53,,e Jaargang.
Vrijdag 11 Augustus 1899.
No. 10008.
Eerste Blad.
CIRCUSSLAVEN,
t
f
"V.
r
v
t
!-
Kennisgeving.
Kennisgeving.
KENNISGEVING.
Kennisgeving.
BUITENLAND.
(tjkii
'se®.
SCHIEDAMSCHE COURANT
F
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal"Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
sur» het bureau bezorgd zijn.
Bureau Boterstraaé 68.
Prijs der Advertentien: Van 17 regels fl. 0.90; iedere regel
meer 12>/s cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de'nummersdie Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde Kleine adeeetentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon Ufo. 123.
'erden
n ff
baal,
.65 a
lauwe
f
geld,
ming
Mei.
Mei.
191k
i
id-
A.
\r
De Burgemeester van Schiedam,
Brengt bij deze tor kennis van de ingezetenen
Dat het kohier van de belasting op bedrijfs-
en andere inkomsten no. 1 dezer gemeente,
over het dienstjaar 1899/1900, door den heer
directeur der directe be'»siingen te Rotterdam
op den 5den Augustus 1 9 executoir Verklaard,
op heden aan den oni' ger der directe belas
tingen ter invordering is overgemaakt.
Voorts wordt bij deze herinnerd, dat een
ieder verplicht is, zijnen aanslag op den bij de
wet bepaalden voet te voldoenalsmede dat
heden de termijn van scs weken ingaat, binnen
welke de reclames tegen dezen aanslag behooren
te worden ingediend.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den lOden Augustus 1899.
De Burgemeester voornoemd,
VISSER. L.-B.
Inrichtingen welke gevaar, schade
ol hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en Wethouders
van Schiedam,
Gezien bet verzoek van J. M. HONNERLAGE
GRDTE, om veigminiiig tot uitbreiding
zijner brunderij aan den Buitenhavenweg no. 140,
kadaster sectie L no. 142, door plaatsing daaiin
van een stoomketel, met een verwormings-
oppervlak van 3 50 M-
Gelet op de bepalingen der Hinderwet
Doen ts weten
dat voormeld verzoek met de bijlagen op
de secretarie der gemeente is ter visie gelegd
dat op Donderdag den 24slen Augustus a s.,des
middags ten 12 ure, ten raadhuize gelegenheid
zal worden gegeven om bezwaren legen het toe
staan van dat veizoek in te brengen en die
mondeling of schriftelijk toe te lichten en
dat gedurende drie dagen, vóór het tijdstip
hierboven genoemd, op de secretarie der gemeente,
van de schrifturen, die ter zake mochten zijn
ingekomen, kennis kan votden genomen.
En is hiervan afkondiging geschied,'waar het
behoort, den lOden Augustus 1899.
Burgemeester en wethouders voornoemd
VISSER, L.-B.
Be secretaris,
VERNÈDJC.
OPROEPING IN VVËRKELIJKEN DIENST I
van de lotcllngen der lichting 1899, Ingelijfd
bij het wapen der cavalerie.
De burgemeester van Schiedam
Gelet op de Circulaire van den lieer Commissaris
der Koningin in de provincie Zuid-Holland, van den
27sten Juli I.I., A. No. 203i, (2de Afd.) Frowi-
ciaal-Blad No. 34.
brengt bij deze ter kennis van de Iotelingen der
Nationale Militie die voor de lichting van 1899 bij
het wapen der cavaleiie zijn ingelijfd en na hunne
inlijving tot nadere oproeping mot verlof zijn ge
zonden
dat zij onder de wapenen moeten komen op Vrijdag
den lsteu September e,k.. en verwittigt hen, dat
zij zich, voorzien van hunne veilofpassen, op liet
bepaalde tijdstip bij hunne korpsen moeten bevin
den; dat zij zicb echter vooraf ter Gemeente-Secretarie
moeten vei voegen zoowel tot liet afteekenen van
den verlofpas, als tot het ontvangen van de passage
biljetten voorzoover zij daarop recht hebben en
van het hun toekomend daggelddat zij, die in
gebreke blijven op den bepaalden d 'g onder de
wapenen te komen, bij hunne latere opkomst zoo
veel langer in dienst worden gehouden en, wan
neer zij nan de oproeping niet voldoen, als deser
teur zullen worden aangemeikt en behandeld; dat
zij, die wegens ziekte of gebreken aan de opioeping
niet kunnen voldoen, daaivan moeten doen blijken
door eene ter Gemeente-Secretarie over te leggen
geneeskundige verklaring, zullende zij vooits verplicht
zijn, zich, na hun herstel, onverwijld bij hunne
korpsen te vervoegen
En dat, na deze openbare kennisgeving, de be
trokken miliciens geacht worden van hunne ver
plichting kennis te dragen, waardoor zij gehouden
zijn, zonder verdere oproeping, aan de voorschreven
opkomst te voldoen, en dei halve later geene onwe
tendheid ten deze zulien kunnen voorwenden.
Schiedam, den 10den Augustus 1899.
De Burgemeester voornoemd
VISSER, L-B.
Inrichtingen wclhc gevaar, schade el
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en wethouders
van Schiedam,
Gelet op de bepalingen der Hinderwet
Geven kennis aan de ing?zetenen, dat op
beden aan J. VAN GELDEREN en zijne lecht
verkrijgenden vergunning veileeml is tot o p-
r i c It t i n g van een slachtplaats, in het pand
aan de Broersvest no 51', kadaster sectie B,
no. 2022.
Schiedam, den lOden Augustus 1899.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
VISSER, L B.
De secretaris,
VERNÈDK.
DOOR
AMYIE RBADE.
35)
„Gillygate,
York."
„Lieve juffrouw Leil». Het is waar dat.
een vriendelijke behandeling nooit vergeten
wordt, 'tls een heerlijk iets daaraan te den
ken. U was nooit te trotstih, om voor mij,
ellendig wezen, vriendelijk te rijn, ofsdhoon
ik dikwijls meer dronk dan mij betaaualde.
Hoewel ik er de sledhte uitweiiking va wist,
dronk ik dikwijls te veel bier, maar ik zal er
•tot aan mijn dood toe berouw van hebben.
Be hoop dat u het zult gelooven, juffrouw
Leila neem me niet kwalijk dat ik u altijd
juffrouw Leila noem. Het ouide spreekwoord
zegt„Een goed begin is het halve werk'.
Ik begon met u jaren geleden „juffrouw Lei-
la" te noemen, en soms komt die pude naam
nog op mijn lippen, u moet liet mij verge
ven, maar ik zou er ook mee willen eindigen.
'Men zegt dat iedereen tiwee wijzen var den
ken heeft, en ik denk, dat het veel beter ge
weest was, als u tot het eind toe „juffrouw
Leila" gebleven was. Bij u is dat waarschijn
lijk niet het geval.
„Ik kom niet meer naar het circus terug.
Zeg aau mijn meester, dat fk er genoeg van
heb, en dat het laatste greintje van mijn ge
duld op is. Maar ik schrijf u om u goeden dag
ca veel geluk te wenschen, en om u ,te zeg
gen dat ik het geld van mijn tante heb; ik
ga nu naar een ander land, waarheen, weet
ik nog niet. Als ik in Engeland blijf, zal mijn
geld gauw op zijn, en dan is het te laat en
zal er niets meer aan te doen rijin. Ik zal zien
dat ik in een 'nieuwe plaats weer aan 't,werk
llgeoieen overzicht.
SCHIEDAM, 10 Aug. '99.
Hel proccS-Breyfiis.
De derde dag
vau liet proces heeft weinig .merkwaardigs
opgeleverd.
De straat was gisteren weer afgezet even
als Maandag. Men had dit Dinsdag nagela
ten, omdat het rustig in de stad was. Maar
er kwamen zooveel nieuwsgierigen opzetten,
dat de prefect het noodig achtte de maatrege
len van orde in al hun strengheid te herstel
len. Te zes uur kwamen gendarmes te paard
i Stationsweg en omligende straten ont-
,nen, bijgestaan door afdeelingen infante-
Deze maatregel veroorzaakte enkele pro
centen, want iedereen hoopte den gevangene
te zien. Maar het baatte niets; de straat
werd weder afgezet.
kom, omdat ik niet kan leven zonder iets uit
te voeren, en ,,'tls beter één vogel in de
hand, dan tien in de lucht." Dit is een
spreekwoord, dat mijn arme tante vroeger
dikwijls tot mij zei.
„Ik heb er over nagedacht, wat ik u eens
zou zenden, maar 'tis misschien beter dat ik
het niet doe, omdat mijn meester niet zal
willen, dat ik u een geschenk geef. Ik zend u
daarvoor in de plaats een belofte, en die is,
dat ik om uwentwille niet meer in een koffie
huis zal komen. Het is een cadeau waar u
niet veel aan zal hebben, maar ik geloof dat
'het u toch wel pleizier zal doen.
Toen ik de stad verliet, was ik van plan
eenige van mijn oude kameraden een feestje
te geven, maar ik deed het niet, ik zou de
verleiding om te drinken niet leunnen weer
staan. Zij mogen er zooveel rij willen op re
kenen dat ik hun zal tracteeren, maar als ik
aan u denk, juffrouw Leila, zal ik vast in
mijnjscjhoenen staan.
„Wd u de kinderen voor mij goeden dag
zeggen, juffrouw Leila. Zeg hun, dat Whanks
veel van hen houdt en ze nooit zal vergeten.
Het spijt mij wel een beetje om de paarden
van mijn meester. Ik hield veel van ze, en
alle kenden me, en „Spanishfly" hinnikte
altijd als ik in de stal kwamen nu zijn ze
aan andere handen overgelaten. Misschien is
er nu niemand om ze te streelen en te troos
ten als ze geslagen zijn. Ik denk dat ze wel
eens naar mij zullen verlangen en zich ver
bazen waar ik blijf. Ik zou graag gekomen
zijn, om ze zelf te zien, maar ik zag op tegen
het afscheid. Ik ben een lafaard. Mijn tante
het mij vier honderd pond na. Verder geen
nieuws. Nog eens „goeden -dag", juffrouw Lei-
la en ik blijf, uw getrouwe knecht
Whanks."
„P. S. God zegene.u, de kinderen en de
paarden. Ik zal nooit meer dronken zijn."
Zelfs mr. Demange en zijn secretaris, die
juist aankwamen op liet oogenbhk /Jat hot
gedrang liet sterkst was, konden ondanks
hun kaarten slechts met moeite door de ke
ten der gendarmes komen.
Om 10 minuten over 6 weid Dreyfus, voor
afgegaan door gendarmes en gevolgd door ka
pitein Arrault, die met zijn bewaking belast
is, door de dubbele rij infanterie gevoerd.
Houding en wijze van loopen van den gevan
gene waren onveranderd. Met opgenchten
hoofde schreed hij verder, met vasten bhk, de
oogen recht vooruit gericht. Hoewel hij lij
dende scheen, was zijn stap vast en zijn voor
komen onberispelijk. Zijn overbrenging gaf
geen aanleiding lot eenig incident.
Achtereenvolgens kwamen de leden van
den krijgsraad. Tegen half zeven vet spreidde
de menigte zich.
Om 8 uttr kwam Cavaiguac en beproefde
in de zaal door te dringen, hetgeen hem na
tuurlijk belet werd. Ook generaal Gonsr
trachtte binnen te komen.
Zouden de heeren niet geweten hebben dat
er een geheime zitting werd gehouden Na-
tuiulijk wel. Maar .wat beteekenden dan die
pogingen
Om tien uur werd er gepauseerd en gingen
de leden van den krijgsraad hun sigaret roo-
ken op het binnenplein. Juist in de pauze
kwam er voor Dreyfus een telegram.
Tot half twaalf duurde de geheime zitting.
Vandaag komt generaal Chanioin klaar met
zijn taakdaarna zal Paléologue het diplo
matiek dossier demonstreeren. Men denkt dat
Zaterdag weer een openbare zitting zal plaats
vinden.
Natuurlijk belegeren de interviewers Drey
fus' advocaten, mr. Labori en mr. Demange,
die niets loslaten. Zij zijn echter vol vertrou
wen over den uitslag van het proces. Iemand
die hun zeer na is, verhaalt dat zij op dit
oogenblik den toestand zeer gunstig achten
voor hun cliënt. De beide zittingen aan het
geheim dossier gewijd, hebben den indruk
niet gewijzigd. Hoe vermoeid Dreyfus ook is,
hij volgt de discussie en de mededeeling der
stukken aan den krijgsraad met gespannen
aandacht.
Geruchten en vermoedens
zijn er in overvloed; weten doet men al bit
ter weinig.
Over de zgn. verpletterende bewijzen van
Dieyfus' schuld, die het geheime dossier heet
te bevatten, zijn wij zeer gerust. Zoo langza
merhand hebben te veel personen kennis ge
nomen van die stukken, dan dat niet reeds
lang de bewijzen, zoo zij er zijn, publiek zou
den zijn gemaakt.
En het diplomatieke dossier bevat volgens
de „Matin" een collectie stukken van zoo
precairen aard, dat zelfs een Frausch blad
ze niet durft publiceeren. Wat daarin aan
Dreyfus te laste wordt gelegd, is zoo schande
lijk en verachtelijk dat daardoor alleen reeds
'het dossier alle waarde mist.
In scherpe satyriek geeselt Cornély de sa-
menstelleis van het geheime dossier dat „jon
ger is dan Dreyfus' veroordeeling", dat
„slechts op Picquart's vertrek naar de negers
heeft gewacht om dik te worden".
En hij besluit niet onaardig: „De hoeveel
heid haat en toorn di' dit geheime dossier
heeft ontketend tegen een man, zou voldoen-
Toen Leila dit briefje van Whanks ont
ving, _vervulde het haar met droefheid over
het verlies van den ouden vriend, want als
zoodanig had zij hem loeren beschouwen.
Toen haar echtgenoot haar slechter begon te
behandelen, had zij meer op den trouwen
knecht gesteund, want hij was altijd bijzon
der lief voor haar geweest en dol op de kin
deren. Het speet Leila dus zeer dat Whanks
vertrokken was, maar voor haar kinderen
vond zij het gemis nog veel grooter, Whanks
was alles voor hen geweest; wat had hij niet
dikwijls aardige wandelingen met hen ge
maakt. Hoe menige stuiver had hij niet uit
gegeven om aan htm kinderlijke liefhebbe
rijen to voldoen, hoe lief en zacht was hij
voor hen geweest, en dikwijls als Leila be
droefd en moe was, was liij ze komen halen
opdat zij wat zou rusten.
Bij de repetities ook, had hij, zooals hij het
uitdrukte, een wakend oogje op juffrouw Lei-
la gehouden, als de meester een van rijn boo
ze buien had, en hij had er altijd een eer in
gesteld, haar merrie goed in orde to houden,
en haar de beste paarden uit den stal te la
ten gebruiken. En nu zou er niemand meer
zijn om haar en de kinderen die kleine dien
sten te bewijzen, niemand die altijd even
goed en lief voor haar zou zijn. Bovendien
•had Leila zich altijd veilig geweten als
Whanks er waszonder er rich bepaald re
kenschap van te geven, voelde zij dat er met
Se kleintjes of haar mets vreeselijks zou kun
nen gebeuren, zoolang Whanks maar in hun
nabijheid was.
Zij kon er zich nauwelijks een denkbeeld
van vormen, dat alles nu uit was, dat het
oude bekende gelaat haar nooit weer met zijn
glimlach zou opvroolijken, dat geluk en ge
noegen voor altijd .voorbij waren. De toe
komst scheen haar veel eenzamer^ veel ver
moeiender toe, nu hij er niet meer was.
de zijn geweekt om ous de ie\.niche te vet-
schaffen tegen Duitschland, dat om twee
provinciën en eenige rotlharden ontnomen
heeft."
Omtrent generaal Mereier's plannen heeft
Cavaignac aan een journalist medegedeeld
dat de oud-minister rat toegeven, dat Drey
fus onwettig is veroordeeld, omdat hij, Mer
rier, te kiezen had tussehen de veiligheid des
lands en de mogelijke vrijspraak van een ver
rader. Maar Dreyfus was niet onschuldig ver
oordeeld.
Weet men wie de „man van eer' was op
wien Henry zich in 1894 heeft beroepen? De
„Matin" geeft het antwoord. Es ter hazy was
die „man van eer". Want hij leverde volgens
zijn eigen bekentenis het borderel, dat kolo
nel Sandherr deed uitroepen „Nu hebben
we hem (Dteyfus ui.)."
Een bewering der „Soir" dat de Duitsche
gezant generaal De Galhfet zou hebben be
zocht, om van dezen de belofte te vragen dat
to Rennes geen indiscreties rakende Duitsch
land ter sprake zouden komen, is officieel te
gengesproken.
Ten slotte een paar
Va r i a.
Te Parijs zijn in het quartier du Crois
sant, waar de meeste bureau's zijn van bla
den die op straat verkocht worden, Maandag
lussehen 12 en 6 uur verkocht een millioen
kranten.
Dreyfus' snor is volgens de „Tenips" wit,
volgens de „Rappel" blond, volgens de „Évé
nement" zwart en volgens de „Petite Répu-
bhque" peper-en-zout. Maar bij de „Figaro"
is meergenoemde snor op het eerste blad
rood, op het tweede bruin en op liet derde
grijs. Op het vierde blad komt. de snor niet
vooi;anders was hij daar misschien wel
groen of pimpelpaars.
De Transvaalsclie crisis.
In het Lagerhuis bracht Thomas O'Connor
gisteren bij de behandeling der onteigenings
web nog eens de Transvaalsehe quaestie ter
sprake. O'Connor oordeelde het noodzakelijk
geduld en verdraagzaamheid te toonen en
keurde agressief optreden ai.
Chamberlain noemde de zaak zeer ernstig.
Er bestaat twijfel of het voorstel om een com
missie van onderzoek te benoemen wel is ver
worpen. Tot nu toe is dat niet meer dan een
gerucht en de minister hoopte dab het on
waar moge zijn.
Onder deze omstandigheden betreurde
Chamberlain de discussie over mogelijke om
standigheden. Hij was dan ook met van plan
O'Connor in zijn argumenten te volgen, maar
hij moest toch nota nemen van O Connor's
bewering, dat naar de meening van velen in
Engeland, uiterste maatregelen noodeloos
zouden zijn. Spreker zou zich zeer vergissen
als in Engeland of waar ook dat oogpunt de
opinie van maar een kleine minderheid was.
De staatkunde van de regeering was dat
zij de bezwaren erkent, waaronder Britsche
onderdanen weiken in de Transvaal. Zij
vindt in die grieven, en niet enkel daarin,
een ernstige reden voor tusscihenkonul, een
bron van gevaar voor geheel Zuid-Afrika, Zii
ziet het overwicht van Engeland, dat door
beide partijen in het Lagerhuis steeds werd
gevorderd, bedreigd door daden tan het
Transvaalsclie gouvernement, dat herstel der
Er was een leegte in haar loven ontstaan,
omdat de trouwe vriend en knecht vertrok
ken was.
„Vriend en knecht." De wereld zou den
spot drijiven met zulk een gelijkstelling. Laat
ze spotten, en twijfelachtig de schouders op
halen of zoo iets ikon bestaan. Het komt er
niet op aan, het bestaat nu eenmaal, ten
spijt van spot en verachting. En het is goed
ook.
"Whanks was een trouwe ziel geweest voor
zijn meesteres, en een goed knecht voor zijn
meester. Leila wist dit, en stelde het zeer op
prijs, vandaar dat het gemis haar nog erger
toescheen. Maar haar echtgenoot nam de
zaak heel wat kalmer op, en toen zij in har
telijke bewoordingen haar leedwezen uitdruk
te over zijn vertrek, sprak hij
„"Wees toch niet dwaas. Ik kan morgen
een knecht krijgen die vijftig maal beter is
dan "Wlhanks; hij is een dronkelap, en ik
ben blij dat hij weg is."
„Hij was zoo vriendelijk voor mij en de
kinderen," sprak Leila, „ik zal hem vreese-
lijk missen. Het circus zal niet meer hetzelf
de zijn," voegde rij er vermoeid bij,
„Als de zaken zoo s jan, is het maar jam
mer dat je niet met hem ben meegegaan,"
antwoordde Castelli spottend.
Leila zweeg, maar een blos van schaamte
bedekte haar gelaat bij die verachtelijke
woorden. Waarom had hij zulko leelijke ge
dachten als zij hem toch trouw gebleven was,
niettegenstaande zijn wreedheid en ruwheid.
Zijn woorden maakten een nieuwe wond
in haar hart en geen wonder dat zij zich een
zaam en treurig voelde, toen er een vriend
was weggegaan.
Na <hen dag sprak zij Castelli nooit meer
over Whanks, en zij wenkte de kinderen ais
ze in zijn tegenwoordigheid over „dien goe
den Wliankie" spraken.
gi'.e\cn weigert, dat weigert om in overwe
ging te nemen verzoeken, in de meest kalme
bennen gedaan door de suzereine macht; dat
alles zijn zaken, die niet langer geduld kun
nen worden. De regeering heeft gezegd, dat
zij de handen aan den ploeg heeft geslagen
en zij zal ze niet terugtrekken.
Eu liet IIuis juichte deze dreigende taal
warm toe.
Ook in de troonrede waarmede vervolgens
de zitting van het Parlement ,werd gesloten,
nam de Tiamvaalsdhc quaestie, meer bepaald
liet verzoekschrift der "Ui tl anders aan do Ko
ningin. de voornaamste plaats in.
Koningin Victoria zegt daarover:
..De podiie van Mijn onderdanen in de
Zuid-Afrikaansoiie Republiek ós onvereenig-
baar met de beloften van een gelijke behan
deling, die de grondslag zijn geweest, waarop
Ik aan de (Republiek binnenlandsdie onaf
hankelijkheid heb gegeven. De onrust daar
uit ontstaan, is een voortdurende bron van
gevaar voor den vrede en den voorspoed van
mijn gebied in Zuid-Afrika. Onderhandelin
gen daarover met de Transvaalsehe regeering
zijn nog hangende."
De quaestie van het onderzoek is intus-
sehen nog niet opgelost.
Transvaal heeft nog geen antwoord gezon
den op Chamberlain's voorstel, daar do regee-
ung de zaak van zoo groot belang aoht en
van zoo ver reikende strekking, dat zij het
gewenscht acht haar antwoord rijpelijk te
overwegen. Het is mogelijk dat een bepaald
antwoord eerst de volgende week zal worden
gezonden.
Kcmcngdc ITVcdcdeclfngen»
De sclieuiing onder de Belgisehe clericalen
is volkomen.
De meeste clericale bladen aanvaarden de
F. V., behalve Woeste's orgaan, de sSiècle",
en de »Courrier de Bruxelies", het orgaan
der bisschoppen.
De aanhangers van het unïnominaal kies
recht beginnen onder leiding van baron Jolly,
gep, generaal, een campagne tegen de E. V.,
die ben wel niet veel zal baten.
De Senaat heeft gisteren kennis gemaakt
met het nieuwe ministerie. Er deed zich niets
bijzonders voor.
Men verwacht dat de liberale partij in het
parlement voor een loyaal ontwerp van E. Y.
zal stemmen.
In de Troonrede, waarmede de Parlenaents-
ziltmg gisteren is gesloten, zegt koningin
Victoria dat de betrekkingen met vreemde
mogendheden van vredelievenden aard zjjn.
Hoewel de uitslag van de Haagsche Vredescon-
feren'ie niet ten voile overeenstemt met de
loffelijke bedoelingen welke zij geroepen was
te vervullen, heeft zij toch het zeer aanzien
lijk' succes» gebiacht van de instelling van
een peimanenl Hof van Arbitrage, dat niet
nalaten zal de veelvuldigheid van den oorlog
te verminderen, terwijl de uitbreiding van
de conventie van Genève zijn gruwelen zal
verzachten.
Melding woidt gemaakt van de sluiting
van de Nijlconventie met Frankrijk en van
de oveieenkomst met Rusland regelende de
voorwaarden onder welke elk van beide regee-
De verwijdering tussühen de x*ide eohtge-
uootcn weid wijder en dieper. De brug van
eenheid en vertrouwen was sinds lang ver
woest.
Het was onmogelijk de breuk te 'heden.
Een week nadat Leila den brief van
Whanks ontvangen had, verwijderde zich
langzaam een schip uit het Mensey-dok te
Liverpool. liet was een statig gezicht, zooals
het zicfo naar de open zee bewoog, bestemd
naar vreemde Linden. Velen der passagiers
stonden op het dek met handen en zakdoe
ken te wuiven naar de dierbaren, die zij ach
ter lieten. Eén man stond een weinig van de
overigen verwijderd. Hij sloeg geert aoht op
de groep bedroefde vrienden op de kaai. Hij
had geen jong meisje aan zijn zij, die haar
moeder beweende, die zij achterliet. Hij al
leen wendde zijn gelaat naar de zee en riep
„God zege ne Miss Leila, God zegen e haar,"
zei hij plechtig, en er rolden tranen langs
rijn ruwe wangen. „Mijn hart zal tot heb
laatste oogenblik bij u zijn, miss Leila, tot
het laatste, ofschoon ge het nooit zult we
ten."
De „Southern Cross" zette haar weg voort,
bange en verheugde harten en met zorgen be
laden levens met zich voerend; sommigen
gaande naar hen, die al jaren met ongeduld
hun komst verbeidden, en anderen die vrouw
en kinderen thuis lieten om in een ver .ver
wijderd land fortuin te zoeken.
Whanks zou een nieuw leven beginnen ou
het hoofd te bieden aan de verzoekingen, die
hij niet kon weorstaan.
Leila werd achtergelaten om een trouwen
vriend te betreuren die voor altijd was weg-
Zoo is het leven.
Wordt vervolgd.)
-b.1
I-At ,1