53"e Jaargang.
Dinsdag 11 Juli 1899.
No. 9981.
CIRCUSSLAVEN,
BUITENLAND.
SCHIEDAMSCHE COURANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
BureauBoterstraat 68.
r»liiiiii'iiVüiS
Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel
meer lfl'/a cents. Reclames 30 cents per regal. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschenen, worden
zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
latere. Telefoon Mo. 133.
Algemeen overzicht,
SCHIEDAM, 10 Juli '99.
De Duitselie bladen zijn ook zoo langza
merhand los gekomen over de Fransch-
Duitsche ontmoeting te Bergen, die daar
om van belang is, omdat èn door de Fran-
sclie regeering èn door den Duitsclien Kei
zer, het bezoek aan de Iphigénie is
voorbereid. Terwijl de liberale Duitsche
bladen dit nieuwe bewijs van toenadering
met groote voldoening begroeten, houden
de conservatieve organen zich nogal gere
serveerd. Zij laten er niet veel over uit,
maar zijn over 't geheel niet bijzonder in
genomen met een vriendschappelijke poli
tiek ten. opzichte van Frankrijk.
Ook in Rusland houdt men zich met deze
gebeurtenis bezig. De chauvinistische bla
den zijn ongerust; zij vreezen dat een toe
nadering tusschen Frankrijk en Duitsch-
land het Tweevoudig Verbond in gevaar
zal brengen. De „Köln. Ztg." stelt lien
evenwel gerust met de verzekering dat het
Drievoudig Verbond nooit anders dan een
defensief karakter heeft gehad, zoo goed als
het Tweevoudig Verbond, zoodat beide zeer
wel in vrede en vriendschap naast elkander
kunnen bestaan. Trouwens, de vredelieven
de gezindheid van den Duitsclien Keizer en
den Czaar staan daarvoor borg.
Ook de „Nieuwe Tijd'' bespreekt het be
zoek van keizer Wilhelm aan boord van het
Fransche oorlogsschip en de wisseling van
telegrammen tusschen. de beide staatshoof
den. Het blad vindt er aanleiding in, de
Fransche chauvinisten of te ra-den, zich in
ijdele protesten te verliezen, maar liever
zich in den nieuwen koers te schikken en
Frankrijk een politiek te doen aannemen
die strekt tot voordeel van heb land.
„Zeker een taak die moeilijk is," besluit
het blad, „en die veel tact vereischt, maar
die er hoogclijk toe bijdraagt de rust van
Europa te verzekeren tegen de verstorende
politiek van Engeland, en die den tegen
stand der vereenigde krachten van Europa
zou kunnen dwingen tot berusting."
Volgens de „Figaro" heeft de minister
president Waldeck-Rousseau, onmiddellijk
na het vertrouwensvotum der Kamer, den
prefect van politie een onderzoek opgedra
gen naar de opstootjes die tegen president
Loubet zijn gericht geweest, met name het
straatrumoer na diens verkiezing, de dolle
streek van Déroulède en de betooging te
Auteuil. De regeering wilde nl. weten of cr
werkelijk een complot heeft bestaan. De re
sultaten van het onderzoek zouden bijeen
zijn gebracht in een dossier, dat een onder
werp van bespreking zou hebben uitge
maakt in den ministerraadeen rechterlijk
ambtenaar zal weldra worden aangewezen
om deze zaak te instrueeren.
Volgens de .Temps" is dit zeer overdre
ven. Het blad heeft inlichtingen ingewon
nen, waaruit blijkt dat Waldeck-Rousseau,
onmiddellijk nadat hij aan 't bewind was
gekomen, zijn collega van justitie heeft ver
zocht de verschillende dossiers die op die
opstootjes^ betrekking hebben, op te vragen
en zich op de hoogte te stellen van de in
gestelde vervolgingen.
DOOK
AMYIE REAjDE.
Een vijandin.
Drie of vier weken waren voorbij gespoed
sinds Leila gered was van de Nab's Head
Rock. Voor haar was het een zeer gelukki
ge tijd geweest, want Castelli was haar da-
gelijksche begeleider geweest. Op de een of
andere wijze liad hij uitgevischt op welken
tijd zij gewoonlijk wandelde, en wanneer hij
maar kon, was hij naar Sandcliffe gekomen.
Onbewust groeide hun vriendschap aande
waardeering van elkanders gezelschap was
tot nu toe van zeer' kalmen aard geweest.
Zij had zich zoo eenzaam gevoeld, haar
eentonig leven zoo moede, dat zij hem had
leeren op prijs stellen als een aangenaam
metgezel. Het was zoo prettig iemand te
hebben die belang in haar stelde en plan
nen maakte om althans eenige uren van
haar eenzame dagen te veraangenamen.
Op zekeren morgen van Augustus was hij
op „Rubicon" over komen rijden met
«Athol en Whanks. Toen hij het strand van
Sandcliffe naderde, steeg hij af, riep zijn
hond en zond Whanks met de paarden
naar de dorpsherberg; toen wandelde hij
langs het strand naar de afgesproken
plaats. Zij was er vóór hem. Waarlijk, zij
was waardig, afgebeeld te worden door het
penseel van een gioot schilder, dacht hij,
toen hij naar haar toe kwam, zooals zij
daar zat in haar ruime japon van smette
loos wit, zonder eenige kleur dan een tuil
Maar met welk doel geschiedt dit dan
is de natuurlijke vraag die gesteld wordt.
Is het om te weten of aan de lawaaimakers
van Auteuil al dan niet gratie moet wor
den geschonken op den 14en Juli, den na-
tionalen gedenkdag?
De ministerraad schijnt zich met die ge
bruikelijke amnestie te hebben bezig ge
houden en de vraag hebben besproken
of ook de betoogers, met name baron Chris-
tiani, daarvan zullen profiteeren. President
Loubet is geneigd zijn aanvaller kwijtschel
ding van straf te schenken, maar de mi
nisterraad is niet ten onrechte van meening
dat de vijanden der regeering daarin slechts
een bewijs van zwakheid zouden zien.
-*
En zwak is de regeering niet. Plet straffen
van wie straf verdienen gaat voort. Thans
is bij besluit van den minister van koloniën
Deniel, de wreede gouverneur der strafin
richting op het Duivelseiland, vervangen
door Lafoncau. Wellicht staat dit ook in
verband met een enquête die de regeering
volgens sommigen wil instellen naar de
martelingen waaraan Dreyfus heeft bloot
gestaan; Lebon, Deniel en Mouttet, de
gouverneur van Guyana zouden zich te ver
antwoorden hebbenmisschien ook Guil-
lain, Lebon's opvolger als minister van oor
log.
Bovendien meent men dat nog verschil
lende in de zaak-Dreyfus gecompromitteer
de hoofd- of opperofficieren gestraft zullen
worden. Met name wordt genoemd majoor
Ravary, die op zoo eigenaardige wijze de
zaak-Esterhazy heeft geïnstrueerd.
Dab generaal Zurlinden eindelijk van het
gouverneurschap van Parijs is ontzet, wijt
de anti-Dreyfusgezinde „Liberté" aan den
socialistischen minister Millerand, die in
den ministerraad verzekerd heeft dat alleen
tot dezen prijs de socialisten en radicalen
het Kabinet zullen steunen.
Over de afzetting van Zurlinden wil De
Grandmaison, een van. Méline's aanhangers,
de regeering interpelleeren, zoodra de Ka
mer weer bijeenkomt. Hij heeft Waldeck-
Rousseau daarvan schriftelijk in kennis ge
steld.
Intusschen valt er weer van een koers
verandering melding te maken. Prins Henri
van Orleans, die tijdens het procc-s-Zola zoo
krachtig deelnam aan de huldiging van Es-
terhazy, schrijft er overtuigd van te zijn
dat de rechters te Rennes het volle licht
zullen eischen en alle getuigen hooren. Hij
hoopt dat de Franscben zich voor hun uit
spraak zullen buigen, en zich met elkander
zullen verzoenen opdat Frankrijk zijn roem
rijke rol van edele cn beschavende natie
herneme.
Neemt men kennis van de strijdmiddelen
die de anti-revisionisten er nog op na hou
den, dan is het uitzicht op die verzoening
nog altijd zeer zwak. De dood van den oud
gezant van Italië Ressmann, een onge
trouwd heer die te Parijs woonde, geeft b.v.
aanleiding tot het praatje dat Mathieu
Dreyfus en zijn vrienden Ressmann hebben
weten te bewegen hun voor Dreyfus com-
promitteerende papieren af te staan. Een
andere bewering is, dat het „ultra-geheime
dossier" gestolen is, natuurlijk ook door
Dreyfus en zijn vrienden.
roode rozen in haar gordel en haar breed
geranden hoed met de gouden lokken die
boven haar klassieke wenkbrauwen golfden.
Hij vond haar schooner dan ooit toen zij
hem te gemoet kwam met een blos op haar
van geluk stralend gelaat en een schitte
ring in. haar prachtige oogeu.
Hij kreeg zin om haar te kussen, maai
bij bedwong die begeerte.
„Goeden morgen, Leila." Hij lichtte zijn
hoed op en schonk haai- een van zijn inne
mende glimlachjes, toen hij haar met on
geveinsde bewondering aanzag. „Ik wilde
je niet laten wachten. Ik wenschte vandaag
een lang onderhoud met je te hebben. Wat
zou je er van zeggen als we den kant der
duinen opgingen? Beu je moe?"
„O neen," antwoordde zij vroolijkwant
was het vooruitzicht op een wandeling met
hem niet het eenige geluk in haar vreugde
loos leven? „Maar waar is Rubicon?" voeg
de zij er eensklaps bij. „Ben je met Athol
van Baybaven komen wandelen Wat is het
toch een lief beest. Ik houd zooveel van
hem."
„Werkelijk?" vroeg hij weer met een
glimlach. „Athol is geluking je liefde ge
wonnen te hebben, maar je ziet dat hij nu
aan het krabben vangen is en de eer niet
op zoo hoogen prijs stelt als het wel be
hoorde. Mijn knecht heeft Rubicon meege
nomen naar de herberg. Ilc wilde vrij zijn
vandaag. Intusschen krijgt hij een voer ha
ver voor de thuisreis."
Samen wandelden zij verder over het
glinsterende strand aan den voet der steile,
ruwe rotsen; hij hield haar hand vast, uit
vrees dat zij zou struikelen. Plotseling
bleef hij staan.
„Laat ons gaan zitten, Leila." Er was
Eindelijk wordt gezegd dat liet voorne
men bestaat om een strooman te zenden
naar elk der leden van den krijgsraad te
Rennes die, voorgevende uit naam van het
„syndicaat" te handelen, pogingen zou aan
wenden om de rechters om te koopen. Het
duivelachtige doel van dit plan zou zijn,
twijfel aan Dreyfus' onschuld in de harten
der rechters te zaaien.
Het blijkt dat de Uitvoerende Raad van
Transvaal de kiesreclithervorming verge
zeld wil doen gaan van zekere nadere bepa
lingen omtrent dc verkiezing van den
Staatspresident en den kommandant-gene-
raal, die tegenwoordig door de meerderheid
der Boeren worden gekozen.
Men gelooft dat de Volksraad ten deze
den eiscli zal stellen, dat deze beide ambte
naren moeten gekozen worden uit de oude
Boeien of hun afstammelingen.
Intusschen heeft de Volksraad dc voor
stellen der Regeering omtrent liet stem
recht verwezen naar een commissie van vijf
leden, om ze tot een wet uit te werken.
Terwijl Sclireiner, de eerste-minister dei-
Kaapkolonie, de Transvaalsche voorstellen
nu bevredigend aclit, noemt zijn ambtsvoor
ganger sir Gordon Springg ze onvoldoende
en van veel minder verre strekking dan de
voorstellen van sir Alfred Milner, vooral
daar zij geen betrekking hebben op het
stemrecht voor de verkiezing van een pre
sident en een kommandant-generaal der re
publiek.
Naar wien zullen Chamberlain en de En-
gelsche jingo's nu luisteren Wij vreezen
naar den laatstewij hopen naar den
eerste.
/- sy- /-v»
Gemengde Bededecllngen.
Zaterdai was het 100 jaar geleden dat
Georges III de vrijwilligers inspecteerde die
deel zouden nemer, aan den eersten coalitie-
oorlog. Ter herinnering daaraan heelt Zater
dagmiddag de prins van Wales, vergezeld
van de hertogen van Cambridge, York en
Connaught en grootvorst Michailowitch, in
St. James-Park 27000 vrijwilligers de revue
laten passeeren.
De Belgische staatsman Goblet d'Alviella
bepleit in de slnd. Beige" de invoering van
evenredige vertegenvvooidiging. Yan het
uninominale kiesrecht verwacht hij niets.
President Loubet gaat eerstdaags met
vacantie naar Rambouillet.
Bij het proces-Dreyfus zal er plaats zijn
voor 275 journalisten en 150 toeschouwers.
De weduwe Godard heeft nu haar geheele
huis te Rennes ter beschikking der familie
Dreyfus gesteld. Zij zelve neemt elders haar
intrek.
Chincholle van de dFigaro" vertelt dat de
Sfax ook een houten en een zinken dood
kist meevoerde, omdat de kommandant bevel
had Dreyfus dood of levend in Frankrijk te
brengen.
In de spionage-zaak Decrion zijn veroor
deeld: Decrion tot het maximum, t. \y. 5
jaar gevangenisstraf en 10 jaar verbod van
in Frankrijk te wonen, Le Rendu lot 2 en
iets ongewoons in den klank zijner stem, en
zij keek op in zijn gelaat. Toen zag rij hoe
ernstig het stond. Zij gingen zitten op een
platten, door het water afgeslepen steen, en
nu vertelde hij haar heel vriendelijk wie
hij was en welk beroep hij uitoefende. Zij
luisterde aandachtig, en hij zag tot zijn
blijdschap dat liaar glimlach niet verdween,
dat geen teleurstelling of afkeer liaar ge
laat overschaduwde. Toen hij ophield met
spreken, antwoordde zij
„Wat moet je knap zijn, om in het cir
cus te rijden. Ik ben er verscheiden malen
geweest, maai- niet sinds ik groot ben. Mag
ik naar Bayhaven komen en het circus daar
zien en al je paarden Dat zou ik heerlijk
vinden F' voegde zij er opgewonden bij.
„Dat kan wel eens gebeuren, Leila. Maar
je moet nog een poosje geduld hebben. Je
weet dat er geen trein is die je thuis kan
brengen. Het moet dus op een dag wezen
dat ik je naar huis kan rijden. Zou je dat
bevallen
„Ja," antwoordde zij rustig.
Zijn stem klonk haar als muziek in de
ooren, zoo vol, zoo zacht, en toch zoo flink
en krachtig.
„Leila," ging hij voort, „ik ben veel, heel
veel van je gaan houden, en je weet dat ik
aan een circus verbonden ben; zou je, dat
wetende, mij toch eenige genegenheid kun
nen schenken of zou mijn beroep mij van
die hoop berooven 5 Mijn gelieele toekomsti
ge geluk hangt van jo antwoord af. In de
maatschappij, dat weet ik, worden wij als
uitgestootenen beschouwd, maar dat neemt
niet weg dat wij harten hebben en kunnen
liefhebben, in spijt van arena en zand."
Hij hield op met spreken om te zien wel
ken indruk zijn woorden maakten, op zijn
5 jaar, Grouet tot 18 maanden gevangenis
straf alleen.
Een Fransch eskader beeft Vrijdag Corunna
bezocht. De burgemeester zeide in zijn toe
spraak liet te betreuren, dat de omstandig
heden van Spanje geen feestelijkheden ge
doogden.
In Spanje loopen weer geruchten van een
ministerieele crisis. Terwijl de minister van
oorlog legeruitbreiding wil, wensclit zijn
collega van financiën daarvoor geen geld toe
te slaan.
De enquête over de vernietiging van Cer-
vera's eskader vóór Santiago de Cuba wordt
niet voortgezet. Alleen Diaz Moreau, de
kommandant der Colon, en genei aai Pa
redes die zich tijdens het gevecht aan boord
van dat schip bevond, worden vervolgd.
De vijanden van ex-koning Milan van Servië
beweren dat de aanslag het werk is van een
agent provocateur, met het doel de radicale
paitij te vernietigen. Zeker is het dat alle
eenigszins beteekenende radicalen vervolgd
woiden- Zoo is zelfs de gezant te St.-Peters-
burg, generaal Sava Giuiisch, die vioeger
korten tijd de radicale partij leidde, terug
geroepen en uit het leger gestooten.
De oud-regent Ristitsch is opgegeven.
Van de moskee naar liet paleis terugkee-
rende, moet de Sultan Zaterdag zeer ver
schrikt zijn door een soldaat die uit het
gelid naar het rijtuig liep en onder den
kreet: seen lang leven voor den Padiscliah!"
een verzoekschrift in het rijtuig wierp. De
man werd natuurlijk meteen gepakt.
Men herinnert zich hoe den attache's van
het Spaansche gezantschap te "Washington,
die na het uitbreken van den oorlog tiaar
Canada waren gegaan, het verbly'f aldaar
werd ontzegd. Een gewezen Amerikaansch
spion beweert nu dat de Amerikaansche regee
ring liet Canadeesche gouvernement daartoe
heeft weten te bewegen door middel van een
brief die aan de attaché's ontstolen en daarna
vervalscbt was. Deze onthulling baart groot
opzien.
BsisajiamammaBs—massaamsssBaBBs^Bismaem
Yisscherskaven te Scheveningen.
Omtrent dit ontwerp openbaarde zich in
de afdcelingen der Eerste Kamer groot ver
schil van gevoelen.
Een aantal leden had daartegen ernstig
bezwaar; een aantal andere leden vereenig
de zich daarmede of berustte daarinnog
andere leden wenschten nadere inlichtingen
te ontvangen, alvorens 2ich tegen of vóór
deze voordracht te verklaren.
De tegenstanders betwijfelden of het
Rijksbelang bij dit subsidie voldoende be
trokken was. Mits het zeevisschcrsbedrijf
over het algemeen niet achteruitging, was
het overigens voor het Rijk onverschillig of
het aan den Maasoever, te IJmuiden, te
Katwijk, te Scheveningen of elders werd
uitgeoefend.
Voorts werden bezwaren geopperd uit
oocononiisch standpunt. Men achtte de ont
worpen haven maar half werk; zij komt
slechts aan ruim de helft der Schevening-
bekoorlijke metgezellin. Ilij toonde aller
minst de gejaagdheid van een vurige liefde.
Hij wachtte kalm en met de waardigheid
van een koning haar antwoord af.
Zij antwoordde niet dadelijk, maar haar
wangen kleurden zich vuurrood en zij speel
de voortdurend met een paar steentjes die
zij, toen hij sprak, had opgeraapt.
„Er steekt geen kwaad 111, niet waar, om
aan een circus verbonden te zijn?" vroeg
zij schalksch. „Ik zou er boven alles van
houden. Ik houd erg van paarden en rij
den, maar," en zij werd zeer verlegen, „ik
houd heel veel van jou."
Hij kuste haar toen zij dit zeide, en zij
bood geen weerstand.
„Kan je„ ik houd van je" ook verande
ren in „ik heb je lief," Leila?" vroeg hij.
„Dat is het wat ik zou willen weten."
„Ja," antwoordde zij, terwijl zij nog meer
verlegen werd, „maar
„Maar wat, lieveling?" vroeg hij, zijn
arm om haar midden slaande en haar dich
ter naar zich toe trekkend.
„Ik denk aan Tom," ging zij voort. „Ik
vertel Tom altijd alles. Je weet hoeveel ik
van hem houd," zeide zij eenvoudig.
Hij had die moeilijkheid voorzien en dus
zijn antwoord klaar.
„Denk je dat Tom niet blij zal zijn, wan
neer hij hoort dat je zeer fatsoenlijk ge
trouwd bent?" Zou je niet denken dat er
een groote zorg van hem afgewenteld zou
zijn, wanneer hij wist dat zijn zuster geluk
kig was? Leila, als hij hier was, zou hij je
raden den man dien je lief hebt, te trou
wen. Dat moest voldoende zijn om je ge
dragslijn te bepalen."
„Maar ik zou het hem toch liever vragen
voordat ik er toe besluit je liefde te beant-
sche bevolking ten goede, en het gebruik
van verouderd materiaal wordt er slechts
door verlengd.
Sommige leden hadden in elk geval aan
de toekenning van een Rijksbijdrage de
voorkeur gegeven boven de verplichting tot
onderhouden der buitenhaven, dat het Rijk
op zich neemt.
Ook uit liet oogpunt der defensie had
men tegen het wetsvoorstel bezwaar. Deze
leden achtten het defensiebelang zonder
een klein verdedigingswerk met zgn. omrit-
doofbaar vuur niet voldoende behartigd.
De verdediging door den minister van oor
log in de andere Kamer achtten eenige le
den uitermate zwak.
Liever dan voor dit palliatief werk 2
millioen te besteden, hadden vele loden (en
onder hen ook leden, die ten slotte er toe
overhelden hun stem aan het ontwerp to
geven) gezien, dat de Regeering ware ge
komen met een voorstel om een loggerha-
ven aan te leggen, en voor de 4 a 4i mil
lioen, die daarmede gemoeid zijn, een lee
ning aan te gaan, ten laste van de onmid
dellijk belanghebbenden en van de gemeen
te, de provincie en het Rijk.
De voorstanders betoogden allereerst, dat
de aanneming daarvan strookt met het
Rijksbelang. Een afdoende reden voor het
verleenen van rijkssteun was naar de mee
ning van enkelen gelegen in de omstandig
heid, dat de ongunstige toestand van het
strand te Scheveningen als een gevolg is te
beschouwen van de werken van rijkswege
aan den Hoek van Holland voor den Rot-
terdamschen Waterweg tot stand gebracht.
Omtrent de juistheid hiervan vroeg men
de meening der Regeering.
Een groot aantal leden achtte de betrek
kelijk kleine uitgaven van het Rijk voor
Scheveningen gevraagd, in verhouding pro
ductiever, dan de groote sommen voor het
Noordzeekauaal aangevraagd.
Dezerzijds werd gewezen op het groote
belang voor Scheveningen bij de haven en
van oeconomisch standpunt achtten de
voorstanders alles wel overwogen de Rijks
bijdrage van 5 ton volkomen gerechtvaar
digd. Ook uit sociaal en moreel oogpunt
verdedigden zij het wetsvoorstel.
Wat de bezwaren van militairen aard be
trof hadden deze leden vol vertrouwen in
den minister van oorlog on dezerzijds be
greep men trouwens niet, waarom bij deze
ondiepe haven zoo sterk op een kostbaar
verdedigingswerk werd aangedrongen.
Hoewel m beginsel instemmende, dat het
voor het Rijk voordeeliger ware een subsi
die uit te betalen dan zich te verbinden tot
het altijd onzekere bedrag van jaarl. ondcr-
houdkosten, achtten zij dit laatste toch in
het belang der defensie noodig.
Een derde groep leden wenschte nader te
worden ingelicht. Gevraagd werd o. in, of
omtrent het project de inspecteurs van den
Waterstaat en het college voor de zeevis-
scherijen gehoord zijn, en of hun oordeel
over het project der drie ingenieurs gun
stig is.
Een groot aantal leden drong ten sterk
ste aan op het overleggen van bestaande
adviezen van den betrokken inspecteur en
hoofd-inspecteur van den Waterstaat om
trent het ingediend havenplan.
Niet minder noodig achtten deze leden
woorden. Ik moet aan Tom schrijven; ja,
dat moet ik doen."
„Leila, liefste Leila, wil je dan niet mijn
vrouw worden en mij voor je laten zorgen
en je lief hebben Het zal nog tijdig genoeg
zijn, Tom en je vader er van in kennis te
stellen als wij man en vrouw zijn."
Zij schudde ernstig liaar hoofd.
„Dat is niet tijdig genoeg. Ik zou Tom
voor niets ter wereld willen bedriegen."
„Is dat je besluit?" vroeg hij scherp.
Zij merkte de verandering in zijn stem
wel op, maar zij hield haar besluit kloek
staande.
„Ja, dat is mijn vast besluit. Ik kan niets
doen, zonder Tom geraadpleegd te hebben."
„Dus jc wilt mijn geluk en het jouwe op
het spel zetten om de meening van een
jongen? Hij kan niet weten wat het beste
voor je is. Nog eens, liefste, wil je mijn
vrouw worden?"
„Als Tom „ja" zegt", antwoordde zij
vast besloten.
Hij wist dat zij te veel van hem hield om
zijn aanzoek lang te weerstaan. Hij moest
haar trouwen, voordat haar broeder of haar
vader ook maar het minste vermoeden had
den van wat er gaande was, anders, daar
van was hij overtuigd, zou zij nooit of nim
mer zijn vrouw worden. Hij moest de zaak
dus nu meteen diplomatiek aanpakken of
hij was alle kans kwijt.
„Dan stel je geen vertrouwen in me,"
antwoordde hij bitter, terwijl hij opstond.
„Als je mij lief liadt, zooals ik jou lief heb,
dan zou niemand ter wereld zich tusschen
ons stellen. Het doet mij vreeselijk ver
driet, Leila. Al mijn levensgeluk is weg."
(Wordt vervolgd