52"" jaargang.
2ondag 4 en Maandag 5 December 1898.
9799.
Berde Blad
Schetsen uit het Russisch
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
BINNENLAND.
Gemengd N i e uw s.
Abonnementsprijs voor Schiedam, pet kwartaal l f 0.90
n omliggende plaatsen, p. kwart. - 1,05
franco pet post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlijks nommerso.02
BUREAUBOTEBSTltAAT SO, Tclepltoon Ho. 133.
AuTORTBimEPWjB: tan 1-
grip van eono Courant.
Iedere gewono regel meor
Bij abonnement wordt korting verleend
■5 gewono tegels met inbe-
f 0.58
- 0.10
l)o Openbare School.
Ook te 's-Gravenhage is thans een quaestie
hangende tegen de openbare school.
De ^Residentiebode" bevat nl. een artikel,
door den hoofdredacteur, den heer J. W. van
Nispen tot Sevenaer, onderteekend, waarin
wordt beweerd dat schennis van de neutraliteit
op een openbare school te 's-Gravenhage is
geconstateerd. De feiten werden medegedeeld
udoor vier elkander niet verwante kinderen,
die hun mededeelitigen afzonderlijk hebben
gedaan in tegenwordigheid van hun ouders".
In drie van de vier gezinnen kreeg de hoofd
redacteur van sDe Residentiebode" toestemming,
desvertangd aan de betrokken autoriteit hun
namen te noemen, liet volgende is aan het
artikel ontleend
En wat zijn nu de feiten, welke wsj den
door ons bedoelden onderwijzer ten laste leggen
Zij zijn vierderlei.
De eerste drie worden, dunkt ons, het best
weergegeven in de onopgesmukte eri in haar
waarheidsliefde ademende taal, waarin een dei-
jongens voor ons heeft opgeschreven wat de
bedoelde onderwijzer voor de volle klasse ge
zegd heeft.
De andere knapen hadden ons eerst hetzelfde
verteld en bevestigden dit nogmaals, toen zij
hadden hooren voorlezen wat hun makker had
gezegd.
Doch laten wij onze jongen vriend aan het
woord
lo. Tets over Luther"
Luther was in het klooster gegaan. Luther
meende en zeidat er in het klooster dingen
gebeurden, die er niet te pas kwamen, ja zelfs
dingen die zeer gemeen waren. Daarom had
Lui her het klooster vei laten en besloten naar
Rome te gaan om zich daar aan den paus te
beklagen.
aDe Paus zei: dat hij dit wel wist, maai
er niets aan doen kon. Toen ging Luther naar
de Kardinalen om zich daar te beklagen. Maai
de Kardinalen hadden hel zoo druk met feesteu
te geven, dat zij zich daaraan niet konden
storen".
Vervolgens verhaalt de jongen, dat de Paus
Luther in den ban heelt gedaan en vervolgt
dan zijri relaas:
s Als dat gebeurde, dat mochten de
menschen niet met hen spreken, zij mochten
hen niet onder dak helpen, ja zelfs mochten
ze hen doodgooien.
jOp zekeren dag ging Luther naar de markt
doou
ARCADIUS PRESS.
Goud.
Ik woonde in een kleine Mexicaaaische hut.
Na het stadsleven, te hebben vaarwel gezegd,
zocht ik als Robinson Crusoe een eenzame piek
onzer wereld op, waar ik aan den arbeid toog.
Maar in mijn vrijen tijd, wanneer de hemel
holder was, begaf ik mij met het geweer over
den schouder naar d'e bergen en genoot met
volle teugen door naar den oceaan te staren, of
to luisteren naar de sprookjes der bergstroomp
jes. Des avonds, wanneer de hemel bewolkt
was en de regen klagend tikte op heb dak der
hut, speelde ik kaart met mijn oude huishoud
ster of droomde, alleen gezeten bij het vuur,
over rijkdom.
Ik wilde het leven genieten.
'Ik was mij bewust, dat ik belust was op
spel, dab ik millioenen noodig had om mijne
luimen bot te vieren. Ik bonijd.de de Califomi-
sehe gelukzoekers om het goud, dat goud, waar
voor zij familie, vrienden, ouders verloochenden.
Goud:, dat is het ware geluk
Geruchten over schatten, die in de bergen be
graven lagen, maakten mijn hoofd op holoud
was het woord dab immer over mijn lippen
drong.
Op een keer had ik mij in de borgen in den
"weg vergist.
Mijn hond 'Dsdiiep rende vroolijk vooruit,
do vogels hoog opjagend tot waar de berg-
sneeuw in nadenken verzonden, rood wordt be
schenen door cle stralen der ter ruste gaande
zon.
't Begon te schemeren, de wind verschool zich
met liet stuit papier bij zich. Daar legde hij
een groot vuur aan, waar hij dat stuk papier
in brand stak, en hij er bij zei dat hij geen
kind van de Kerk wou wezen, en besloot niet
langer te gehoorzamen aan den Paus.
»Luther werd gesteund, want verschillende
menschen zeiden dat bij gelijk had, Luther lmd
dan ook gelijk
2o. sOter de monniken in het kloester."
»Het land was oveial vol met kloosters,
meestal waren het menschen, die niet wouen
werken. De kloosters worden onderhouden dooi
de menschen.
»De monniken zeiden dan, dat er in den
bybei stond, dat zij ieder jaar het 10e part van
hun koren of van hun huisgoed moesten heb
ben. Dat geld werd bij elkaar gedaan en dat
was voor het klooster. De monniken leefden
als vroolijke Fransjes, ze alen en dronken
heerlijk, ze maakten lol en pleizier. Als er
iemand geld kwam brengen, dan was alles stil
als een muisje. Hoe grooter som hij bi acht,
des te vriendelijker waren zij. En als dan zoo
iemand weg was, dan begonnen zij opnieuw".
3o. «Iets over de aflaten."
sAflaten bestonden uit een stuk papier dat
gezegeld was en met den naam van den paus
voorzien. Daarmee rees een monnik de steden af
en verkocht ze dan voor geld. B.v.iemand
had een grooten haat aan een ander gezien en
wou dan zoo'n iemand opruimen. Dus dan kon
hij zoo'n stuk papier koopeu. Hoe grooter
moord hij dan ging doen, des te grooter som geld
moest hij dan betalen. En dan waren zijn
zonden vergeven,voordat hij de moord ging doen."
Toen het hoofd der school, waar dus onder
wezen werd, door een volwassene gewezen was
op het ergerlijke van hetgeen in de onderzijn
leiding staande school geleerd werd, kwam de
onderwijzer, die zich aan dit feit lmd schuldig
gemaakt, den volgenden dag Dinsdag 22 Nov.
1.1. voor de klas en hield een soort van
jammerklacht, dat er allerlei leeiijks uit de
school gepraat was. Hij voegde er echter aan
toe, dat, zoo hij thans iets had geleerd wat
voor de Katholieken Dstootend" was, hij even
goed, als dat bij de geschiedenis te pas kwam
ook voor andere gezindheden onaangename
zaken kou meedeelen.
Ons dunkt, dat met laatstgenoemde vei kla
ring bedoelde onderwijzers:
a. erkend heeft, dat hij zich aan iets onbeta
melijks heeft schuldig gemaakt;
b. getoond heeft, dat niet bij vergissing of in
een onbewaakt oogenblik gedaan te hebben,
maar van zins schijnt te wezen, op den ingesla
gen weg voort te gaan;
o. het bewijs heeft geleverd: èn van hetgeen
voor ons niet meer hoeft bewezen te worden,
in de bergen, de struiken lispelden geheimnis-
vol, en vredige witte wolkjes zweefden aan den
hemel.
Ik kwam op een zandige plek en koek om mij.
heen.
Aan de eene zijde lokte een groen dal, aan
de andere leidde een smal voetpad naar de
spits Daarheen te gaan was eenvoudig onrin-
mi'. Er bieef mij met anders over dan in de
bergen te overnachten. Zonder mij lang te bo
denken, hulde ik me in mijn mantel en legdo
me neer op den grond. Met de handen onder
het hoofd staarde ik ui de verte.
Dschiep bromde zacht, vlijde zich eindelijk te
gen mij aan en sliep oogenscliijnlijk in. 't vVerd
duister. 'tWas alsof schaduwen zich bewogen
en hoog-op zweefden in de lucht. De een of an
dere vogel selireeuwde boven mijn hoofd en ver
dween, al kleiner en kleiner wordend, tot hij
een stip geleek Ik kon niet slapen 't was
mij vreemd te moedo Fijne streepjes nevel
bedekten langzaam do hooge bergen.
Ik ben toch geen kind, dat ik bang bon voor
nevel1 sprak ik luide en begon, om mijn ge-
dachten af te leiden, een leid te zingen. Mijn
stem klonk heesdh en onaangenaam. De edlio
wearkaatste mijn lied nog slechter, zoodat ik
onwillekeurig zweeg.
Ik stond op.
Plotseling verscheen van achter den nevel-
muur iets donkers, dat meer en meer naderde.
Oplettend keek ik toe vóór mij stond een
matroos. Dschiep wierp zich met luid geblaf
op hem, doch keerde onmiddellijk terug en ver
school zich achter mij.
"VVie zijb gij, geestverschijningriep ik uit in
mijn angst.
Waarom stond gij op uit uw graf? Of zocht
go de ziel der matrozen, die verpletterd werden,
tegen de rotswanden. Of rijt gij gekomen om do
bijgeloovige Indianen te verschrikken, of de
dat nl. de neutrale school een onding is, én dat
hij zelf niet in dat onding tehuis behoort.
De school, waar de door ous genoemde
ernstige feiten zijn voorgevallen, is de openbare
lagere school aan den Noordwalhoofd der
school de heer W. de Vletter. De onderwijzer,
die zich aan dit vergrijp heeft schuldig ge
maakt, is de zoon van het schoolhoofd de heer
A. 0. de Vletter, geen pas geslaagd onderwijzer
maar een man, die de 30 jaar geruimen tijd
achter zich hebben moet.
De beweging, die thans weder tegen do open
bare school is ontstaan, wordt door de „Kerk.
CU" een tragische historie genoemd.
„In iederen levenskring, zegt het blad, zijn
de stillen m den lande do bosten. Wie kent hen
luet onder de onderwijzers, die in eenvoud en
met alle kracht zich geven aan hun beroep, en
waailijk heb Ciustendonr boven geloofsverdeeld
heid in woord en daad prediken dat het ideaal
was van een spoedig uitgestorven gesluohfc i 'Zij
gaan thans gebogen onder do noodlottige gevol
gen, die het doordrijven van eene afgetrolcken
neutraliteit heeft gehad. Immers met de ande
ren worden ook zij gevreesd en verhezen liet
vertrouwen.
„En waar gaan we verder heen' Want
een beweging als die zich onder de Nedorland-
sche joden openbaart, grijpt noodzakelijk om
zich, en brengt beroering in allerlei gemoederen,
die wellicht reeds begonnen onrustig te zijn.
„Zouden een verstandelijke opvatting van
den godsdienst en een overschatting van kerke
lijke vormen nog zooveel invloed hebben in Ne
derland, dat werkelijk de school voor allen een
droombeeld bleek' Of zoude nog weer een em-
otige religieusiteib en hoogo zedelijke zin zich
b mn bi eiceu onder alle onderwijzers en hun
nobel karakter, met Liefdevolle toewijding aan
onze kinderen gepaard, het geschokte vertrou
wen in hunne personen en werkzaamheid, en
daarmede m de volksschool, kunnen herstellen?"
Gemeentebibliotheken.
Mr. A. R. Zimmerman, secretaris der ge
meente Dordrecht, bepleitte onlangs in „De Ge
meentestem" de oprichting van gemeente-biblio
theken, ongeveer in den geest van de free libra
ry die in Engeland en Amerika zelfs in onaan
zienlijke plaatsen wordt aangetroffen. Yoor dit
denkbeeld werd in de „Dordtsclie Courant"
propaganda gemaakt en daarvan was hot ge
volg clat eene vergadering van 35 Dordtenaars
een maand geleden een commissie van voorbe
reiding benoemde, waarin zooveel mogelijk ver
schillende richtingen vertegenwoordigd waren.
Thans is aan het donkbeeld vaste vorm ge
geven. In eene door dr. A, W. van Geer voor-
mensclien te herinneren aan het leven hierna
maals. Wie zijt gij?
El tesorol sprak de matroos m 't Spaanseh,
met de hand naar de bergtoppen wijzend.
Goud! riep ik uit, en mijn vrees verdween
oogenblikkelijk.
Lieve verschijning, weet gij waar liet goud te
vinden is Wanneer gij het mij wilt geven, zal
ik mijn ganscho leven u gedachtig rijn 1
Wijs mij waar het verborgen ligt'
Ik viel op de knieën voor den geest, do han
den naar hem uitgestrekt.
Wat hebt gij met goud van noode? Wanneer
gij geniet het bovenaardsch geluk, wat nut u
dan aardsche rijkdom; wanneer uw ziel brandt
in het eeuwige vuur, zal niet het goud uw leed
verzachten! 'tls anders met den aardschen
mensch!
Geen vriendschap is hechter dan goud, geen
liefde inniger dan geld, geen deugden zijn rei
ner dan dit blinkend speelgoed, geen geluk voor
wien het goud een holle klank isHot heerscht
over de aarde, het geeft den gebrekkige schoon
heid. 'tls waar, het baart nijd en afgunst, doch
wordt zelfs door de grooten der aarde aangebe
den. De menschen houden van de zon, omdat
ze op goud gelijkt1 Het kind in de wieg strekt
de handjes uit naai- een blinkend stuk speel
goed, en vanaf cle grijze oudheid overleefde het
goud alle hartstochten! Geestverschijning,
schenk mij dit goud en ik zal mijn leven lang
bidden voor uw onsterfelijke ziel1
EL tesoro! herhaalde de geest en wees met
een snelle beweging naar den top van van den
berg. Ik sprong op, greep mijn houweel en
volgde hem. Wij bestegen zwijgend den berg.
'tWas zóó stil, dat ik mijn hart kon hooren
kloppen. Somwijlen raakte onder onze voeten
een steen los, die, in den afgrond stortend, de
zwaluwen verschrikt deed Opvliegen. Aan weers
kanten fonkelden lichtjes dat waren de oogen
gezeten vergadering zijn na zeer breedvoerige
discussies do statuten vastgesteld voor eenoVcr-
ceniging tot het oprichten en in stand houden
van eene openbare leeszaal en bibliotheek in
Dordtreclit.
Art. 1 luidt: „De vereeniging stelt zicli teil
doel mede tc werken aan do geestelijke ontwik
keling en ontspanning van do volwassen Bevol
king van Dordtrecht, zonder aanzien van go-
slacht, stand, staatkundige overtuiging of ge
loof." Overwogen zal worden of ook. do omstre
ken van Dordtrecht hierbij betrokken kunnen
worden.
Men melilt ons uit 's-Giavenhage:
De teraarilebestelling van het Stollelijk over
schot van mi-. Der Kinderen, oud-lid van den
Rand van Indie, /al niet, zouaL gitteien gemeld
i-, op Oud Eik en Duinen plaats hebben, mam-
op de Algemeeno begraafplaats.
Om twaalf uur verlaat de stoet Maandag n.«.
het steifliiiis.
MvETHEL EN SPALAND, 3 December. Gisteren
middag ongeveer L-xlf vijf was deze gemeente m
rep en roer. Do hier gelukkig zoo weinig bekende
brundsignaleu cn kreten deden zich hooren en het
geklop der dorpstorenklok, die zich natuurlijk nooit
anders dan op liooger gezag doot hooren, verkondigde
officieel dat het dorp in nood verkeerde.
In een oogenbhk was de spuit bespannen en naar
de richting Schiedam gevoerd, waarheen ook allo
burgers trokken want do molen van de heer C.
Bregmau stond lichte laaie.
De oorzaak, gemeenlijk onbekend, wns hier reeds
door don huilen wind dadelijk aan komen waaien,
„do as was heet geloopen."
Doch wat bleek toen alles on alies aan de plek
des onheils genaderd wns? dat cr geen brand
was doch toevallig misplaatst licht de valseho ver
onderstelling billijkte.
liet weder in November.
Aan hot maandelijksch overzicht van het we
der, medegedeeld, door het Kon. Ned. Met In
stituut, is het volgende ontleend:
Een diepe depressie, dio ten N. van Schot
land naderde, maakte op 2 November een einde
aan iiet fraaie weder en veroorzaakte een storm
mt hot WZW. Toen deze depressie Noordwaarts
afgetrokken was, bleef het weder eemge dagen
vuj goed, alleen 's morgens was liet mistig. Een
gebied van hooge drukking zetelde, in dien tijd
boven Midden-Europa. Op 22 November woei
ten govolgo eener depressie, die ten O. langs
Nederland tiok, een leiachtige NO.-hjke wind,
waarna een onregelmatige verdeehng der lueht-
dnildnng over Europa ontstond, bij welke op
23 November een depressie boven Ierland het
weder in Nederland beheerschte. Deze trok W,-
waarts en Meld tot 26 November bij den ingang
van wilde katten of dwaallichtjes. Dscliiep volg
de mij, den staart tusschen de pooteu. Hoelang
wij voortliepen weet ik niet, doch de tijd viol
mij eindeloos lang. Eindelijk bleef mijn geleider
staan aan den inham van een rots en bukte rioli
om iets van den grond op te nemen, hetgeen
hij daarna in de lucht wierp. Hoo groot was
mijn verbazing, toen eenige goudstukken aan
mijn voeten vielen
Hier moest rich do schat bevinden.
Ik sloeg met kracht heb houweel in den steen,
een groot stuk goud vloog er af. Ik wierp een
blik op den matroos. Hij stond daar kalm vóór
mij, met over de borst gekruiste armen, zijn
fonkelende oogen onafgebroken op mij geves
tigd.
Ik was mij zelf niet van geluk en begon met
woede in de rots te slaan. Met iederen slag van
liet houweel viel een stuk goud njiar beneden,
het lag rondom mij verstrooid als herfstblade
ren Maar ik sloog er geen acht op, de wilde
miin arbeid zelfs niet voor één seconde staken.
Urenlang hadden de sterren reeds aan den he
mel geschitterd; nog altoos gunde ik mij geen
rust, vermoeidheid voelde ik niet; ik schonk
geen aandacht aan de onheil verkondende echo.
Hoe meer goud ik rondom mij zag, hoe meer
ik wilde bezitten. Het goud verblindde mij.
Eindelijk maakte zidi een ontzettende mach
teloosheid van mij meester. Mijn armen vielen
slap neer langs mijn lichaam, de knieën knik
ten, 't begon alles voor mijn oogen te draaien.
Ik liet mij nederrinken op den grond en viel in
een diepen slaap
Toen ik ontwaakte, likte Dsdiiep mij liet ge
laat. De ochtend was lal en somher. Een grijze
nevel hing over 't gebergte. Ik lag op den top
der rots met bebloede handen en vóór mij lag
een hoop steenen.