53"e Jaargang. Donderdag 7 September 1899. No. 10031. Eerste Blad. CIRCUSSLAVEN, ll Kennisgeving. s s STADS-ZIEKENHÜIS. BUITENLAND. 58) Ir %ï- S3HIECAIVISC-COURANT Deze courant verschijnt d agelij ks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen 11. 1.25. Franco per post 11. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertenliën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. BureauBotersfraat 68. Prijs der Advertentión: Van 1—7 regels 11. 0.90; iedere regel meer 12 Va cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. latere. Telefoon No. 133. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS tan Schiedam, gelet op art. 203 der Gemeentewet, doen te weten dat de begrooting van de inkom sten.en uitgaven dier gemeente, voor hot dienst- jsir 1900 in de Raadsvergadering van heden den Raad aangeboden, op de Secretarie der gemeente ioor een ieder ter lezing nedergelegd en, tegen betaling der kosten, in afschrift aldaar verkrijgbaar is gesteld. Eu is hiervan afkondiging geschied, waar hot behoort, den 6den September 1899. 'Burgemeester en wethouders voornoemd, VERSTEEG. De secretaris VERNÈDE. Aan de leveranciers van het Stads ziekenhuis alhier, wordt kennis gegeven, dat elke maand vóór den 15den, een rekening van het in de laatst verloopen maand ge leverde, ten kantore van den Secretaris- Penningmeester Nieuwstraat 30) moet wor den ingediendzullende anders door den nalatige geen verdere leverantie mogen gedaan worden. De Commissie van Administratie VAN WESTENDORP, Voorzitter. W. A. v. DOLDER Dz., Secretaris. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 6 Sept. '99. Het proccs-Dreyfus. De generaals hebben aan hun laatste kaart niet veel gehad. Cernuschi is gisteren niet meer gehoord na den wenk van hoogerhand om geen geheime zittingen te houden tot hot hooren van getuigen. Zoodoende is inde besloten zitting van gisteren alleen het nieu we dossier behandeld. Cemusehi's getuigenis van Maandag is een slag in liet water geweest, De man is buiten eede gehoordzijn verklaring hangt in de lucht en zelf is hij al zoo onbetrouwbaar mo gelijk. Wat .men eigenlijk aan hem heeft, weet men nog niet precies. De „Neue Freie Presse" noemt liem een brutalen avonturier die op de onwetendheid van het Fransche publiek speculeert. De „Frankf. Ztg." ver moedt dat het zekere Laizaro von Gross-Stre- distye is, die al eens voor wisselzwendel te rechtstond. En de „Figaro" licht, tegelijk wet het „Neue Wiener Tageblatt" de vol gende doopceelEugenius Lazarres Hudeck i r* DOOK AMYIE KEADE. Is het dus wel noodig een hol af te beel den, vol fabelachtige zorgen, met vreeset lijko en eeuwigdurende straffen en kwellin gen? Er kan slechts één hel zijn, en die heeft l'aar bestaan op aarde, rond zich strooiende vreeselijke ondeugden, de bron van ziekte, de verschrikkingen des doods, de wreedheden van scheiding, de kwellingen der armoede, teleurgestelde hoop enz. Vanda en Adrian kregen weldra begrip van de vreeselijkheden die hen wachtten, en Horrox maakte geen geheim van zijn onmen- schelijkheid. Den eersten avond liet hij Van da haar koffer uitpakken, en toen werden Adrian's teekeningen in een klein pakje ontdekt. „Wat is dat?" vroeg Horrox. uit de hoogte. „Rat zijn de schetsen van Adrian," ant woordde het kind bedeesd. „Geef ze mij Vanda, aarzelde een oogenblik. „Versta je miji niet?" bulderde hij. Zij overhandigde hem sprakeloos de schat ten, die haar zoo dierbaar waren geworden. Hij ontvouwde ze, het papier viel op den grond, en toen begon hij ze kalm in stuk ken te scheuren. „Och, doe dat ids 't u belieft niet, zij ajn van Adrian verscheur ze niet," smeekte zij, bevende van opgewondenheid. „Ze zijn van mij," antwoordde hij met eeft vreeselijken vloek, „en jullie beiden zult in t vervolg wel wat anders te doen hebben, als aan die prullen te denken, daar gaan ze," Cernuschi, geb. 1869 te Budweiss, wegens diensbvergrijpen als Oostenrijksch luitenant cp wachtgeld, toen onder eurateele en met gedwongen woonplaats te Praag. Hij heeft zijn klem vaderlijk erfdeel opgemaakt en is naar Parijs vertrokken, maar niet om rede nen van Servische politiek. Te Parijs is hij getrouwd, tegen den zin der familie, meteen achternicht (dus geen kleindochter) van maarschalk Serrurier. De Servische kolonie te Parijs kijkt hem met den nek aan. Voegen wij er volledigheidshalve bij, dat Cernuschi, volgens de „Aurore", in het Quar- tier Latin de reputatie van klaplooper ge noot, en dat hij volgens geruchten ook te Parijs1 geen onbekende der justitie is. Hij zou tot het edele gilde der rastaqouères be- jiooren. De revisionistische bladen ontleden on barmhartig liet te voorschijn treden van de zen zonderlingen getuige. Cernuschi is door zijn vrouw aangezet zich met de zaak te be moeien daarna heeft Quesnay de Beau re pairs het vuurtje aangeblazen en van Cer- nnschi's verklaring grooten ophef gemaakt. Zonder eenig onderzoek naar den man te doen heeft de krijgsraad toen, gehoor gevend aan Cemusehi's brief, dezen opgeroepen. Zied'aar dus de man die door de generale staf als laatste hulptroep in het veld wordt gevoerd. De vrienden van Dreyfus kunnen er dank baar voor zijn. Laibori heeft niet verzuimd aan te toonen hoe het juist de generaals zijn d;e nu een vreemdeling m het krijt voeren. Zou dan de verdediging kunnen, neen mogen aarzelen om ook een beroep te doen op liet buitenland? Gevolg gevende aan zijn bedreiging in de zitting van Maandag, stelde Labori dan ook gisteren de volgende conclusiën „Het behage den krijgsraad om, aange zien in de zittmg van gisteren de president den getuige Cernuschi heeft doen hooren, die o. a. beweert, dat Dreyfus hem door een af- deelingsehef aan het ministerie van buiteu- landscho zaken eener Midden-Europeesche mogendheid en door een stafofficier van een andere vreemde mogendheid zou zijn aange wezen als agent, in dienst van andere naties; „Aangezien het optreden onder deze om standigheden van den oud-officier uit den vreemde tegen een Fransch officier de ver dediging noodzaakt om haar gereserveerde houding te laten varen er de overlegging uit te lokken van documenten, genoemd in het borderel en waarvan de mededeeling aan den krijgsraad in staat zou zijn, om op schitte rende wijze de onschuld van den beklaagde te bewijzen, in tegenstelling tob beweringen, die niet geheel en aanstonds kunnen worden vernietigd, tenzij door offieieele stukken; „Te zeggen en te gelasten, dat de regee- ringsoommissaris de regeering zal uitnoodi- gen, om. aan de betrokken mogendheid of de betrokken mogendheden langs diplomatieken weg de overlegging van de in het borderel genoemde stukken te vragen." Dat Labori zich niet ontveinsde in hoe ernstig stadium thans de zaak treedt, blijkt uit zijn krachtige en waardige toelichting, waarin- hij tevens dé noodzakelijkheid te en meedoogenloos scheurde hij de rest aan stukken. Vanda barstte in tranen uit; zij was spra keloos van verbazing en angst. „Als ik je broer hier met die prullen aan tref, zal ik hem slaan dat hij niet meer staan kan en jou ook, 't komt er niet op aan wie het is en geef mij nu die verfdoos en die boeken," zei Horrox, in de koffer kij kend. Vanda deed wat haar gezegd werd, en waagde het toen, een woordje ten gunste van haar broeder te spreken. „Adrian houdt zoo veel van teekenen. Lt Sale zei dat hij eens een kunstenaar zou wor den. Als zijn werk afgeloopen is, mag hij toch zeker wel schilderen?" Horrox antwoordde niet, maar stiet een vloek uit en gaf Vanda een harden klap. Zij waggelde een oogenblik en viel toen bewusteloos op den grond. Zonder er zich iets aan te storen, bleef Horrox staan totdat zij weer bijgekomen was, en sprak toen: „Als je weer van die kunsten uithaalt, zal ik je bont en blauw slaan ga naar je bed." Vanda en Adrian deelden ééne kamer, en die was vrij armzalig ook, na het zindelijk vertrek, dat zij bij Le Sale bewoond hadden, maar 'hierover bekommerden zij zieb -weinig, en het werd reeds ochtend vóór zij zich in slaap gehuild hadden. Horrox had een vaste woning bij Selches- ter en in een afzonderlijk gebouwtje achter het huis richtte hij zijn leerlingen af. Hier moesten de ongelukkige schepseltjes hun toeren ten uitvoer brengen, die zelfs de ge zondheid van de sterkste kinderen onder mijnen, want vreeselijk is de zenuwachtige spanning die vereischt wordt om ze juist en smaakvol ten uitvoer te brengen. "Welke hulp van buiten zou deze ongelukkige slachtoffers kennen gaf om de oud-militaire-attaché's van Duitsehland en Italië te hooren. „Ik weet zeer goed," zei Labori, „dat wij tegenover een nieuwen en zeer teeren toe stand staan, maar daar ik niet weet, hoe de beslissing van den krijgsraad over deze con clusies zal uitvallen, heb ik de eer mede te, dcelen, dat ik den regeeringsconimissaris heb te kennen gegeven, dat ik het noodig acht om Schwarzkoppen en Panizzardi als getui gen op te roepen. Wanneer zij willen komen, clan zal dat zijn, omdat zich nu buitengewo ne omstandigheden voordoen. Wij hebben besloten, om de getuigenis van deze vreemde officieren in te roepen en dat is in overeen- stemming met het voorbeeld, dat ons is ge geven. Wij naderen het oogenblik, waarop dc waarheid en het licht zullen doorbreken De regeeringscomm issaris, majoor Carrière, achtte het met goed, vooruit te loopen op den uitslag van het proces. Na deze eenigs- zins bemoedigend klinkende woorden, ver volgde hij „De moeilijkheid van nar. L&bori's con clusiën is deze, dat hij den krijgsraad mij de opdracht wil laten geven, aan de Fransche ïegeering te verzoeken, om langs diplomatie ken weg aan een vreemde regeering de te- luggave te vragen van stukken, die een zeer weinig diplomatiek karakter dragen. Ik kan mij geen regeering denken, die aan een an dere regeering zulk een vraag zou stellen. Ik maak alle voorbehoud en weet niet, of de re- geeringscommissaris wel bevoegd1 is om zulk een taak te vervullen. Uit een diplomatiek oogpuut is het materieel en moreel onmoge lijk. Ik geloof dan ook, dat heb doel, wat men beoogt, onbereikbaar is. De verdediging, die over macktLge middelen beschikt, zou udlirht langs officieusen weg de bedoelde do cumenten kunnen verkrijgen. Ik heb reden, om te gelooven, dat de regeermg zich met zulk een taak niet kan belasten. „Tegen de getuigenis van Schwarzkoppen en Panizzardi heb ik echter in 'l geheel geen bezwaar. „De krijgsraad moge beslissen, welk ge volg moet worden gegeven aan het verzoek van de verdediging." Bijzonder de aandacht verdient de welwil lende toon waarop Carrière sprak, en niet minder de raad want wat is het anders om to zien dat men langs officieusen weg de in heb borderel genoemde stukken kreeg. Evenwel, ook Paléologue, de vertegen woordiger van den minister van buitenland- sche zaken, achtte het verzoek der verdedi ging, schoon logisch en juridisch juist, uit diplomatiek oogpunt voor inwilliging onvat baar. „Wel begrijp ik zeer goed," zei Paléo logue, „hoe groot gewicht dte verdediger aan de overlegging van die documenten hecht; immers die stukken maken den grondslag uit van het debat. Doch inderdaad zijn er overwegingen van den hoogstea aard, die zich er tegen verzetten, dat de regeering ten op zichte van een vreemde mogendheid het ini tiatief neemt, dat men van haar verlangt." De beslissing van den krijgsraad was niet moeilijk te raden. Eenparig werd het ver zoek van mr. Labori verworpen. De krijgs raad verklaarde zich niet gerechügd diplo matieke stappen der regeering uit te lokken. kunnen bereiken, die in dit gebouw opge sloten, het onbetwistbaar eigendom zijn van hun meester? Veilig voor een openbaar on derzoek, veilig voor heb binnendringen van wie ook, wordt het africhten tot op den hui- digen dag ongehinderd voortgezet. Er zijn geen verschrikkelijker plaatsen dan d>e waar kinderen opgeleid worden voor het circusvak, waar zij onafgebroken werken, totdat zij voldoende gevorderd zijn om in het publiek op te treden. Dén dag na hun aankomst werden Vanda- en Adrian naar dit gebouwtje geleid, en be gon Horrox zijn onmenschelijk onderricht in liet verwringen der ledematen, de pijnlijkste en meest vernederende kunst, die er bij het africhten bestaat. O, welk een pijn en inspanning kosten deze toeren, die het publiek toejuicht, aan de arme kinderen, en de aankomende meis jes, wier teeöere gestalte houdingen moet aannemen, geheel tegenstrijdig haar bouw. en waarop haar lichaampjes volstiekt nie„ zijn ingericht. Het wordt tijd, dat zij, die deze voorstel lingen toejuichen, dit eens bedenken, en be grijpen wat er verduurd moet worden voor hun zelfzuchtig genot. Maar de menigte slaat er geen acht op, en de tijd is nog niet aangebroken, dab men jonge kinderen er aan onttrekt om zulke voorstellingen te geven; maar hij zal ko men, en dan zullen de donkere schaduwen verdwijnen uit het meisjeshart en kinderar beid ten genoege van het publiek zal voor altijd den kop in worden gedrukt. Maar die tijd is nog niet aangebroken. XXIII. Achter de schermen. Zoo sterk had het gewoel van wraak bij Horrcx wortel geschoten, dat hij bereid was den kinderen1* iedere denkbare straf op te In ieder geval zullen wij than» wel Scliwartzkoppen's en Panizznrdi's verklaim- gen vernemen. De dagvaardingen gaan via den minister van oorlog naar den minister van buitenlandsclie zaken, die ze doorzendt naar dc gezanten te Berlijn en tc Rome. Zullen de attache's er gehoor aan geven Mr. Labori, mets onbeproefd willende laten, heeft uitvoerige telegrammen gezonden aan keizer Wilhelm en koning Humbert; daarin verzoekt hij met een beroep op de eisehen van waarheid en recht de beide souvereinen de attache's te machtigen om voor den krijgs raad te verschijnen. Schwartekoppen en Panizzardi behoeven echter niet naar Rennes te komen. Zij kun nen ook verklaringen afleggen tegenover rechterlijke ambtenaren in hun eigen land. Dat het proces nu langer zal duren dan eerst gedacht werd, spreekt van zelf. Wat nood? De Waarheid is op weg; niets zal haar tegenhouden Het verboor van Serge Basset, redacteur der sMatin", heeft gisteren aanleiding gegeven tot een nieuw vei hoor van generaal Roget, die door Labori leelijk in het nauw werd gebracht. Het betrof Esterhazy. Basset vei haalde hoe Esterhazy te Londen bekende het borderel te hebben gescbreyen op bevel van Sandherr om een bewijs te hebben tegen Dreyfus die werkelijk schuldig was. Esterhazy scheen zeer »down" te zijn en zei dat hem slechts overbleef zich een kogel door het hoofd te jagen. De voorzitter vond Esterhazy's bekentenis onvereenigbaar met zijn overtuiging van Dreyfus' schuld, en de regeeringscommissaris nam het op voor de nagedachtenis van den svereerden" kolonel Sandherr. ïlk hoop dat dit protest zich niet richt tot de verdediging", merkte Labori op. ïNatuurlijk niet", was het antwoord. »Met iiaar heb 'ik niets te maken Zij is gericht tot hem die zoo over Sandherr heeft ge sproken". Dus tegen Esterhazy, maar ook tegen generaal Mereier die immers den doode de schuld tracht te geven van het oveileggen van va'sche stukken in 1894. Basset wist niet of Esterhazy brieven had geschreven aan generaal Roget, waarop Labori die vraag aan de generaal zelf richtte. Het bleek nu dat Roget in Augustus een brief heeft ontvangen van Esterhazy hij zond dien aan kolonel Jouaust die hem echter niet bij het dossier had gevoegd, omdat er alleen »beleedigingen eu persoonlijke aan tijgingen" in stonden. Op aandringen van Labori beloofde Jouaust alsnog de brieven van Esterhazy te zullen overleggen. Roget zeide verder geen brieven van Esterhazy te hebben geopend, omdat deze hem trachtte te compromilteeren, en de regeeringscom missaris wekte den lachlust der hoorders op door mede te deelen dat hij ook een aantal brieven van den majoor ontvangen, maar ze nooit gelezen had. Roget bood nog aan den eersten brief voor te lezen van Esterhazy, waarin deze zegt het bestaan van het »Syndicaat" te kunnen be wijzen. De generaal hechtte geen waarde aan leggen, alleen om de beleediging te wreken, die heem eens door hun moeder was aange daan. Zijn verlangen om kwaad met kwaad te vergelden, was met de jaren toegenomen, en nu was de gelegenheid daar om zijn woe de op Vanda en Adrian te koelen. In zijn kwaadaardigheid zag hij over het hoofd dat hij bij vriendelijke behandeling een goud mijn in hen had kunnen vinden, want zij waren beiden bijzonder mooi, maar voor het eerst in zijn leven gaf hij er met om of zijn leerlingen hun strenge training zouden over leven of niet Wraak was in dit geval zoeter dan groote winst. Is het niet waar, dat zooals dikwijls wordt gezegd, de "bedoelingen vau booswichten in liet duister gehuld worden, en zij vrijelijk hun misdaden kunnen ten uitvoer brengen? En verdiende het schandelijke gedrag van Horrox niet de zwaarste straf, die ooit door rechters werd opgelegd Maar de wet helpt geen zwakke kinderen, die tot vermaak van het publiek worden af gericht, omdat zij niet kan doordringen in de liolen, waar de kinderen hun kwellingen ondergaan. De meesters zorgen daar wel voor en lachen in het geheim om de bescherming die hun leerlingen recht hadden te eisohen. Wie is er om de lijdenskreten aan te hoo ren? Wie kan de klagende stemmen hooren roepen om genade en te vergeefs heb mede lijden van hun meester hooren afsmeken? Wie kan de kinderen voor de slagen vau de zweep vrijwaren Tot nu toe, niemand. Want in het geheim hebben die oefeningen plaats, en het publiek kan zich amuseeren en prettige uren door brengen door te kijken naar de gevaarlijke en vernederende toeren. Er bestaan wetten voor bescherming van kinderen iu inrichtingen, weeshuizen en openbare scholen maax er moest ook toe- Esteihazy's bekentenis en wilde zich over Esterhazy, dien bij een «leugenaar" noemde, niet verder uitlaten. «Beschouwt generaal Roget Esterhazy als een strooman?" De vraag van Labori was toeu het uitgangspunt voor een schei pe onder vraging. R.Ik heb er geen bewijs voorrnaar ik ben geneigd het te gelooven. L "Was iiij in 1894 al stroonian. R. Ik geloof het niet. L Op welk tijdstip meent ge dat hij die rol is gaan spelen R.Ik heb op dit punt geen onderzoek gedaan. En toen kwam Roget met de krasse be- weiing voor den dag dat de generale staf riooit in relatie had gestaan tot Eslerha/.y. «Weet ge waarom men in 1898 in het proces-Esterliazy niet van diens rol als stro o man heeft gespsoken?' vroeg Labori, Maar Roget wist het niethij had dat proces met bijgewoond. De voorzitter beweerde nu dat Labori het een getuige niet aldus met vragen mocht lastig maken. Maar de advocaat verdedigde zijn rechten en vioeg waarop Roget zijn meening in-deze baseerde. »Op Esterhazy's algemeene rol", zei Roget. Waarom Esterhazy niet iri het proces-Zoia niet bekend had de slrooman voor Dreyfus te zijn geweest, wist Roget ook al niet. Labori verweet Roget geen getuigenis te hebben afgelegd, maar een requisitoir te hebben gehouden. Ilij merkte zeer terecht op dat men nu eerst Esterhazy een strooman noemt, terwijl de feiten die hem verweten worden, toch reeds lang bekend zijn. Labori liet ook het lapport vooi lezen van den raad van onderzoek die te beslissen had over Esterhazy's ontslag uit den dienst' waaruit bleek hoe welwillend men Esterhazy had behandeld. Labori* wensehte nog generaal Billot een vraag te stellen over het bevrijdende docu ment," maar de voorzitter wilde Billot niet laten terugkomen. Demange zeide niets te begrijpen waarom men zegt dat de verde diging den generalen staf wil compromit- teeren. Roget vei klaarde nog dat naar zijn over tuiging Esterhazy geheel vreemd was aan het verraed. Met toestemming van den voor zitter bestreed hij vervolgens de verklaring van Defonds-Larnothe, die tegelijk met Dreyfus aan het ministerie van oorlog was, ten op zichte van het vertrek der stagiaires naar de manoeuvres. Dreylus zelf nam toen den handschoen op dien llogel hem toewierp. Hij merkte op dat in het borderel staal»Ik zal naar de ma noeuvres gaan". Welnu, hij, Dreyfus, kon dat niet zeggen want hij was niet naar de ma- oeuvres gegaan en had er niet heen moeten gaan. Zijn pertinente en volkomen juiste weer legging maakte indruk. Vervolgens kwam Defïès van de Temps" vei tellen dat Esterhazy hem bekend had het bordeiel te hebben geschreven. Ook scheen het hem toe, dat Esterhazy toegaf de schrij ver te zijn geweest van den »uhlnnenbtief." zicht gehouden worden op het africhten van kinderen voor circussen. Maar waar is de wet, che de kindereu be schermt gedurende de maanden, dat zij m hot geheim afgericht worden? Een publieke voorstelling is natuurlijk niet to vergelijken met de oefeningen thuis En toch is er be scherming voor den een. en niet voor den ander. En de ware Christen zegt, er is er Eén bo ven, die alle kinderen voor kwaad behoedt. Maar waarom worden sommigen begena digd en met allen Waarom moeten twee on schuldige kinderen prijs gegeven worden aan wreedheid en schande? Is heb wel rechtvaardig dat sommige kin deren hard moeten werken en lijden, en an deren kunnen blijven zitten en pret maken Welk een misdaad hebben die arme stmn- perds begaan, om zoo vreeselijk gestraft te woi den Uit het circus kan deze klacht opgaan, want hebben die kinderen niet het recht te vragen, waar de God is, die hen behoedt Er wordt tegenwoordig achter de scher men al heel weinig medelijden getoond en Vanda on Adrian ondervonden liet m 't ge heel niet. Zonder vrienden en alleen, in de handen van een schurk, die ieder circus tot oneer zou verstrekken, ondergingen de kinderen de grootste smarten en vernederingen Met slechts een enkel kleedingstuk aan, moesten Vanda on Adrian alle mishandelingen on dervinden, die noodig zijn voor hen, die op geleid worden tot slangomenschen. Hun lede maten moesten op de wreedste wijze buig zaam en lenig gemaakt worden, en dit ver oorzaakte Horrox bet grootste genot. (Wordt vervolgd.I K-W?

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1