53'" Jaargang. Tweede Blad. Dinsdag 31 October 1899. No. 10077. Deze courant verschijnt dagelijks, met uiizondering van Zon- en Feestdagen. 0 Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Ylaardingen fï. 1.25. Franco per post 11. 4.65. Pj-ijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau: Boterstraat 68. Prijs der Advertentiën: van 17 regels 90 cents; iedere regel meer lS'/s cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag-en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Uleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon Mo. 123. ENGELSCHE BRIEVE ff. {Van onzen correspondent.) 28 Oct. '99. Als een derde gedeelte der berichten in Eügelsche bladen waar Is, ziet het er voor de Boeren slecht uit. Uit Kimberley bericht men dat Donderdagnacht 11, ten Noorden dier stad erg gevochten is, met resultaat dat de Boeren verslagen zijn. Het laatste telegram van Donderdag 26 Oct, 9.20 p.m. (Central News) luidt aldus: Oranje Rivier. Een bode van Kimberley, zoo juist hier aangekomen, meldt dat het gar nizoen te Kimberley een praehtigen uitval tegen den vijand deed. De Boeren werden teruggeslagen. Scott Turner en Colonel Hurray onderscheidden zich in het bijzonder, zoo ook het gansche regiment Lancashires. De Boeren, door dit regiment achtervolgd, vluchtten hals over kop. Hun leger werd op op 700 geschat. Het aantal dooden en gewonden aan hun kant is zeer groot. Ons verlies is nog niet bekend. Onder de gesneuvelden behoort de comman dant der Boeren, Botha. Naar men ons ver zekert was de vijand zeer ontsteld en overbluft door de juistheid waarmede door de onzen geschoten werd, en hun eigen algeheele on macht zich daarmede te meten. «Zij waren er geen enkel oogenblik tegen opgewassen, en werden dan ook geheel ver slagen." Een ander telegram, het bovenstaand be-* vestigend, meldt den dood van commandant Botha, den moedigen Boer, die reeds sedert jaren rondliep met twee kogels die hem trollen in den krijg tegen Engeland ia 1881. De «Daily Telegraph", de vuile volksmis leider, juicht over de beslissende overwinning te Kimberley, Met nauw verholen vreugde meldt het dat 300 Boeren gewond en gedood zijn, terwijl de verliezen der Engelschen slechts 2 dooden en 21 gewonden bedroegen. Verder roemt dat biad mr, Rhodes aan wien de vroolijke stemming in Kimberley te danken is. »Mr. Rhodes" zegt de «Telegraph", «geelt dagelijks schitterende diners, waarbij overvloedige weelde heerscht en de champagne niet ontbreekt." Hoe edel toch, en edelmoedigl —Terwijl zijn landgenooten hun bloed vergieten om ZEd's zakken te vollen en zijn roem te ves tigen, terwijl om zijnentwil de Boeren zich laten uitmoorden, geeft mijnheer diners, en danst op de graven der gevallenen 1 O, ver blind Engeland! Onder het opschriftGoede vruchten van den oorlog, schrijft de correspondent der «Times" het volgende: Kaapstad, 26 Oct. i> Hoewel er eerst eemge teekenen van ontsteltenis waren onder de Hollanders in de Kaapstad, is alles nu rustig en nemen dezen een uitstekend neutrale hou ding aan. Het komt ons voor, dat de oorlog reeds veel heeft bijgedragen om de Hollan ders de oogen te openen voor de goede eigenschappen der Engelschen, en hun sym pathie te verminderen voor de Boeren. De wenscb van alle Afrikaanders is thans, dat de Engelschen spoedig den iaatsten, beslis sende» slag slaan, en in Zuid-Afrika de Britsche suzereiniteit voor goed gevestigd wordt." Wat schandelijke, lage leugens 1 De afstam melingen van hen die onder onzen Willem de Zwijger, onze nationaliteit handhaafden tegenover een Philips van Spanje en zyn landlanger Al va, die in 1813 den groolen Bonaparte verjoegen, die zelf geleden heb ben ouder den druk van tyraonen, zouden zij hun eigen vleesch en bloed, hun eigen broeders hun sympathie kunnen onthouden in een strijd tegen een brutalen verdrukker? Zouden zij goedkeuren den Bloedraad um Rhodes Zouden zij hem willen zien zuchten onder een landvoogdij van dezen schurk, dezen tweeden Philips en zijn lagen hand langer Chamberlain, een tweeden Alva I Neen, duizendmaal neenl Doen de Engelschen het voorkomen alsof de Hollanders lafaards zijn, die de opko mende zon aanbidden, die niet durven zeggen wat zy meenen, uit angst voor den grooten bulhond «Engeland", daarom rijn zij het nog nietl De Hollanders in de Kaap zoo min als het volk van Nederland. Hollander en Boer is voor den Engelsch- rnan hetzelfde en hij heeft geljjk. Onze natie daarginds en wy in Holland zijn broe ders en gelyken in trouw en moed 1 Vocht een Kenau Hasselaar voor vrijheid en recht, haar zusteren in Transvaal schamen zich evenmin om den dood tegemoet te gaan, in een gevecht voor behoud van haar geliefd geboorteland I Had een Willem van Oranje alles veil voor 't Vaderland, Paul Kiuger is een trouw afbeeldsel van onzen Vader des Vaderlands. Ja, wy zijn broeders 1 en wij zijn trotseh op onze kleine Hollandsche kolonie in Trans vaal. »Nooit, zoover de geschiedenis teruggaat," zegt de «Standard", «is er een meer popu laire oorlog geweest, dan deze waartoe wij thans, door de koppigheid en onbeschaamd heid van Mr. Paul Kruger en zijn handlan gers, werden gedwongen." Is het niet opmerkelijk, hoe Engeland telkens weer herhaalt, dat de schuld aari Oom Paul is 't Is als de dronkaard die roept sik ben niet dronken," om zijn schande te verbergen. En wèl mag Engeland dat doen, want haar schande is grooter dan die van Frankrijk waarop het eenige maanden geleden zoo schimpte en schold. Als een aardig staaltje van Engelsche nieuwsblad-logica, dient het volgend bericht gepubliceerd door de «Daily Times": C4petown, 26 Oct. «Zoover bekend is, heeft de toestand in Natal geen verandering ondergaan. Alle berichten van militairen in houd worden door de censuur geweigerd, doch het is zeker, dat er nog niets bijzonders heeft plaats gehad, hoewel het niet ontvan gen van dépêches ons doet denken dat er wel iets hijsonders heeft plaats gegrepen." Zou er geen Holiandsch blad zijn, dat van dergelijke berichten gediend is? TRANSVAAL. C. «I. de Jonge, f Volgens de «Daily Mail" is te Elandslaagte ook gesneuveld de heer De Jonge, secretai is van het departement van onderwijs der Z.-A. Republiek. Hoe de oorlog ook afloope, tot de pijnlijkste herinneringen zal voor de Boeren deze dood behooren. De heer De Jonge was secretaris van het departement van onderw. Toen de Afrikaan ders in Transvaal hun heftige beweging tegen het Hollandsche onderwijs voerden, greep hij naar de pen en verdedigde in een dagblad artikel het staatsonderwijs en verweet deze Afrikaanders, van wie de predikanten van de Vereenigde Kerk, kweekelingen vanStel- lenbosch, de leiders waren, dat door hun toedoen het Engelsch en de Engelsche invloed in de Republiek het zouden winnen. Daarop volgde een aanklacht bij de Regee ring en een verzoek om den heer De Jonge te ontslaan, omdat hij, hoewel ambtenaar, de predikanten der Vereenigde Kerk had aangevallen. De Regeering benoemde een commissie om het geval te onderzoeken. De commissie vond geen aanleiding voor het ontslag. Toen volgde een debat in den Eersten Volksraad, naar aanleiding van een memorie van een klein aantal burgers, verzoekende den heer De Jonge te ontslaan. Met 43 tegen 12 stemmen gaf de Volksraad de Regeering daartoe opdracht. Of zij daaraan voldaan heeft, weten wij niet. Volgens onze laatste berichten, die tot de er-ste dagen van October liepen, nog niet. Maar inlusschen was de oorlog uitgebroken. Het Nederiandsche vrijwilligerscorps werd gevormd. Op de vergadering, waar dat ge beurde, deelde iemand mede, dat zich voor het corps had opgegeven de heer De Jonge. Geen waardiger antwoord op het besluit van den Volksraad ware mogelijk geweest. Hij werd een der officieren van het korps te velde, en te Elandslaagte liet hy het leven. De regeering der Republiek, zoo zij 't nog niet gedaan had, was dus ontslagen van de hatelyke taak, aan de opdracht van den Volksraad gehoor te geven. De post is open en kan door een Afrikaner bezet worden. Maar, wjj mogen niet te bitter zijner was toch onder de burgers al verontwaardiging over dat besluit van den Volksraad en de oorlog, de heldhaftigheid van het als één man opkomend Transvaalsche volk, wischt veel kwaads uit. Maar voortaan zal geen rechtgeaard Afrikaander van dezen vrijheids kamp kunnen spreken, zonder eerbiedige hulde te brengen aan De Jonge, die zyn eigen bittere grief niet achtte, maar zyn leven veil had voor zyn nieuwe vaderland. Zyn oude vaderland zal zich ook zijner weten te herinneren. («N. R. Ct,") Amsterdamsclie distillateur en de Engelsche soldaten. De «Daily Chronicle" ^publiceert eenaller- merkwaardigsten brief van een Nederlandsch distillateur te Amsterdam aan een Engelsch expeditiekantoor. In gebrekkig Engelsch wor den daarin de Engelsche soldaten te Lady- smith geprezen en verzoekt hij voor zijn reke ning 400 kisten «Schiedam" aan de rooi- baatjes te sturen, met zijn «respects to these brave soldiers." In verband met dit bericht schrijft ons de heer S. van Dyk Azn. te Amsterdam dat het bericht in de Engelsche «Star", ais zou hy 100 kisten jenever beschikbaar gesteld heb ben voor de Engelsche soldaten in Zuid- Afrika, onwaar is. Wel is de mogelijkheid niet uitgesloten, dat het Londensche huis, dat de Amsterdamsche firma vertegenwoordigt, door verschillende omstandigheden er toe is gekomen, 100 kisten aan de Engelschen cadeau te maken, doch de brief in de «Star", als zou dit geschenk zijn van de Amsterdam sche firma, noemt de heer Van Dijk een logen. Verspreide berichten. Het volgende rondschrijven is verzonden «De ondergeteekenden, zieh vereenigd hebbende tot een vrouwen-comité, dat zich ten doel stelt het lijden der gekwetsten in dezen TransvaalschenVnjheidsoorlcg te helpen verzachten, noodigt allen, die daarmede sympathiseeren uit, hunnen hooggewaardeer- den steun te vei leenen, door goederen, daar voor bestemd en passend, toe te zenden aan de penningmeestei esse H. Lingbeek—Gosse- Iaar, villa «Quiete" Hilversum, of aan prof. Tilanus, gebouw «Roode Kruis" Kiayenhofl- straat, Amsterdam. Zy stellen zich voor, door bemiddeling van het Nederlandsch comité voor Tiansvaal en van het Roode Kruis, met iedere boot der Duitsche Oost-Afrikn-iijn, d. i. om de 14 dagen, eenige geassorteerde kisten benoo- digdheden uit te zenden, aan. den chef der Nederiandsche ambulance, dr. G. W. S Ling beek, en vertrouwen, dat velen zich opgewekt zullen gevoelen om langs dezen weg onzen armen en gewonden stamgenooten op prac- tische wijze hunne sympathie te bewijzen. Mevr. L. MIDDELBERG—Halimann, Pres. TRESLING—Tonckens, Secr. LINGBEEKGosselaar, Penn. De volgende dames te Amsterdam hebben daarvoor haren steun toegezegd Mevr. TILANUS—Liotard. WERTHEIM—Bicker. KORTEWEG-v.d. Chijs De ondergeteekende spreekt door deze zijne hartelijke sympathie en welgemeenden dank uit voor dit streven en hoopt dat ook langs dezen weg onze Nederiandsche ambulance velen tot zegen moge zijn. Zeer gewaardeerd zullen zijn, de volgende zaken Geconserveerde voedingsmiddelen (vleesch, visch, bouillon enz.), melk, groenten, vruch ten, jams, cacao, thee, koffie, suiker, rijst, wijn, havermout, biscuits, boter, olie, limo nades, siropen, boonen, erwten, enz. enz. en vooits tabak, sigaren, pypen, bijbels, goede lectuur, gezelschapsspelen, ziekenkieeding en schoenwerk, kaarsen, zeep, versnaperingen, enz enz. De Chef der Ambulance van het Nederl. Roode Kruis, Dr. G. W. S. LINGBEEK." Verschillende firma's te Rotterdam hebben ciiculairesaan hun handelsvrienden in Duitsch- land verzonden, waarvan de inhoud (in ver taling) luidt als volgt: «In Zuid-Afnka wordt .en harde strijd gestreden dooi* een klein heldenvolk, gespro ten uit den neder- en hoogduitschen stam, een vrijheidskamp tegen een verre overmach tige mogendheid. «Het groote Engeland zendt zijn duizenden naar Afrika om een vrijheidlievend volk te onderdi ukken, een volk van geimnanschen stam. «Heldhaftig strijden daar onze broeders, niet voor geld, maar voor het hoogste goed, de viyheid. «Huisvaders, ja zelfs knapen, zijn uitge trokken en tali ijk zullen de offers zijn, die in den zvvaren strijd vallen. «Ter verpleging van de gewonden en ter verzorging van de achtergeblevenen zal ont zaglijk veel geld noodig zijn en de Neder!. Zuid-Af] ikaansche Vereeniging met haar hoofdzetel te Amsterdam stelt ijverige po gingen in het weik om de daartoe noodige gelden byeen te brengen. «Overtuigd van uw sympathie voor dit doel, veroorloven wy ons een beroep op onze vrienden te doen, in de hoop dat zij ons door een gift, klein of groot, in staat zullen stellen tot verzachting van de vreeselyke gevolgen van dezen rampzaligen ooi log mede te werken. «Wellicht wilt gij pogen ook van vrienden bijdragen te ontvangen. «Beleefd wordt verzocht de bydrage te zenden aan den heer P. R. Mees, penning meester van de afd, Rotterdam der N. Z.-A, Vereeniging, te Rotterdam, of aan de onder geteekenden." Oct./Nov. '99. «Hoogachtend enz." Dergelijke circulaires voor Frankrijk zullen spoedig volgen. De talrijke landgenooten, die familieleden in Transvaal en Vrijstaat hebben, verkeeren uitteraard in groote spanning omtrent het lot dier verwanten. Hun ongerustheid wordt niet weinig verergerd door de bemoeilijking welke het telegrafisch verkeer ondervindt. Zoo kreeg een onzer stadgenooten, die gis teren naar een familielid te Pretoria had geseind, van den directeur het schriftelijk I richt dat het telegram volgens kennisge- vjng van het kantoor te Kaapstad «door da censuur is aangehouden en dus onbestelbaar". Toch stond in dat telegram slechts de on schuldige vraag om te seinen hoe de geadres seerde het maakte. Hij vernam heden aan het telegraafkantoor alhier dat tal van der gelijke teleurstellingen dagelijks voorkomen. Is zulk een stremming van het telegi afisch verkeer niet in strijd met de internationale verdragen? Kan de minister van buitenland se!! e zaken niet hierover bij de Engelsclie regeeiing vertoogen doen indienen? Honder den landgenooten beamen zeker dezen wensch. («H.") Tot de Nedeilanders in Tiansvaal, die de wapenen hebben opgeval, behoort ook dr. G. A. P. Molengraalï, vroeger hoogleeraar te Amsterdam. Zijne vrouw doet dienst als ziekenverpleegster en zijn twaalfjarige zoon als wielrijder om berichten over te brengen. Hoewel de vroegere mededeelingen, betref fende de militaire censuur en storingen in het verkeer met Zuid-AInka van kracht blij ven, wordt thans door de «Eastern Telegraph Company" bericht, dat de bestaande tarieven voor perstelegiammen naar de Kaapkolonie, Natal, den Oranje-Vrijstaat en de Zuid Afri- kaansche Republiek zijn verlaagd tot f0.80 per woord, terwijl liet tarief voor perstele giammen naar Zuid-Rhodesia is bepaald op f0.35 per woord. (St.-Ct.) Gisteren op de K n i g, Met verschillende passagiers die naar Transvaal vertrokken spraken we op den weg van hier naar IJ mui den. Allen waren vol geestdrift voor de Boeren, allen vervuld van afkeer om geen sterker woord te gebruiken, voor de Engel schen. Een der mannen zei ons: «Mijnheer, ik ben Groninger van geboorte, maar heb 16 jaar in Transvaal gewoond. liet vorige jaar ben ik hier teruggekomen met mijn vrouw, een Transvaalsche, en mijn twee kinderen. Ik kou het niet lijdelijk aanzien, dat die Boeren daar zoo genegerd worden, en tot mijn vrouw zei ik«Ik heb het daar ginds zestien jaar lang goed gehad, laat ik het er nu ook eens slecht hebben". En m'n vrouw was het met mij eens en zoo zijn we nu op weg naar het vaderland van mijn vrouw, waar ik met de Boeien zal gaan vechten". («H.") Op de lijst van een Transvaal-comité in een der Friesche plattelandsgemeenten is voor f250 geteekend door een Engelschman. Door de werklieden op de werkplaats der Staatsspoorwegen te Tilburg is besloten, weke lijks ieder één cent van het weekloon te be stemmen, voor ondersteuning der nagelaten betrekkingen van gesneuvelde Boeren. Het getal der werklieden bedraagt ongeveer dui zend. BINNENLAND. IV'aterstnats-begrrooting-, Bij het afdeehngsonderzoek over de Water- slaats-begrooting voor 1900, werd door som mige leden geklaagd over de onvoldoende toelichting der begrooting. Verscheidene leden betwijfelden of bij den dienst van 's rijks wateistaat wel de noodige zuinigheid wordt betracht, volgens sommigen voor een deel het gevolg van de omstandigheid, dat de hoofdingenieurs en ook, schoon in minder mate, de arrond. ingenieurs te veel admi nistratief werk hebben te verrichten en dat dientengevolge het Vchnisch toezicht op de werken te veel aan opzichters wordt over gelaten. Zij meenden dat strenger contröle tot zuiniger ramingen zou kunnen leiden. Van audere zijde weid betoogd, de wenscher hjkheid van eene vaste begrootings-commissie uit de Kamer te benoemen. Door sommigen werd aangedrongen op spoedige inzending van het w. o. beti ellende de veiligheid van het verkeer op open bare wegen, en anderen begrepen niet waarom de beslissing omtrent de provinciale veror deningen verdaagd is. Voorts werd opgemerkt dat het verbod om met automobielen zeker maximum van snelheid te overschrijden, zeer slecht gehandhaafd wordt. Op beter toezicht werd met nadruk aangedrongen. Aangedrongen werd op publicatie van het rapport der staatscommissie, welke benoemd werd ter zake van de verontreini ging van openbare wateren en gevraagd werd hoe het thans staat met den aanleg van een kanaal ter verbinding van de Z. Willemsvaart met de Amer. Tegen een verbod tot uitoefening van de schelpenvisscherij, waaraan ankele leden de afneming der Nederl. kust langs de Noordzee toeschreven, bestond, naar het inzien van anderen, geen reden. Met betrekking tot de werken van de Maas mondverlegging werd gevraagd, wanneer de nieuwe rivier geopend zal kunnen worden. Van verschillende zyden werd het verzet, waartoe de toepassing van hat K. B. van 25 Maart jl. met betrekking tot de Vi sch il al te IJmuiden aanleiding heeft gegeven; ter sprake gebracht. Verscheidene leden wa ren van oordeel, dat genoemd besluit noch met den geest, noch met de letter van de wet van 28 Febr. 1891 is overeen te brengen en gevraagd werd wat de minister thans, na de omtrent het besluit gevallen rechter lijke uitspraak, denkt te doen. Ten aanzien van de quaestie van doelmatigheid waren de gevoelens verdeeld. Sommigen betoogden dat de Reg. niet behoort af te zien van het stre ven van de misbruiken, die tot de oprichting der Rijkshal aanleiding gaven, tegen te gaan. Anderen achtten heffing eener retributie voor den afslag van visch billijk, maar meen den, dat van regeeringswege te veel werd ingegrepen in het visschersbedrijf en in den vischhandel. Naar liet schijnt hebben zich eenige belanghebbenden reeds vereenigd om een particuliere vischhal op te richten. Gaarne outving men hieromtrent eenige inlichtingen. Ook vroeg men een specificatie van de kosten van personeel en exploitatie. Gevraagd werd of er nog wel reden be staat aan Maassluis f 1500 subsidie te geven voor hare haven, nu de wet tot rege ling van de financieele verhouding tusschen het Rijk en de gemeente aan Maassluis eene bate van pl. m. f 10000 verschaft per jaar. Ten aanzien van de werken met betrekking tot de G r a f e 1 ij k e Zalen werden onder scheidene opmerkingen gemaakt en gewezen werd er op, dat de commissie voor de Grafe lijke Zalen zich weinig om de toezegging van den Minister waar hy verklaard heelt dat aanvankelijk niet meer zal worden al en uitgebroken dan noodig is om een goed overzicht van den toestand te verkrygen en de vereischte herstellingen te kunnen ver richten, schijnt te bekommeren en er niet tegen schynt op te zien hem en ook de Kamer voor een fait accompli te stellen. Men jiad mogen verwachten, dat vóór de verwijdering der aanbouwsels de overlegging van deri toe gezegden volledigen plattegrond van het Bin nenhof, hoe de toestand na het verwijderen en aanbouwsels zal zijn, was geschied. Met het afbreken van de aanbouwsels is men echter druk bezig en in een bij de Me morie van Toelichting overgelegd rapport wordt het albreken van de buizen aan de zuidzyde van de zaal aangekondigd, zonder dat van de overlegging van bedoe'den plattegrond sprake is. Men begreep niet hoe de minister met dergelijk voorbijgaan van zijne beloften genoegen had kunnen nemen. Voorts wees men er op, dat de commissie van lieverlede het gebouw onbruikbaar maakte voor den dienst van het gerechtshof, terwijl voor het hof nog geen andere plaats is aangewezen. Ook hier schijnt het de bedoeling der com missie geweest te zijn de Reg. voor een fait accompli te plaatsen en ook dit schijnt de Reg. zich te laten aanleunen Niet alleen kost de restauratie der grafelijke ralen op zich zelf veel geld, maar bovendien wordt de Regeering door de wijze waarop de com missie die restauratie aanvat, genoopt tot het voorstellen van groote uitgaven voor de instal latie van het gerechtshof op een andere plaats. Naar men meende te weten, is voor eenige maanden door de regeering eene weinig tal rijke, uit ambtenaren bestaande commissie benoemd, teneinde te rapporteeren omtrent de vraag of invoering van staatsex ploitatie van spoorwegen wen- schelijk is. Was men wel ingelicht, dan heb ben in die commissie zitting twee hoofd ambtenaren, die aan de beweiking en be handeling der spoorwegovereenkomsten van 1900 een zeer werkzaam deel hebben geno men. Is dit juist, dan werd deze keuze door sommige leden minder gelukkig geacht, omdat het h. i. kan zijn, dat deze ambtenaren al te zeer geneigd zijn om handhaving der spoorwegovereenkomsten te bepleiten en het kan h. i. ook zijn, dat de bezwaren die de toepassing dier overeenkomsten oplevert, hen, zij het ook onbewust, tot staatsexploitatie doen ovei hellen als middel om aan de wer king dier overeenkomsten een einde te maken. Gevraagd werd of inderdaad zulk een commissie is benoemd, wie daarvan de leden zijn ea welke opdracht haar is verstrekt. Ofschoon zij meenden dat het op het oogen blik nog niet de geschikte tijd is om over de raadzaamheid van staatsexploitatie met den minister in gedachtenwisseling te treden, vroegen enkele leden inlichting omtrent een wet die invoering van een hangend punt ten aanzien van het jaarlyks stygende bedrsg der vordering, welke de beide Spoorwegmaat schappijen by naasting zullen hebben tegen den Staat. Eenige leden betoogden dat by de dienst regelingen der spoorwegen niet genoeg gelet woidt op het verkrygen van goede aanslui tingen en dat hierop scherper toezicht door den Raad van Toezicht en den minister be hoort gehouden te worden. Voorts werd o, a. aangevoerd, dat door de nieuwe verbinding Amsterdam—Vlissingen via Gouda de reis gelegenheid van Amsterdam naar Utrecht minder veelvuldig is geworden. Ook wordt -*vV 5MIEGAMSCIE CI IRA: IT I -.(s'Vriy ii (4.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 5