BINNENLAND.
Uit de Staatscourant.
TL A AKDIN GEN.
Gr e in e e n t o r a a d.
„Nog over de gebeurtenissen van den dag,
den oorlog in Transvaal
„Aanvankelijk slaag voor de Engelscben
en overwinning van de Boeren; nu over
winningen der Engelscben en nederlagen
der Boeren.
„En mtussehen bijna algemeene
tie van de Italiaanscbe muildieren naar
Transvaal.
„Nog curieuser, bet op reusachtige schaal
opkoopen sedert van deze muildieren t
Napels, voornamelijk voor rekening der Eu
gelseken, gebeurt, denkt gij, door wion 1
„Door den consul van Nederland!
„Haar zijn de Boeren Hollanders of met
„Volgens den consul te Napels schijnt het
van niefc, daar hij op zoo rustige wijze aan
hun v.janden de kostbaarste hulpmiddelen
verschaft voor een oorlog in Afrika, die zon
der de hulp van deze voortreffelijke viervoe
ters onmogelijk zou zijn.
„Haar, is ook de lïollandscke kaas wel
altijd Hoilandsch?"'
De „N. R. Ct." waaraan wij deze verta
ling ontleenden, voegt daaraan toe
„De consul van Iiolland te Napels moet
het geval het geval, met de kaas (caso
non casio) juist van dat gezichtspunt-
overwogen hebben."
„En mtusseken worden icderen dag 500,
600, 1000 muildieren verscheept.
„En op elk been, zegt men, zit een winst
van een paar pond sterling.
„Voorspoed en heil."
Ziedaar de vertaling van het gebeele
stuk. Het komt ons onnoodig voor, er veel
bij te voegen. Nu op de zaak de aandacht
gevestigd is, zal er, vertrouwen wij, spoedig
een nauwkeurig onderzoek ingesteld worden
of de mededeeling van bet Italiaanscbe
blad waar is. Wij hopen, dat het niet waar
is, maar zoo het blijkt, dat onze consul-ge
neraal te Napels de rol gespeeld heeft of
speelt die hem wordt toegeschreven, of dat
hij in dien aankoop van muilezels voor het
Engelscke leger ook in mindere mate be
trokken is, dan zal de eenige maatregel, die
er ten opzichte van hem te nemen is, zeker
ook met den verdachten spoed genomen
worden.
De consul-generaal der Nederlanden te
Napels heet Teil. Meurieoffre (de vice-con
sul A. Bourguignon).
Onze Regeeriiig en Transvaal.
Omtrent het geschil tusschen Engeland
en Transvaal is in afdeelingen der Tweede
Kamer gevraagd, of door onze Regeeriug
een ernstige poging is of wellicht nog zal
worden in het werk gesteld om bemiddelend
op te treden. Waar Nederland is toegetre
den o. a tot het verdrag betreffende de be
middeling, scheen er alle reden voor zooda
nige tusschenkomst te bestaan, aangezien in
het verdrag -wordt bepaald dat het aanbod
tob bemiddeling door geen der partijen in
eenig geval als een weinig vriendschappe
lijke daad kan worden, beschouwd, terwijl
in dat geval de bemiddeling zou geschieden
in het belang van een stamverwanten en
aan Nederland zeer sympatkieken Staat
Betreurd werd voorts dat onze gezant, juist
in den tijd waarin de verhouding tusschen
Engeland en Transvaal, meer gespannen be
gon te worden en het dus wensckelijk was
de Regeering steeds zoo snel en zoo volledig
mogelijk werd ingelicht omtrent hetgeen er
te Londen voorviel, niet in Engeland was.
Indien zelfs in bovenbedoelde omstandighe
den de tegenwoordigheid van onzen gezant
op zijn post geen waarde had, zou dan niet
zonder bezwaar het gezantschap kunnen
worden opgeheven?
Hulde aan de Boeren.
De Vereeaiging ter beoefening van de
Krijgswetenschap, opende gisteravond haar
eerste vergadering in het nieuwe leesseizoen
ten overstaan van de in grooten getale op
gekomen leden.
De voorzitter, de gepens. generaal-majoor
Netscher, opende deze bijeenkomst met de
bekendmaking van heb overlijden van een
der medeleden, den le-luit. der infanterie
O.-I. leger B. C. H. Smelt, die aan zijn te
Atjeh bekomen wonden is bezweken. Hulde
brengende aan de nagedachtenis van den te
vroeg ontslapen jongen wapenkameraad,
zeide hij dat diens naam geplaats zal wor
den op de lijst van mannen wier namen met
eere herdacht worden en waarvan het getal
thans tot 35 geklommen is.
Helaas, voegde generaal Netscher er bij,
sneuvelen in den onrechtvaard igenschan
delijken oorlog in Zuid-Afrika dagelijks
meer dan 35 dappere Transvaalsche, Oran-
je-Vrijstaatsclie Boeren ouder het moordend
lood van een overheerselicnde Engelsclie
strijdmacht.
Wij allen, Hollanders, voelen mede met
onze stamgenooten, de dappere Boeren, die
tot in de uiterste schuilhoeken gedreven,
den Hollaudschen naam eer zullen aandoen
en die herinneren aan de glorietijden der
Republiek zoovele jaren geleden in den
strijd tegen Spanje.
Haar de Boeren strijden tegen een veel
gcduchter vijandin het vcx-trouwcu met
alleen op God, maar ook op de wapens. Eu
dat herinnerde spreker aan Cro-mwells woor
den, dat de krijgsscharen moesten vertrou
wen op God, maar tevens de wapens in orde
houden.
Daarvan weten de Boeren gebruik te ma
ken. die als helden strijden voor hun onaf
hankelijkheid.
En al wist de voorzitter wel dat deze ver
eeaiging is van vredelievendea aard, toch
achtte hij het met ongepast juist in deze
dagen hulde te brengen aan de dappere
strijders, hun innige sympathie tc betuigen
en de vurige hoop uit te sproken dat zij zul
len overwinnen en de trouweloozc Engel-
seheu uit hun land zullen mogen wegjagen.
Bravo's en daverend handgeklap gingen
uit de vergadering op ter betuiging van een
parige instemming met do huklc aan onze
stamverwanten.
Verspreide berichten.
Gisteren zijn I 0 Transsaalsche studenten
uit Leiden naar hun land getrokken.
Naar wij vernemen wordt te Amsterdam
eene commissie gevormd die zich belasten
zal met de taak om zooveel mogelijk de na
men van in den oorlog gesneuvelde of ge
wonde Hollanders aan de bloedverwanten
bekend te maken.
Indien zijn plan sympathie vindt, is de
heer M. tb Uuygens te 's-Gravenhuge
zoo schrijft hij in «IletVad." voornemens
stappen te doen tot stichting van een wees
huis, waarin de kindereu dei gevallen Boeren
worden opgenomen. »Dat weeshns moet in
Nederland gevestigd zijn daar de kosten te
Pretoria het dubbele zouden bedragen, omdat
daar de levensbehoeften duurder z(j
Die wezen kunnen hier worden opgevoed
op Transvaalsche wijze, in de vree/e Gods
en als zij militairen willen worden, zal ik ze
niet tegenhouden, want 't zal zijn om de
nagedachtenis van hun vader te wieken.
Europa moet het weeshuis stichten. Daartoe
zuilen onze consuls zeker gaarne medewer
ken, want geheel Europa is aan de zijde der
Boeren."
Onze Itegeering en de Vredesconferentie.
Uit het verslag der afdeelingen in de
Tweede Kamer blijkt dab uitvoerig bespro
ken is het door de Regeering ten aanzien
der Vredesconferentie gevolgde beleid. Op
den voorgrond wordt gesteld dat een aantal
leden, met den Minister, in liet schrijven
van II, 11. de Koningin aan den Paus niets
meer zien als een te waardeeren daad. van
internationale hoffelijkheid en geenszins als
een soort van tegemoetkoming voor de nïct-
uitnoodigmg van den H. Stoel. Wat die
niet-uitnoodiging zelve betreft, meende men
dat niemand zal durven ontkennen dat
hierin de verantwoordelijkheid der Regee
ring betrokken is. Men vroeg hoe deze zaak
der uitnoodigingen behandeld is Heeft zij
een punt van. overweging uitgemaakt in den
Ministerraad en is daar beslist, dat het ge
dane aanbod of moest worden geweigerd öf
dadelijk definitief moest worden aanvaard
en met voorwaardelijk kon worden aangeno
men. Heeft; men, alvorens op heb Russische
voorstel m te gaan, zich vergewist van den
gang dien men zich te St. Petersburg voor
stelde of clieu men wenschte gevolgd te zien,
van de Souvereinen en Mogendheden tot
wie een uitnoodigiug zou worden gericht en
van de mogelijke uitsluitingen die zouden
worden gewenscht. In verband met dit al
les wenschte men overlegging van de stuk
ken die betrekking hebben op do bijeenroe
ping van en de uitnoodigiug tot de confe
rentie. Ook over de houding van onze Re
geeriug tijdens dc conferentie, met name
ten opzichte van het verdrag betreffende de
beslechting van internationale geschillen
langs vroedzamen weg, wenschte men nader
van het comité voor liet oprichten van een
monument op het graf van wijlen prof. P. J
Vet!.:
Uit de rekening en verantwoording bleek,
dat in Nedeiland voor f -1090, in Indie voor
f925 is bijgedragen. De uitgaven voor bet
door den beeldhouwer JQ. Mendes da Costa
vervaardigde monument en*voor het daaiom
door de firma G. J. Vincent te Schiedam
geplaatste gesmeed ijzeren hek, beliepen met
de onkosten rriming f2011.
De minist". *u Justitie verleent de vol
gende week ^sen audiëntie.
De heer A. iïijser, directeur van het post
kantoor te Delft, zal binnenkort zijn eervol
ontslag aanvragen.
te worden ingelicht. De toetreding van mo
gendheden, niet ter conferentie vertegen
woordigd, wordt, zeer bemoeilijkt en voorna
melijk voor den H. Stoel wordt een groote
misstand geschapen. Men wenschte niets
liever dan te kunnen verklaren, dat onze
Rc-geering ten opzichte van do uiet-uitnoo-
digiug zoowel des Pause" -"an Transvaal
en Oranje-Vrijstaat, vrij van iederen blaam
uitgaat.
Door sommige leden werd de briefwisse
ling tusschen de Koningin en den Paus be
treurd. Zij betoogden dat bet beroep, dooi
den Minister onlangs gedaan op analoge ge
vallen niet opgaat, vooreerst omdat de ge
vallen geenszins gelijk staan maai- verder,
er zullen te St. Petersburg en elders over
het mtuoodigen van den Paus waarschijn
lijk, zooals over dat van de Z.-Afr. Repu
bliek zeker, besprekingen zijn gevoerd en
mocht dat zoo zijn, dan zal, nu de Heilige
Stoel niet is uitgenoodigd, door den brief
aan den Paus en de mededeeiing daarvan
beproefde de ijzeren deur van de kooi en
zag, dat de grendel gesloten, stevig gesloten
was. Kon de gorilla dat hebben gedaan I
Het was mogelijk. Kon hij binnen twintig
seconden in zijn kooi zijn teruggekeerd
Dat was ook nog mogelijk. Maar was bet
waarschijnlijk, dat hei wilde dier, zijn vrij
heid teruggekregen hebbend, zulk een haast
zou maken om weer gevangen te zijn? Neen,
neen.
Ik ging vlug naar de galerijtrap terug en
met mijn hand op de leuning bleef ik staan.
Ik hoorde iemand trede voor trede naar
beneden komen en ik kreeg plotseling een
gedachte. Ik stapte achter een hoop zeil
doek en wachtte, met kloppend hart, ter
wijl ik ooren en oogen openzette.
Eindelijk hoorde ik iemand de laatste
trede van de trap afspringen, en zag de
buigzame gestalte van een man, nauw ge
kleed in een. vleeschkleurig pakje, naar de
kooi van den gorilla springen, en zich op de
deur der kooi werpen. Het was Staverta.
„O, beest! jou duivelskind!" riep hij, ter
wijl zijn stem van haat en woede beefde.
„Ik wou dat mijn handen sterk genoeg wa
ren, om heb leven uit je afschuwelijk li
chaam te rukken. Maar wacht, wacht,
wacht."
Hij ging van de kooi weg en verdween,
terwijl hij een bespiedenden blik om zich
heen wierp. Ik zat op een baal zeildoek,
terwijl ik mijn hoofd tusschen mijn han
den drukte en nadacht, wat of dit alles be
duiden kon. Maar oor dat ik mijn gedach
ten geheel kon verzamelen, kwam een troep
mannen stommelend de trap afrennen.
Men meldt ons uit Amsterdam
De winkelkast der bekende firma Corona
(Groeiievvegen Co.) in de Kalveistraat,
naast de Nieuwe Zijds Kapel, had heden
avond tustclien 9 en '10 uur buitengemeen
veel bekijks. En dat was geen wonder. Daarin
toch was gedurende dat uur, langer ook niet,
ten toongesteld een bloemstuk van buiten
gewone schoonheid, kostbaarheid en van
buitengewone afmeting tevens. Namelijk
1.50 nieter bij 1 meter.
Het is een geschenk van een Amsterdamse!)
patriciër aan de ambulance van het Nederl.
Roode Kruis, welke morgen met het Duitsclie
stoomschip Kónig van de Handelskade
alhier naar het oorlogs-tooneel inZuid-Afiika
vertrekt.
liet bloemstuk, op een standaard vaD don
ker gepolijst bamboe geplaatst, beslaat uit
een groot kruis van donker roode geraniums
op een wit veld van chrysanthemums met een
ondergrond van laurieren. Dit middenstuk
is weder gevat in een rand van witte en
roode rozen, doorstrengeld met bouvardias
en leliën, te midden waarvan hoogst kost
bare en zeer zeldzame antburiums, meest
oranje-kleurige, prijken.
Aan de bovenzijde rechts is weder een
bouquet van schoone rozen, aan de linkerzijde
een gioote zijden strik van de Transvaalsche
kleuren: lood, wit, blauw en groen, met
rozen doorstrengeld aangebracht.
Dit prachtig geschenk wordt morgen aan
Mejuffrouw Beynes aangeboden als eene dank-
baie hulde aan al de leden der ambulance.
De leerlingen van al de Roogere Burger
scholen hebben heden vrijaf tot na het ver
trek van de K n i g, om getuige van de
afvaart te kunnen zijn. Daarvoor komen 2ij
te 8 uur op den Dam bijeen.
aan de Vredes-conferentic van Nederlaiicl-
sclio zijde op minder hoffelijke wijze zijn
gehandeld ten aanzien van de Mogendheden
■die bij de besprekingen bezwaren hebben
geopperd. Nn aan den Paus een brief werd
•gericht, behoorde ook aan de presidenten
der onde Z.-A. Republieken een dergelijk
schrijven te zijn gezonden. Hiertegen werd
opgemerkt dat in cleze de Paus en de presi
denten der genoemde Republieken geenszins
op één lijn kunnen worden gesteld. Met na-
d.u'k werd door de leden aangedrongen op
overlegging der stukken op de conferentie
betrekking hebbende, desnoods ter griffie
der Kamer, mocht het landsbelang zich te
gen openbaarmaking verzetten. Betoogd
werd nog dat de Regeering te veel beeft
opgeofferd voor, en te zeer gesteld bleek op
de eer om de conferentie hier te lande te
doen plaats vinden.
Het feit, dat het de Nc-derlandschc Re
geering heeft moeten zijn, die bij bet zen
den der uitnoodigingen voor de conferentie
én de beide Z.-Afr. Republieken én den
Paus is voorbijgegaan, doet, voor zoover
Transvaal betreft, in deze dagen opnieuw
pijnlijk aan.
Volgens de sMaas- en Roerbode" zullen
H. M. de Koningin en H. M. de Koningin-
Moeder vermoedelijk in Mei van het volgend
jaar opnieuw naar Limburg komen en dan
Roermond en Maastricht bezoeken.
Bij Kon. besluit zijn benoemdtot ontv.
der dir. bek, invoerr. en aec. te Terschelling
c. a A. van der Werff, ontv. derzelfde midd.
te Makkum c. a.tot ontv. der invoerr. en
occ. en van den waarborg en de bel. op de
gouden en zilveren werken te Groningen M.
P. Troelstra, ontv. der dir. belinvoerr. en
acc. te Bergen-op-Zoom c. a.
Bij Kon. besluit is aan den kapt. ter zee
H. Velthuyzen met 1 Jan. op zijn verzoek
eervol ontslag uit den zeedienst verleend.
Tevens z\jn met 1 Nov. bevorderd: tot
kapt. ter zee de kapt.-luit. ter zee S. K.
Sybranditot kapt.-luit. ter zee de luit. ter
zee le kl. W. A. Mouton en lot luit. ter zee
le kl. de idem 2e kl. O. van Lennep.
Bij Kon. besluit is aan den luit. ter zee
2e kl, bij de Kon. Ned. marine-reserve J. A
Beckeririg Vinckers op zijn verzoek met 1
Nov. eervol ontslag verleend uit den dienst
bij die reserve.
Bij Kon. besluit zijn met 1 Nov. bevorderd
tot commies der tel, 3e kl. de idem 4e kl.
J. J. C. Van der Maas, J. F. Peeters, K.
Roodzant, J. P. Koning, A. M. Aaltsz, G. W.
R'inner, E, J. Van Braband, J. S. Zylstia
ei» A. Ilsen.
Bij Kon. besluit is benoemd tot rechter
in de Rechtbank te Amsterdam rar. F. N. L.
Aberson, kantoor.-plaatsv,, adv. en proc. te
Arnhem.
Bij Kon, besluit is benoemd tot leeraar
aan de Rijksiandbouwschool te Wageningen
en directeur van de afdeeling II. B S. dier
Rijkslandbouwschool dr. G. M. Slothouwer,
leeraar aan het gymnasium te Rotterdam.
Bij Kon. besluit is tijdelijk benoemd tot
onderwijzer aan de Rijkskweekschool voor
onderwijzeis te Middelburg A. De Smidt, te
Nieuw- en St. Joosland.
Bij Kon, besluit is met 1 Dec a. s. aan
J. Parker op zijn verzoek eervol ontslag ver
leend van burgemeester van Zwaag.
Bij Kon. besluit is beuoemd tot bewaarder
van de hypotheken, het kadaster en descheeps-
bewijzen te Leeuwarden F. Hurting, thans
in gelijke betiekking te Goes.
„Ja, daar is hijriep er een, „ik beb al
tijd wel gezegd, dat we last met hem krij
gen zouden en dat hij zijn kooi kan open
maken."
„Hoe is Zenobe?" riep ik. „Hoe is het
met haar?"
„Meer dood dan levend," antwoordde Ba-
vello, de leeuwentemmer. „Maar zij leeft."
„Zou zij blijven leven I"
„Het is wol mogelijk, de doktoren zeggen
dat zij misschien wel blijft leven. Haar val
werd gebroken doordat zö zich aan oen
trapeze heeft gegrepen."
„En gelukkig ook," zeide de stalmeester.
„Dat gebroed," voegde hij er bij, terwijl hij
zich woedend naar den gorilla wendde, dh
beproefde zijn hoed te grijpen, „dab duivel
achtige wezen moet doodgeschoten, worden,
of ik ga hier vandaan."
„Wij ook, wij ook," riepen de anderen.
„Een durvelstk instinct moet hem tot
deze lage misdaad hebben aangezet. En zon
der Staverta's tegenwoordigheid van geest
en moed, zouden er nog meer ongelukken
zijn gebeurd."
„Staverta 1" riep ik uit. „Wat deed Sta
verta dan wel
„Hij zeide, dat hij in de galerij zijn beurt
afwachtte, toen hij het gemompel der toe
schouwers hoorde. Hij snelde naar de ba-
iustrade cn zag juist Zenobe vallen en het
ondier langs de tralies naar de galerij klim
men. Zonder aan zijn eigen leven te den
ken, en aan het gevaar om het monster on
gewapend aan te vallen, sprong hij vooruit.
Maar de gorilla was te vlug; hij sprong
naar beneden, op den voet gevolgd door Sta-
Aan H.M. de Koningin en aan de Tweede
Kamer zal een adres geiicht worden, opdat
bij den minister van waterstaat worde aan
gedrongen op het maken van een ruime
vluchthaven te Uik.
Gisteren wem te 'sGravenhage onder
voorzitterschap van den heer nu-, O. Pijn-
acker Hordijk, een vergadering gehouden
verta, liep rond de galerij, de trappen af
en sprong in zijn kooi, waarna Staverta de
deur dichtsmeet en den grendel erop deed."
„Heeft Staverta je dat verteld f
„Ja, Staverta."
„Staverta liegt!" riep ik terwijl ik op
sprong.
Iemand drong nu door den kring van
mannen heen, die om mij stond en een
hand viel zwaar op mijn gelaat Staver
ta's hand.
„Je zegt dat ik lieg?" schreeuwde hij.
„Je was altijd jaloersch op de liefde, die ze
mij toedroeg, hondEn nu achter mijn rug,
durf je te zeggen dat ik Heg."
„Je liegt," antwoordde ik, zonder hem
den slag terug te geven, maar mijn oogen
op hem vestigend. „Jaloersch op die liefde?
Je weet heel goed, dat ze niemand van ons
beminde, en het allerminst jou! Kijk nu
eens naar zijn gezicht en luister terwijl ik
spreek.
„Hetzelfde oogenblik, waarin ik Zenobe
zag vallen," ging ik hartstochtelijk voort,
„keerde ik mij om en liep naar de trap,
aan niets anders denkend, dan om wraak te
nemen op den gorilla, wraak met mijn, eigen
handen. Hierheen rennend, bleef ik staan
en staarde vol verwondering naar Globe, die
veilig en rustig in zijn kooi zat."
„Je liegt, je liegt!" riep Staverta, terwijl
hij op mij toe wilde springen; maar do
mannen bielden hem hardhandig tegen.
„De kooi was gesloten," vervolgde- ik.
„Gesloten V' riepen sommige mannen uit.
„Juist, gesloten, en Staverta was niet
hier. Ik
Vergadering op Vrijdag 27 October 1809,
'h avonds 7ife uur.
1'egeuwoordig zijn 14 leden.
Afwezig de heer W. J. v. Dusseldorp.
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
Ingekomen van Gcd. Staten mededeeling van
Koninklijk besluit tot goedkeuring der verordening
tot heffing van een keurloon op vleescb.
Van B. en W. proces-verbaal der kas-opname
bij den gemeente-ontvanger waaruit blijkt dat in
kas was f86,372.66.
Idem vergelijkend overzicht van de kosten van
schoolbouw in verschillende gemeenten en in Vlaar-
dingen.
Worden alle voor kennisgeving aangenomen.
Van C. A. v. d. Knaap verzoek tot het hebben
van een bonten loodsj'e.
Van Jac. Vogel verzoek om grond in erfpacht
tot het bouwen van 9 woningen.
"Worden beide in handen gesteld van de ^om-
missie voor de gemeentewerken om advies.
Voorts 7 bezwaarschriften tegen den aanslag
in de Inkomstenbelasting.
Worden gesteld in handen van B. en W. om
advies.
Van A. Maarlcveld, verzoek om wijziging van
erfpaebtsvoorwaarden.
Wordt gesteld in handen van de commissie
voor de gemeentewerken.
Van den Schuttersraad, rekening over 1898 en
begrooting voor 1900 der dd. Schutterij.
Wordt gesteld in handen van een commissie
van 3 leden, waartoe worden aangewezen de hee-
ren v. Buuren van Heyst, Schippers en IJzermans.
Do heer v. Dam vraagt of er, nu door eenige
officieren der schutterij ontslag is gevraagd, in
de vacaturen reeds is voorzien.
De Voorzitter antwoordt ontkennend.
Voorts deelt de Voorzitter in verband met het
te voren ingekomen „vergelijkend overzicht" mede
dat twee aanbiedingen zijn ingekomen voor de
aanbesteding der te bouwen school, waarbij het
bedrag ongeveer gelijk is aau de begraotingssom
Deze worden gesteld in handen der Commissie'
voor de gemeentewerken.
Op het adres van P. v. Gelder om reductie vaa
huur van het Prikkengat wordt gunstig beschikt
Begrooting.
Hierna wordt do begrooting aan de orde gesteld
Van de gelegenheid tot algemeene beschou
wingen wordt door geen der leden gebruik ge
maakt.
Daarna wordt overgegaan tot artikelsgewiize
behandeling, te beginnen met de
Uitgaven.
Artt. 43 tot 46 worden goedgekeurd.
Art. 47. Jaarwedde van den directeur der ge
meentewerken flSüO en van den opzichter f1000.
In de memorie van wijziging was door B, en W.
voorgesteld het eerste salaris te verhoogen met
f100 en het 2e met f50.
De heer Sonneveld kan zich met de ver
hooging van het salaris van den directeur niet
vereenigen.
In stemming gebracht wordt die goedgekeurd
met 12 stemmen. Tegen stemden de beeren Son
neveld, Hoogendijk en Valk.
Alvorens in stemming werd gebracht de ver
hooging van het tractement der opzichters ver
klaart de heer H o o g e n d ij k dat hij niet voor
de spoedige verhooging van tractementen is, afge-
scheiden van de personen wie dat geldt. Reeds
na 1 of 2 dienstjaren komt zulk een voorstel tot
verhooging. Toch weten do titularissen bij hunne
aanstelling op welk salaris zij wordon benoemd.
De Voorzitter merkt op dat de hier be
doelde ambtenaar, Vcenstra, reeds jaren in dienst is.
Art. 47 wordt daarop goedgekeurd. Eveneens
artt. 48 tot 73.
Art. 74. Onderhoud van wegen en voetpaden.
De heer v. Dam acht het niet noodig een
bedrag van f ISO in deze post op te nemen voor
grint aan Hof- en Binnensingel,
De Voorzitter en de heer IJzermans
lichtten toe dat dit grint niet definitief en uit
sluitend zal gebruikt worden voor die Singels,
maar dat het grint slechts dan gebruikt zal wor
den wanneer dit noodig blijkt.
De heer v. D a m neemt hiermede genoegen.
Art. 74 tot 91 worden goedgekeurd.
Art. 92. Be'ooning der politie.
Bij nota van wijziging is voorgesteld het salaris
van den inspecteur te verhoogen met f50 en het
aantal agenten 3e kl. te brengen van 7 op 8.
De heer v. d. Brugge acht de verhooging
van f50 te gering en stelt daarom voor dief 100
te nemen.
Wordt met algemeene stommen aangenomen.
De heer Hoogendijk merkt hierna op dat
in de toelichting tot dezen post staat dat de 8e
agent door de verordening verplichtend is. Die
verordening moet nu worden nageleefd, maar spr,
behoudt zich voor een voorstel tot wijziging ia te
dienen.
Ook de 8e agent wordt hierna goedgekeurd.
Artt. 92 tot 103 goedgekeurd.
Art. 104. Jaarwedden onderwijzers.
De heer Drop pert vraagt waarom op de
kostelooze school precies het minimum aantal
onderwijzers is en op de andere school m, n. 1.2
onderwijzers met hoofdakte daarboven.
De Voorzitter en de heer Versteevc
lichten toe dat de hoofdakten zijn verworven door
2 der onderwijzers na hun benoeming terwijl bet
aantal onderwijzers op beide scholen in overeen
stemming is met het aantal lokalen en klassen,
die wederom verband houden met het leerplan.
Don heer D r o p p e r t is de zaak echter nog niet
helder, waarom dc Voorzitter zich bereid ver
klaart alle uitvoerige inlichtingen te verstrekken
wanneer de heer Droppert op zijn bureau wil
komen.
Artt. 104—108 worden goedgekeurd.
Art. 109. Kosten van verlichting en verwarming
cn van het schoonhouden der schoollokalen.
De heer v. d. Brugge wijst er op dat reeds
herhaalde malen aanmerking is gemaakt op de
kosten van het schoonhonden der scholen f2000.
Hij vraagt of daarin geen bezuiniging kan ge
bracht worden.
De Voorzitter erkent dat die post zeer
hoog is en verwijst naar de memorie van antwoord
waarin eene regeling wordt in het vooruitzicht ge-
steld.
De heer Schippers acht dien tijd zoo onbe
stemd en vraagt of er dus in 1900 voorstellen
te verwachten zijn.
De Voorzitter zegt dat hij wel een plan
aai den Raad wil overleggen, maar dat de zaak
zelve behoort tot het uitvoerend beheer dat aan
B. en W. is opgedragen.
Het plan is om bij wijze van proef met één school
te beginnen.
De heer Van der Brugge ontraadt zulk
een proef omdat die geen effect kan geven.
De Voorzitter zegt dat van die opmerking nota
zal worden genomen.
Artt. 109 tot 148 goedgekeurd.
Ontvangsten.
Art. 1 tot 4 worden goedgekeurd.
Art. 5. Hoofdelijke omslag.
De heer v. d. Brugge herhaalt bij dit num
mer den wensch, reeds uitgesproken bij het sectie-
onderzoek, dat.de Raad moge besluiten aan den
Minister van Binnenl. Zaken een adres te richten
„Laat me los," schreeuwde Staverta, be
proevende om zichzelf te bevrijden. „Na
tuurlijk was ik hier niet. Ik was heenge
gaan om jelui te vertellen, dat ik den aap
onschadelijk had gemaakt."
„Je liegt weer!" riep ik, „want ik hoorde
iemand de trappen afloopen. Ik verborg
mijzelf en zag jou, Staverta! Je sprong op
de kooi toe en vervloekte het dier en daar
na keek je in het rond, alsof je verwachtte
dat iemand je bespied had."
„Je liegt, zeg ik je," riep hij, terwijl hij
al zijn krachten Inspande, om mij te berei
ken.
„"Waarom zou hij dan al die leugens ver
tellen?" vroeg de stalmeester boos.
„Omdat hij mij haat," riep Staverta, ter
wijl hij rood in zijn gezicht werd, door het
worstelen en door hartstocht. „Ómdat hij
mij niet de eer van mijn moed gunt."
„En waarom zeg jij dat hij liegt?"
„Omdat hij zeer goed weet," antwoordde
ik woedend, „wat hij in de galerij deed en
hoe het komt dat wij een gorilla op de ga
lerij zagen, terwijl het dier in zijn kooi
was."
„Bij mijn ziel!" siste Staverta tusschen
zijn tanden terwijl zijn oogen als gloeiende
kolen in zijn vaal gelaat gloeiden. „Bij mijn
ziel, wanneer ik mijn handen op je keel
krijg, zal ik je worgen."
„Stilte, Staverta, stilte!" riep de stal
meester. Toen zich naar mij keerende, vroeg
hij„Gij hebt, evenals wij, den gorilla op
het dak gezien?"
„Kom, volg mij," zeide ik. „Ik geloof dat
ik het weet."
Ik ging de trap op, gevolgd door de ande
ren, die Staverta gedwongen hadden ons to
volgen. Bij elke trede die we opgingen en
bij eiken hoek werd Staverta's gezicht
ernstiger en werd zijn stem holler.
Ten laatste hadden we de galerij 1 cru kt
en gingen met een scherpen hoek links, ik
ging daarheen, waar ik wist dat zich een oj
van zes kleine kamertjes bevond. Ik duwde
de eerste deur open, de kamer was leeg. ïk
deed evenzoo met de volgende, ook deze ka
mer was leeg. De derde deur was op slot.
„Waar is de sleutel i" vroeg ik.
Niemand wist het
„Hier is een sleutel, die vijftig zulae deu
ren zou openen," zeide een van de mannen,
en deed het slot met een harden trap spon
gen.
„Een valstrik," nep Sta* erta, worst e.cnn
om los te komen, toen we staan! ?n op een
hoop langharige bruine huiden en hit mas
ker van een grooten mannetjesaap. De hui-
de'- waren gescheurd, het masker was ge
broken; gebroken door d baast waarmee
het afgeworpen was. De v handschoenen
gelijkende handen en voeten waren be
smeerd met blauwe verf. De blauwe verf op
het traliewerk van het dak was nieuw'ge
weest. En aan een vinger van de linkerhand
was een ring. Die ring was van Staverta 1
Zenobe bleef leven en huwde mij.
Staverta stierf om te bewijzen, dat zijn
ziel te zwak Wtis, om in gevangenschap te
leven.