53"e Jaargang. Dinsdag 11 Juli 1899. No. 9981. CIRCUSSLAVEN, BUITENLAND. SCHIEDAMSCHE COURANT Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. BureauBoterstraat 68. r»liiiiii'iiVüiS Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel meer lfl'/a cents. Reclames 30 cents per regal. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschenen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. latere. Telefoon Mo. 133. Algemeen overzicht, SCHIEDAM, 10 Juli '99. De Duitselie bladen zijn ook zoo langza merhand los gekomen over de Fransch- Duitsche ontmoeting te Bergen, die daar om van belang is, omdat èn door de Fran- sclie regeering èn door den Duitsclien Kei zer, het bezoek aan de Iphigénie is voorbereid. Terwijl de liberale Duitsche bladen dit nieuwe bewijs van toenadering met groote voldoening begroeten, houden de conservatieve organen zich nogal gere serveerd. Zij laten er niet veel over uit, maar zijn over 't geheel niet bijzonder in genomen met een vriendschappelijke poli tiek ten. opzichte van Frankrijk. Ook in Rusland houdt men zich met deze gebeurtenis bezig. De chauvinistische bla den zijn ongerust; zij vreezen dat een toe nadering tusschen Frankrijk en Duitsch- land het Tweevoudig Verbond in gevaar zal brengen. De „Köln. Ztg." stelt lien evenwel gerust met de verzekering dat het Drievoudig Verbond nooit anders dan een defensief karakter heeft gehad, zoo goed als het Tweevoudig Verbond, zoodat beide zeer wel in vrede en vriendschap naast elkander kunnen bestaan. Trouwens, de vredelieven de gezindheid van den Duitsclien Keizer en den Czaar staan daarvoor borg. Ook de „Nieuwe Tijd'' bespreekt het be zoek van keizer Wilhelm aan boord van het Fransche oorlogsschip en de wisseling van telegrammen tusschen. de beide staatshoof den. Het blad vindt er aanleiding in, de Fransche chauvinisten of te ra-den, zich in ijdele protesten te verliezen, maar liever zich in den nieuwen koers te schikken en Frankrijk een politiek te doen aannemen die strekt tot voordeel van heb land. „Zeker een taak die moeilijk is," besluit het blad, „en die veel tact vereischt, maar die er hoogclijk toe bijdraagt de rust van Europa te verzekeren tegen de verstorende politiek van Engeland, en die den tegen stand der vereenigde krachten van Europa zou kunnen dwingen tot berusting." Volgens de „Figaro" heeft de minister president Waldeck-Rousseau, onmiddellijk na het vertrouwensvotum der Kamer, den prefect van politie een onderzoek opgedra gen naar de opstootjes die tegen president Loubet zijn gericht geweest, met name het straatrumoer na diens verkiezing, de dolle streek van Déroulède en de betooging te Auteuil. De regeering wilde nl. weten of cr werkelijk een complot heeft bestaan. De re sultaten van het onderzoek zouden bijeen zijn gebracht in een dossier, dat een onder werp van bespreking zou hebben uitge maakt in den ministerraadeen rechterlijk ambtenaar zal weldra worden aangewezen om deze zaak te instrueeren. Volgens de .Temps" is dit zeer overdre ven. Het blad heeft inlichtingen ingewon nen, waaruit blijkt dat Waldeck-Rousseau, onmiddellijk nadat hij aan 't bewind was gekomen, zijn collega van justitie heeft ver zocht de verschillende dossiers die op die opstootjes^ betrekking hebben, op te vragen en zich op de hoogte te stellen van de in gestelde vervolgingen. DOOK AMYIE REAjDE. Een vijandin. Drie of vier weken waren voorbij gespoed sinds Leila gered was van de Nab's Head Rock. Voor haar was het een zeer gelukki ge tijd geweest, want Castelli was haar da- gelijksche begeleider geweest. Op de een of andere wijze liad hij uitgevischt op welken tijd zij gewoonlijk wandelde, en wanneer hij maar kon, was hij naar Sandcliffe gekomen. Onbewust groeide hun vriendschap aande waardeering van elkanders gezelschap was tot nu toe van zeer' kalmen aard geweest. Zij had zich zoo eenzaam gevoeld, haar eentonig leven zoo moede, dat zij hem had leeren op prijs stellen als een aangenaam metgezel. Het was zoo prettig iemand te hebben die belang in haar stelde en plan nen maakte om althans eenige uren van haar eenzame dagen te veraangenamen. Op zekeren morgen van Augustus was hij op „Rubicon" over komen rijden met «Athol en Whanks. Toen hij het strand van Sandcliffe naderde, steeg hij af, riep zijn hond en zond Whanks met de paarden naar de dorpsherberg; toen wandelde hij langs het strand naar de afgesproken plaats. Zij was er vóór hem. Waarlijk, zij was waardig, afgebeeld te worden door het penseel van een gioot schilder, dacht hij, toen hij naar haar toe kwam, zooals zij daar zat in haar ruime japon van smette loos wit, zonder eenige kleur dan een tuil Maar met welk doel geschiedt dit dan is de natuurlijke vraag die gesteld wordt. Is het om te weten of aan de lawaaimakers van Auteuil al dan niet gratie moet wor den geschonken op den 14en Juli, den na- tionalen gedenkdag? De ministerraad schijnt zich met die ge bruikelijke amnestie te hebben bezig ge houden en de vraag hebben besproken of ook de betoogers, met name baron Chris- tiani, daarvan zullen profiteeren. President Loubet is geneigd zijn aanvaller kwijtschel ding van straf te schenken, maar de mi nisterraad is niet ten onrechte van meening dat de vijanden der regeering daarin slechts een bewijs van zwakheid zouden zien. -* En zwak is de regeering niet. Plet straffen van wie straf verdienen gaat voort. Thans is bij besluit van den minister van koloniën Deniel, de wreede gouverneur der strafin richting op het Duivelseiland, vervangen door Lafoncau. Wellicht staat dit ook in verband met een enquête die de regeering volgens sommigen wil instellen naar de martelingen waaraan Dreyfus heeft bloot gestaan; Lebon, Deniel en Mouttet, de gouverneur van Guyana zouden zich te ver antwoorden hebbenmisschien ook Guil- lain, Lebon's opvolger als minister van oor log. Bovendien meent men dat nog verschil lende in de zaak-Dreyfus gecompromitteer de hoofd- of opperofficieren gestraft zullen worden. Met name wordt genoemd majoor Ravary, die op zoo eigenaardige wijze de zaak-Esterhazy heeft geïnstrueerd. Dab generaal Zurlinden eindelijk van het gouverneurschap van Parijs is ontzet, wijt de anti-Dreyfusgezinde „Liberté" aan den socialistischen minister Millerand, die in den ministerraad verzekerd heeft dat alleen tot dezen prijs de socialisten en radicalen het Kabinet zullen steunen. Over de afzetting van Zurlinden wil De Grandmaison, een van. Méline's aanhangers, de regeering interpelleeren, zoodra de Ka mer weer bijeenkomt. Hij heeft Waldeck- Rousseau daarvan schriftelijk in kennis ge steld. Intusschen valt er weer van een koers verandering melding te maken. Prins Henri van Orleans, die tijdens het procc-s-Zola zoo krachtig deelnam aan de huldiging van Es- terhazy, schrijft er overtuigd van te zijn dat de rechters te Rennes het volle licht zullen eischen en alle getuigen hooren. Hij hoopt dat de Franscben zich voor hun uit spraak zullen buigen, en zich met elkander zullen verzoenen opdat Frankrijk zijn roem rijke rol van edele cn beschavende natie herneme. Neemt men kennis van de strijdmiddelen die de anti-revisionisten er nog op na hou den, dan is het uitzicht op die verzoening nog altijd zeer zwak. De dood van den oud gezant van Italië Ressmann, een onge trouwd heer die te Parijs woonde, geeft b.v. aanleiding tot het praatje dat Mathieu Dreyfus en zijn vrienden Ressmann hebben weten te bewegen hun voor Dreyfus com- promitteerende papieren af te staan. Een andere bewering is, dat het „ultra-geheime dossier" gestolen is, natuurlijk ook door Dreyfus en zijn vrienden. roode rozen in haar gordel en haar breed geranden hoed met de gouden lokken die boven haar klassieke wenkbrauwen golfden. Hij vond haar schooner dan ooit toen zij hem te gemoet kwam met een blos op haar van geluk stralend gelaat en een schitte ring in. haar prachtige oogeu. Hij kreeg zin om haar te kussen, maai bij bedwong die begeerte. „Goeden morgen, Leila." Hij lichtte zijn hoed op en schonk haai- een van zijn inne mende glimlachjes, toen hij haar met on geveinsde bewondering aanzag. „Ik wilde je niet laten wachten. Ik wenschte vandaag een lang onderhoud met je te hebben. Wat zou je er van zeggen als we den kant der duinen opgingen? Beu je moe?" „O neen," antwoordde zij vroolijkwant was het vooruitzicht op een wandeling met hem niet het eenige geluk in haar vreugde loos leven? „Maar waar is Rubicon?" voeg de zij er eensklaps bij. „Ben je met Athol van Baybaven komen wandelen Wat is het toch een lief beest. Ik houd zooveel van hem." „Werkelijk?" vroeg hij weer met een glimlach. „Athol is geluking je liefde ge wonnen te hebben, maar je ziet dat hij nu aan het krabben vangen is en de eer niet op zoo hoogen prijs stelt als het wel be hoorde. Mijn knecht heeft Rubicon meege nomen naar de herberg. Ilc wilde vrij zijn vandaag. Intusschen krijgt hij een voer ha ver voor de thuisreis." Samen wandelden zij verder over het glinsterende strand aan den voet der steile, ruwe rotsen; hij hield haar hand vast, uit vrees dat zij zou struikelen. Plotseling bleef hij staan. „Laat ons gaan zitten, Leila." Er was Eindelijk wordt gezegd dat liet voorne men bestaat om een strooman te zenden naar elk der leden van den krijgsraad te Rennes die, voorgevende uit naam van het „syndicaat" te handelen, pogingen zou aan wenden om de rechters om te koopen. Het duivelachtige doel van dit plan zou zijn, twijfel aan Dreyfus' onschuld in de harten der rechters te zaaien. Het blijkt dat de Uitvoerende Raad van Transvaal de kiesreclithervorming verge zeld wil doen gaan van zekere nadere bepa lingen omtrent dc verkiezing van den Staatspresident en den kommandant-gene- raal, die tegenwoordig door de meerderheid der Boeren worden gekozen. Men gelooft dat de Volksraad ten deze den eiscli zal stellen, dat deze beide ambte naren moeten gekozen worden uit de oude Boeien of hun afstammelingen. Intusschen heeft de Volksraad dc voor stellen der Regeering omtrent liet stem recht verwezen naar een commissie van vijf leden, om ze tot een wet uit te werken. Terwijl Sclireiner, de eerste-minister dei- Kaapkolonie, de Transvaalsche voorstellen nu bevredigend aclit, noemt zijn ambtsvoor ganger sir Gordon Springg ze onvoldoende en van veel minder verre strekking dan de voorstellen van sir Alfred Milner, vooral daar zij geen betrekking hebben op het stemrecht voor de verkiezing van een pre sident en een kommandant-generaal der re publiek. Naar wien zullen Chamberlain en de En- gelsche jingo's nu luisteren Wij vreezen naar den laatstewij hopen naar den eerste. /- sy- /-v» Gemengde Bededecllngen. Zaterdai was het 100 jaar geleden dat Georges III de vrijwilligers inspecteerde die deel zouden nemer, aan den eersten coalitie- oorlog. Ter herinnering daaraan heelt Zater dagmiddag de prins van Wales, vergezeld van de hertogen van Cambridge, York en Connaught en grootvorst Michailowitch, in St. James-Park 27000 vrijwilligers de revue laten passeeren. De Belgische staatsman Goblet d'Alviella bepleit in de slnd. Beige" de invoering van evenredige vertegenvvooidiging. Yan het uninominale kiesrecht verwacht hij niets. President Loubet gaat eerstdaags met vacantie naar Rambouillet. Bij het proces-Dreyfus zal er plaats zijn voor 275 journalisten en 150 toeschouwers. De weduwe Godard heeft nu haar geheele huis te Rennes ter beschikking der familie Dreyfus gesteld. Zij zelve neemt elders haar intrek. Chincholle van de dFigaro" vertelt dat de Sfax ook een houten en een zinken dood kist meevoerde, omdat de kommandant bevel had Dreyfus dood of levend in Frankrijk te brengen. In de spionage-zaak Decrion zijn veroor deeld: Decrion tot het maximum, t. \y. 5 jaar gevangenisstraf en 10 jaar verbod van in Frankrijk te wonen, Le Rendu lot 2 en iets ongewoons in den klank zijner stem, en zij keek op in zijn gelaat. Toen zag rij hoe ernstig het stond. Zij gingen zitten op een platten, door het water afgeslepen steen, en nu vertelde hij haar heel vriendelijk wie hij was en welk beroep hij uitoefende. Zij luisterde aandachtig, en hij zag tot zijn blijdschap dat liaar glimlach niet verdween, dat geen teleurstelling of afkeer liaar ge laat overschaduwde. Toen hij ophield met spreken, antwoordde zij „Wat moet je knap zijn, om in het cir cus te rijden. Ik ben er verscheiden malen geweest, maai- niet sinds ik groot ben. Mag ik naar Bayhaven komen en het circus daar zien en al je paarden Dat zou ik heerlijk vinden F' voegde zij er opgewonden bij. „Dat kan wel eens gebeuren, Leila. Maar je moet nog een poosje geduld hebben. Je weet dat er geen trein is die je thuis kan brengen. Het moet dus op een dag wezen dat ik je naar huis kan rijden. Zou je dat bevallen „Ja," antwoordde zij rustig. Zijn stem klonk haar als muziek in de ooren, zoo vol, zoo zacht, en toch zoo flink en krachtig. „Leila," ging hij voort, „ik ben veel, heel veel van je gaan houden, en je weet dat ik aan een circus verbonden ben; zou je, dat wetende, mij toch eenige genegenheid kun nen schenken of zou mijn beroep mij van die hoop berooven 5 Mijn gelieele toekomsti ge geluk hangt van jo antwoord af. In de maatschappij, dat weet ik, worden wij als uitgestootenen beschouwd, maar dat neemt niet weg dat wij harten hebben en kunnen liefhebben, in spijt van arena en zand." Hij hield op met spreken om te zien wel ken indruk zijn woorden maakten, op zijn 5 jaar, Grouet tot 18 maanden gevangenis straf alleen. Een Fransch eskader beeft Vrijdag Corunna bezocht. De burgemeester zeide in zijn toe spraak liet te betreuren, dat de omstandig heden van Spanje geen feestelijkheden ge doogden. In Spanje loopen weer geruchten van een ministerieele crisis. Terwijl de minister van oorlog legeruitbreiding wil, wensclit zijn collega van financiën daarvoor geen geld toe te slaan. De enquête over de vernietiging van Cer- vera's eskader vóór Santiago de Cuba wordt niet voortgezet. Alleen Diaz Moreau, de kommandant der Colon, en genei aai Pa redes die zich tijdens het gevecht aan boord van dat schip bevond, worden vervolgd. De vijanden van ex-koning Milan van Servië beweren dat de aanslag het werk is van een agent provocateur, met het doel de radicale paitij te vernietigen. Zeker is het dat alle eenigszins beteekenende radicalen vervolgd woiden- Zoo is zelfs de gezant te St.-Peters- burg, generaal Sava Giuiisch, die vioeger korten tijd de radicale partij leidde, terug geroepen en uit het leger gestooten. De oud-regent Ristitsch is opgegeven. Van de moskee naar liet paleis terugkee- rende, moet de Sultan Zaterdag zeer ver schrikt zijn door een soldaat die uit het gelid naar het rijtuig liep en onder den kreet: seen lang leven voor den Padiscliah!" een verzoekschrift in het rijtuig wierp. De man werd natuurlijk meteen gepakt. Men herinnert zich hoe den attache's van het Spaansche gezantschap te "Washington, die na het uitbreken van den oorlog tiaar Canada waren gegaan, het verbly'f aldaar werd ontzegd. Een gewezen Amerikaansch spion beweert nu dat de Amerikaansche regee ring liet Canadeesche gouvernement daartoe heeft weten te bewegen door middel van een brief die aan de attaché's ontstolen en daarna vervalscbt was. Deze onthulling baart groot opzien. BsisajiamammaBs—massaamsssBaBBs^Bismaem Yisscherskaven te Scheveningen. Omtrent dit ontwerp openbaarde zich in de afdcelingen der Eerste Kamer groot ver schil van gevoelen. Een aantal leden had daartegen ernstig bezwaar; een aantal andere leden vereenig de zich daarmede of berustte daarinnog andere leden wenschten nadere inlichtingen te ontvangen, alvorens 2ich tegen of vóór deze voordracht te verklaren. De tegenstanders betwijfelden of het Rijksbelang bij dit subsidie voldoende be trokken was. Mits het zeevisschcrsbedrijf over het algemeen niet achteruitging, was het overigens voor het Rijk onverschillig of het aan den Maasoever, te IJmuiden, te Katwijk, te Scheveningen of elders werd uitgeoefend. Voorts werden bezwaren geopperd uit oocononiisch standpunt. Men achtte de ont worpen haven maar half werk; zij komt slechts aan ruim de helft der Schevening- bekoorlijke metgezellin. Ilij toonde aller minst de gejaagdheid van een vurige liefde. Hij wachtte kalm en met de waardigheid van een koning haar antwoord af. Zij antwoordde niet dadelijk, maar haar wangen kleurden zich vuurrood en zij speel de voortdurend met een paar steentjes die zij, toen hij sprak, had opgeraapt. „Er steekt geen kwaad 111, niet waar, om aan een circus verbonden te zijn?" vroeg zij schalksch. „Ik zou er boven alles van houden. Ik houd erg van paarden en rij den, maar," en zij werd zeer verlegen, „ik houd heel veel van jou." Hij kuste haar toen zij dit zeide, en zij bood geen weerstand. „Kan je„ ik houd van je" ook verande ren in „ik heb je lief," Leila?" vroeg hij. „Dat is het wat ik zou willen weten." „Ja," antwoordde zij, terwijl zij nog meer verlegen werd, „maar „Maar wat, lieveling?" vroeg hij, zijn arm om haar midden slaande en haar dich ter naar zich toe trekkend. „Ik denk aan Tom," ging zij voort. „Ik vertel Tom altijd alles. Je weet hoeveel ik van hem houd," zeide zij eenvoudig. Hij had die moeilijkheid voorzien en dus zijn antwoord klaar. „Denk je dat Tom niet blij zal zijn, wan neer hij hoort dat je zeer fatsoenlijk ge trouwd bent?" Zou je niet denken dat er een groote zorg van hem afgewenteld zou zijn, wanneer hij wist dat zijn zuster geluk kig was? Leila, als hij hier was, zou hij je raden den man dien je lief hebt, te trou wen. Dat moest voldoende zijn om je ge dragslijn te bepalen." „Maar ik zou het hem toch liever vragen voordat ik er toe besluit je liefde te beant- sche bevolking ten goede, en het gebruik van verouderd materiaal wordt er slechts door verlengd. Sommige leden hadden in elk geval aan de toekenning van een Rijksbijdrage de voorkeur gegeven boven de verplichting tot onderhouden der buitenhaven, dat het Rijk op zich neemt. Ook uit liet oogpunt der defensie had men tegen het wetsvoorstel bezwaar. Deze leden achtten het defensiebelang zonder een klein verdedigingswerk met zgn. omrit- doofbaar vuur niet voldoende behartigd. De verdediging door den minister van oor log in de andere Kamer achtten eenige le den uitermate zwak. Liever dan voor dit palliatief werk 2 millioen te besteden, hadden vele loden (en onder hen ook leden, die ten slotte er toe overhelden hun stem aan het ontwerp to geven) gezien, dat de Regeering ware ge komen met een voorstel om een loggerha- ven aan te leggen, en voor de 4 a 4i mil lioen, die daarmede gemoeid zijn, een lee ning aan te gaan, ten laste van de onmid dellijk belanghebbenden en van de gemeen te, de provincie en het Rijk. De voorstanders betoogden allereerst, dat de aanneming daarvan strookt met het Rijksbelang. Een afdoende reden voor het verleenen van rijkssteun was naar de mee ning van enkelen gelegen in de omstandig heid, dat de ongunstige toestand van het strand te Scheveningen als een gevolg is te beschouwen van de werken van rijkswege aan den Hoek van Holland voor den Rot- terdamschen Waterweg tot stand gebracht. Omtrent de juistheid hiervan vroeg men de meening der Regeering. Een groot aantal leden achtte de betrek kelijk kleine uitgaven van het Rijk voor Scheveningen gevraagd, in verhouding pro ductiever, dan de groote sommen voor het Noordzeekauaal aangevraagd. Dezerzijds werd gewezen op het groote belang voor Scheveningen bij de haven en van oeconomisch standpunt achtten de voorstanders alles wel overwogen de Rijks bijdrage van 5 ton volkomen gerechtvaar digd. Ook uit sociaal en moreel oogpunt verdedigden zij het wetsvoorstel. Wat de bezwaren van militairen aard be trof hadden deze leden vol vertrouwen in den minister van oorlog on dezerzijds be greep men trouwens niet, waarom bij deze ondiepe haven zoo sterk op een kostbaar verdedigingswerk werd aangedrongen. Hoewel m beginsel instemmende, dat het voor het Rijk voordeeliger ware een subsi die uit te betalen dan zich te verbinden tot het altijd onzekere bedrag van jaarl. ondcr- houdkosten, achtten zij dit laatste toch in het belang der defensie noodig. Een derde groep leden wenschte nader te worden ingelicht. Gevraagd werd o. in, of omtrent het project de inspecteurs van den Waterstaat en het college voor de zeevis- scherijen gehoord zijn, en of hun oordeel over het project der drie ingenieurs gun stig is. Een groot aantal leden drong ten sterk ste aan op het overleggen van bestaande adviezen van den betrokken inspecteur en hoofd-inspecteur van den Waterstaat om trent het ingediend havenplan. Niet minder noodig achtten deze leden woorden. Ik moet aan Tom schrijven; ja, dat moet ik doen." „Leila, liefste Leila, wil je dan niet mijn vrouw worden en mij voor je laten zorgen en je lief hebben Het zal nog tijdig genoeg zijn, Tom en je vader er van in kennis te stellen als wij man en vrouw zijn." Zij schudde ernstig liaar hoofd. „Dat is niet tijdig genoeg. Ik zou Tom voor niets ter wereld willen bedriegen." „Is dat je besluit?" vroeg hij scherp. Zij merkte de verandering in zijn stem wel op, maar zij hield haar besluit kloek staande. „Ja, dat is mijn vast besluit. Ik kan niets doen, zonder Tom geraadpleegd te hebben." „Dus jc wilt mijn geluk en het jouwe op het spel zetten om de meening van een jongen? Hij kan niet weten wat het beste voor je is. Nog eens, liefste, wil je mijn vrouw worden?" „Als Tom „ja" zegt", antwoordde zij vast besloten. Hij wist dat zij te veel van hem hield om zijn aanzoek lang te weerstaan. Hij moest haar trouwen, voordat haar broeder of haar vader ook maar het minste vermoeden had den van wat er gaande was, anders, daar van was hij overtuigd, zou zij nooit of nim mer zijn vrouw worden. Hij moest de zaak dus nu meteen diplomatiek aanpakken of hij was alle kans kwijt. „Dan stel je geen vertrouwen in me," antwoordde hij bitter, terwijl hij opstond. „Als je mij lief liadt, zooals ik jou lief heb, dan zou niemand ter wereld zich tusschen ons stellen. Het doet mij vreeselijk ver driet, Leila. Al mijn levensgeluk is weg." (Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1