53s" Jaargang Vrijdag 15 December 1899. No. 10116 iVlaar een mensch! Kennisgeving, BUITENLAND. Transvaal en Oranje-Vrijstaat. BINNENLAND. SCHIEDAMSCHE COURANT Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen 11.1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en V1 a a r d i n g n 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau Botcrstraat GS. Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel meer ISD/s cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde hleüne advertentiën, opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon Ulo, 133. Inrichtingen welke gevaar, schade of hinder hunnen veroorzaken. BuboemebssTeh en Wethouders van Schiedam, Gezien het verzoek van M. BIJL Mzom vergunning tqi uitbreiding zijner stnom- wasch- en strijk inrichting aan dn UoofdMiaal no. 103, kadaster sortie L no. 1390; Gelet op de bepalingen der Hinderwet Doen te weten dat voormeld verzoek mol de bijlagen op de secretarie der gemeente is ter \isie gelegd dat op Donderdag den 28sten December a s.,des middags ten 12 me, ten raadhuize gelegenheid zal woiden gegeven om bezwaren legen liet toe staan van dut veiznek in te brengen en die mondeling of schriftelijk 10e te lichten en dat gedurende drie dagen vóór het tijdstip hierboven genoemd, op de sectetarie der gemeente, van de schriftmen, die ter zake mochten zijn ingekomen, kennis kan woiden genomen. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 14'lan December 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, VERNÉDE, Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 14 December '99 De oorlog. Een dag vol beteekeni«. Het is heden een gedenkdag. Honderd jaar geleden stierf George Washington, een dier manneif wier naam is de naarn van het groote en goede tevens. Als Chambetlain, als zoo menig Engelsch staatsman die hem gevolgd is op et glibberig pad van imperialisme eti jingo'Pme, ah sir Alfred Milner en de andeie helpers van hen die dezen ooilog gewild hebben,... als zij lieden hun aandacht gevestigd zien op den grooten veldoveiste en staatsman, den vuiigen vadetlander bovenal, die Groot-Britannië zijn schoonste kolonie ontwrong, omdat het volk van Noord-Amerika de mishandeling door het moederland niet langer wilde dulden, als Chamberlain c. s. op dez<-n dag in liuu gedachten honderd jaar teruggaan, en wat toen gebeurde tn het Westen vetgelyken met het treurspel dat nu in het verre Zuiden wordt afgespeeld,zal dan Diet u!s een spookbeeld voor hun oog verrijzen een jonge, levenskrachtige bondsstaat, welks bevolking, verschillend van oorsprong, ineensmelt lot een nieuw volk, een nieuwen stam, die ztcli zal weten te doen gelden onder de natiën van Oude en Nieuwe Wereld? Machtig dringt zich nu de herinnering op aan den gelijksoortigen stryd die honrierd- vjjfentwintig jaar geleden in Noord-Amerika woedde. De dagen van Bunhershdl, Saratoga en Yorktown herleven. De dog die de her innering aan George Washington hij ons opwekt, fluistert van hoop en moed en ver trouwen in de toekomst van het voor zijn vrijheid en onafhankelijkheid worstelend Afrikaander voik. DOOK IDA BOY-ED. 64) De opperbaljuw zat op zijn gemak vóór heb raam. Eüj mooht heb graag lijden, als de wereld zich zoo in stille, witte sneeuw ver school. En. voor den. landman was heb ook goed. „Morgen hebben wij weer inooi weer. Jelui moeb de lncht dan eens in," zeide hij tegen Suzanna, „Tot dusverre wou ik er niets van zeggen bij dien regen, dien we allo dagen hebben. Maar dat eeuwige in huis zitten deugt niet. Mij dunkt, dat Sabine eer mager der en bledker dan gezonder wordt. En wij leven toch 300 kalm en gezellig en hebben geenerlei agitatie. En jij zelf, Suzan na, je riet er ook niet zoo blozend meer uit als vóór veertien dagen. Je moeb de lnchb eens in!" „Saibine mag de deur niet uit, en ik mag baar niet alleen laten." „Je bent een trouwe vriendin," zei d'e op- pesbaljuw en keek haar met welgevallen m dö heldere oogen. Natuurlijk wordt Sabine magerder en blee- ker, en natuurlijk zie ik er minder blozend uit, dacht Suzanna., als men zoo de halve nachten niet slaapt! Alles, waarover overdajg gezwegen mosst En de feiten geven het recht te hopen, al is de uitslag nog geheel onberekenbaar. De kans kan koeren ten nadeele der Boeren, Maar voorshands verheugen wij ons in den voorspoed hunner wapenen, en met verlangen wachten wij op gunstige tijding, ook uit het Oosten, uit Natal. Want in het Westen, aan de Modderrivier, en in de Kaapkolonie schijnen de Engelschen, voofloopig althans, niet opgewassen tegen hun tegenstanders. Noch lord Methuen noch Gatacre vermogen de Boeren terug te werpen integendeel, de zware verliezen zijn aan hun zijde. Alleen in Natal schijnt de toestand zeer twijfelachtig. Sir RedversBulier gaat langzaam maar zeker te v/erk. Te Londen heeft de rampspoed der Brit- sche wapen in de laatste dagen een sombere stemming gewekt. Zelfs volbloed jingo-bladen als «Times" en «Daily Mail" zingen nu een toontje lager. Wij zien den tijd naderen dat eeilijke, wélgezinde bladen zooals er in de provincie nog verscheiden zijn, en waarvan sMorning Leader" en «Westminster Gazette" onder de Londensehe bladen nog maar de eomge vertegenwoordigers zijnhet vet trou wen der natie zullen aftrekken van de groote mMeideis des volks. Voor het ministerie van oorlog verdringen zich nu weer dag aan dag de bedrukte va ders en moeders, broers een zusters, vrou wen, kindei en, verloofden. En de angst die allen beklemt verergert nog de geruchten, die de offieieele berichten, hoe ramspoedig ook, als gunstig getint voorstellen. De slag bij Magerfontein. Wanneer wij lezen wat lord Methuen in zijn opeenvolgende telegrammen over den stryd van Zaterdag, Zondag en Maandag zegt, en wat dc correspondenten er aan toe voegen in hunne berichten, dan bevangt ons een machtig gevoel van eerbied voor de vol harding, den moed en de krygskennis tevens der door hun tegenstanders zoo diep gemin achte Boeren. Een volhdig overzicht van den bloedigen kamp hebb -n wij nog niet. Wat wij weten is dit. Zaterdag en Zondag beschoten de Engelschen hardnekkig de verschansingen tier Boeien die zich van Spijtfontein naar de Moddertivter uitstrekten Volgens vtoegere Etigebcho berichten biadit die beschieting geweldige schade teweeg; de verschansingen vvaien ten laatste «als zeven", heette hel. Maar toen de Engelschen Maandagmiddag de positie der Boeten bestormden, ivetden zij door een moordend vuur ontvanger, en n,et geweldige vei liezen teruggedreven. Lotd Methuen vermeldt het als iets heel fluks, dat zijn ti oppen zich tot den avond leget - over den v ga rui wist te handhaven. Maar terug moesten de Engehchei) ten slotte, naai de Modderrivier. Wtj verwijzen voor bijzoudet heden naar de lelegtamtnen. Maar opgemerkt zij hier dat het de Scbotsche Hooglanders vvaren, de keur van liet Engeisehe leger, die storrn liepen op de stellingen der Boeren en met groote vet liezen moesten wijken. En ook aan de leiding mankeerde het niet: generaal Wauchope die hen aanvoerde, was een der beste en moedigste generaals, met roem bekend uit tnentgen oorlog. De generaal is bij den wachopigen stormloop gesneuveld. Hoe zwi.ar lord Methuen's verliezen zijn, weien wy nog niet. Wel vernemen wij dat reeds 292 gewonden, waaronder 27 officieren te Oranjp-t ivier zyn aangekomen. (Hieruit worden, bc-praken zij des nachts. Gejaagd liep Saibine do slaapkamer dan op en neer. Hcorend, .niet al haar gedachten wakker en belangstellend, lag Suzan na in haar bed. Do kinderen sliepen nu bij Laze boven op haar kaïmcrtje. Zoo hadden de beide-vrien dinnen d'en nacht voor zich oon to spreken over liotgecn zij beiden nooit moede wei-den: over Sabinc-s liefde cn Sabines haat, over Ar nolds gelijk en Arnolds ongelijk. Eenmaal steurde Sabine, door do macht der feiten vernietigd', toe, dat de man, die haar echtgenoot doodgeschoten had, inderdaad nimmer de tweede vader barer kinderen had kunnen worden. En dan weer was Arnold de beste man, die er bestond, en met fonkelende oogen riep zij, dait liet waard was, te leven om hcim in stilte en van verre lief te hebben. Dan weende Suzanna van ontroering en was het geheel met haar vriendin eens. blaar een andere maal barstte liaar toom tegen hein los. Zij zwoer, 'ham te linten'. Zij beweerde, dat zijl niet kon leven, omdat een man Waar eien klis gegeven had, die haar echtgenoot niet werd! Zij noemde hem 'a.f- hartig, ongevoelig, wankelmoedig. En dan richtte Suzanna zich op en verdedigde hem met vurige woorden. De toom deed zich vedvuldiger voor dan d'e goede stemming. Maar hoe dit wezen mocht, Suzanna zag, dat de ongelukkige hard achteruitging. Dikwijls verschrikte zij van de magerheid harer gloeiende hand, „Als ik je toch maar kalmte kon geven 1" Waagde zij. blijkt dat Methuen's gemeenschap met het Zuiden niet verstoord is.) Ook het aantal gevangenen dat de Boeren gemaakt hebben, is nog niet met zekerheid bekend. Men spreekt van 150. Van de verliezen der Boeren weten wij nog niets; volgens lord Methuen zouden ook zij geducht hebben geleden. Lord Methuen geeft in zijn Sater tele gram gedateerd Dinsdagavond om half acht, 'oe dat hij op Modderrivier is teruggegaan. Uit dit telegram schijnt te moeten worden opgemaakt dat de generaal aanvankelijk voor nemens was Dinsdag den aanval te hernieu wen, maar het niet aandurfde. Hij is daarop teruggetrokken. Wat nu, na deze gfévoefige nederlaag? Want het is meer dan een mislukte aanval. Wat zal lord Methuen nu doen De «Daily Mail" ziet den toestand bezorgd in. Lord Methuen heeft toch niet alleen een slerk Boerenleger vóór zich, maar wordt ook op zijn flanken bedreigd, terwyl het zeer wel megelijk is dat zijn eommunientie met het Zuiden zal worden afgesneden. Het blad hoopt dat de dapperheid der troepen, gepaard aan het beleid van den generaal, het leger door een overwinning op de Boeren uit zijn netelige positie zullen weten te redden. De militaire medewerker der sWestm. Gazette" denkt er wel wat anders over. Zeer terecht is hij beducht voor een derde poging van lord Methuen om naar Kimberley door te dringen, en hij wil dat de generaal zich er toe zal bepalen zich in zyn stelling te handhaven en te wachten op versterkingen. «Als Engeland ooit een overwinnig noodig heeft gehad, dan is het nu," vervolgt de be kwame schrijver, en daarom vestigt hij al zyn hoop op generaal Bulier in Natal. Maar ook dezen roept hij toe«Voorzichtig aan I" en hij ïaadt hem zich tevreden te stellen met de ontzetting van Ladysmith en het terug drijven der Boeren naar hun land. Men ziet het, ook deze schrijver heeft nog goed vertrouwen in de wapenen der Ëngel- scl Een overzie li b. Laat ons nu nog even don. algemeen en toe stand bezien De poging vaa lord Methuen's kolonne om Kimlberley tc ontzetten, is totaal mislukt. Dit lijdt geen twijfel. En in. Engeland beeft mon nu groote vrees voor de diamantstad, de Kafferwanrdeu ter Londbnsclie beurs le verden er gister'en het bewijs van. Daarbij komt dat Möthuen op geen steun bcBiocft to rekenen van French' en Gatacre's kolonne in de Kaapkolonie. Gutacre is terug moeten gaan op Sterkstroom, en French men fluistert dat deze door do verstoring der gemeenschap, onbekend met bet lot wan Ga- tacro bij Stormberg, vooruitruikt, daarbij kenond op diens steun. Dat in de Kaapkolonie het gevaar hot ern stigst dreigt, is zeker. De afval der Hollan ders zal steels in omvang toenemen. De rijen der Boeren zullen versterkt worden, terwijl do positie der Engelschen in eigen Land steeds hachelijker wordt. Uit Nalal eindelijk vernamen wij alleen officieel dat in Ladysmith dysenterie en ty phus heersohetier zijn reeds verscheiden go- vallen voorgekomen; er zullen spoedig wel veel moer zieken zijn. De bezetting treedt anders wei wat flinker op. Eerst is een ka,non. der Boeren op Bul- v au a-heuvel vernield; niu zou weder op Ver- jSTu verklaarde Sabine, dat er wel een mid del zou bestaan otn haar beur kalmte weer te getven. „Ga naar hem toe!" zeide zij. „Eisch mijn brieven van hem terug! Er is een verschrik kelijke gedachte bij mij opgekomen. Hij zal mij spoedig vergeten. Hij heeft dit misschien al gedaan. Hij zal een andere vrouw liefheb ben Hij zal gaan trouwenDan zal mis schien op zekeren dag een andere, die mij niet kent eu mij niet begrijpt, die brieven onder de oogen krijgen. Die gedachte foltert mij." „Je zult liean daarmee grievend beleedi- gen," riep Suzanna uit. „Hij beeft mij ook grievend beleedigd, toen bij mijn liefde afwees," zeide zij, de gelieime drijfveer verradend, die baar tot dezen wcnsch dreef de drijfveer weder te slaan, waar zij zich geslagen waande. „Zend je broer naar bom toed" „Rednald in da zaak inwijden! Opdat hij alles in vertrouwen aan Martha meedeel©!" riep zij uit. „Dat zal hij niet doen „Mannen kunnen niet zwijgen, eu wel het minst tegenover 'hun aanstaande. Dan zijn zij allemaal erbarmelijke langtongen." „Laat com Frits hem er dan schriftelijk om verzoeken," stelde Suzanna voor. „Neen! Dat alles zij met zwijgon tusschen 8iem en mij bedekt! Twee mensdien weten slechts van mijn ellende. Jij met wie ik alles bespreken kan, en hij; die mij met zijn zwijgen spaart en begrijipt. Laat dat maar rassingsheuvel een houwitser der Boeren ver nield zijn. Generaal White deelt daarover dr. 11 dezer mede dat dien naoht door 500 scherpschutters onder luitenant-kolonel Met- calfe een uitval werd gedaan. Weer werd on opgemerkt de heuveltop bereikt en het te non der Boeren vernield. Op den terugtocht evenwel moesten de Engelschen zich door do Boeren heenslaan cn verloren daarbij één of ficier en tien man aan dooden, drie officieren en veertig man aan gewonden, terwijl er zes gevangen werden gemaakt; de genie verloor bovendien één doode en één gekwetste. Zonderling die zware verliezen. En nog zonderlinger dait do Boeren zich ten tweeden 'male zouden hebben laten verrassenAan dit wapenfeit is wel een verdacht geurtje. \S r r r j y S Gemengde Sfededecllngen. In den Ryksdag verweerde Miquel zich gis teren tegen dr. Lieber die een heftigen aan val gedaan had op de man die van commu nist agrariër was geworden. Hij roemde den Keizer. Gisteren is uitspraak godïwm in het proces van mr. Labori tegen de „Libre Parole", die twijfel had uitgesproken aan de werkelijkheid van Lahore's verwonding bij gelegenheid van den aanslag tijdens het proces te Rennes. De rechtbank veroordeelde den directeur der Libre Parole" tot 2000 fns. boete en aan kondiging van het vonnis in 40 Barijsdhe bladen en 200 bladen in de provincie. In het Oosbonrijibsdie Huis van Afgevaar digden stolde Bergaimini gisteren een amen dement voor op dc begrooting van marine, waarbij gevraagd werd afschaffing van hot vice-secretariaat aan dit departement, van do betrekking van particulier secretaris des mi nisters en vermindering van allo jaarwedden. Het amendement werd met 101 tegen 100 stemmen verworpen. Mb bet oog op deze geringe meerderheid gelooft men, dat een minisleneele crisis niet zal uitblijven. Het wetsontwerp betreffende de quote is naar de commissie verwezen. In antwoord op een vraag van den afge vaardigde Branca bij de behandeling der be groeting van buitenlandsehe zaken m de Ita- liaamsdho Kamer-, welke concession de regee ring had verkragen van Clhina. verklaarde ae minister van buitenlarnkdie zaken Visconti Venost.a, dat hij geen onderfawidelingen luid aangeknoopt over het verkrijgen van afstand van grondgebied. De regeering had er zicli toe bepaald, eenigo aanvragen om concessie, zelfs zuiver particuliere aanvragen, to onder steunen. In antwoord! op een. vraag van Martini zei de de minister, dat men het aantal oorlogs schepen, dlat naar China was gezonden, zeer had overdreven. De terugroeping van deze schepen had geleidelijk plaats gcthnd, want zo alle ineens te laten terugkomen, zou een nadtehge uitwerking hebben gehad. Baffcilai stelde een motie voor die vijandig aan d'e regeering was. Deze motie werd afge wezen door don minister-president, die do quaestie van vertrouwen stelde, waarop Je motie met 163 tegen 54 stemmen werd er- warpen. Het bericht, dat Rusland aan Spanje zou gevraagd hebben Ceuta af te staan, is, naar uit Madrid wordt gemeld, van allen grond ontbloot. zoo blijvenDat is db eenige weldaad, die mij geschonken is." „Maar ik kan toch niet naar hem too gaan!" riep Suzanna uit. Zij sidderde bij die gedachte. „Dat moet ja Je hebt mij beloofd, dat je mij iederem dienst zou'dt bowijten, dien ik van je mocht vorderen. Heb is oolc niet om die brieven alléén te doen. Je moeb tegen hom zoggen, dat hij hier vandaan moet gaan. Hij en ik zijn te veel in één stadJo ziet het immerswij durven ons niet op straat ver tonnen, uit vrees, dat wij hem zullen tegen komen. Hij moot zich vain hier laten over plaatsen." Zóó sprak Saibine, bevelend en vastbera den, iedferen nacht, telkens weer. Het was haar idéé fixe, zij kwam daarop telkens terug en vordterde slechts dit écne Zij zèide, dat zij dan kalm zou worden, heel kalm, maar eerder nooit. Door dat dagelijksch bespreken der zaak begon Suzanna de uitvoering voor mogelijk te honden. A'ls Al dat aarzelen, al dat „als" en dist „maar" hadden een inwendige ooi-zaak. De uiterlijke omstandigheden van zulk een on derneming schrikten haar niet af. Dat iemand haar zou kunnen bespieden, dat iemand er zich over zou kunnen'bekommeren, als zij naar Arnold Yon KiMegg toe ging, kwam haar volstrekt niet in. de gedachten. Zij was te Berlijn grootgebracht, waar men van zijn buurman niets afweet en waar het wel eens kan. voorkomen, dab men eerst uit De Herzog met de tweede ambulance is gisteren van Suez vertrokken. Naar wij vernemen zal de heer D. H. van der Goot, arts, assistent bij de chirurgische kliniek van het academisch ziekenhuis te Groningen, deel uitmaken van het aanvul- lings-ambulancecorps dat den 23sten van deze maand van Amsterdam naar het oor logsterrein in Zuid-Aftika zal vertrekken. De beer v. d. Gout zal den 26sten deze stad verlaten en te Napels aan boord van het ambulanceschip gaan. («N. G. Ct.") De Arnhemsche predikanten Gunning, Roozerneijer en Talma hebben thans eene circulaire opgesteld, gericht aan hun Engei sehe collega's, die zij ter teekening hebben gelegd en weldra wenschen op te zenden. De strekking van dit adres is dat de Engeisehe predikanten moge jjveren dRt er einde aan den oorlog kome. Vooi tdureud vertrekken er uit ons land lieden om met de Boeren mee te vechten. Slaatsbcgrootlng 1900. Marine. Dc Minister van Marine zegt in zijn Mc>- tnono van Antwoord dlat do reconstructie dei- vloot groote vorderingen hoeft gemaakt. De Minister ontkent dat ons do financieels kracht zou ontbreken om onze ze-emacht aan billijke eischen te doen beantwoorden. Do som van 42 millioen die de Minister jaarlijks wcnscht te bestemmen voor nieuwen aan bouw is noodig, maar ook voldoende om Ne derland een vloot te verschaffen, die wel is waar op bescheiden voet zal zijn ingericht, maar ons toch in staat zal stellen om met kans op succes de koloniën te verdedigen en aldaar onze neutraliteit te handhaven. Voortgaande niet de genoemde soui be schikbaar te stellen, voor nieuwen aanbouw, kau men bijtijds het materieel weder vervan gen cn behoudt men waarduvolle schepen. Van slaiglevern in open zee kan vootr onze marine nooit sprake zijn. Met 's Ministers plan van aanbouw zal het materieel voortdu rend in con voldoenden toestand, verkcerem. Bij de vaststelling van het plan van maritie me defensie is gehandeld in overeenstemming met het Dep. van Oorlog. Breekt eenmaal het oogenblik aan dat ons land in een stnjld wordt gewikkeld, dan moet de marine) sterk genoog zijn om te samen met do Lindmariht den vijand het forreeren van onze reduite stolling te beletten. Naar het oordeel van den Minister van. Oorlog kan voorshands worden volstaan met de thans aanwezige kustversterknngen en -.r zijn dan oolc van hem. geen voorstellen te ver wachten tot hot brengen van ingrijpende wij zigingen in de bewapening en bescherming van de bestaande werken. Het aanwezig rijn van een zeemacht in de stelling van Helder is noodig. De zeegaten van Helder toch Ico nen zich zeer goed tot het doen van uitvallen togen een blokkeerende vijandelijke vloot. De schepen van het tegenwoordig type acht da Minister van groote waarde. Zoowel wat be treft liet materieel der zeemacht, benoodigd voor de verdediging van de haven van IJmui- den als voor den Nieuwen Waterweg is over leg gepleegd met het hoofd van het departe- de krant te wetten komt, dat er naasu dte deur moord en doodslag is gepleegd. Er bestonden voor haar en Sabine over 't geheel te Miihlau geen MüMauers. Er be stond in de hoeks wereld slechts één mensch, en slechts één aangelegenheid- En beiden koesterden heimelijk den vurigen wen sell, nauwkeurig te weten, hoe Arnold leefde, dhcht, gevoelde. „Je moet naar hem toe galon." „Dat kan ik niet." Zoo luidde liet dagelijks wél tienmaal. „Hoe zou ik zijn woning kunnen vinden?" „Ik ga we! zoover met je mee, dat ik je zijn huis kan aanwijzen. Van den zomer heb ik er dikwijls kunnen inkijken, als dé huis deur openstond. Er is een vestibule. Links heeft men een deurdaar woont de woduWe van den advocaat Leermann, rijn hospital. Rechts lietft men ook een deurdie leidt naar zijn kamer. Er is geen vergissing moge lijk." En eindelijk beloofde Suzanna, dat rij naar hem toe zou gaanzij deed die belofte maar voor den schijn, evenals men een zieke in alles toegeeft en hem in niets tegenspreekt. Toen editor merkte zij, dat Sabiue van dat uur af kalmer en rustiger werd. En nu meen de rij, dat heb haar plicht Was, een overwin ning op zich zelf te behalen en werkelijk den- gang te wagen, ofschoon het haar te moeide was, als zou rij de agitatie, die rich bij' het zien van Arnold van haar zou. meester ma ken, niet overleven» (Wordt wvolgd-l

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1