53'" Jaargang.
Tweede Blad.
Dinsdag 31 October 1899.
No. 10077.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uiizondering van Zon- en Feestdagen.
0 Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Ylaardingen fï. 1.25. Franco
per post 11. 4.65.
Pj-ijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau: Boterstraat 68.
Prijs der Advertentiën: van 17 regels 90 cents; iedere regel
meer lS'/s cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag-en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde Uleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon Mo. 123.
ENGELSCHE BRIEVE ff.
{Van onzen correspondent.)
28 Oct. '99.
Als een derde gedeelte der berichten in
Eügelsche bladen waar Is, ziet het er voor
de Boeren slecht uit. Uit Kimberley bericht
men dat Donderdagnacht 11, ten Noorden
dier stad erg gevochten is, met resultaat
dat de Boeren verslagen zijn.
Het laatste telegram van Donderdag 26 Oct,
9.20 p.m. (Central News) luidt aldus:
Oranje Rivier. Een bode van Kimberley,
zoo juist hier aangekomen, meldt dat het gar
nizoen te Kimberley een praehtigen uitval
tegen den vijand deed. De Boeren werden
teruggeslagen. Scott Turner en Colonel Hurray
onderscheidden zich in het bijzonder, zoo ook
het gansche regiment Lancashires. De Boeren,
door dit regiment achtervolgd, vluchtten hals
over kop. Hun leger werd op op 700 geschat.
Het aantal dooden en gewonden aan hun kant
is zeer groot. Ons verlies is nog niet bekend.
Onder de gesneuvelden behoort de comman
dant der Boeren, Botha. Naar men ons ver
zekert was de vijand zeer ontsteld en overbluft
door de juistheid waarmede door de onzen
geschoten werd, en hun eigen algeheele on
macht zich daarmede te meten.
«Zij waren er geen enkel oogenblik tegen
opgewassen, en werden dan ook geheel ver
slagen."
Een ander telegram, het bovenstaand be-*
vestigend, meldt den dood van commandant
Botha, den moedigen Boer, die reeds sedert
jaren rondliep met twee kogels die hem
trollen in den krijg tegen Engeland ia 1881.
De «Daily Telegraph", de vuile volksmis
leider, juicht over de beslissende overwinning
te Kimberley, Met nauw verholen vreugde
meldt het dat 300 Boeren gewond en gedood
zijn, terwijl de verliezen der Engelschen
slechts 2 dooden en 21 gewonden bedroegen.
Verder roemt dat biad mr, Rhodes aan
wien de vroolijke stemming in Kimberley te
danken is. »Mr. Rhodes" zegt de «Telegraph",
«geelt dagelijks schitterende diners, waarbij
overvloedige weelde heerscht en de champagne
niet ontbreekt."
Hoe edel toch, en edelmoedigl —Terwijl
zijn landgenooten hun bloed vergieten om
ZEd's zakken te vollen en zijn roem te ves
tigen, terwijl om zijnentwil de Boeren zich
laten uitmoorden, geeft mijnheer diners, en
danst op de graven der gevallenen 1 O, ver
blind Engeland!
Onder het opschriftGoede vruchten van
den oorlog, schrijft de correspondent der
«Times" het volgende:
Kaapstad, 26 Oct. i> Hoewel er eerst eemge
teekenen van ontsteltenis waren onder de
Hollanders in de Kaapstad, is alles nu rustig
en nemen dezen een uitstekend neutrale hou
ding aan. Het komt ons voor, dat de oorlog
reeds veel heeft bijgedragen om de Hollan
ders de oogen te openen voor de goede
eigenschappen der Engelschen, en hun sym
pathie te verminderen voor de Boeren. De
wenscb van alle Afrikaanders is thans, dat
de Engelschen spoedig den iaatsten, beslis
sende» slag slaan, en in Zuid-Afrika de
Britsche suzereiniteit voor goed gevestigd
wordt."
Wat schandelijke, lage leugens 1 De afstam
melingen van hen die onder onzen Willem
de Zwijger, onze nationaliteit handhaafden
tegenover een Philips van Spanje en zyn
landlanger Al va, die in 1813 den groolen
Bonaparte verjoegen, die zelf geleden heb
ben ouder den druk van tyraonen, zouden
zij hun eigen vleesch en bloed, hun eigen
broeders hun sympathie kunnen onthouden
in een strijd tegen een brutalen verdrukker?
Zouden zij goedkeuren den Bloedraad um
Rhodes Zouden zij hem willen zien zuchten
onder een landvoogdij van dezen schurk,
dezen tweeden Philips en zijn lagen hand
langer Chamberlain, een tweeden Alva I
Neen, duizendmaal neenl
Doen de Engelschen het voorkomen alsof
de Hollanders lafaards zijn, die de opko
mende zon aanbidden, die niet durven zeggen
wat zy meenen, uit angst voor den grooten
bulhond «Engeland", daarom rijn zij het
nog nietl De Hollanders in de Kaap zoo min
als het volk van Nederland.
Hollander en Boer is voor den Engelsch-
rnan hetzelfde en hij heeft geljjk. Onze
natie daarginds en wy in Holland zijn broe
ders en gelyken in trouw en moed 1
Vocht een Kenau Hasselaar voor vrijheid
en recht, haar zusteren in Transvaal schamen
zich evenmin om den dood tegemoet te gaan,
in een gevecht voor behoud van haar geliefd
geboorteland I Had een Willem van Oranje
alles veil voor 't Vaderland, Paul Kiuger is
een trouw afbeeldsel van onzen Vader des
Vaderlands.
Ja, wy zijn broeders 1 en wij zijn trotseh
op onze kleine Hollandsche kolonie in Trans
vaal.
»Nooit, zoover de geschiedenis teruggaat,"
zegt de «Standard", «is er een meer popu
laire oorlog geweest, dan deze waartoe wij
thans, door de koppigheid en onbeschaamd
heid van Mr. Paul Kruger en zijn handlan
gers, werden gedwongen."
Is het niet opmerkelijk, hoe Engeland
telkens weer herhaalt, dat de schuld aari
Oom Paul is 't Is als de dronkaard die roept
sik ben niet dronken," om zijn schande te
verbergen.
En wèl mag Engeland dat doen, want haar
schande is grooter dan die van Frankrijk
waarop het eenige maanden geleden zoo
schimpte en schold.
Als een aardig staaltje van Engelsche
nieuwsblad-logica, dient het volgend bericht
gepubliceerd door de «Daily Times":
C4petown, 26 Oct. «Zoover bekend is,
heeft de toestand in Natal geen verandering
ondergaan. Alle berichten van militairen in
houd worden door de censuur geweigerd,
doch het is zeker, dat er nog niets bijzonders
heeft plaats gehad, hoewel het niet ontvan
gen van dépêches ons doet denken dat er
wel iets hijsonders heeft plaats gegrepen."
Zou er geen Holiandsch blad zijn, dat van
dergelijke berichten gediend is?
TRANSVAAL.
C. «I. de Jonge, f
Volgens de «Daily Mail" is te Elandslaagte
ook gesneuveld de heer De Jonge, secretai is
van het departement van onderwijs der Z.-A.
Republiek. Hoe de oorlog ook afloope, tot de
pijnlijkste herinneringen zal voor de Boeren
deze dood behooren.
De heer De Jonge was secretaris van het
departement van onderw. Toen de Afrikaan
ders in Transvaal hun heftige beweging tegen
het Hollandsche onderwijs voerden, greep hij
naar de pen en verdedigde in een dagblad
artikel het staatsonderwijs en verweet deze
Afrikaanders, van wie de predikanten van
de Vereenigde Kerk, kweekelingen vanStel-
lenbosch, de leiders waren, dat door hun
toedoen het Engelsch en de Engelsche invloed
in de Republiek het zouden winnen.
Daarop volgde een aanklacht bij de Regee
ring en een verzoek om den heer De Jonge
te ontslaan, omdat hij, hoewel ambtenaar,
de predikanten der Vereenigde Kerk had
aangevallen. De Regeering benoemde een
commissie om het geval te onderzoeken. De
commissie vond geen aanleiding voor het
ontslag. Toen volgde een debat in den Eersten
Volksraad, naar aanleiding van een memorie
van een klein aantal burgers, verzoekende
den heer De Jonge te ontslaan. Met 43 tegen
12 stemmen gaf de Volksraad de Regeering
daartoe opdracht.
Of zij daaraan voldaan heeft, weten wij
niet. Volgens onze laatste berichten, die tot
de er-ste dagen van October liepen, nog niet.
Maar inlusschen was de oorlog uitgebroken.
Het Nederiandsche vrijwilligerscorps werd
gevormd. Op de vergadering, waar dat ge
beurde, deelde iemand mede, dat zich voor
het corps had opgegeven de heer De Jonge.
Geen waardiger antwoord op het besluit van
den Volksraad ware mogelijk geweest. Hij
werd een der officieren van het korps te
velde, en te Elandslaagte liet hy het leven.
De regeering der Republiek, zoo zij 't nog
niet gedaan had, was dus ontslagen van de
hatelyke taak, aan de opdracht van den
Volksraad gehoor te geven. De post is open
en kan door een Afrikaner bezet worden.
Maar, wjj mogen niet te bitter zijner was
toch onder de burgers al verontwaardiging
over dat besluit van den Volksraad en de
oorlog, de heldhaftigheid van het als één
man opkomend Transvaalsche volk, wischt
veel kwaads uit. Maar voortaan zal geen
rechtgeaard Afrikaander van dezen vrijheids
kamp kunnen spreken, zonder eerbiedige
hulde te brengen aan De Jonge, die zyn
eigen bittere grief niet achtte, maar zyn
leven veil had voor zyn nieuwe vaderland.
Zyn oude vaderland zal zich ook zijner weten
te herinneren. («N. R. Ct,")
Amsterdamsclie distillateur en de
Engelsche soldaten.
De «Daily Chronicle" ^publiceert eenaller-
merkwaardigsten brief van een Nederlandsch
distillateur te Amsterdam aan een Engelsch
expeditiekantoor. In gebrekkig Engelsch wor
den daarin de Engelsche soldaten te Lady-
smith geprezen en verzoekt hij voor zijn reke
ning 400 kisten «Schiedam" aan de rooi-
baatjes te sturen, met zijn «respects to these
brave soldiers."
In verband met dit bericht schrijft ons de
heer S. van Dyk Azn. te Amsterdam dat het
bericht in de Engelsche «Star", ais zou hy
100 kisten jenever beschikbaar gesteld heb
ben voor de Engelsche soldaten in Zuid-
Afrika, onwaar is. Wel is de mogelijkheid
niet uitgesloten, dat het Londensche huis, dat
de Amsterdamsche firma vertegenwoordigt,
door verschillende omstandigheden er toe is
gekomen, 100 kisten aan de Engelschen
cadeau te maken, doch de brief in de «Star",
als zou dit geschenk zijn van de Amsterdam
sche firma, noemt de heer Van Dijk een logen.
Verspreide berichten.
Het volgende rondschrijven is verzonden
«De ondergeteekenden, zieh vereenigd
hebbende tot een vrouwen-comité, dat zich
ten doel stelt het lijden der gekwetsten in
dezen TransvaalschenVnjheidsoorlcg te helpen
verzachten, noodigt allen, die daarmede
sympathiseeren uit, hunnen hooggewaardeer-
den steun te vei leenen, door goederen, daar
voor bestemd en passend, toe te zenden aan
de penningmeestei esse H. Lingbeek—Gosse-
Iaar, villa «Quiete" Hilversum, of aan prof.
Tilanus, gebouw «Roode Kruis" Kiayenhofl-
straat, Amsterdam.
Zy stellen zich voor, door bemiddeling van
het Nederlandsch comité voor Tiansvaal en
van het Roode Kruis, met iedere boot der
Duitsche Oost-Afrikn-iijn, d. i. om de 14
dagen, eenige geassorteerde kisten benoo-
digdheden uit te zenden, aan. den chef der
Nederiandsche ambulance, dr. G. W. S Ling
beek, en vertrouwen, dat velen zich opgewekt
zullen gevoelen om langs dezen weg onzen
armen en gewonden stamgenooten op prac-
tische wijze hunne sympathie te bewijzen.
Mevr. L. MIDDELBERG—Halimann, Pres.
TRESLING—Tonckens, Secr.
LINGBEEKGosselaar, Penn.
De volgende dames te Amsterdam hebben
daarvoor haren steun toegezegd
Mevr. TILANUS—Liotard.
WERTHEIM—Bicker.
KORTEWEG-v.d. Chijs
De ondergeteekende spreekt door deze zijne
hartelijke sympathie en welgemeenden dank
uit voor dit streven en hoopt dat ook langs
dezen weg onze Nederiandsche ambulance
velen tot zegen moge zijn.
Zeer gewaardeerd zullen zijn, de volgende
zaken
Geconserveerde voedingsmiddelen (vleesch,
visch, bouillon enz.), melk, groenten, vruch
ten, jams, cacao, thee, koffie, suiker, rijst,
wijn, havermout, biscuits, boter, olie, limo
nades, siropen, boonen, erwten, enz. enz. en
vooits tabak, sigaren, pypen, bijbels, goede
lectuur, gezelschapsspelen, ziekenkieeding en
schoenwerk, kaarsen, zeep, versnaperingen,
enz enz.
De Chef der Ambulance van het
Nederl. Roode Kruis,
Dr. G. W. S. LINGBEEK."
Verschillende firma's te Rotterdam hebben
ciiculairesaan hun handelsvrienden in Duitsch-
land verzonden, waarvan de inhoud (in ver
taling) luidt als volgt:
«In Zuid-Afnka wordt .en harde strijd
gestreden dooi* een klein heldenvolk, gespro
ten uit den neder- en hoogduitschen stam,
een vrijheidskamp tegen een verre overmach
tige mogendheid.
«Het groote Engeland zendt zijn duizenden
naar Afrika om een vrijheidlievend volk te
onderdi ukken, een volk van geimnanschen
stam.
«Heldhaftig strijden daar onze broeders,
niet voor geld, maar voor het hoogste goed,
de viyheid.
«Huisvaders, ja zelfs knapen, zijn uitge
trokken en tali ijk zullen de offers zijn, die
in den zvvaren strijd vallen.
«Ter verpleging van de gewonden en ter
verzorging van de achtergeblevenen zal ont
zaglijk veel geld noodig zijn en de Neder!.
Zuid-Af] ikaansche Vereeniging met haar
hoofdzetel te Amsterdam stelt ijverige po
gingen in het weik om de daartoe noodige
gelden byeen te brengen.
«Overtuigd van uw sympathie voor dit
doel, veroorloven wy ons een beroep op onze
vrienden te doen, in de hoop dat zij ons
door een gift, klein of groot, in staat zullen
stellen tot verzachting van de vreeselyke
gevolgen van dezen rampzaligen ooi log mede
te werken.
«Wellicht wilt gij pogen ook van vrienden
bijdragen te ontvangen.
«Beleefd wordt verzocht de bydrage te
zenden aan den heer P. R. Mees, penning
meester van de afd, Rotterdam der N. Z.-A,
Vereeniging, te Rotterdam, of aan de onder
geteekenden."
Oct./Nov. '99.
«Hoogachtend enz."
Dergelijke circulaires voor Frankrijk zullen
spoedig volgen.
De talrijke landgenooten, die familieleden
in Transvaal en Vrijstaat hebben, verkeeren
uitteraard in groote spanning omtrent het
lot dier verwanten. Hun ongerustheid wordt
niet weinig verergerd door de bemoeilijking
welke het telegrafisch verkeer ondervindt.
Zoo kreeg een onzer stadgenooten, die gis
teren naar een familielid te Pretoria had
geseind, van den directeur het schriftelijk
I richt dat het telegram volgens kennisge-
vjng van het kantoor te Kaapstad «door da
censuur is aangehouden en dus onbestelbaar".
Toch stond in dat telegram slechts de on
schuldige vraag om te seinen hoe de geadres
seerde het maakte. Hij vernam heden aan
het telegraafkantoor alhier dat tal van der
gelijke teleurstellingen dagelijks voorkomen.
Is zulk een stremming van het telegi afisch
verkeer niet in strijd met de internationale
verdragen? Kan de minister van buitenland
se!! e zaken niet hierover bij de Engelsclie
regeeiing vertoogen doen indienen? Honder
den landgenooten beamen zeker dezen wensch.
(«H.")
Tot de Nedeilanders in Tiansvaal, die de
wapenen hebben opgeval, behoort ook dr.
G. A. P. Molengraalï, vroeger hoogleeraar
te Amsterdam. Zijne vrouw doet dienst als
ziekenverpleegster en zijn twaalfjarige zoon
als wielrijder om berichten over te brengen.
Hoewel de vroegere mededeelingen, betref
fende de militaire censuur en storingen in
het verkeer met Zuid-AInka van kracht blij
ven, wordt thans door de «Eastern Telegraph
Company" bericht, dat de bestaande tarieven
voor perstelegiammen naar de Kaapkolonie,
Natal, den Oranje-Vrijstaat en de Zuid Afri-
kaansche Republiek zijn verlaagd tot f0.80
per woord, terwijl liet tarief voor perstele
giammen naar Zuid-Rhodesia is bepaald op
f0.35 per woord. (St.-Ct.)
Gisteren op de K n i g, Met verschillende
passagiers die naar Transvaal vertrokken
spraken we op den weg van hier naar IJ mui
den. Allen waren vol geestdrift voor de
Boeren, allen vervuld van afkeer om geen
sterker woord te gebruiken, voor de Engel
schen.
Een der mannen zei ons: «Mijnheer, ik
ben Groninger van geboorte, maar heb 16
jaar in Transvaal gewoond. liet vorige jaar
ben ik hier teruggekomen met mijn vrouw,
een Transvaalsche, en mijn twee kinderen.
Ik kou het niet lijdelijk aanzien, dat die
Boeren daar zoo genegerd worden, en tot
mijn vrouw zei ik«Ik heb het daar ginds
zestien jaar lang goed gehad, laat ik het er
nu ook eens slecht hebben". En m'n vrouw
was het met mij eens en zoo zijn we nu op
weg naar het vaderland van mijn vrouw, waar
ik met de Boeien zal gaan vechten".
(«H.")
Op de lijst van een Transvaal-comité in
een der Friesche plattelandsgemeenten is voor
f250 geteekend door een Engelschman.
Door de werklieden op de werkplaats der
Staatsspoorwegen te Tilburg is besloten, weke
lijks ieder één cent van het weekloon te be
stemmen, voor ondersteuning der nagelaten
betrekkingen van gesneuvelde Boeren. Het
getal der werklieden bedraagt ongeveer dui
zend.
BINNENLAND.
IV'aterstnats-begrrooting-,
Bij het afdeehngsonderzoek over de Water-
slaats-begrooting voor 1900, werd door som
mige leden geklaagd over de onvoldoende
toelichting der begrooting. Verscheidene
leden betwijfelden of bij den dienst van
's rijks wateistaat wel de noodige zuinigheid
wordt betracht, volgens sommigen voor een
deel het gevolg van de omstandigheid, dat
de hoofdingenieurs en ook, schoon in minder
mate, de arrond. ingenieurs te veel admi
nistratief werk hebben te verrichten en
dat dientengevolge het Vchnisch toezicht op
de werken te veel aan opzichters wordt over
gelaten. Zij meenden dat strenger contröle
tot zuiniger ramingen zou kunnen leiden.
Van audere zijde weid betoogd, de wenscher
hjkheid van eene vaste begrootings-commissie
uit de Kamer te benoemen.
Door sommigen werd aangedrongen op
spoedige inzending van het w. o. beti ellende
de veiligheid van het verkeer op open
bare wegen, en anderen begrepen niet waarom
de beslissing omtrent de provinciale veror
deningen verdaagd is. Voorts werd opgemerkt
dat het verbod om met automobielen zeker
maximum van snelheid te overschrijden, zeer
slecht gehandhaafd wordt. Op beter toezicht
werd met nadruk aangedrongen.
Aangedrongen werd op publicatie van het
rapport der staatscommissie, welke benoemd
werd ter zake van de verontreini
ging van openbare wateren en gevraagd
werd hoe het thans staat met den aanleg
van een kanaal ter verbinding van de Z.
Willemsvaart met de Amer.
Tegen een verbod tot uitoefening van de
schelpenvisscherij, waaraan ankele leden de
afneming der Nederl. kust langs de Noordzee
toeschreven, bestond, naar het inzien van
anderen, geen reden.
Met betrekking tot de werken van de Maas
mondverlegging werd gevraagd, wanneer de
nieuwe rivier geopend zal kunnen worden.
Van verschillende zyden werd het verzet,
waartoe de toepassing van hat K. B. van
25 Maart jl. met betrekking tot de Vi sch
il al te IJmuiden aanleiding heeft gegeven;
ter sprake gebracht. Verscheidene leden wa
ren van oordeel, dat genoemd besluit noch
met den geest, noch met de letter van de
wet van 28 Febr. 1891 is overeen te brengen
en gevraagd werd wat de minister thans,
na de omtrent het besluit gevallen rechter
lijke uitspraak, denkt te doen. Ten aanzien
van de quaestie van doelmatigheid waren de
gevoelens verdeeld. Sommigen betoogden dat
de Reg. niet behoort af te zien van het stre
ven van de misbruiken, die tot de oprichting
der Rijkshal aanleiding gaven, tegen te gaan.
Anderen achtten heffing eener retributie
voor den afslag van visch billijk, maar meen
den, dat van regeeringswege te veel werd
ingegrepen in het visschersbedrijf en in den
vischhandel. Naar liet schijnt hebben zich
eenige belanghebbenden reeds vereenigd om
een particuliere vischhal op te richten. Gaarne
outving men hieromtrent eenige inlichtingen.
Ook vroeg men een specificatie van de kosten
van personeel en exploitatie.
Gevraagd werd of er nog wel reden be
staat aan Maassluis f 1500 subsidie te
geven voor hare haven, nu de wet tot rege
ling van de financieele verhouding tusschen
het Rijk en de gemeente aan Maassluis eene
bate van pl. m. f 10000 verschaft per jaar.
Ten aanzien van de werken met betrekking
tot de G r a f e 1 ij k e Zalen werden onder
scheidene opmerkingen gemaakt en gewezen
werd er op, dat de commissie voor de Grafe
lijke Zalen zich weinig om de toezegging
van den Minister waar hy verklaard heelt
dat aanvankelijk niet meer zal worden al
en uitgebroken dan noodig is om een goed
overzicht van den toestand te verkrygen en
de vereischte herstellingen te kunnen ver
richten, schijnt te bekommeren en er niet
tegen schynt op te zien hem en ook de Kamer
voor een fait accompli te stellen. Men jiad
mogen verwachten, dat vóór de verwijdering
der aanbouwsels de overlegging van deri toe
gezegden volledigen plattegrond van het Bin
nenhof, hoe de toestand na het verwijderen
en aanbouwsels zal zijn, was geschied.
Met het afbreken van de aanbouwsels is
men echter druk bezig en in een bij de Me
morie van Toelichting overgelegd rapport
wordt het albreken van de buizen aan de
zuidzyde van de zaal aangekondigd, zonder dat
van de overlegging van bedoe'den plattegrond
sprake is. Men begreep niet hoe de minister
met dergelijk voorbijgaan van zijne beloften
genoegen had kunnen nemen. Voorts wees
men er op, dat de commissie van lieverlede
het gebouw onbruikbaar maakte voor den
dienst van het gerechtshof, terwijl voor het
hof nog geen andere plaats is aangewezen.
Ook hier schijnt het de bedoeling der com
missie geweest te zijn de Reg. voor een fait
accompli te plaatsen en ook dit schijnt de
Reg. zich te laten aanleunen Niet alleen
kost de restauratie der grafelijke ralen op
zich zelf veel geld, maar bovendien wordt
de Regeering door de wijze waarop de com
missie die restauratie aanvat, genoopt tot het
voorstellen van groote uitgaven voor de instal
latie van het gerechtshof op een andere plaats.
Naar men meende te weten, is voor eenige
maanden door de regeering eene weinig tal
rijke, uit ambtenaren bestaande commissie
benoemd, teneinde te rapporteeren omtrent
de vraag of invoering van staatsex
ploitatie van spoorwegen wen-
schelijk is. Was men wel ingelicht, dan heb
ben in die commissie zitting twee hoofd
ambtenaren, die aan de beweiking en be
handeling der spoorwegovereenkomsten van
1900 een zeer werkzaam deel hebben geno
men. Is dit juist, dan werd deze keuze door
sommige leden minder gelukkig geacht, omdat
het h. i. kan zijn, dat deze ambtenaren al
te zeer geneigd zijn om handhaving der
spoorwegovereenkomsten te bepleiten en het
kan h. i. ook zijn, dat de bezwaren die de
toepassing dier overeenkomsten oplevert, hen,
zij het ook onbewust, tot staatsexploitatie
doen ovei hellen als middel om aan de wer
king dier overeenkomsten een einde te maken.
Gevraagd werd of inderdaad zulk een
commissie is benoemd, wie daarvan de leden
zijn ea welke opdracht haar is verstrekt.
Ofschoon zij meenden dat het op het oogen
blik nog niet de geschikte tijd is om over de
raadzaamheid van staatsexploitatie met den
minister in gedachtenwisseling te treden,
vroegen enkele leden inlichting omtrent een
wet die invoering van een hangend punt ten
aanzien van het jaarlyks stygende bedrsg der
vordering, welke de beide Spoorwegmaat
schappijen by naasting zullen hebben tegen
den Staat.
Eenige leden betoogden dat by de dienst
regelingen der spoorwegen niet genoeg gelet
woidt op het verkrygen van goede aanslui
tingen en dat hierop scherper toezicht door
den Raad van Toezicht en den minister be
hoort gehouden te worden. Voorts werd o, a.
aangevoerd, dat door de nieuwe verbinding
Amsterdam—Vlissingen via Gouda de reis
gelegenheid van Amsterdam naar Utrecht
minder veelvuldig is geworden. Ook wordt
-*vV
5MIEGAMSCIE CI IRA: IT
I -.(s'Vriy ii (4.