lap
53"e Jaargang.
Zondag 15 en Maandag 16 October 1899.
No. 10064.
Eerste Blad.
BEN ABATTOIR.
Maar een mensch!
BUITENLAND.
•den
jOa
•uit-
per
iten
et.,
cl.,
nen
100.
50,
en
-a
ii«e
100
[te
ren
i/8,
en.
en,
en.
en
la.
ld.
ng
el.
Vi
eu
3e
it.
r.
Ie
i-
d.
it
ï-
s.
SCHIEDAMSCHE COURANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor S c h i e u a in en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
per post ö- 1-65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
BureauBoterstraat 68.
itl'Mr 11
Prijs der Advertentiën: van 1 7 regels 90 cents; iedere regel
meer 12 lk cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde Uleine advertenlign opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon Aio. 123.
Er komt op de begrooling van de gemeente
Schiedam voor 1900 onder volgnummer 140
een roemoriepost voor, luidende: uKosten
voor bet oprichten van een abattoir" Als
uiterst sobere toelichting bij dezen memorie-
post, vinden wij niets dan de volgende woor
den: ïNu in verschillende plaatsen van ons
land in dit en in het vjfgmde jaar zulke
inrichtingen worden opgericht, wordt het
nuttig geoordeeld in afwachting van de
resultaten welke die inrichtingen zullen op
leveren voor de oprichting van een abat
toir alhier een memcriepost uit te trekken."
Dat is buitengemeen kort, een eigenschap,
die ons ditmaal vooral aangenaam aandoet,
omdat er uit blijkt, dat ons Dagelijksch Be
stuur zoozeer van de noodwendigheid en het
nut van de stichting van een abattoir is
overtuigd, dat om die te betoogen zelfs geen
woord wordt verspild. Niet de vraag zul
len wij slichten, maar vóór wij stichten,
willen wij nog eens goed uilzien, ligt aan
de korte memorie van toelichting ten grond
slag.
Dat de verwachtingen van velen hierdoor
overtroffen werden, behoeft zeker geen be
toog; dat onze stad, die nu niet in den
reuk van al te groote vooruitstrevenheid staat,
weldra indien ten minste de proefnemin
gen in andere plaatsen voldoen het kleine
getal gemeenten, dat zich in het bezit van
een abattoir verheugt, met één zal gaan ver
meerderen, doet al heel aangenaam aau.
En nu sta hier één punt voorop, een punt,
dat, mits behoorlijk in het licht gesteld, in
staat zal zijn vele felle oppositie te breken.
Onbekend toch is het niet, dat vooral van
de zijde der slagers de tegenkanting komt;
zij. reeds nu veelgeplaagde menscheD, leggen
het loodje, wordt door hen schier in iedere
plaats waar een slachthuis zal gesticht wor
den, beweerd welnu, uit raadpleging van
vele stukken, uit mededeelingen van slagers
zeiven in binnen- en buitenland is ons geble
ken, dat de eene slager na den ander niet
alleen zelfs berust in zijn noodlot, maar dat
hjj dat noodlot is gaan prijzen, omdat het
hem heeft gebracht een aangenamer en rui
mer leven.
Maar hierop komen wjj straks in het ver
volg van dit artikel.
Indien men mocht meenen, dat een abattoir
behoort tot de bekende nieuwigheidjes van den
tegenwoordigen tijd, men zou dwalen. Reeds
de oude Romeinen hadden slachthuizen, die ze
met groote pracht inrichtten, gelijk ze trouwens
alle gebouwen voor den publieken dienst be
stemd, deden. Ook in de middeneeuwen ken
de men deze inrichtingen, die in de 17de
en 18de eeuw een groote uitbreiding onder
gingen om een betere contióle op den vleesch-
accjjns te kunnen uitoefenen. In Frankrijk
DOOB
IDA BOY-ED.
12>
„Ik zal in de volgende week al een grijze
japon aantrekken," zeide Sabine en schonk
haar vader koffie in.
„Nu, je bent je eigen meesteres en leunt
doen, zooals je wilt. Maar bedenk wel, dat
de menschen er over zullen spreken," ant
woordde Mevrouw Deuben en zette zich
naast haar echtgenoot neer.
„Ik handel overeenkomstig mijn gevoel
en wil niet langer een smart huichelen, die
ik niet gevoel."
„Hè zei de oude heer, terwijl hij eens
adem schepte, nadat hij luide de eerste slok
jes had genomen, „men wordt toch altijd
eerst weder een mensch, als men zijn koffie
in de maag heeft."
„Dat zeg je alle dagen," merkte zijn
yrouw aan en wiegde met het hoofd, als
iemand, die met moeite zijn ongeduld weet
te bedwingen.
„Omdat het een waarheid is, die men alle
dagen aan zich zelf merkt," mompelde de
oude heer en vroeg toen„Waar blijven de
kinderen toch?"
„Lize is er nog niet mee terug," zeide Sa-
1 i O O'
bine.
„Die blijft alle dagen langer weg, als zij
met de kinderen gaat wandden."
verbood Napoleon I in 1810 het slachten in
particuliere slachtplaatsen in steden van den
lsten en 2den rang; zoo is het daar geble
ven, en op Frankrijk zijn België, Zwitserland,
Italië, Engeland, Schotland en meer rijken
nog ge«olgd.
Wat wel eigenaardig isin het historische
land vau het vee, ons land, kwam men in
deze met de nachtschuit. Eerst enkele jaren
geleden, werden in de twee grootste ge
meenten van ons land gemeentelijke abat
toirs gesticht. Gelukkig, het licht begint
'hans meer en meer door te breken, en be
reids zijn Utrecht, Groningen en Nijmegen
(misschien meer) gevolgJ, terwijl men in
verschillende plaatsen, o.a. Amersfoort en
Roermond met bouwen bezig is, andere ge
meenten eindelek bezig zijn plannen te over
wegen
Lette men in -r<>gere eeuwen bij de stich
ting van openbare slachthuizen vooral op het
finantieele gewicht, onze lijd schuift de hygi
ënische en sociale belangen meer op den
voorgrond, waaruit ook al weder kan blijken,
dat, zoo wij al niet practischer geworden
zijn, toch de gemeenschapszin en het altruïsme
verhoogd werden.
In een interessante polemiek, nu, misschien
een jaar geleden gevoerd tusschen dr. II. P.
Kapteijn te Abcoude en dr. M. W. Pijnappel,
thans inspecteur van het geneeskundig staats
toezicht te Zwolle, een pdemiek eerst geslreden
in den Geneeskundigen Raad van Noord-Hol
land, later in het *Handet-blad" voortgezet,
stelde de eerste in het licht, dat ook zelfs
een abattoir niet alle kwaad zou ondervangen,
met name niet het invoeren van buitenaf
van bedorven vleescli.
Meer vertrouwen stelde hij in een alge
meenekeuring van Rijkswege, en hij meende
het kwaad in de kiem te kunnen doen verstik
ken door die op te dragen aan de kommiezen,
die met de taxatie van het slachtvee belast
zijn, nadat deze eerst eenige bewijzen van
bekwaamheid in die nieuwe bezigheid zouden
hebben afgelegd.
■oik moet eerljjk zeggen," antwoordde dr.
Pijnappel hierop, »dat ik in een dergelijke
keuring zeldzaam weinig vertrouwen zou heb
ben, want het zou, vrees ik, niet gemakkelijk
zijn het korps kooimiezen in oris land met
de voor een deugdelijke keuring benoodigde
bekwaamheid uit te rusten. Maar. afgezien
daarvan trof het mij dat de heer Kapteyn
zoo sceptisch sprak over de abattoirs en "net
speet mij dat een zoo gezaghebbende stem
zich deed hooren tegen deze instellingen,
waarvan het nut en de noodzakelijkheid nu
juist, niet alleen tot mijne vreugde, eenigs-
zins tot het publiek begint door te dringen.
En niet alleen hier, maar ook in Engeland
kon ik mij dezen zomer telkens overtuigen
dat ieder die eene goede vleeschkeuring wil,
begint met zooveel mogelijk abattoirs te
willen. Niet orndat dan aan den verkoop van
alle bedorven vleeseh onmiddellijk een einde
zou zijn gemaakt, natuurlijk. Want de men-
schelijke natuur is ook bedorven en men zal
zich blijven bevlijtigen de uit nood geslachte
of gestorven dieren aan den man te brengen.
Maar niemand in een stad, waar een goed
„Kups heeft haar 's avonds al verschei
dene keeren met een onderofficier zien
staan praten," merkte Mevrouw Deuben
aan.
Sabine slaakte een zucht. Lize was de
kindermeid en stond in een slecht blaadje
bij Mevrouw Deuben, die haar dan ook in
alles naging.
„Ik heb haar al zoo dikwijls gezegd, dat
zij goed op haar tijd moet passen," zeide Sa
bine.
„Dan moet je het haar nog eens flink
zeggen. Want hij de koffie wil ik de kleinen
graag om en bij mij hebben," zei de opper-
baljuw, die werkelijk veel van zijn klein
kinderen hield.
Er heerschte gedurende eenige minuten
ecu diep stilzwijgen in het vertrek. Sabine
smeerde voor haar kindereu vier boterham
metjes en legde ze op hun bordjes neer.
Er werd zeer hard op de deur geklopt, en
onmiddellijk daarop werd deze reeds open
gedaan. Zóó volgde de keukenmeid Gusta
het bevel op, dat zij nooit mocht binnenko
men zonder vooraf aangeklopt te hebben.
„De post," zeide zij en bleef op den drem
pel staanwant zij was nog aan de wasch
bezig en had een natten boezelaar voor.
Sabine sprong op en nam het pakje kran
ten en brieven van Gusta aan, die haar on
geduld duidelijk liet blijken.
Het was een brief uit Heinsdorf van den
zoon en broeder, verder een prijscourant,
aan Mevrouw Deuben geadresseerd, en Sa-
biaes krant, benevens twee brieven aan
abattoir is, zai het behoeven te koopen of
te eten."
Dit lijkt ons heldere en gezonde taal
trouwens wie de eer hebben den heer Pijn
appel te kennen, weten dat een ongezond
denkbeeld op dezen practicus geen vat heeft.
Met het Dagelijksch Bestuur onzer ge
meente, door een bevoegd man als dr. Pijn
appel gerugsteund, met de wetenschap boven
dien, dat dr. Kapteijn spoedig heeft toegegeven
het in zake abattoirs volkomen eens te zijn
met den Zwolschen inspecteur, oordeelen wij
het onnoodig nog in den breede stil te staan
bij het hygiënische belang van een abattoir
ook voor onze gemeente.
En zoo rest ons dan ook niets anders dan,
ook onzerzijds in het licht te stellen, dat de
stichting van een abattoir hier gewenscht is
uit een speciaal Schieöamsch belang en dat
de finantieele bezwaren óf niet bestaan óf
niet merkbaar klemmen. Daarbij zullen wij
van wat ervaringen in andere gemeenten
opgedaan leerden, mededeeling doen.
Met het laatste beginnend doen wij dat
aan de hand van een zeer interessant en
uitvoerig rapportuitgebracht door eene
commissie uit den gemeenteraad van Alk
maar, die om zich op de hoogte te stellen
varr het abattoirwezen, in opdracht van den
gerneeneraad met het oog op eventueele
stichting van een slachthuis te Alkmaar, een
bezoekreis heelt gebracht aan eenige steden
in het buitenland, die daarvoor in aanmer
king kwamen, omdat het zielental niet veel
van dat van Alkmaar verschilde of het slacht
huis er buitengemeen goed was ingericht.
Vooral hierom is dit rapport voor onze
gemeente van zooveel gewicht, omdat daarin
veel materieel Ier beschouwing is neerge
legd, meestal ten opzichte van plaatsen van
de grootte ongeveer van Schiedam, wat bij
voorioopige beraadslagingen een leiddiaad kan
vormen, die belet, dat men in algemeenheden
m den eersten tijd te zeer zal verdwaald raken.
Wij beschikken in dit nnmmer niet over
zoodanige ruimte, die het wenschelijk doet
achten reeds nu eenige grepen uit het rap-
poit te doen en stellen dit dus uit tot een
volgend artikel, hetwelk wij zoodra mogelijk
zuik-n opnemen.
Ter overdenking schrijven \vy hier thans
nog slechts af de woorden, waarmede het
rapport eindigt der Alkmaarsche commissie
leden, welke luiden: sWie, zooals wij, inde
gelegenheid waren om de groote voordeelen
te zien door een slachthuis verkregen, zoo
wel ten opzichte van verbetering van den
hygienischen toestand in de stad, door het
centraliseeren op eene enkele plaats van zoo
veel ongerechtigheden aan het slachten ver
bonden, maar bovenal door het verkrijgen
van de absolute zekerheid, dat er in de ge-
heele stad slechts goed vleeseh te verkrijgen
is en ten slotte de minder wreede wyze
van het dooden der dieren, zal met ons tot
de overtuiging komeD, dat het oprichten van
een openbaar slachthuis een zegen voor de
gemeente zoude zyn. Zoo gaarne vervolgt
de commissie had zij de woorden tot de
hare gemaakt, die in elke plaats, die zij be
zocht, tot haar klonken
haar. Haar ouders vonden het- dwaas en
luxurieus, dat Sabine er een Berlijnsche
courant op nahield, en dat nog wel een, die
niet agrarisch gezind was. Maar zij zeiden
er niets vanzij hadden eenmaal besloten,
aan hun ongelukkige dochter alles te gun
nen, en meenden haar allerlei vrijheden te
moeten laten.
„Wat schrijft Reinald vroeg haar moe
der.
Deuben haalde een pince-ncs uit zijn
vestzakje en zette dien. L-eelemaal op het
tipje van zijn neus.
Zwijgend, met een cririsch gezicht, las
hij den brief, terwijl hij bij zijn Lemur nu
eens goedkeurendn knikte, dan weer afkeu
rend met het hoofd schudde. Hij iiet ook
niet na. allerlei opmerkingen te make.., en
zeide achter elkander „O zoo," „nu ja,"
„is liet dat?" „dat kan ik begrijpen,"
„dat willen we liopen."
Deze eigenaardige manier om brieven te
lezen, die Mevrouw Deuben nu toch al vijf
eu dertig jaren kende, maakte haar altijd
nog zenuwachtig en prikkelde haar nieuws
gierigheid. „Zal ik nu ook eens te weten
komen, wat hij schrijft 1" vroeg zij onge
duldig.
„Alleen over zaken," verklaarde de oude
heer en reikte den brief aan zijn vouw
over. „Lees zelf maar S Om voor te lezen is
hij niet geschikt. Sabine stelt toch geen be
lang in hetgeen er op Heinsdorf gebeurt."
„Ik stel er wel belang in," sprak Sabine
onbewust een weinig gemelijk, „of Reinald
Vreest niets, mijne I eeren, hebt vertrou
wen in de toekomst, eene stad ais de uwe
moet een slachthuis (met een koelhuis) be
zitten. De geschiedenis in uwe stad staat
niet op zich zelve, maar is eene herhaling
van de moeilijkheden waarmede in elke stad
de oprichting van een slachthuis te kampen
had, d. i. de tegenstand der slagers. Doch in
elke stad is het algemeen belang boren dat
van enkelen gegaan en de slagers zijn thans
oecral overtuigd van het nuttige en souden
het niet willen ontberen"
Laten wij voor heden met dit teekenende
woord eindigen.
Een volgend maal wat cijfers.'
llgemeen orerclchi.
SCHIEDAM, 14 Oct. "99.
Groote ontroering wekte gisteren te Lon
den het telegram, nieldon.de dat de Boeren
een gepantserden brem m de lucht hadden
laten springen, en de opwinding was te
grooter omdat er valschelijk bij werd ge
meld dat in den trein 300 van Mafeking ko
mende vrouwen en kinderen zaten.
De bladen hadden reeds heftige, van hei-
I'gc verontwaardiging trillende artikels ge
reed het Mansion-House-fonds voor de
slachtoffers van den krijg was in een wip
op drie ton gouds gebracht en bereikte
's avonds nog anderhalve ten meer; in één
woord, heel Londen blaakte van gerechten
toorn, toen de verbetering kwam.
Neen, niet tegen vrouwen en kinderen
voeren de Boeren krijg; van hen allerminst
hoe ook de jingo's schelden is dit te
wachten. Uit een reeks nadere berichten
blijkt de waarheid. De zaak zit aldus in el
kaar.
De aan de westergrens opgestelde kom
mando's zijn de grenzen van Betchuanaland
overgetrokken, met de bedoeling blijkbaar
de gemeenschap van de Kaapkolonie met
het Noorden af te snijden, en Mafeking te
isoleeren.
Nu was er juist een gepantserde trein op
weg van Kaapstad met eenige kanonnen
volgens de officieele Engelsche berichten
lichte stukken van ond model bestemd
voor Mafeking. Dien trein hebben de Boe
ren laten ontsporen en in de lucht vliegen.
Het „in de lucht vliegen" beteekent ver
moedelijk „vernielen door beschieting met
granaten".
Of er dooden bij gevallen zijn, is niet ze
ker Volgens een bericht aan de „Evening
News" uit Kaapstad er 15 Engelsche
soldaten bij om l\et leven gekomenvol
gens een ander telegram vandaar is de ge-
heele bediening van den trein, op den ma
chinist na, door ie Transvalers gevangen
genomen.
De aan het ministerie van koloniën ont
vangen berichten bevatten dienaangaande
geen bijzonderheden.
Terwijl dit te Kraalpoort, weinig ten zui
den van Mafeking geschiedde, trokken bij
Vrijheid, nog wat zuidelijker, 2000 Boeren
de grens over, sneden de telegraaflijn door
cn bezetten den spoorweg, dien zij niet ver
nield hebben, blijkbaar om er zelf gebruik
van te makeD.
In de lijn dezer operaties ligt nu, dat do
Vrijstaters de spoorbruggen zuidelijk van
Kimberley vernielen. Geschiedt dit, dan is
een groot voordeel bereiktde invalslijn
er zich overeenkomstig uw verwachtingen
eu wcnschen weet in te werken."
„Uitstekend!" riep haar vader uit. „Hij
is 'n uitnemende heerenboer. Heinsdorf zal
onder zijn beheer minstens evenzeer floree-
ren als onder het mijne, zoo al niet meer,
want over 't geheel is men nu al een
heel eind verder dan in de tijden, toen ik
in mijn leerjaren was. Hij heeft een andere
school afgeloopen,"
„Ik denk altijd, dat u mij naar Reinald
toe had moeten laten gaan," bracht Sabine
in het midden.
„Neen, neen, Sabine Dat was maai' zoo'n
overspannen idee van je. In een eerste
plaats heb je er geen flauw begrip van, wat
het inlieeft, de directie over een boerderij
op zich te nemen en overal in thuis te zijn,
onverschillig of het in den kippenloop, in
de melkkamer of in de keuken is. En in de
tweede plaats zou het t-och niet van langen
duur geweest zijn. Want Reinald moet
spoedig trouwen. Een ongehuwd heeren
boer, dat gaat niet. Maar voorzichtig
moet hij zijn, heel voorzichtig. Het moet
een meisje zijn met zin voor en bedreven
heid in het boerenbedrijf en met het noodi-
gc geld daarbij. Het schijnt bijna, of hij al
iemand op liet oog heeft."
„Nu al? Dat is jammer," riep Sabine ver
schrikt uit. Zij hield veel van haar broeder.
Hij was zes jaren ouder dan zij. Toen zij
nog een kind was, bracht hij zijn schoolja
ren ver van het ouderlijk huis door; toen
trouwde zij jong. Zoo kwamen zij slechts in
langs de westelijke grens van Vrijstaat en
Transvaal is voor de Engelschen voorloopig
onbruikbaar gemaakt, en Kimberley, Vrij
heid en Mafeking zijn tamelijk wel machte
loos, gereed om in handen der Boeren te
vallen.
Op zich zelf niet van groot belang, kan
de vernieling van den gepantserden trein
toch van verre gevolgen zijn. Mafeking dat
toch niet zeer sterk schijnt, is nu beroofd
van de blijkbaar in allerijl ontboden kanon
nen. Baden-Powell en Plumer die er bet be
vel voeren, zijn, volgens de berichten van
Engelsche zijde, vol goeden moed. Niette
min schijnen de Boeren aan de westergrens
zeer in het voordeel.
Ook Kimberley wordt ste'-k bedreigd.
Kunnen de Boeren dc spoorbruggen vernie
len, dan zal de diamantstad hei niet kun
nen houden. Misschien wordt CecJ Rhodes,
die op zijn reis naar Kimberley bijna ia
handen zijner vijanden was gevallen, dan
toch nog door de Boeren gepakt.
Wat vooral aangenaam aandoet uit het
feut van het vernielen van den gepantser
den trein, is dat dit nu niet eens een succes
is voor het geweer der Boeren, maar voor
hun artillerie. Hun geschut schijnt niet
slecht te zijn en goed bediend te worden.
Dit is een punt van groot gewicht, mot
name voor de operaties in Natal.
Daar rukken de Boeren voort en wijken
de Engelschende laatsten zijn van Dun-
dec teruggetrokken op Ladysmith waar ge
neraal Win te nu zijn troepen schijnt samen
te trekken. Waarschijnlijk is deze achter-
wanrtscbe beweging der Engelsche troepen
alleen geschied met een strategisch doel. Te
Londen fluisterde men echter gisteren dat
het oen gedwongen terugtocht is; de Boe
ren zouden op de Engelschen reeds eenig
succes hebben behaald, wat door de Brit-
sche regeering geheim zou worden gehou
den.
Erg waarschijnlijk lijkt ons dit niet; de
waarheid zal echter wel spoedig blijken.
Dit is zekerde Boeren rukken vooruit.
Natal binnen. Men zegt dat 12000 Vrijsta
ters Natal zijn binnengetrokken. Van Sta.n-
derton, ten zuidoosten van Johannesburg,
meldt men dat een korps infanterie en ar
tillerie alsnog van Zandspruit zijn vertrok
ken om zich bij het invasie-leger te voegen.
Het Duitsclie korps onder Schiel blijft do
passen bezetten.
Voorloopig schijut liet mo-gelijk dat het
bij Ladysmith tot een treffen komt. Mis
schien zal er ook om Newcastle, noordelij
ker, worden gevochten. De stad is door de
troepen verlaten, maar de inwoners zouden
voornemens zijn haar te verdedigen.
Willen de Boeren een slag wagen, dan
zal het geraden zijn dit spoedig te doen.
Voortdurend toch komen er Engelsche ver
sterkingen; de Nevada heeft het Man
chester-regiment en de Avoca nog 1100
man te Durban ontscheept. Al die troepen
gaan onverwijld door naar Ladysmith.
Terwijl de Boeren aldus meester zijn van
de spoorlijn aan Je westergrens en van de
lijnen die uit Natal naar Transvaal en naar
den Vrijstaat 'eiden, wordt ook de zuid
grens van den Vrijstaat niet vergeten. Van
Bloemfontein is artillerie gezonden naar
Bothulië en Donkerpoort.
President Steijn van den Vrijstaat heeft
een proclamatie uitgevaardigd, die grooten
indruk maakt, ook te Londen.
R-onduit wordt daarin Engeland verwe-
de vacantie eu op verjaardagen bij elkan
der en kenden eikaar eigenlijk maar wei
nig. Maar al het vertrouwen, dat een zuster
in een broeder kan stellen, bad Sabine in
den liaren, en alle diepe, warme gevoelens,
die liet haar een behoefte was te ondervin
den en te schenken, wijdde zij aan haar
broeder.
En zij had gehoopt, hem eenmaal met
haar vriendin en nicht Suzanna Osterroth
getrouwd te zien. Zij dacht haar ouders
over te halen, Suzanna in den zomer uit te
noodigen, ofschoon haar ouders deze in 't
geheel niet kenden. De Osterroths, van wie
Mevrouw Deuben afstamde, waren met de
Osterroths, die met de Zeutherns verwant
geworden waren, slechts door een gemeen
schappelijke overgrootmoeder verbonden.
De erflaatster en peettante van Sabine,
Juffrouw Sabino Osterroth, was dc middel
persoon tusschen de beide familiën geweest
en werd door do be de takken als naaste
bloedverwante gevierd. Zij had ook een
maal den referendaris Von Zeuthern met
een groet naar Heinsdorf gezonden, toen de
jeugdige rechtsgeleerde aan den Mühlauer
landdrost toegevoegd was.
Als Reinald reeds een liefde had of een
keuze had gedaan, dan viel de hoop van Sa
bine natuurlijk in het water.
„Lees dat eens voor, vrouw," beval Mijn
heer Deuben. Hij zelf wilde het zelf graag
ook nog eens hooren.
(Wordt vervolgd.)