No. 9971. I 53*" Jaargang. Donderdag 29 Juni 1899. Fortuna's Lieveling. I J I Bericlit. JACHT. KENNISGEVING. BUITENLAND. j SCHIEDAMSCHE COURA Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor S c h i e d a m en V1 a a r d i n g e n fl. 1.25 Franco per post fl. 4.65. Prijs per week: "Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau: Boterstraat 08. Prijs der Advertentiën: van 47 regels 90 cents; iedere regel meer 42'/2 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan bet Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde hleine advertentie** opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon Mo. 123. Zij, die met 1 Juli op de „Schiedam- Courant" Inteekenen, ontvangen de tot dien datum verschijnende num mers gratis. 9 De Burgemeester van Schiedam brengt ter openbare kennis dat de stemming ter vervulling der vacaturen in den gemeenteraad ontstaande, bij de periodieke aftreding van zeven leden, za! gehouden worden op Maandag 3 Juli a.s., van des voormiddags acht tot des namiddags vijf uur, en wel in kiesdistrict I, ter benoeming van twee leden, over de candidaten 0. A. "VAN DEVENTER. J. J. GABEL. A. GODSCHALK. M. L. HONNERLAGE GRETE. P, M. J. A. LAGER WEU. J. PLOOIJ Jz. J. H. VAN WESTENDORP J.Dz. kiesdistrict II, ter benoeming van drie leden, over de candidaten J. S. BOSMAN. A. GODSCHALK. M. KRANEN. W. VAN DER MOST Phz. J. PINSTER. 3. PLOOIJ Jz. M. J. VINCENT. J. H. VAN WESTENDORP J.Dz. kiesdistrict III, ter benoeming van twee Jeden, over de candidaten Dr. B. DE BRUIJN. A. VAN BUYSEN. A. GODSCHALK, C. KLEIN. J. PLOOIJ Jz. A. J. M. ZOETMULDER, dat tot de stemming niemand wordt toegela ten dan die volgens de kiezerslijst bevoegd is tol de keuze mede te werken en in het bezit is van de bij art, 55 der kieswet vermelde kaart, bevattende eene oproeping voor de stemming; dat aan een kiezer, die zijn kaart heeft ver loren, of wien geen kaart is toegezonden, op zijne aanvraag door of vanwege den buigemeester ter Gemeente-Secretarie eene kaart wordt uitge reikt, mits hij voldoende van zijn identiteit doe blijken dat art. 128 van het wetboek van strafrecht luidt: Hij die opzettelijk zich voor een ander uilgevende, aan eene krachtens wettelijk voor schrift'uitgeschreven verkiezing deelneemt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste ees jaaren dat voor hoofden of bestuurders van fabrieken of werkplaatsen, ter gemeente-secretarie, tegen betaling van 2Vs cent, verkrijgbaar zijn formu lieren ter invulling van de uren, waarop de personen, die onder hen arbeiden, gelegenheid kunnen vinden aan de stemming deel te nemen. Schi.edam, den 28sten Juni 4899. Do Burgemeester voornoemd, VERSTEEG. Een Fool&chc geschiedenis DOOS MARGARETE VON LOGA. 5) Sboinski had Constance Tama noemde haar familie haar in den afgeloopen win ter leeren, kennen op een bal dat Vera Ryl- sfc&gof. Hij werd bij den eersten blik op haar verliefd en week bijna den geheelen avond niet van haar zijde. Toon graaf Czarnin na het feest met de zijnen naar huis wilde rij den, bracht Sboinski de dames naar het rij tuig, om haar bij 't instappen behulpzaam te ®jn. Er was veel sneeuw gevallen dien tucht Constance die dunne satijnen schoen- tjes aan had, bleef in de huisdeur staan, keek radeloos naar het zachte, dikke sneeuwtapijt ,dat den grond dekte, en wist niet hoe zij er J?rer moest komen. De gravin beknorde haar ^t zij haar overschoenen thuis had gelaten zeïde dat Tania nu maar moest zien hoe het aanlegde om met droge voeten, het ®jttug te bereiken. Toen vloog Sboinski het huis binnen, haalde zijn manteljas en. spredd- ;£=i die als een looper uit over de sneeuw, btehend, maar zonder een woord te zeggen, hup het jonge meisje over dit droge pad, als of zij gewoon was op mantels te loopen; «naar toen. Sboinski haar in het rijtuig hielp, i voelde hij den. wannen druk van haar kleine j^tand, Dat drukje kon hij niet vergeten. De door Kuba spiegelglad geborstelde vos- J®n zij droegen weer het pronktuig met si* dlveren kroontjes liepen zoo snel als |deelden zij heb ongeduld van. hun meester, De Commissaris der Koningin in de Pio- vincie Zuid holland, Gezien het besluit van de GedeputeeideSiaten van den 49den Juni 1899, no. 48; uelet op art. 11 der wet van den 13den Juni 1857 («Staatsblad" no. 87) Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat bij voornoemd besluit door de Gedeputeerde Staten is bepaald, dat de afzonderlijke jachten op roalerivdd voor dit jaar zullen worden ge opend e; Maandag den 3islen Juli aanstaande. en dat mitsdien van dat tijdstip af de uitoefe ning der jachtbedrijven, vermeld in ait. 15, litt. d, en h, der wet op de jacht en visscberij is geoorloofd wordende tevens herinnerd aan de bepaling van art. 1 van het Reglement op de uitoefening eer jacht en visscherij in de/e Provmcie, krachtens welke die jachten niet anders mogen plaats hebUen dan op het water, langs de stranden, oevers van meeiers, rivieren en op moerassige landen. En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt, worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is alsmede in het if'io vinciaal blad" en in de «Nederlandsche Staats- couiant" worden geplaatst. 's Gravenhage, den 21sten Jurii 1899. ])e Commissaris der Koningin voornoemd, FOCK. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 28 Juni '99. Overal, waarheen men den blik wendt, zit onweer in de lucht. België, Frankrijk, Oos tenrijk, Spanje, Italië, alle landen vol poli tieke verwarring en dreigende conflicten; in Denemarken de groote oeoonomische strijd die naeer dan honderd duizend zielen treft; onrust in China; krijg op de Plnlippijnen, steeds dreigender en donkerder koppen aan den Zuid-AJrikaansclien hemel. Er hangt een bui over de wereld; waar zullen de eerste slagen vallen? In België soms Dat de toestand er hoogst gespannen is, valt niet te ontkennen. De re- geermg wil haar kiesreehtontwerp doorzetten on stoort zich sdtijnbaar niet aan de opge wondenheid van een groot deel der natie. De Kamerzitting van gisteren gaf een klein voorproefje van wat ons te wachten staat bij de behandeling der kieswet, waar voor gisteren niet 88 tegen 16 stemmen en 11 onthoudingen (nl. van de socialisten) werd aangewezen de ,5de Juli. De socialisten verklaarden zich onthouden te hebben omdat zij besloten hebben geen deel te nemen aan de behandeling der met wet en gerechtigheid strijdende kieswet. Journez verklaarde dat de socialisten tot al les m staat waren om de „bende boosdoeners die ons regeert," en die gereed is geweld te gebruiken, te weerstaan. „De regeering beeft," zei hij. „Reeds roept zij vreemde ba jonetten. Binnen enkele dagen zal het bloed wellicht vloeden." Ook Smeets en Demblon dreigden met re volutie, en Vanderveldb waarschuwde de re- geenng dat ook de soldaten kinderen des volks waren. Defnöt vergeleek de regeering met den hertog van Alva en protesteerde te gen de verdubbeling der wachten op de tribu- om zoo spoedig mogelijk op Dombrowo te zijn. In korten tijd waren zij bij den grooten, met een hek van groene latten afgesloten tuin van het landgoed aangekomen; de weg naar het woonhuis van den graaf voerde er langs. „Langzaam rijden, Kuba," gelastte Sboin ski, „ik '.val zien of er iemand' in den tuin is." Ja, er was iemand in den tuin. Onder de zware linde zat op een bruine houten bank een jong meisje, dat het rijtuig niet zag en niet hoorde, maar haar zakdoek tegen, haar oogen hield en bitter weende. Het was Con stance. Sboinski herkende haar aan haar lichtblond haar en haar slanke, elegante fi guur. „Halt, Kuba," zei hij halfluid, terwijl hij zich naar den koetsier overboog. Toen sprong hii uit het rijtuig. „Zoo, rijd nu nog een eindje verder en blijf dan waakten tot Mc kom." Laiirrzaa.ru reed Kuba vertXer tot aan een plaats in de heg, die in de schaduw van een groote kastanjeboom lag; daar- hield hij de paarden in en wachtte op zijn meester. Deze bezon zich niet lang, klom over het hok en zat spoedig op de bank naast het meisje dat hij lief liaid. „Waarom weent u, gravin?" vroeg hij zacht, nam haar hand en kuste die innig. Constance beefde hevig, liet haar zakdoek vallen en zag hein verbaasd aan. „U is het, mijnheer Sboinski. Hoo komt u hierheen?" „Over het hek," lachte hij. „Maar zeg mij nu, waarom u treurig is. Mijn hart bloedt als ik u zoo zie. Ik dacht dat u altijd vroolijk was." „In gezelschap, ja, daar ben ik vroolijk; als ik met bekenden babbel, muziek hoor, nen. De soldaten behoorden in de kazerne, met m dc Kamer. Toen deed zich een nieuw incident voor. Fléchefc woog, met welk recht aan personen die naar Kamerleden kwamen vragen, ge vraagd was of zij op last dier leden kwamen. De quaestor Visart noemde den toostand buitengewoon, wat met ramoer werd ontvan gen. Vanderveldc verweet de quaestoren dat zij den officier van justitie hadden geroepen om de zitting bij te wonen en stelde een mo tie voor, die het gedrag der quaestoren af keurde. De quaestor De Jonghe ontkende Vander- velde's bewering en verklaarde dat de quaes toren de maatregelen zullen nemen dra zij goed vinden, of 't de linkerzijde beviel of met. Nu ontstond er een geweldig rumoer. De géheelo linkerzijde sprak en sclmeeuwd© door een, sloeg mot vloeiboeken op de lessenaars, kortom ging zóó te keer dat de zitting om bij vieren werd geschorst. De socialisten rie pen toen „Leve de republiek 1" en hieven als één man de Marseillaise a„n. Tijden» de schorsing weigerden de leiders der linkerzijde met den voorzitter te onder handelen, en toen de zitting hervat werd, verklaarden Smeets en Vandervelde dat de beraadslagingen niet zouden kunnen voort gezet worden, als aan de minderheid geen voldoening werd gegeven. Ook de liberaal Lorand noemde De Jonghe's opvatting een uittarting. Het eind was dat Vandervelde zijn motie introk en verklaarde dat de socialisten de Kamer zouden belette.'; te beraadslagen. Toen ontstond een geweldig rumoer. De linkerzijde zong: „Weg met de kalot!" en de Marseillaise. Toen: „O, Van de npeereboom en op de bekende dreun dfer „Lampions" werd „Démission" (Aftreden) geschreeuwd toen De Jonghe zidh op de tribune vertoon de. Daartussclien door een helsch lawaai met lessenaars en vloeiboeken, sdhel gefluit- en nu en dan gejuich van rechts. Zelfs toen heb uur van sluiting was gekomen, hield het lar waai nog aan en eerst een kwartier over den tijd werd de zitting gesloten om morgen opnieuw te beginnen. Intusschen heeft het hoofdbestuur van de arbeiderspartij te Brussel vergaderd en met bijna algemeene stemmen besloten tot een aigemeene werkstaking te Brussel dlio, tege lijk beginnende met de behandeling van do kieswet, dus op 5 Juli, bestemd is de bewe ging tegen die wet te steunen. Ter vergadering werd de hoop uitgespro ken dat de provincie mee zal doen. Daar is wel kans op; in Charleroi is het reeds lang woelig, zóó zelfs dat de „garde ci- vique' op enkele plaatsen bij koninklijk be sluit onder de wapenen is geroepen. De liberalen raden den Koning tussdien- beide te komen en de kieswet in te trekken, nu hij het nog vrij kan doen. Uit de zitting der Frans olie Kamer moe ten wij nog enkele punten aanstippen. Dat Méline achter de schermen de geheele oppositie heeft geleid, is ze ker; maar dat deze intri-geerende oud-pre- mier kaal van de reis is gekomen, niet min der. Toen Goujon, zijn rechterhand, beproef de de samenstelling van heb ministerie bij motie te laten afkeuren, en de voorzitter op- dans, dan vergeet ik al 'liet onaangename, al he.t slechte. Maar zoodra ik met mijn tante en mijn nicht alleen bon, voel ik mij onge lukkig en verlaten." „Verlaten? Ongelukkig? Waarom dan vroeg hij. Zij ademde diep en streek met haar smal le, tengere hand over haar oogen. „Ach, ik heb niemand, niemand die van mij houdt. Pp de kostschool te Warschau was het an ders; daar had ik vriendinnen die mij lief hadden. Wij tooverden ons daar dikwijls onze toekomst voor den geest; een ieder stelde zich zijn. toekomst anders voor. Ik meende dat ik als een bonte vlinder door liet leven zou zweven van het eene genot naar het an dere vreugde, geluk, liefde zag ik van verre wenken Ach, heb is anders, geheel andfers gekomen." Zij keek op naar den heaned, waar over langzaam een wit wolkje trok,. „Toe, zeg mij alles," smeekte Sboinski. „In den vorigen herfst nam oom mij mee naar Dombrowo," ging het jonge meisje voort. „Dc werd negentien jaar en kon niet langer op kostschool blijven. Sinds dien tijd voel ik mij nameloos ongelukkig. Zooals mij moet het een vlinder te moede zijn, dien men het schitterende waas van de vleugels veegt." De tranen sprongen haar in de oogen. „Kijk. ik kniel voor u neer; verheel mij nu niets," vleide Sboinski. „Ik ben een waar vriend voor u; ik spring door het vuur als u het beveelt." „Dat zou u weinig baten." Een glimlach vloog over Tania.'s hef gelaat, ofschoon er nog tranen in haar oogen stenden. „Neen, helpen kan u mij nieterf u moest een middel weten tegen verbrand zijn door de zon. Dat is voor liet oogenblik mijn grootste leed. Kijk merkte dat die motie tegen den President der Republiek was gericht, bracht de linker zij een spontane ovatie aan Loubet en werd Méline zóó uitgejouwd, dat hij de zaal moest verlaten. Gisteren was de zitting weer zeer rumoe rig, doordat Déroulède de urgentie vroeg voor een voorstel tot herziening der grondwet, in den geest eener plebiscitaire republiek met afschaffing van den Senaat. Hij vroeg hoof delijke stemming en verwijzing van zijn voorstel naar de reeds benoemde lierzienings- commissie. De stemming werd door den voorzitter ge weigerdYivmni drong daar evenwel op aan. Hij verklaarde vóór afschaffing van den Se naat te zijntoch zou hij tegen de urgentie stemmen omdat liij tegen de heerschappij van de sabel was. (Applaus op de uiterste linkerzijde.) Déroulède betoogde dat het er op aan kwam de volkssouvereinitoit in te voeren. Drumout en Lazies konden niet aan. het woord komen. Er ontstond hevig rumoer; Déroulède werd uitgejouwd), en de zitting moest worden geschorst. liet eind was, dab do urgentie voor het voorstel-Déroulède, door de regeeriug bestre den, met 397 tegen 70 stemmen werd ver worpen. De Senaat had intusschen geweigerd een voorstel van Risseuil in overweging te ne men, om het ministerieele ambt onvereenig- baar te verklaren met het mandaat van sena- tor en afgevaardigde. Vandaag wil Millewoye minister Mïllerand interpelleeren hoe de regeering liet collccti- vistisch-revolutionaire program denkt uit te voeren. De „Soir" beweert dat de regeering Zater dag de Kamers willen verdagen. Esnige merkwaardige staaltjes van de stemming die bij een deel van het Fransclie officierscorps lieerscht, leveren brieven van generaal Cosseron de Villenoisy en luitenant Arnal. De laatste heeft zijn ontslag genomen en schrijft nu een ploertig briefje aan president Loubet, dat hij het leger verlaat omdat hij twee keer do schande heeft verduurd Loubet te moeten salueeren, nl. te Versailles na Lou- bet's verkiezing, en toen hij op wadht was aan het Elysée. Hij zegt dat „dó President der Republiek de gevangene is van den vij and diede grens heeft overschreden". Hij haat Loubet omdat deee Frankrijk veel kwaads heeft gedaan, en tart Loubet hem te vervolgen. Als getuigen heeft hij Dru- monfc en Quesnay de Beaurepaire Wat generaal Cosseron de Villenoisy be treft, deze beweert in het „Journal des Dé- bats" dat de Derde Republiek zal vallen als Karei X, Louis-Philippe en de Tweede Re publiek, omdat zij zich als deze door do reha bilitatie van Dreyfus kant tegen het gevoe len der natie. Aan de uitspraak van twee krijgsraden en van zes ministers van oorlog die Dreyfus schuldig hebben genoemd, mag niet getornd worden. 't Spreekt van zelf dat dit alles in het werk gesteld wordt om pressie uit te oefenen op de publieke opinie en den krijgsraad van Ren nes. Wanneer deze aan den arbei'd zal gaan, is nog even onzeker als de aankomst van ka pitein Dreyfus. De autoriteiten laten niets uit en schijnen zelfs de nieuwsgierigen zoo maar eens, hoe ik er uitziemijn teint is voor altijd weg." Zij wrong haar handen. „Ik zie niets," verklaarde Sboinski ver wonderd. „.Alleen een licht rozenrood ligt op uw voorhoofd en uw wangen." „Dat is juist het verbrande. Dl heb het al geprobeerd met zure melk en citroensap; onze huishoudster raadde mij dat aan, maar het hielp niet. Dat afschuwelijke rozenrood zal mij stellig nooit, nooit meer verlaten, en daar heeft niemand anders dan mijn nioht Mary na, die akelige Maryna met haar geel gezicht, schuld aan." „Maryna?" vroeg Sboinski verbaasd. „Zij alleen Ik heb niemand ter wereld wien ik alles kan zeggen; ik word verteerd van ergernis, als ik mijn hart niet eens ge heel kan uitstorten. Ik zal u dus alles vertel len. Wij reden gisteren naar de stad, tante, Maryna en ik, om inkoopen te doen. Maryna had haar parasol vergeten mede te nemen. Toen wij een eind gereden hadden, rukte zij mij de mijne uit de hand. Zij zei dat het er niet op aan kwam hoe een arm meisje dat toch zeker ongetrouwd zou blijven, er uitzag; zij daarentegen moest voor haar teint zor gen. Ik kreeg mijn parasol niet terug, of schoon ik mij zelfs zóó vernederde^ dat ik er om vroeg; maar ik wilde geen. verbrand ge laat krijgen. Was liet- niet gemeen dat zij mijn parasol hield?" Zij keek Sbodnsiki aan, die beslist ja knikte. „Neen, zij mocht mijn ploizier niet bederven in mijn blank gezicht. Ik heb immers bijna niets anders ter wereld. Ik droeg een matelot met een smallen rand, en zoo gebeurde het dac ik die leelijke verbrande plek opliep." „Het staat niet zoo kwaad, gravin. Een geacht als het uwe staat nu eenmaal alles veel mogelijk op dwaalsporen te willen lei den. Gisteren hadden de betrokken autoritei ten tc Brost het erg druk, wat natuurlijk in verband werd gebracht met Dreyfus' aan komst. 't Beste is maar af te wadi ten. Lang kan 't niet meer duren. Chamberlain beleeft pleizier van zijn rede voering to Birmingham. Ware 't niet dat zijn speech niets is dan een herhaling der sinds lang bakende deels onware, deels overdreven grieven tegen de Zuid-Afrikaansclie regeering, wij zouden er onze ruimte aan geven voor een eenigszins uitvoerig résumé. Maar 't is de oude, en steeds nieuwe, gesdïïledenis van de brave, vei drukte Uitlanders, de bevoorrechte Hol landers eu den. boppigen Kruger. Als lord) Ripon's kiesrecht in 1894 was aangenomen, dan zou er geen inval van Jameson zijn ge weest. En als nu Kruger maar toegaf aan de eischen van sir A. Milner, dan kon alles ver geven en vergoten worden. Maar nu O O Engeland wil alleen gerechtigheid en hoop te op de uitwerking van geduldige, zedelijke pressie. De „Echo" legt naast deze redevoering er oen van Chamberlain in 1881, waarin hij de annexatie van Transvaal een onoprechte domheid, onvereenigbaar met de eer dor En- gelsohe natie noemde. „Wat is er in dien tijd veranderd?" vraagt liet blad, en zijn antwoord luidt: de ontdekking der goudmij nen aan den Rand. Een seherpe en verdiende terechtwijzing, die steun vindt bij de ernstige critiek, door „Daily Chroniele" en „Westminster Gazette" op 's ministers rede uitgeoefend. Daarente gen hebben de imperialistische bladen na tuurlijk niets dan lof voor Chamberlain's jongste verklaringen. Of de Engelsche regeering werkelijk op oorlog aanstuurt, blijft nog twijfelachtig, 't Meest waarschijnlijk komt ons de meening der „Daily Chronicle" voor nat Chamberlain machtiging heeft gekregen om door een drei gende houding pressie uit te oefenen op Transvaal. En dat doet hij zóó handig, merkt het blad op, dat de oorlog tamelijk wel onvermijdelijk wordt. Van. dc andere zijde doet men diaarentegen, al wat men kan, om een botsing te vermij den. Het lid van den Uitvoerenden Raad van Oranje-Vrijstaat Fischer confereert sinds een paar dagen met den Uitvoerenden Raad te Pretoria. Officieel wordt er van deze bespre kingen niets gepubliceerd, maar de indruk is dat er gehandeld wordt over wijzigingen in de kieswetplannen, waardoor een seinkiking mogelijk zou zijn. Van de ook door ons ver melde wijziging in dien geest, dat de Uit landers na zes jaar het kiesrecht zouden krij gen, met terugwerkende kracht, is in offi- cieele kringen te Kaapstad niets bekend. Een petitie van 8000 joden aan dén Rand vraagt, blijkens bericht uit Kaapstad, aan de Engelsclie regeering gewetensvrijheid en stemrecht. Wat de naaste toekomst kan brengen, weet niemand. Da.t het bervel tot mobilisatie der Engelsohe vloot op 11 Juli onder deze omstandigheden de aandacht trekt, is begrij pelijk. Optimisten zeggen dat dit bevel al leen samenhangt met de jaiarlijksche vloot- goed, en in den winter gaat het lichte rood wel weer weg," troostte Sboinski. „Maar wat deed uw tante, toen Maryna. u uw parasol af nam „O, die hield zich onzijdig. Zij mengt zich er uit principe niet in, als haar dochter en ik tuzie hebben. Maryna is twaalf jaar ouder dan ik, eu zij schept er een zeer bijzonder ver maak in, haar eigenaardig paedagogisck ta lent op mij te beproeven. Zij verzint soms de gekste dingen om mijn karakter te verede len, zooals zij het noemt. Vooral heeft zij het op mijn ergste ondeugd, de „ijdelheid1" ver zien; mijn liefhebbende nicht heeft reeds van d© ongeloofelijkste energie blijk gegeven om mij die af te wennen. Ik dweep met ele gante schoentjes. Maryna commandeerde vandaag dat ik van nu aan alleen nog maar schoenen van onzen dorpsschoenmaker mag dragen. Het zijn vreeselijke producten die hij voortbrengt. U moet maar eens een blik slaan op zijn winkel, als u door ons dorp rijdtdaar staan de wenken zijner hand) zoo groot en massief als vlotschuiten. Een paar van die monsters zette Maryna te mijnen gebruike voor mijn. kamer neer, en con mij te dwingen ze te dragen, nam zij alle andere schoenen weg. Maar de witte balschoentjes die in de kast stonden, heeft ziji niet gevon den, en er bleef mij dus niets anders over dan die aan te trdkken." Tania lachte vroo lijk. „Kijk maar eens hoe komisch het staat." 'En rij strekte haar smalle, fijne voetjes uit, die in leerbruine kousen in lage, wit satijnen sclioen+jes staken. (Wordt vervolgd.) WiJT-V

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1