heb land blijven van heb gezonde verstand waar de gerechtigheid ten slott© steeds zegeviert. Een dcol dor toehoorders nep toon uit" ~Lovo de gerechtigheid!" waarop anderen ant- woordden met„Leve het legerLeve liet Var derland «emengdc Sïcdedeellngen. In do „Figaro" deelt de vaak goed ingelichte Whist medo dat Busland inderdaad de Fran- sche regcenng licefb aangeraden, in do Faslioda- quaestie toe te geven. Maar tevens heeft graaf Murawieff bij zijn bezoek te Parijs de weder- zijdsche verplichtingen bevestigd van Frank rijk en Rusland in geval eener crisis, dio Enge land con tijd lang heeft beproefd, te verhaasten. Delcassd had gerost dit feit officieel kunnen publiceorcn door in het geelbocfc verschillende nü verzwegen telegrammen op te nomen, zegt Whist. Baron de Courcel is thans te Parijs en zal alleen nog naar Londen teragkeeren om zijn brieven van terugroeping aan te bieden. Jules Cambon die hem zal opvolgen, is eveneons to Parijs. Terwijl Spanje niet geneigd schijnt de Phi- lippijnen prijs te geven, willen de Amerikanen van hun kant hun eiscli mot laten varen. De Amerikaansehe gedelegeerden hebben instruc ties gekregen om alleen in discussie te treden over de wijze en den termijn vaii afstand. Zoo noodig schijnt liet vliegend eskader on der Schley bestemd te zijn door een demonstra tie aan do Spaansohe kust aan den eiscli der Amerikanen kracht bij te zottten. De Spaansclie gedelegeerden hebben nog eens uitstel verzocht voor hun antwoord. Het is hun verleend tot morgen. Correspondenties uit Madrid spreken van een mogelijke interventie van Duitschland, Oos tenrijk, Frankrijk en Buslaud ten gunste van Spanje. Anderzijds verluidt dat Spanje aan Duitsch land de door dit land reeds lang begeerde Caro- Ima-eilanden zou hebben aangoboden in ruil voor Duitschland's steun in de quaestie der Pln- lippijnen. Evenals andere mogendheden, tot wie Spanje zich. heeft gewend, zou ook Duitsch land hebben geweigerd tussehenbeido te komen. Do vervolgingen wegens majesteitsschennis „Het is werkelijk zoo, werkelijk, mijnheer Wolfram!' riep Buth uit, terwijl zij haar ge vouwen handen naar haar voogd ophief. „O, spreek een vriendelijk woord tot mij, maar eer lijk, uit den grond van uw hart. Acht U mij tot zoo'n afschuwelijke daad in staat?" Hij vatte plotseling haar gevouwen handen. „Welle een vraag, ButhHoe kan die gedachte ook maar een oogenbhk bij je opkomen? Al achtte ook de gansdie wereld je schuldig, dan zou ik toch met volkomen zekerheid weten dat zelfs een opwelling van haat in jo ziel niet kan opkomen om van dwaasheden als waarvan ik zoo even hoorde, niet eens te sproken." Buth weeude hcete tranen. „Ik dank u, mijn heer Wolfram," snikte zij. „O, u weet niet hoe dankbaar ik u ben Erik wendd© zich weer tot den baron. „Je hebt dio dame zeker terstond je huis ontzegd, Hans?" zeide hij. „Waar kan ik haai" nu vin den?" De baron haalde de schouders op. „Zij is nog hier, Erik. Zulke dingen kan men toch niet op stel en sprong doen. Wat wil je eigenlijk van haar?" „Ik wil haai" ter verantwoording roepen," was het op eenigszins scherpen toon gegeven antwoord. „Je wenscht toch zeker niet dat een bcleediging als deze ongestraft blijft?" Hans Adam glimlachte. „Maak je niet drif tig, Erik," zeide hij doodbedaard. „Je meent het goed, dat weten wij wel, Buth en ik, maar wees er ten volle van overtuigd dat do' verdediging mijner schoonzustor mij zeer ter harte gaat, en dat ik niet toe zou laten dat zij ernstig werd aangevallen. Daarentegen zou ik zoo mogelijk in Duitschland van critieken op door den Koi- zor gesproken woorden, govon het „Loipzdger Tageblatt" aanleiding tot don, raad, dat de Kei zer op zijn woorden moot passen. „Het is 's Keizers plicht," verstout bot blad zich te zeg gen, „niet te streven naar redenaarsroem en do begeerte van voor een universeel genie door te gaan, to laten varen." In do „Neuesto Naclmchton" te Bronswijk is eon schrijven gepubliceerd van don hertog van Cumberland, dat hij al zijn rechten op Bronswijk en Hannover handhaaft. Sedert dertien jaar heeft de pretendent niet over zijn rechten m 't publiek gesproken. In de Bulgnarsche Sobranje werd Zaterdag beraadslaagd over het adres van antwoord op de troonrede. Do minister-president constateerde dat do emigi anten-quaBstio is opgelost. Voorts ver klaarde hij dat heb bezoek van den Vorst aan Petersburg de bekroning is van liet werk der verzoening van Busland. Nog sprak de minister over de handelspoli tiek en don toestand in Macedonië. Het adres van antwoord werd goedgekeurd. In Servië neemt de ontevredenheid tegen Mi lan Obienowitsch met den clng toe. In korten tijd moeten twee aanslagen tegen zijn leven ont dekt en verijdeld zijn. Aan do „Petit Bleu" wordt uit Konstanti- nopcl bericht dal de Vereenigdo Staten aan do Porte den wensdi t© kennen hebben gegeven den Amenkaansohen zaakgelastigde te Konstan- tunopel en den Turksclien te Washington te ver vangen door gezanton, gelijk in rang als die dor Europecsche mogendheden. De Engelsdie bladen deelen mede dat lord Kitchener met een dag of veertien naar Egypte zal terogkeeren. Marchand en Baratier zijn van Kairo weder naar Fashoda vertrokken. 't Lang verwachte rapport van generaal Miles oyer de krijgstoerustingen in Noord-Anierika is eindelijk verschenen. Scherp laakt de generaal de wijze waarop troepen zijn gemobiliseerd voor den oorlog. Minister Alger en generaal Shafter moeten menige veer laten in het rapport. Aan een feestmaal to New-York heeft gene- laal Miles o. m, het volgende gezegd: „Do oor log heeft ons de gelegenheid gegeven onzo ver- pliehtingen aan heb moederland op prijs te stel len, door den krachtigen on herhaalden invloed dion Groot-Brittamiie heeft geoefend ton op zichte der handhaving van onzo beginselen en rechten." Provinciale Staten van Zuid-IIollaud. De commissie uit do Provinciale Staten heeft overeenkomstig do voorstellen van Gedep. ge adviseerd schandalen willen vermijden; dat zal je wel be grijpen," Enk haalde de schouders op. „Niet ten koste van Bubli, Hans." „Volstrekt niet, mijn waarde. Maar juffrouw Assmanu eu ik zijn hot op alle punten zoo vol komen eens, dat jo je gerost alle opwinding kimt besparen. Laat ons nu trouwens van iets anders, dringend noodzakelijks spreken," voeg de hij er .toen bij. „Jo bent ongetwijfeld hier heen gekomen om jo pupil mede t© deelen dat je door de rechtbank Leopold Assanann's nala tenschap, haar erfdeel dus, ter hand is gesteld, niet waar?" Hot was of plotseling een koude hand het gelaat van den landheer van Domau deed ver stijven. Hij neeg meer vormelijk dan vriend schappelijk het hoofd. „Inderdaad," zeide hij. „Die kennisgeving is wel niet noodzakelijk, maar ik beschouw die toch als een persoonlijke beleefdheid." „Natuurlijk, natuurlijk, beste vriend. Wij kunnen dus nu meteen eenige dringende zaken bespreken omtrent het geld," Wolfram zag den baron aan met een kaltnon, zelfs koeion blik. „Voor zoover ik weet, valt er niets te bespreken," antwoordde hij. „Het gekl is zeer goed belegd in hypotheken en kan blij ven waar het is." „Ovecr het geheel misschien, ofschoon ik ook dat kwalijk geloof. Hot kapitaal moet .in plaats van die armzalige vier percent er vijftig afwer pen Doch daarover later. Een betrekkelijk kleine som moet intu.ssdh.en dadelijk vlot wor den gemaakt." „Ik begrijp je niet, Hans." „Dan zal ik duidelijker spreken. Mijn schoon zuster heeft mij heb beheer van liaar geheels vermogen, het gebruik er van in mijn persoon lijk belang uitdrukkelijk verleend. Is het niet zoo, lieve Buth?" Het jonge meisje weende nog voortdurend. „Ja, Hans, neem alles maar. Ik geef het je im mers gaarne," „Zie je wel, Erik?" De landeigenaar haalde de schouders op. „Als juffrouw Assmann meerderjarig is gewor den, kan zij zelf beschikkingen maken, Hans, maar eerder niet. Dat behoorde je toch te we ten, zou ik denken." De baron verschoot van kleiu-. „Natuurlijk, weet ik dat. Maar mot advocaat Gobhardt is wel te praten; ik ben al bij hem geweest eu lieb hem reeds lialf bewerkt. Zoodoende komt het enkel en alleen op jou aan, Erik! en ik zou denken dab je je ouden vriend je hulp niet zult weigeren. Zesduizend thaler moet ik bobben, ik zeg je iik m o e ze liebben hot koste wat het wil." Erik bleef volmaakt kalm. „Het is niet heb juiste oogenblik om over dergelijke aangelegen heden te spreken," zeide hij met een poging om het gesprek af te leiden. „Waarheen gaat juf frouw Malton, als zij je huis verlaat, Hans?" „Dat weet ik niet. Maar zeg mij liever of jo er in toestemt, dadelijk zes duizend Uialer vlot te maken, Erik? Er hangt van de beantwoor ding dier vraag meer af dan jo je kunt voor- steEen." {Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 1