No. 9947. $3"° Jaargang. Donderdag 1 Juni 1899. Eersle Blad. De familie Hilbers BUITENSLAND. Si H ïDAMi ClhIE C0UI1 111111". Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- on Feestdagen, Prijs per kwartaalVoor Schiedam en V 1 a a r ding e n 11. 1.23, Fianco ner post (1. 1.05. Prijs per week Voor S o h i e d a m en V1 a a r d i n g e n 10 cent. Afzonderlijke r.ummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau Koterstraat «8. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 31 Mei '99. Het revisie-proces. Het rapport. De raadsheer Boilot-Beaupré heeft giste ren voor een even kalm gehoor als den vo rken dag de lezing van zijn rapport voort gezet en geëindigd. Wij zullen weder de be langrijkste punten aanstippen uit dit flink doorwerkte rapport dat, waar zooveel ge daan is om de feiten bekend te maken, zoo woed als geen nieuwigheden bevat. Den eersten dag had Ballot-Beaupré over de argumenten dn. vóór de revisie van het vonnis spreken, behandeld nu ging hij de redenen na waarop de revisie bestreden wordt. Wat de overlegging der geheime stukken in raadkamer betreft, kan men zeggen dat de leden van den krijgsraad geen wetkenners waren en te goeder trouw liebben gedwaald; op het stuit „Ce canaille de D..." is Drey fus, blijkens kapitein Freystiitter's verkla ring, niet veroordeeld, en al erkent de rap porteur dat Henry en Esterhazy valsehheden hebben begaan, bet is niet bewezen dat er valselie getuigenis is afgelegd voor d'en krijgs raad. Dit alles geeft dus geen reden tot herzie ning van het vonnis. Immers, Dreyfus is veroordeeld op het borderel. Hu het valsche stuk-Heury en de houding van Du Paty de Clam. De tegenstanders der herziening kunnen zeggen dat daar Dreyfus' onschuld niet uit blijkt. Ten gunste van Du Paty's en Henry's goede trouw tijdens het proces in 1S94 is veel aan te voeren; en die argumenten spon de rapporteur breed uit, waarna hij op het geheime dossier en Drey fus' bekentenissen overging. E$n beklemmend oogeriblik. waarop velen angstig werden over de conclusie die Beau- pró aou nemen. Maar toen kwam de rapporteur op het feit dat alles beheerscht: het borderel. Het bestaathet moet. door iemand gemaakt zijn. Ha een door de aanwezigen in spanning doorgebrachte pauze begon Ballot-Beaupré de vraag te beantwoorden, door hem vóór de pauze geëntameerd „Moeten wij het vonnis easseoren Achtereenvolgens toonde hij aan dat noch de zgn. bekentenissen noch liet borderel noch het geheime dossier de revisie in dan weg staan. Zijns inziens moet uit juridisch oog punt het debat alleen loopen over het schrift en het papier van het borderel. Langdurige ontroering, die zich in onder drukte kreten uitte, wekte daarop Ballot- Beauprê's verklaring dat hij „na nauwgezet onderzoek de overtuiging had gekregen dat het borderel door Esterhazy is geschreven". Welke meening ook door Paul Meyer en Molinïer, van de Ecole des Cnartes, wordt gedeeld. De rapporteur bespreekt de brieven van Esterhazy's hand op gelijk papier als dat van DOOB E. VELY. 29) Er is op Willy Lohmann's gelaat plotse ling een ernstige, sombere uitdrukking geko men. „Kom, Laurette." Zij staat ophij helpt haar aan haar man tel; dan slaat hij den weg in, achterom, door het vertrek waar zich het buffet bevindt. „Schrijf het maar op," zegt hij, vriende- Kjk-nonchalant de boekhoudster toeknik kend. Dan zijn zij buiten op de met platte tegels bestrate binnenplaats. Hij trekt Lau- rette's ann door den zijnennog een paar schreden en zij zijn op straat. Zij spreken geen van beiden; hij voelt toch hoo haar handje beeft. Een paar rijtuiglantaarns schifc- ®|É)ren hun tegen §ky „Halt >èg Twee heeren treden hun in de opening der f; /breeds deur die naar de binnenplaats voert, tegemoet. Erits Lohmaun heeft dit „Halt!" geroepende ander die zijn hand! naar Lau rette uitsteekt, die haar een doodsbleek, ver schrikt gelaat toont, is Hendrik Hilbers; het schoolmeestertje uit Steinhausen. „Laurette Zij geeft een schreeuw; Willy vloekt. „Mijn zuster, mijnheer, mijn zuster!"sta melt Hendrik. „Meisje, waartoe heeft je lichtzinnigheid je Zij slaat beide handen voor hot gelaat en begint te snikken. Van woede of schaamte Zij weet het zelve niet, maar zij leunt te gen den muur. hot borderel, en verwerpt de lozing van gene raal Roget dat die achteraf zijn maakt. Dit i» dus voor den rapporteur het nieuwe feit. Ballot-Beaupré vond nog aanleiding er op te wijzen dat de- voorstanders der revisie met gelukkig zijn geweest in hun aanvallen op het leger en de rechterlijke maulit. Zij heb ben er toe bijgedragen een 011 verdragelijke s Lemming m het land op te wekken. Het le ger heeft bloot gestaan aan even onverdien- do als hartstochtelijke aanvallen. Het leger is mot m liet geding betrokken het staat boven alle getwist over deze ongelukkige zaïk. De eer van het leger etsclit dan ook niet dat een onschuldige op het Duivels eiland blijve. En nu volgde Ballot-Beaupré's conclusie „Ik vraag u niet, Dreyfus' onschuld uit te -pieken, maar" en nu klonk in de stem van den rapporteur al de ernst van het oogenblik „nut fin vaste overtuiging en een zeer levendig gevoel van plicht en ver antwoordelijkheid, zeg ik r is reden om de h e rz i e n i n g van het vonnis van '1894 te g e- lastenen Dreyfus te vei w ij z e n naar een K i ij g s r a a d, wiens t a a k het zal z ij n na v ol lei! i ge k e n n in neming der zaak vonnis te w ij- z o n. Het rapport werd met enkele bravo's en tcekenen van instemming begroet. Het requisitoir. Daarop kreeg de procureur-generaal Ma li au liet woord om requisitoir te nemen. Manau begon met zichzelf geluk te wen- senen dat hij ondanks de beleedigingen, waaraan hij had bloot gestaan, zonder zwak heid voort was gegaan met voor de waar heid te ririjden, die men weldra zal berei ken, nu de rapporteur in zijn conclusie over eenstemt met die van den procureur-gene raal tn v>an de strafkamer. Hij wierp van zich het verwijt dat hij vooringenomen was. Hii had in ieder geval slechts gesproken na c.n lange, ernstige studie van het dossier, terwijl de meeste van hen, die er zulk een onomstootelijke overtuiging op na houden, nooit het dossier gekend hebben en gewei gerd hebben het te leeren kennen. De procureur-generaal verklaarde hel le ger lief te hebben. Juist de belangen van het leger ging hij verdedigen want, zooals gene raal Zurlinden heeft gezegd in zijn verfcla- ringhet leger heeft er belang bij dat het bevrijd wordt van de verraders die het ont- eeren. Daai-op begon Manau de feiten na te gaan. Ook voor hem is 'het eenige, alles beheer- schende feithet borderel. En ook hij ging aantoonen dat het borderel niet van Drey fus. maar van Esterhazy is. Van Bertillon's schema verklaarde hij niets bcgrepeu te hebben, en het publiek toonde door een glimlach, dit zeer wel te kun nen plaatsen. De procureur-generaal eindig de met zijn verbazing uit te drukken over de bescherming die Esterhazy ondervonden had. Vandaag zet Manau zijn requisitoir voort. SI et proces Deroulède. In oen ander deel van het Paleis van Ju- „Wat heb jij je met me te bemoeien?" barst Willy tegen den ander uit. „Daar denk ik niet aan." zegt zijn broe der. „Vader legt je vertrek evenmin iets in den weg. Maar dit onervaren kind moesten wij tegen je oescheimen; dat was onze plicht." Op gedempten toon lieeft Hilbers intus- sehen zijn zuster toegesproken. Laurette Maakt een gil. Willy help me. Naar Stein hausen moet ik terug naar Steinhausen „Ik maak er je opmerkzaam op wat je op je verantwoording neemt, Wdly," zegt de ad vocaat. „Het meisje staat onder voogdij van haar broer. En daar je eigen aangelegenhe den zeer moeilijk zijn morgen doet vader de noodige stappen om verdere dwaasheden van je te beletten Willy knarsetandt van woede. „Dat heb ben jullie netjes gelapt heel netjes „Ik hoop," zegt Erits, „dat je in den vreemde tot nadenken zult komen ik zal or wel voor zorgen „Ik heb je niet noodig!" roept Willy uit. „Et word in Engeland concert zanger ik zal mijn weg wel vinden zonder jullie. Laurette „U zal haar niet aanrakenU zal niet met haai* spreken!" vliegt Hendrik op, ter wijl hij de uitgestrekte armen van het meisje tegen zijn borst drukt. „U is een gemeene kerel, een bedrieger, een verleidter'" Schouderophalend wendt Willy Lobmann zich af. „Je zult toch wel een goed woord overheb ben voor moeder," zegt Frits. „Zij zal vreese- lijk lijden." „Groet haar!" En zonder zijns broeders hand aan te raken, snelt de jonge man naar het rijtuig toe, rukt het portier open en stapt in dof slaat het portier toe en het rijtuig rolt weg. WH ainHimfl -tite ueul tl gel ijk het prove- tegm Dórou- lèdi en Ilabert voortgezet. Natuurlijk woon den de hoofdmannen der nationalisten en der anti-semieten de zittiug bij. In do pauze der zitung werd luw* de con clusie van Bailot-Beaupré's rapport bekend. Zij maakte grooten indruk op de aanwezige patriotten. Jules Lemaitre en Maurice Bar- res verklaarden heel naïef dn» revisionistische conclusie met to gelcoven. Het spreekt van zelf dat onmiddellijk beweerd werd dat Bal lot-Beaupré omgekocht was door do joden. Een anti-semiet noemde zelfs een cijfer, een heel respectabel cijfer: acht ion. wat een advocaat de leuke opmerking ontlokte ..Kijk, nu verwondert liet me niet meer dat hij zich een spiksphntermeuwen hermelij nen kraag heeft gepermitteerd voor deze zit ting". Maar laat dhs tot de zaak komen. Détoulède en Habert werden door hut pu bhek met gejuich begroet, maar nu*. Falla- teuf, de verdediger, verzocht stilte in Dérou- lède's belang. Déroulède verbeterde nu eenige mededee- lingen in de bladen over zijn verklaringen van den vangen dag Hij was nooit een aan hanger geweest van een erfelijke en levens lange regeering. Hij wilde geen dynastie, maar de republiek. Ook Habert rectificeerde enkele punten. Weer begon liet publiek te applaudissee- ïcn. maar cle voorzitter verzoriit stilte. Eerst werden nu een aantal officieren ge hoord die verhaalden wat er den 27sten Fe bruari in de kazerne Iieuilly was gebeurd. Daarop kwamen de getuigen der verdediging aan de beurt. Francois Coppée betuigde zijn bewonde ring vcor Deroulède, wiens naam voor hem gelijkluidend is inet „goed Fransehman''. Hij herinnerde aan Deroulède s gedrag m den oorlog en hij hoopte dat de jury liem de smart zou besparen „twee groote Fransche mannen" te zien veroordeden. Toen hij wegging maakte Coppée een bui ging voor de beide beklaagden. De afgevaardigde Laries en de generaals Hervé, Lannes en Ménard, hielden daarop lofredenen op Deroulède. Het publiek ap plaudisseerde; er waren er ook die ween den 11 Jules Lemaitre en Maurice Barrès staken eveneens Dérouiode's loftrompetde laatste viel president Loubet aan, maar de voorzit ter verbood dit. En toen kwam cle oud-raacL>heer Quesnay de Beaurepaire, met toejuichingen begroet. De voorzatter wees er hem, op, dat hij als oud-magistraat zou weten wat hij zeggen en zwijgen moest. Maar daar kwam Déroulède tegen op en verlangde dat d'e getuige alles zou zeggen aangaande Loubet. „De verkie zing van den President." aldlus Deroulède, „is de modderspat geweest die den beker heeft doen overloopen, en die mijn gedrag heeft bepaald. De Beaurepaire kwam nu terug op zijn ar tikel tegen Loubet op den morgen der ver kiezing. Hij had de regeering getart hem tc vervolgen om bewijzen voor zijn beschuldi gingen tegen Loubet te kunnen aanvoeren, maar men had niet gedurfd. Daaruit ont- Laurette wil zich op de grond! laten val len, maar Frits Lohmann houdt haar staan de. „Nu zal het 't boste zijn dat u uw zuster bij de familie Hilbers brengt om morgen met haar naar huis te vertrekken." Hij heeft medelijden met den armen, hul- peloozen man die op zijn telegram terstond met de sneltrein hierheen is gekomen. Hij zelf is doodmoe en zeer ontdaan van het af gespeelde tooneel, van het verlies van zijn broeder. Den volgenden morgen moet hij leeds vroeg ,een zaak behandelen, waarvoor hij al zijn kracht noodig heeft, maar toch zegt hij„Ik rijd met u mee naar de Augs- burgerstraat". Laurette wringt de handen. Zij zegt een paar maal dat zij zich uit het rijtuig wil wer pen, dat, zij niet naar Steinhausen terug kan, dat zij Willy lief heeft en hem wil volgen over de lieele wereld; dat niemand haar kan beletten hem weer te vinden. En dan wordt zij stil, en als Frits voor het huis, waar zij den portier wakker hebben gescheld, afscheid neemt van broeder en zuster, weent zij al leen maar zacht; zij schijnt vermoeid, ge broken, geheel terneergeslagen. „Zij is jong; zij zal leeren vergeten,"zegt Flits tot den onderwijzer, die hem duizend maal bedankt en den zegen des hemels en de voorbidding zijner overleden -ouders voor Gods troon over Frits afsmeekt. Anton Hilbers heeft in de Friedridhs- straat een vriend getroffen, met wien hij voor gemeenschappelijke rekening menige weddenschap onderneemt op de renbaan. Het duurt een geruimen tijd voordat hij bij Dres- sel terug is. Hij vindt het tafeltje waar hij Laurette en Willy heeft achtergelaten, door vier andere personen beaet. De kéllner kan hem niets anders zeggen dan dat zij wegge gaan zijn. Het gezicht dat hij bij die mede- Prijs der A j v p r t n t i n Van 17 regels 11. 0.00 iedere regel meer Piib tents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. A d v e r t o n t i n bij abonnement op \oordcelige voorwaarden. Turieven hier van zijn gratis aan liet Bureau to bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine ndrerientiën opgenomen tot den prijs van 10 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan hot Bureau te voldoen. Intcrc. Telefoon IVo. 123. leende hij het rciln te zeggen dat hij waar heid had gesproken. De getuige verdiepte zich toen 111 de Pa nama-zaak en kvv.un vervolgens op liet bou- langisme. door hem al-, rechter bestreden. Toen stonden Déroulède en Habert ak Bou- langer's partijgangers tegenover hem; toen hij. De Beaurepaure, zijn omMag nam om leger en justitie te kunnen verdedigen, had den zij hem het eerst hun hulde betuigd. Dat had hem dep getroffen. Natuurlijk Eindigde ook deze getuige met een toost op de twee beklaagden. Daarna werden nog Ménllou, Provost de Launay, Detaille en ïtocliefort gehoord. De zitting werd daarna opgeheven Bij Quesnay de Beaurepaire's getuigenis kan nog worden aangeteekend dat in rogee- ringskringen velen een vervolging van den oud-magistraat weiiselien wegens zijn voort durende beschuldigingen tegen president Loubet in verband met de Panama-zaak. Loubet zou er zelf echter niet 0111 geven. Slarchand's terugkeer. De kruiser DA s s a s, Marohand met zijn dapper troepje uit Abessynië naaa* het va derland terugbrengende, is gistermiddag te Toulon binnengeloopen. De gezondheidscommissie moest eerst aan boord komen, voordat de passagiers aa* wal mochten» Maar intusschen werd door de op de kade opeengepakte menigte aan Mar- chand een geestdriftige ovatie gebracht. Eindelijk werd de ontscheping toegestaan, cn nauwelijks was Marchand aan land, of de begroetingen en toespraken begonnen. Pastoureau, da maire van Toulon, verge leek hem met La Bourdounais, Duplex, La Pérouse en Lally-Tollendalueorges Berry heette hem welkom namens de groep Ka merleden voor de nationale verdediging, ge neraal Jacquet „namens alle patriotten" en d'Estournelles uit naam van Bretagne. Intusschen kwamen de afgevaardigden der ministeries van oorlog, marine en koloniën en de maritieme prefect hem verwelkomen uit naam der regeering. Toen ging het naar het Arsenaal, waar deputaties van officieren, ambtenaren, werklieden van het arsenaal, particulieren hem kwamen liuldigen. Vervolgens ontving do vice-admiraal La Jaille hem op de prefectuur van marine en werd Marchand's troepje Senegaleezen geïn specteerd. Voor het front van den troep hechtte de admiraal Marchand het komman- deurskruis van het Legioen van Eer op de borst. Marchand decoreerde op zijn beurt den vaandrig Dye met het ridderkruis. Toen naar het Stadhuis waar de gemeente Toulon recipieerde, en waar de nationalisten Berry, Jacquet en l'Estourbeillon den held toespraken. Daar nam Marchand. ook zelf het woord. Na zijn dank te hebben betuigd, zeide hij dat tweemaal op zijn tocht door Afrika zijn hart door angst was verteerd. Dc eerste maal was onder de muren van Fashoda, toen zij hoorden dat het vaderland benauwd werd door „een zaak waarover ik niet behoef te spreken". Toon hadden zij be grepen dat Frankrijk niet meer kon zijn de trotsche natie die het gedurende tien eeuwen deeling trekt, komo hem zelf uiterst verbaasd voor maar hij moet zich goed houdeu. „Zoo, zoo! Zijn ze al weg! Zoo!" zegt hij en laat zich zijn overjas geven. En nu staat hij Unter den Linden en denkt een oogen blik na. Hij heeft er geen fla.uw vermoeden van, waar die twee heen zijn. Ze hebben hem gewoon gefopt. Brutaal 1 Maar hij moet er toch over lachen. Zij zijn hem te slim af ge weest. Zulk jong volk! Hij heeft nog geen zin om naar huis te gaan en de jonge Lohmann zal wel zorgen dat Laurette thuis komt. Waar zou hij het jonge paartje dat hem kwijt wilde zijn, ook zoeken Berlijn is zoo groot 1 Een oogenblik is het of Hendrik Hilbers' gelaat met de eerlijke, vragende oogen voor hem oprijst, en hij meent de stem zijner vrouw te hooren. Ball 1 Hij kan toch niet op twee verliefde menschen passen 1 Wat moet hij nu met zijn onderbroken avond beginnen 1 Daar seliiet hem te binnen dat hij veel geld in rijn zak heeft en goede sigaren Willy Lohmann heeft wel een kleine straf verdiend; hij moet er inloopen en hij weet ook waai* zijn vriend Frie- drich Stezke heen is. Hij kent het cafe-chan- tant waar die heen ging. En hij fluit verge noegd een deuntje dat een d'er chanteuses voor een Hongaarsdi lied laat doorgaan. Hij laclit. Men most eiken toestand des levens zoo gunstig mogelijk opnemen; dat is de ware kunst van het leven. De morgenzon valt in de huiskamer der familie Hilbers. Zij zijn geen van allen tu bed geweest die daar zitten. Laurette zit in eengedoken in den boek der canapéhaar gesloten oogen en de lichte, regelmatige ademhaling bewijzen dat zij nu door ver moeidheid is overmand, nadat een zenuwtoe val allen met bezorgdheid heeft vervuld. Mevrouw Hilbers zit in haar leunstoel, v...- gewee-i, en zij voelden met bun tranen al hun dierbare hoop lum ontglippen, juiri toen zij bet hoog-te meenden te. mogen ho pt 11. „Maar dat alles is nu voorbij," ging Mar chand voort. „Laat ons er met meel* aan denken laat ons recht voor ons zien in de toekomst, nu rust en viede zijn weerge keerd De tv cede maal dat angst hun hart ver vulde, was toen zij van de Abessyniselie hoogt lakte de D'Assas aan do kust zagen liggen. Ondanks bun blijdschap om het va derland weer te zien, vroeger zij zich af in welken toestand zij het zouden terugvinden want zij hadden gehoord dat de natie tegen het leger was. Maar thans, te Toulon, was die vrees weg gevaagd. en met de menigte die hem begroet had, nep Marchand. „Leve Frankrijk! Le ve het leger' Leve de Republiek!" Zijn woorden werden met geestdriftige toejuichingen begroet. Op bevel der regeering is Marcliand, om betoogingen te vermijden, per extra-trein naar Parijs vertrokken om daar reeds van- moigen 0111 4 uur aan te komen. Gemengde mrededecllngen. De Fransche Senaat blijft weigeren twee milüoen op de begrooting te brengen voor verbeteering van de salarissen der brieven bestellers. Zij zond gisteren de begrooting naar de Kamer terug. Indien ook deze op haar stuk blijft staan, zou de regeering onverwyld een nieuw voor- loopig twaalfde aanvragen. De Spaansche ministerraad heeft de oor- logshegrooting en de troonrede goedgekeurd. Bij koninklijk besluit is maarschalk Mar tinez Campos tot voorzitter van den Senaat benoemd. De Italiaansche Kamer heeft Luigi Chi- naglia, den candidaat der regeering, met 223 stemmen tot voorzitter gekozen. Zanar- delli kreeg er *193, en 19 stemmen warden op andere candidaten of blanco uitgebracht. De uitslag werd met bijval begroet. President Kruger heeft aan den Volksraad verklaard dat hij bereid is alle voorstellen van Engeland onbevooroordeeld te overwegen, maar dat hij de onafhankelijkheid van Trans vaal tot het uiterste zal verdedigen. Het schijnt dat Duitschland Engeland zal steunen bij diens eischen tot hervorming van het kiesrecht ten gunste der Uitlanders, onder waarborging van de onafhankelijkheid der Republiek. Het Tsung-li-Yamen heeft besloten op kos ten van China te Peking een Russische school te vestigen ten behoeve van tolken en spoorwegbeambten, waar alleen de Rus sische taal zal geleerd worden door uit Rusland komende onderwijzers. houdt de handen gevouwennu en dan be wegen haar lippen. Zij is ongerust over haar man, die nog m 't geheel niet thuis is ge weest. Fransje is nog altijd berig Hendrik Hilbers gerust te stellenvan tijd tot tijd herhaalt hij „Wij hebben onheil gebracht over een vreedzaam huisgezin. Wat was het hier den eersten avond heerlijk gezellig. En wat is er van geworden wat is er van ge worden." In de aangrenzende 'kamer is Else's schaar al weer snerpend aan 'fc werk; zij moet ieder uur besteden. Hansje ruimt de kamer op, veegt den spiegel af, waaruit haar slaperig gezichtbaar vreemd aanziet, ein loopt naar het venster om dat te openen. „Een beetje frissche lucht zal ons allen goed doenEn dan ga. ik koffie zetten Ditmaal een goed kopje. Dat heeft men na dat alles wel noodig." „Meteen ook voor „hem" hij moet nu immers ieder oogenblik komen," zegt haar moeder. „Die arme man 1 Als er aan denk hoe hij radeloos door Berlijn loopt te zoe- ken 1 Dat zal hem wel doodmoe maken." Fransje glimlacht 'bitter. „Maak u maar niet bezorgd, moeder. Hij zal wel hier of daar uitrusten." Laurette heeft een vrij verward verhaal gedaan van het gebeurde bij Di*essel. „Als ilc er aan denk," fluistert de onder wijzer, „dat zonder het ingrijpen van dien flinken advocaat het arme, lichtzinnige kind nu al op weg zou zijn naar Engeland om haar ongeluk tegemoet te snellen." Hij wordt er beurtelings heet en koud van, en voortdu rend wischfc hij met zijn zakdoek zijn voor hoofd af. „Eu mij is de zorg voor het kind opgedragen door mijn stervende ouders en wat ben ik een slechte hoeder geweest. Ik zal het mijzelf mijn leven lang verwijten." (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1