53"* Jaargang.
Dinsdag 22 Augustus 1899.
CIECÏÏSSLAVEN,
No. 10017.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
SCHIEDAMSCHE COURANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam enYlaardingen 11. 1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prgs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen,
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau Boterstraat 68.
Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel
meer 12 Va cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde Meine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon Blo. 133.
Algemeen overzicht.
SCHIEDAM, 21 Aug. '99.
Belletjes te Parijs,
De Antwerpsche feesten, hoe aangenaam
stemmend overigens ook in het bijzonder voor
het Schiedamsche hart, sturen de postver
bindingen wel wat in den war, zoodat ons de
Fransche berichten ongeregelder bereiken
dan anders.
Toch is wat op dit oogeniblik te Parijs voor
valt, belangrijk genoeg om te streven het
nieuwste nieuws, liefst zoo uitvoerig moge
lijk, te verkrijgen, waartoe de couranten het
©enige afdoende middel zijn, en de!» laten
ons juist nu een beetje in den steek of ko
men althans met groote vertraging aan.
Er is weer een nieuw element gekomen in
heb Fransche dramaliet gespuis, onder lei
ding van een stuk of wat anarchistische rad
draaiers, is begonnen op oude wijze zijn. slag
te slaan, gelukkig aanvankelijk met matig
succes.
Toch is, wat er gebeurde reeds onrustba
rend genoeg.
Ziehier wat er geschied is, voor zooverre de
telegrammen dit hedenochtend meldden
Een aantal socialisten en anarchisten trok
gistermiddag om 3 uur, naar aanleiding van
een. oproeping van Sebastiaan Faure, naar de
Place de la République. Zij werden door
agè'nten van politie uiteengedreven. De be-
toogers begaven zich onder leiding van Faure
naar de Place de la Nation, doch werden on
derweg door de politie tegengehouden. Er
ontstond, een hevige vechtpartij, waarbij re
volverschoten werden gelost. Een commissa
ris van politie werd door twee miessteken ge
troffen. De stoet herstelde zich spoedig en
vervolgde zijn weg. Op de Place de Ia Nation
had een nieuw, nog heviger gevecht plaats.
Ook hier werd geschoten. Drie agenten be
kwamen verwondingen.
Sebastien Faure en vier vrienden, waarbij
zich Henry Dhorr bevond, sprongen op een
tramwagen, doch werden weldra gearresteerd
eu r.aar de kazerne Chateau d'Eau gebracht.
Hier had een verhoor plaats. Dhorr was in
het bezit van twee revolvers.
Terwijl Faure een goed heenkomen zocht
op de tram, werden eenige manifestanten
door de politie gearresteerd. De rest der be-
toogers begaf zich naar de Piaee de la Répu
blique terug. Onderweg werden van een twee
tal godsdienstige instellingen de ruiten inge
worpen.
Om vijf uur was men aangekomen in de
Rue Arbay, waar een aanval werd gedaan op
do St. Jozefskerk. De betoogers waren gewa
pend met bijlen en lange messen.', die zij uit
de winkels badden weggenomen. De ijzeren
hekken voor de kerk werden met bijlslagen
vernield, waarop de zware eiken deuren wer
den opengehakt en de bende de kerk binnen
drong. Hier werd alles geplunderd. Zes alta
ren werden verwoest, de doopvonten ter aar
de geworpen, de schilderijen verscheurd, de
beelden stuk geslagen. Vervolgens vielen de
woestelingen op het hoogaltaar aan. Het ta
bernakel werd op den grond; geslingerd, de
heilige hosties vertrapt, de meubelen verbrij
zeld.
De deuren en de stukken van de meubelen
werden neergeworpen midlden op het pleintje
DOOB
AMTIE READE.
44)
Hij herdacht al de ellende, die zij door
staan had, en den dag dat hij haar geslagen
had. De herinnering aan dien dag bracht
hem bijna tot razernij. Zijn smart was over
weldigend, zijn berouw vreeselijk
Toen hij kalmer geworden was, ging hij
naar haar toe, en haar bed naderend, zei hij
met groote moeite
„Leila, mijn lieveling, wil je mij nog eens
een kus geven
Zij keek hem aan. Een gelukkige glim
lach verspreidde zich over haar gelaat, een
van die lachjes, die hem vroeger zoo dierbaar
waren. Zij strekte haar magere handen naar
hem uit, trok zijn gelaat naar zich toe», en
kuste hem verscheidene malen.
„Erailio," riep zij uit, „Emilio," je houdt
nu weer even veel van me, als in die gelukki
ge oude dagen te Sandcliffe. Ik was toen zoo
gelukkig, en nu is die vreugde terug geko
men, Ik ben zoo blij, zoo blij. 't Sterven zal
mij nu zoo hard niet vallen, nu Jé me weer
bemint."
„Spreek toch niet van sterven, Leila. Je
moet beter worden, en mij gezelschap hou
den. Ik kan je niet missen. Ik bemin je met
geheel mijn hart. Leila, mijn Leila, ik ben
zoo slecht voor je geweest erg slecht. Kan
je nïij al die wreedheid vergeven, ik
Maar hij kon niets meer zeggen, zijn aan
doening belette het hem.
„Ja-," sprak zij bedroefd, „ik kan je alles
voor de kerk, waar een brandstapel werd ge
maakt en aangestoken. De koster der kerk
slaagde erin te ontsnappen en waarschuwde
de politie. Weldra kwamen politie en repu-
blikeinsche garde opdagen, doch werden ge
noodzaakt zich te verdedigen tegen de gewa
pende manifestanten. Een twintigtal oproer
lingen vluchtten in een nabijzijnd huis, an
deren in den kerktoren. De politie moest een
formeel beleg beginnen, waarvan liet einde
was, dat de twintig opgeslotenen werden ge
grepen en naar het politiebureau gebracht.
Toen de agenten in de kerk kwamen, was
men bezig den brand te steken in den preek
stoel, dien men blijkbaar niet kon klein krij
gen. De kerk ziet er deerlijk gehavend uit.
Volgens een andere lezing is het gebeulde
in de kerk St. Jozef niet zoo ernstig als men
eerst had verteld'. Er zijn wel tal van voor
werpen vernield, doch geen enkel voorwerp
van kerkelijke vereering is aangetast. Dit
deel der betooging droeg niet het karakter
van een oproer.
Talrijke kleinere betoogingen werden in
den loop van den avond door de politie uit
eengedreven. De menigte riep„leve heb le
ger leve de Republiek
Sedert 8 uur in den avond werden betoo
gers, die tot in de buurt van het station Oost
zich vertoonden, herhaaldelijk door charges
der politie verspreid. De menigte riep „leve
de republiek! leve het leger1" Straatjongens
die pakken couranten op straat verbrandden,
werden door de politie verstrooid.
Tegen tien uur hadden eenige ongeregeld
heden plaats op de Boulevards Magenta en
Strassbourg. Er werden revolverschoten ge
hoord doch er wax*en geen gekwetsten. Eeni
ge arrestaties hadden plaats. Een tweetal cou
ranten werden op straat verbrand.
Bet proccs-Dreyfus.
Een groot deel van het verhoor van Zater
dag hebben wij reeds onder onze telegrammen
kunnen mededeelen. Het komt ons voor, dat
het overbodig kau heeteo, het geheele ver
hoor na te pluizen van de gehoorde getuigen,
waaibij dat van Cuignet wel het belangrijkst
is, ook al is het voor hen, die b. v. het ver
slag van het proces van het Hof van Cassatie
niet naast zich hebben, niet geheel te volgen
Cuignet, die voor het Hof van Cassatie de
getuigenis van generaal Roget weersprak en
op verschillende punten omverwierp, gelooft
desondanks volkomen aan Dreyfus' schuld.
Op vier punten grondt hij deze: 1o. De
bekentenis aan Lebrun-Renauit, 2o, de
technische discussie van het bordereau, 3o.
het geheime dossier, en 4o. het schrift van
het bordereau.
Men ziet het, ook op deze vier punten
heeft men weinig vat en de discussie ovei
sbewgzen" van dit gehalte is eigeulijk
onmogelijk.
Cuignet nam tegenover Dreyfus een be
paald vgandelijke houding aan, als ware deze
zijn persoonlijke vijand en zoover kwam het,
dat Dreyfus op wnardigen toon sprak tot
den voorzitter van den krijgsraad Kolonel,
tk kon niet voortdurend zulke leugens aan-
hooren."
Verder nog ging Dreyfus hg het verhoor
van generaal Boisdeflie, den man in wiens
hulp de banneling tot op de Sfax geloofde.
vergeven, omdat je nu zoo lief voor me bent
dat behoort tob het verleden. Het was
eens moeilijk te dragen maar nu alles
vrede. Liefde in het begin liefde aan het
eind zou ik dus niet gelukkig zijn?"
„Ik had je leven gelukkiger kunnen ma
ken," snakte Castelli. „O, Leila., Leila, je
moet niet sterven maar leven, en je be
hoeft nooit meer te rijden, nooit meer. Ik zal
altijd voor je zorgen."
Jaren geleden had hij haar ook beloofd
voor haar te zullen zorgen, „voor altijd". Hij
vergat die belofte. De dag des levens liep ten
einde, de nacht naderde. Beloften konden
haar niet meer redden.
„Zou je, Emilio vroeg zij zwak.
Hij kon niet spreken, en zij ging dus
voort
„Dat kan niet meer, Emilio. Mijn uren
zijn geteld je kan niets anders voor mij
doen, dan mij nog een korte wijle liefhebben,
zooals je vroeger deedt. Wil je dat?" vroeg
zij, hem vriendelijk aanziende.
„Leila, Leila," praat took niet zoo," riep
de sterke man in zijn wanhoop. „Ik héb je
lief, Leila, geloof mij," en hij kuste haar
hartstochtelijk.
Zij rustte een oogenblik voor zij weer
sprak. Haar ademhaling werd korter, en het
spreken viel haar hoe langer hoe moeilijker.
„Emilio, ik moet je nog wat zeggen. Je
moet niet boos zijn, zal je niet?" vroeg zij
op haar ouden, onderworpen toon; „maar ik
heb vader geschreven om mij nog eens te ko
men opzoeken. Ik verwacht wel niet, dat hij
zal komen," voegde zij er treurig bij, „maar
ik zou hem zoo graag voor het laatst goeden
dag zeggen. Wil je om mijnentwille vriende
lijk tegen hem zijn? 'tls de laatste gunst,
die ik je van mijn leven zal vragen."
Sinds zgn hem de oogen opengegaan en toen
Boisdeffi e gehoord was, zeide de beschuldigde,
zich opwerkend in toorn en houding tot eene
nog niet door hem bereikte hoogte, met een
gioot gevoel van geringschatting »Aan gene
raal Boisdeffrc heb ik niets te zeggen". Bois-
deflre was ook niet meer de man van het
Zola-proces die aan de jury eene ongepaste
motie van vei trouwen vroeg. Zijne hoogheid
was gevallen, en hij las zgne verklaring voor.
Het is niet geoorloofd dat getuigen verklarin
gen lezen bg het mondeling debat. Wij weten
hoe zelfs Scheurer-ICestner het voorlezen van
de brieven van Gonse bij den krijgsraad
voor Esterhazy belette. Maar president jouost
zei niets en mr. Demange zweeg.
Na Boisdeffre werd Gonse opnieuw ver
hoord, zonder dat ook deze nieuwe bewijzen
wist aan te brengen, integendeel hij werd
lot de verklaring gedwongen, dat er geen
directe bewijzen bestaan.
Een incident deed zich nog aan het einde
der zitting voor. Generaal Billot stond, toen
Picquart met generaal Gonse geconfronteerd
was en tegenover dezen generaal elk zijner
beweringen had volgehouden, plotseling op
ec zeide op drogen toon: jsMijnheer
Picquart wil u nog even terugkomen."
Picquart, die het getuigenhekje al verlaten
had antwoordde onmiddellijk ïuilstekend".
Dan spreekt Billot in een lange rede over
de aanwending der geheime fondsen, zonder
dat deze rede echter ook maar eenigszins
merkwaardig iszelfs is het niet duidelijk,
waarom Biliot met eenigen ophef Picquart
terugriep.
Laboii's toestand blijft gunstig. Zaterdag
is de gewonde een beetje op geweest en
heeft in het Park gewandeld's middags
heeft hij zelfs wat kunnen arbeiden. Ook
gisteren was het uitstekend met den gezond
heidstoestand, zoodat de mogelijkheid bestaat
dat heden of morgen door den heer Labori
weder aar. de verdediging van Dreyfus wordt
deelgenomen.
Het is trouwens uoodig, want ook zonder
dat de getuigen-beschuldigers met bewijzen
aankomen, zijn zij toch in staat eene meening
te vestigen ten nadeele van Dreyfus, waarvan,
is de verdediging aan een handig advocaat
toevertrouwd, de onhoudbaatheid onmiddellijk
blijkt. En daartoe is Démange niet in staat,
nl valt het niet te ontkennen, dat hij de
laatste dagen iets meer kracht ontwikkelt.
Pruisische Kanaal wetien.
Zelden of liever nooit heeft de Pruisische
regeering en nog bovendien de koning zulk
een parlementair echec geleden als Zaterdag
ter gelegenheid van de behandeling van het
kanaal-ontwerp.
Op alle punten is de regeering verslagen
en zelfs de mogelijkheid, die nog geopend
scheen, dat door het Heerenhuis eene recon
structie van liet ontwerp kon worden be
proefd, is verdwenen.
Definitief is het ontwerp tol het aanleggen
van het Dortmund-Elbe-kariaal met 235 tegen
147 en van het Dortmund-Rijnitanaal met
275 tegen 134 stemmen verworpen.
Voor een goed deelmoet volgens de bladen
dit echec geweten worden aan de weinig
krachtige houding der regeering ondanks de
„Ik hoop dat hij zal komen, lieveling.
Maak je niet ongerust; ik zal vriendelijk te
gen hem zijn. Ik wil alles deen wat je ver
langt," voegde hij er berouwvol bij.
Hij zat naast haar bed, met een barer uit
geteerde handen in de zijne, die hij nu en
dan oplichtte om er een kus op te drukken.
Zij lag hem aan te staren, te zwak om veel
meer te zeggen, maar met stralend gelaat
do oude liefde was teruggekeerd, hij lachte
haar toe als in vroeger dagen, en m haar
vreugde vergat zij al wat zij geleden liad.
Het heden maakte haar gelukkig, het ver
leden was vergeten.
Vriendelijke woorden maakten haar het
pad naar het graf effen. Zijn liefde zou het
donkere dal verlichten, haar pad naar het
Vreemde Land opvroolijken.
Hoe dankbaar voelde zij- zich gestemd.
In den namiddag viel zij in een rastigen
slaap, gelukkig in de liefde van haar echtge
noot. Haar ademhaling werd kalmer, en Cas
telli, die af en toe in de kamer kwam slui
pen, begon te hopen, d!at zij toch nog zou
herstellen.
Helaas! Hoe spoedig is het mensohelijk
liari met hoop vervuld.
Terwijl zij rustte, werd. er een oud man,
met sneeuwwit haar en baard in de zitka
mer gelaten, waar Castelli het lot beweende,
dat hem weldra zijn vrouw zou otttrooven.
Meu hoefde niet den naam van den vreem
deling te vragen, noch zijn verrassing uit te
diukken hij zijn verschijning, want Castelli
begreep dat liet Leila's vader was. Hij stond
op en stak zijn hand uit om dén ouden heer
te verwelkomen, terwijl hij zacht zei:
„U bent gekomen om uw dochter te zien?
Zij zal zeer blij zijn; maar op 't oogenblik
slaapt zij. IJ deedt beter nog wat hier te blij-
nogal kernachtige vei klaring van Hohenlohe,
die de »Kóln. Zeit." mededeelt, en die luidde:
sik heb aan de discussie der laatste dagen
geen deel genomen, omdat ik niet geloofde,
door herhaling der door de vertegenwoordigeis
der regeeriog aangevoerde en niet weei legde
argumenten, ten gunste van liet voorstel,
een verandering te kunnen brengen in de
besluiten, welke door de verschillende fi acties
waren genomen. Ik wil bier mijn instem
ming betuigen met de vroeger gehoorde ver
klaring van den minister van financiën en
dan vooral u, heeren van de rechterzijde van
dit Huis verzoeken, u niet over te geven
aan illusies.
Wanneer het Mittelland-kanaal wordt ver
worpen, zooals het den schijn heeft dat ge
beuren zal, dan zal het toch niet van de
agenda verdwijnenhet zal terugkomen en
de regeering zal er dan zorg voor dragen, dat
het wordt aangenomen. Deze quaestie kan
niet als op zich zelf staande worden behan
deld, waut zij zal vérstrekkende gevolgen
hebben met betrekking tot de dusver bestaan
hebbende verhouding der conservatieven tot
de regeering en kan slechts onheilzaam wer
ken op het samengaan der sstaaterhaltenden"
elementen des lands, met name op het samen
gaan op liet gebied der handelspolitiek. Dit
moeten de heeren der rechterzijde wel be
denken."
Zooals wij zeiden, Hohenlohe's woord ver
mocht evenmin als de rede van den Koning-
Keizer de vorige week, wier bedoeling geen
twijfel overliet, het ontwerp te redden,
waartoe bovenal het besluit van de natio-
naal-liberalen partij en de vrijzinnigen heeft
bijgedragen om eindelgk te breken met de
immoieele politiek van ruilen en kanteelen,
die de regeering reeds sedert lang met het
centrum dreef.
Wat zal van de gevallen beslissing, waar
over de koning stellig in grooten toorn ge
raakt is, het gevolg zijn De sFrankf. Ztg
meent dat de regeering nog niet tot een be
sluit gekomen is, tenminste het Huis heeft
daarvan nog niets gehoord, en de heer Miquel,
die bg de tweede lezing nog besliste woorden
vond, was bij de derde lezing weer zoo buig
zaam en meegaande geworden, dat lig de
kanaalvrienden zelf voor het hoofd gestooten
heeft... De regeering heeft nu gelegenheid
haar onwrikbare vastbeslotenheid practisch
toe te passen, als zij zich niet geheel en al
aan de agrariërs wil onderwerpen Wij
meenen in een constitutioneelen staat is
slechts één oplossing te vinden: het beroep
op de kiezers
Aan een ontbinding van het Huis gelooft
echter de »Freis. Zeit" niet. Die ontbinding zal
niet komen wanneer zij niet door den drager
der kroon beslist en dringend wordt verlangd.
De ministers hebben in 't geheel geen trek in
ontbinding. Er zal dus voortgeworsteld wor
den ook na een zoodanige vermindering van
het gezag der regeering als zij nauwelijks
sterker gedacht kan worden.
De officieuse ïNordd. Allg. Ztg." zegt:
»Volgens de veiklaringen van den Rgkf-
kanselier en eersten minister prins Hohenlobe
en van den vice-president van het ministerie,
den minister Miquel, spreekt het vanzelf,
dat de regeering daarmede de zaak niet als
afgedaan beschouwt. Zij houdt onvoorwaar-
ven en wat te etenzoodra zij wakker is,
kunt u bij haar gaan."
De heer Gurney keek den spreker aan, als
of hij verbaasd was over zijn beleefdheid. Hij
had gedacht een ruwen, slecht opgevoedten
man te ontmoeten, in een zwart pak, met
zwaren gouden horlogeketting, met diaman
ten knoopen in zijn overhemd en manchet
ten, met den hoed sclieef op het hoofd, om
kort te gaaneen minder soort mensch.
Hij vergat dat de leden van een groot
circus geen gewone kermisreizigers zijn.
Gedurende een oogeniblik antwoordde hij
niet, hij voelde zich niet op zijn gemak tegen
over zijn gastheer, den man van zijn kind.
Ten laatste zei hij met moeite:
„IJ is zeker mijn schoonzoon, niet waar?
Het doet mij pleizier, kennis te maken, mijn
heer."
Castelli boog en toen ontstond er weereen
pijnlijke pauze. De mannen namen elkaar in
stilte op, en toen zei Castelli
„Als u nu toch niets wilt gebruiken, zal
ik gaan zien of Leila wakker is. Het bericht
van uw komst moet ik haar kalmpjes aan
meedeelen, want het zou haar leven nog meer
in gevaar brengen."
Castelli had bij zich zeiven zitten overleg
gen, hoe hij den ouden vader in kennis zou
stellen met de ernstige ziekte zijner dochter,
„Is zij zóó ziek?" vroeg de lieer Curnev,
terwijl hij sprak, zijn angstig gelaat tot Cas
telli opheffend. „Door haar treurig briefje
begreep ik dat zij ziek was, maar ik dacht
niet, dat het zoo ernstig was. Zou zij ster
ven? Zeg mij de waarheid," en zijn stern
beefde van smart.
„Zij is erg ziek," zei Castelli treurig; „heb
is het beste u daarop voor te bereiden."
De oude man snikte.
delijk en zonder aarzelen vast aan het wel
overwogen en als noodwendig erkende kanaal
plan in zijn geheelen omvang, en zij zal
voor de totstandkoming van dat plan die
middelen aanwenden, welke haar ten dienste
staan en geboden schijnen door de omstan
digheden".
De National Ztg" meent, dat bezwaarlijk
eenig beslissend besluit door de regeering ge-
nomeD zal worden vóór de keizer naar Berlijn
is teruggekeerd, hetgeen Dinsdag zal ge
schieden.
Gemengde mededeel In gen.
Een vrouw, vermoedelijk van beperkte
geestvermogens moest Zaterdag bg den aan
vang der zitting van den krijgsraad in arrest
worden gesteld. Zij beweerde Dreyfus te
willen dooden. Deze arrestatie houdt volstrekt
geen verband met den aanslag op Labori,
gelijk men eerst meende.
Déroulède, die eerst als gewoon gevangene
werd behandeld, wordt nu als politiek mis
dadiger in de gevangenis beschouwd. Tegen
den gevangeniskost, die trouwens zeer slecht
moet geweest zijn, kou hij eerst niet.
Sedert den vorigen Maandag, toen hij wei
gerde te antwoorden, is hij niet verhoord.
In den toestand van het fort-Chabrol komt
nog geen verandering; gisteren hadden er
relletjes in de straat plaats, maar niet erger
dan elders.
Tengevolge het niet-aannemen van het
ultimatum der patroons in Denemarken door
de werklieden wordt het getal uitgesloten
arbeidets met 40.000 vermeerderd en op
50.000 gebracht, zoodat er thans ongeveer
180.000 memchen in Denemarken broodeloos
zijn. De kleermakers, cementwerkers en
smeden zijn thans uitgesloten.
Versclieidenen zijn er al uitgewekende
arbeidersorganisaties dringen op standvastig
heid aan.
Giaaf Goluchowski zou gisteren een gesprek
gehad hebben te Weenen met den Duitschen
staatssecretaris voor buitenlandsche zaken,
Von Bulow.
Een telegram uit Soedan meldt, dat luite
nant-kolonel Klobb, die uitgezonden was om
het bevel op zich te nemen van de colonne,
die gecommandeerd werd door de kapiteins
Youlet en Chanoine, is vermoord, evenals
luiteuant Meunier, die hem vergezelde.
Het gerucht gaat, dat de Britsche agent
te Pietoiia het antwoord van Ttansvaal zou
hebben ontvangen. De inhoud is onbekend.
De K u n i g heeft Zaterdag weer ammu
nitie voor de Transvaal aangebracht; of deze
mag dooi gezonden worden is nog niet geble
ken.
Afjeh.
Ilet »N, v. d. D." ontving het volgende
telegram uit Batavia
Een patrouille uit Padang Tidji doodde
Hadji Oemar en zijn schoonzoon.
„Ik heb haar weergevonden om haar te
vei hezen. Zou het werkelijk een laatst vaar
wel zijn
,.Ik hoop liet met," zei Castelli. Maar zijn
.woorden klonken niet opbeurend voor de
ooren, die zoo verlangend waren van zijn lip
pen nog een straaltje hoop op te vangen.
„Het is Gods wil," antwoordde de oude
man eerbiedig, „maar het is erg hard haar te
zien steiven. Mijn straf isgrooter dan ik kan
dragen."
Castelli ontstelde. Werd hij ook niet ge
straft, was zijn wroeging niet veel grooter?
De vader had geen vermoeden van wreed
heid en verzuim, en de zoon zweeg er over.
Hadden zij niet beiden zwaar tegen haar
gezondigd
Zij wisten heb.
„Zij is wakker wilt u kaar zien vroeg
Castelli toen hij terug kwam.
Bevend van angst eu vervuld met stille
vrees, trad Gurney de kamer binnen, waar
zijn dochter lag te sterven.
„Vader, vader," riep de zenuwachtige stem.
„Lieve, lieve vader, komt u me nu toch. op
zoeken
.Maar hij antwoordde niet, hij stond spra
keloos. Het weerzien zijner dochter riep hem
bittere herinneringen voor den geest aan an
dere dagen, in de jaren die voorbij waren ge
gaan. Sinds zij elkaar niet gezien hadden,
was Leila liet evenbeeld liarer moeder gewor
den, en hij dacht terug aan den dag dat zijn
bruid in al haar frisscke jonge schoonheid
zijn huis was binnen getreden. Hij kon nau
welijks de oogen van baar gelaat afwenden.
Castelli verwijderde zich, vader en. dochter
alleen latend1.
(Wordt vervolgd.I