wit 53"e Jaargang. Vrijdag 21 Juli 1899. No. 9990. Eerste Blad CIRCUSSLAVEN, Kennisgeving. BUITENLAND. SCHIEDAMSCHE COURANT Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. BureauBoterstraat OS. Prijs der Advertentiën: van 1—7 regels 90 cents; iedere regel meer 12% cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde fdeint* advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon No, 133. Inrichtingen welke gevaar, schade oé hinder kunnen veroorzaken. Bdkgemeester en Wethouders van Schiedam, Gezien het verzoek lo. van J LANDHEER, om vergunning tot oprichting van een Itofficmalerij met gas- hrachtmachine van ltyi paardenkracht, in het pami aan de Blauwesteeg no. 11, kadaster sectie B no, 920—921. 2o. van de firma 11. M. KARIS te Rotterdam, om verguunmng tot oprichting alhier van een stoom chocoladefabriek in het pand aan den Buitenhavenweg no. 90, kadaster sectie L no. 1701 Geiet op de bepalingen der Hinderwet Doen te weten dat voormelde verzoeken met de bijlagen op de secretarie der gemeente zijn ter visie gelegd dat op Donderdag den 3n Augustus a e., des middags ten 12 ure, ten raa 'huize gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren togen het toe staan van die verzoeken m te brengen en die mondeling of schriftelijk tce te lichten en dat gedurende drie dagen, vóór het tijdstip hierboven genoemd, op de sectetarie der gemeente, van de schrifturen, die ter zake mochten zijn ingekomen, kennis kan worden genomen. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 20sten Juli 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, VERNÈDE. Algemeen overzicht, SCHIEDAM, 20 Juli '99. De Belgische minister-president is Dins dagmiddag langen tijd ten paleize geweest. Waarover koning Leopold en Vandenpeere- boom het hebben gehad, weet men niet ze ker. Sommigen zeggen over de wet tot be strijding der speelwoede, die door de Ka mer is aangenomen, met eenige gunstige uitzonderingsbepalingen voor Ostende en Spa evenwel. De Senaat beeft die bepalin gen geschrapt en de wet naar de Kamer teruggezonden. Nog altijd w«cnt deze veel besproken, en werkelijk zeer dringende ma terie, op een krachtige regeling, die vol gens het beweren van de socialisten door den Koning wordt tegengehouden. Deze wil dat de uitzonderingsbepalingen voor Osten de en Spa gehandhaafd blijven. Dat ook de kiesrechthervorming ter spra ke is gekomen, lijdt wel geen twijfel, en ingewijden beweren dat de Koning den mi nister heeft aanbevolen, de hervorming van het kiesrecht uit te stellen. Dit zal trou- DOOR AMYIE BEAD®. Luister eens. Zij is weggegaan, en ik verbied je, haar naam tegen mij uit te spre ken een meisje dat wegloopt en met een man trouwt die niet beter is dan een stal knecht en die misschien niet eens met haar trouwt, wat er wel meer op zal lijken," riep hij driftig uit. „De vervloekte moeder steekt in het kinddezelfde valschheid, de zelfde ondankbaarheid, dezelfde booze harts tochten heeft ze, en toch vraag je mij haar op te sporen, haar, de dochter der zondige, verwenschte moeder een vrouw die niet beter is dan de eerste de beste straatmeid." „Stil, stil, Gurney. Zij was je vrouw," zei de dokter zacht. „Vrouw!" siste hij. „Een vrouw zonder eer, een vrouw zonder schaamte, een vrouw die in haar verderf is geloopen. Laat haar ondergaan, zooals zij verdient, en het meisje ook. Zij zal haar ellendig, eerloos bestaan alleen voortsleepen. Zij die den buit heb ben, mogen dien houden; ik doe er voor al tijd afstand van. Zij verdient haar lot, die dochter van een gevloekte moeder. Ik zal haar verlies nooit betreuren. En nu deden wij beter voor goed van dit onderwerp af te stappen. Het gaat u niets aan, en als ik dingen doe die u niet bevallen, wees dan zoo goed er over te zwijgen." „Zeer goed," antwoordde de dokter stijf. „Maar de dag zal komen, mijnheer Gurney, waarop u berouw zal hebben over uw be sluit." KOok dat is mijn zaak." 1 wens onvermijdelijk blijken, want voor geen der stelsels die thans m de commissie van XV een punt van onderzoek uitmaken, zal een meerderheid in de Kamer te vinden zijn, ofschoon de regeering daarop blijk baar nog hoop heeft. De commissie van XV hield gisteren haar tweede vergadering. Allereerst werd, als antwoord op de haar gestelde vragen, door de regeering de verklaring afgelegd dat zij nog in deze zitting het kiesrecht dacht af te doen. Welk stelsel door haar werd aan vaard, zei de regeering niet. Besloten werd nu alle ontwerpen in hun geheel te bespreken. Allereerst werd het voorstel der liberaal- socialistische minderheid om een referen dum te houden, met 10 tegen 5 stemmen verworpen. Daarop kwamen de andere ont werpen aan de orde, maar niemand deed een mond open. Eerst nadat Vandervelde krachtig de houding der meerderheid had gegceseld, die het er blijkbaar op toelei, dat bij gebrek aan beter een barer voorstellen werd aangenomen, nadat die der minder heid waren geketst, kwamen de tongen los. Woeste meende dat geen verklaring der verschillende ontwerpen noodig was, maar de linkerzijde vreesde dat achter zijn voor stel een valstrik verborgen lag, nl. de ver deeling der districten. Dit ontkende Woes te echter nadrukkelijk. Theodor bestreed daarop krachtig het uninominale kiesrecht, terwijl zich een hef tig debat ontspon tusschen Woeste en De Trooz, die den eerste verweet nu een kies recht voor te stellen dat hij vroeger bestre den had. Woeste had het van alle zijden hard te verantwoorden als de bewerker der kiesrechtcrisis. Tot een resultaat kwam men niet. Maar dit is zeker: voor Woeste's voorstel zal geen meerderheid te vinden zijn. Meer kans heeft de evenredige vertegenwoordiging. Op de vraag van Woeste of hij dacht de E. V. er door te krijgen, antwoordde Theodor met vertrouwen„Zeker". Woeste zelf twijfelt aan zijn zaakhij verklaarde zich te willen tevreden stellen met het binominaal kies recht en de splitsing van het ééne district Brussel. Een der gevolgen van de zaak-Dreyfus is wel dat er een verandering van partij- groepeering is gekomen. Voor een deel is dat proces nog bezig; maar reeds heeft de groep-Méline zich totaal naar rechts ge wend en staat nu tegenover het meer voor uitstrevende deel der progressisten. De socialisten zijn nog verdeeld, meer •^elfs dan vóór het minister-Waldeck-Rous- seau, maar het is zeer waarschijnlijk dat de strijd over het ministerschap van Mille- rand de aanleiding zal zijn tot hechtere aan eensluiting van het grootste deel der partij. Mag een socialist zitting nemen in een bourgeois ministerie 1 Moeten de socialisten altijd staan tegenover de burgerlijke par tijen die den klassenstrijd niet aanvaarden, of is samenwerking mogelijk, wanneer er is één gemeenschappelijk doelde handha ving van het recht? De nationale raad der Fransche Arbei derspartij wil die vraag doen uitmaken, door een algemeen Fransch socialisten-congres. De twee mannen reisden samen huis waarts, onderweg nauwelijks een woord iot elkaar richtend. Toen zij aan het kleine dorpsstation waren aangekomen, reikte de dokter Charles Gurney zijn hand. „Goeden avond, mijnheer. Ik geloof dat wij elkaar maar niet meer moeten ontmt e- ten, tenzij u mij laat roepen omdat u me dische hulp noodig heeft." „Zooals u wil," antwoordde Charles Gui- ney kortaf, terwijl hij zich omdraaide zon der de aangeboden band aan te nemen. „Wat is hij een bitter, hard man," zei de dokter bij zich zelf toen hij naar huis ging. „Geen gevoel voor die hij moest lief heb ben, .geen hart. Wreed, dat is hij, ongevoe lig en wreed. Ik heb hem niets meer te zeg gen. Ik wou dat ik het meisje nooit had ge zien. Maar misschien is zij per saldo geluic- kiger nu zij niet meer bij haar onnatuur lijke n vader is. Ik hoop dat zij het is." Hij was blij toen hij weer thuis was. En terwijl hij aan de thee zat met zijn vrouw en zijn speelsch en dartel dochtertje, liep Charles Gurney zijn kleine kamer op cn neer. De trotsche, toornige uitdrukking van zijn gelaat was verdwenen en had plaats ge maakt voor een trek van smart. Nu geen vreemde blikken hem konden gadeslaan, gaf de anders zoo sterke man zich over aan gewaarwordingen die hij smis lang vernietigd waande. Het gedrag zijner dochter had in bijzondere mate zachtere ge dachten over zijn vrouw in hem wakker ge roepen. En terwijl hij onrustig heen en weer liep sprak hij hardop: „Niemand kan een gebroken en verbrij zeld hart heelen en ik had haar zoo innig lief. De hemel heeft mij verdoemd. Van al len die ik liefhad, ben ik gescheiden. Allen hebben mij verlaten. Eerst is mijn vrouw Zoowel voor de partij als voor de binnen- landsche politiek, een belangrijke vraag. Ook de partij van het plebisciet organi seert zicli, wat duidelijk blijkt uit de rede voering die den onvermoeiden Paul Dé- roulède Zondag hield, en waarin hij weder, altijd wanneer Dreyfus onschuldig is, hef tig te velde trok tegen de generaals, en een groote schoonmaak warm aanbeval, een en ander natuurlijk onder krachtige aanprij zing van de plebiscitaire republiek. In de rol van den Hercules die den Franschen Augiusstal zou reinigen, scheen hij zelf wel zin te hebben. Nu, waarom ook niet? Paul I dat klinkt lieel goed. Wel zou hij liever een generaal hebben, maar blijkbaar is geen geschikte degen te vinden. Jammer, dat mensclien als Déroulède ook naar buiten een slechten invloed oefe nen. Aan deze groep van chauvinisten, die hun geringe beteekenis door groot ge schreeuw trachten te ontveinzen, is het b.v. te wijten dat de verzoeningsgezinde stap pen van keizer Wilhelm steeds weer tot niets leiden. Zoo vinden wij in de „Éclair" een onderhoud met drie matrozen van de Iphigénie, die zich schaamden dat zij te Bergen voor den Duitschen Keizer het geweer moesten presenteeren. Dergelijke schettertaal vindt ongelukki gerwijze altijd bewonderaars, zeer ten na- deele van de binnenlandscbe rust en de goede betrekkingen naar buiten. De „Figaro" deelt gerucbtsgewijze mede misschien is het niet meer dan de wensch van het blad zelf dat het gebeele geheime dossier der zaak-Dreyfus aan den krijgsraad te Rennes zal worden overge legd. Behalve de stukken dus die op Drey fus zelf betrekking hebben en die, welke ter vergelijking en verduidelijking dienen, zou den ook de valscbe of verdachte stukken ter kennis van den krijgsraad worden ge bracht. Over deze laatste, die het Hof van Cassatie op zij heeft geschoven, vertelt het blad een en ander. Zij zijn vervaardigd door agenten van het laagste allooi in dienst van den generalen staf en zijn gemaakt na Pic- quart's vertrek naar Tunis, tusschen No vember 1896 en October 1897. Een dier stukken is van „aapje 1552". De koetsier zou in Juli 1894 eens twee Duitsche officieren in politiek naar het Noorderstation hebben gebracht. De hee- ren spraken in het Fransch over het ver dwijnen van militaire stukken te Berlijn, waarop een van hen uitriep„Maar, kom, wij hebben te Parijs immers Dreyfus." Ook de beruchte brief van den Duitschen Kei zer behoort biertoe. De advocaten van Dreyfus willen ook dat alle brieven van Dreyfus die onderschept zijn, bij het dossier zullen gevoegd worden. Voor het onderscheppen dier brieven is in de eerste plaats de minister van koloniën Lebon verantwoordelijk. Maar de „Aurore" wentelt een deel dier schuld af op Méline, die met het verdonkeremanen der brieven bekend was en er zijn goedkeuring aan heeft gehecht. Lebon beeft zijn ontslag willen nemen als administrateur van het Crédit Foncier, wegens de aanvallen waaraan hij bloot staat, maar de raad van administratie heeft heengegaan, toen mijn jongen moge God hem althans zegenen I en nu, vandaag, is ook de laatste weggegaan. De mensclien spreken van liefde. Wat is liefde? Niets dan de bloesem die een oogenblik den tak siert. Maar dan werpt een ruwe band ze ter aarde, en daar ligt ze te verwelken, en nie mand die zich om haar smart bekommert. Ik kan haar nooit vergeten vrouw moederZij heeft mij verlaten en niemand hoort, niemand deelt mijn smart. Als zij leeft, dan lacht zij misschien, maar niet te gen mij. Ik weet niet wat er van haar ge worden is, of zij dood is of niet; maar de gedachte aan haar komt bij mij op met bet verlies van vroegere, gelukkiger dagen." Zijn gelaat was eensklaps veranderd; het was vreeselijk om aan te zien. Het werd bleek van stille woede. Zijn oogen stonden hard en. onverzoenlijk, en de oude scherpe, stalen trek keerde terug om zijn mond. Zijn zachter gevoel was gevloden. Het was maar een herinnering die terugkeerde om door de vergelijking heb heden nog bitterder te doen schijnen. Ze vergeven nooit nooit. Ge vloekt waren de verbroken eeden der over spelige vrouw. Gevloekt de zondige dochter die gezonken was in de schaduwen der hel evenals haar moeder. Daar waren zij op haar plaats vergeten gehaat ver acht Geen gevoel van mededoogen leefde in hem. VII. Jacta est alea. Twee dagen nadat Leila Gurney Sand- cliffe had verlaten, werd zij bij bijzondere volmacht mevrouw Emilio Castelli. Op den morgen van haar trouwdag had zij zich zeer met groote meerderheid besloten dat Le bon „onder de bestaande omstandigheden" zijn ontslag niet moest handhaven. Wanneer het proces-Dreyfus begint, of het lang of kort zal duren, zijn nog altijd gewilde punten van debat. Nu weer meent men uit het feit dat air, Labori met zijn familie te Rennes zijn intrek heeft geno men in een pension, te mogen afleiden dat het proces van langen duur zal zijn. En dit kan zeker niet anders, wanneer allen die maar eenigszins in aanmerking komen om te getuigen, door den krijgsraad gehoord worden. Dreyfus' familie en vrienden wen- schen dit; zoo vragen zij dat de krijgsraad ook De la Roche-Vernet hoore, die aan het Fransche gezantschap te Berlijn verbonden is, en die volgens de anti-revisionisten ern stige onthullingen zal doen Quesnay de Beaurepaire's laatste gekke streek wordt intusscben door zijn vrienden aldus goed gepraat, dat inderdaad de dag vaarding niet van den voorzitter van den krijgsraad behoorde uit te gaan, maar van den regeeringscommissaris. De „Matin" neemt dit over en roept Quesnay spottend toe„Als gij als getuige optreedt, spreek danSpreek over alles wat ge weet, en ook over alles wat ge niet weet! Maar vóór al les: breng bewijzen aan!" Een zeer juiste opmerking maakt de ra dicale „XIXme Siècle" over de jongste ont hullingen van Esterhazy in de „Matin". Het blad wijst er op, hoe uit verschillende passages blijkt, dat Esterhazy tracht De Pellieux schoon te wasschen, omdat deze alles in het werk stelt om hem, Esterhazy, te redden. Zooals het Londensche telegram in ons vorig nummer meldde, acht de „Times" de crisis thans geweken. Het gevaar voor oor log is afgewend door de laatste besluiten van den Transvaalschen Yolksraad. Te Kaapstad is de meening der „Times" met groote voldoening ontvangen. Men was daar niet op een oorlog gesteld, en nu ver heugt men zich dat de vrede bewaard zal blijven. Het zou echter onjuist zijn te meenen, dat de imperialisten nu tevreden zijn. In tegendeel. Cecil Rhodes heeft Dinsdag avond voor een groote vergadering van zijn aanhangers te Kaapstad het woord gevoerd. Daar verklaarde hij zich er over te verheu gen dat liberalen en conservatieven nu wed ijveren wie bet meest imperialistisch is. Hij noemde het Groot-Britannië's bestem ming de vage denkbeelden van een groote Zuid-Afrikaansche Republiek te doen ver dwijnen en geen grondgebied prijs te ge ven. Engelschen en Hollanders zullen z. i. spoedig inzien dat Zuid-Afrika niet groot genoeg voor hen is, en dat de bloei der Kaapkolonie afhangt van de Noordelijker streken. Spoorwegen en telegraaflijnen moe ten aangelegd worden tot aan Egypte toe. Dan moet de eenheid van het Afrikaansche rijk worden gevestigd Maar Engelschen en Hollanders kunnen dan alleen één zijn, wanneer aan alle blanken ten Zuiden van den Zambezi gelijke rechten worden ge schonken. In deze rede, waarin Rhodes nog den Duitschen Keizer prees als een groot man, verlaten en weinig op haar gemak gevoeld, "feu er was heel vv at vriendelijkheid en tee- derheid van C'- 'h's zijde noodig ombaar gerust te stellen n de glimlach op haar ge laat terug te roepen. In den vroegen morgen was het ruw en stormachtig weer geweest. Groote massa's wolken trokken over den hemel en nu en dan rommelde de donder; bliksemflitsen schoten door de lucht. De golven der zee werden hooger en woester; do wind zucht te zacht of kreunde als in angst. Het leek een lijkzang aan een doodsbaar. Dit alles had haar zeer ter neer gedrukt. Zij zag in den storm een slecht voorteeken, een profetische stem van de Natuur om haar te waarschuwen voor de sombere scha duwen die in de jaren die voor haar lagen, dreigden. Castelli lachte toen zij hem haar vrees vertelde en zei vriendelijk „De storm kan niet altijd aanhouden, Leila; de zou moet weer doorbreken. Wees niet bevreesd, lieveling. Ik hoop dat je le ven ondanks den storm niets dan geluk zal opleveren." „Misschien zal het zijn als de regenboog, wanneer de storm voorbij is niets dan kleuren en schittering." Hij kuste haar, en weer was zij gerustge steld. Nog een uur en het huwelijk was geslo ten. Niemand was er bij tegenwoordig ge weest dan Whanks en de koster als getui gen. De geestelijke, een oud man, raffelde onverschillig de formulieren af, kwalijk nu en dan een blik over hebbend voor het bruidspaar. Hij sprak voortdurend op den zelfden toon, behalve tweemaaltoen twee vreeselijke donderslagen recht boven het kleine kerkje schenen los te barsten. Toen ontwikkelt de Zuid-Afrikaansche Napoleon dus nog eens duidelijk zijn denkbeelden van een ondeelbaar Zuid-Afrikaansch, en natuurlijk Engelscb, rijk. Voor onafhanke lijke Boeren-republieken is in Zuid-Afrika dus geen plaats. Deze onomwonden verklaring van Rlio- dgs weerspreekt een mededeeling uit Lon den, als zou bij aan de Engelsclie regeering hebben geseind dat naar zijn meening de stemming in de Kaapkolonie de samen smelting der volken van Zuid-Afrika onder Engelsche heerschappij onmogelijk maakt. Misschien heeft Rhodes bedoeld, dat dit voor het oogenblik onmogelijk is. Intusscben wordt bet aan dit telegram toegeschreven dat de regeering te Londen besloten heeft Chamberlain niet meer al leen te laten onderhandelen met de Zuid- Afrikaansche Republiek. Want de minister raad houdt vast aan den termijn "van vijf jaar, dien sir A. Milner te Bloemfontijn verlangde en stolt zich niet tevreden met het verleenen van kiesrecht na zeven jaar. En om pressie uit te oefenen op Transvaal, worden de oorlogstoerustingen voortgezet. De Transvaalsche Volksraad heeft intus- schen gisteren nog verscheiden artikelen van het kieswet-ontwerp met geringe veran deringen aangenomen. Ook de dynamiet-quaestie zal, naar men verwacht, spoedig worden afgedaan. Te Pre toria verzekert men dat er een overeen komst gesloten is tusschen de Transvaal sche regeering en de dynamietmaatschappij om het monopolie in te trekken en dat deze overeenkomst binnenkort aan den Volks raad zal worden voorgelegd. Gemengde Mededccllngen. Het Engelsclie Lagerhuis heeft gisteren in tweede lezing het wetsontwerp tot overdracht van het gebied der Niger Company aan de Engelsche regeering aangenomen. Chamberlain deelde daarbij o. a. mede dat het totale vei bod van invoer van spiri- tuilen in het Noord-Nigergebied woidt ge- iiandhaafd. Maar Lugard, die gouverneur zal worden, stelt een neutrale zone tusschen het Nooid- en het Zuid-Nigergebied voor, waar spiritualen verkocht, maar niet opge slagen zullen mogen worden. De contróie op den invoer zal .daardoor vergemakkelijkt worden. Voor de eerste maal werd het wetsontwerp gelezen, waarbij 3,100,000 p. st. voor mari tieme uitgaven wordt toegestaan, als supple ment op de wel op de marine werken van 1895. Het bedrag wordt over twee jaar verdeeld. De Brusselsche socialisten hebben een vooiste! van burgemeester Buis aangenomen, om voortaan by meetings en betoogingen zelf voor de orde te zorgen, zoodat de politie thuis kan blijven. De zPeuple" maakt echter nu reeds een voorbehoud voor de gevallen waarin de legeering door reactionaiie wetsontwerpen, zooals onlangs het kiesrechtontwerp, een opstand der bevolking uitlokt. Dan kan de arbeiderspartij zich niet verantwoordelijk stellen voor onlusten, zegt het blad. zij hun namen hadden geteekend in de con sistorie, wenschte hij hun nog Gods zegen, en daarmee was 't uit. Hij had zijn plicht gedaan; de rest kon hem niet schelen. Leila keek nog eens naar hem op, even voordat zij de consistorie verliet, in de hoop dat hij haar nog zou toelachen. Zij ver langde naar een gelukwensch, naar een vriendelijk woord van bemoediging, naar een zegening op haar huwelijksdag. Maar die bood hij haar niet. Hij begon zich haas tig en vlug te ontkleeden, en. het pas ge trouwde paar verliet de kerk even rustig als zij die binneu waren gegaan. Buiten de kerk vonden zij Whanks die de bruid zijn hand toe stak. „Niets dan zegen heschijne uw weg, juf frouw Leila. O, neem mij uiet kwalijk, me vrouw. U ziet dat het moeilijk gaat uw naam zoo opeens te veranderen. Ik wou dat ik het geld van mijn tante had, dan zocht ik ook een vrouw. Ik hoop dat u beiden heel gelukkig zult zijn, mijnheer," voegde hij er bij, ziek tot zijn meester wendend. „Ja, dat hoop ik." Leila drukte hem de hand en haar man deed hetzelfde. Zij kon hem niet bedanken, want zijn vriendelijke woorden deden haar bijna in snikken uitbarsten. Met moeite be dwong zij zich. „Je bent een goede kerel, Whanks," zei zijn meester, „en we zijn je heel dankbaar voor je vriendelijke wenschen." Arm in arm, met Whanks achter zich, wandelden zij kalm terug naar hun ka mers. De donder had opgehouden, de wol ken braken en lieten schitterend blauw doorschemerende wind was gaan liggen, en de hitte werd bepaald drukkend. w (Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1