53s" Jaargang
Vrijdag 15 December 1899.
No. 10116
iVlaar een mensch!
Kennisgeving,
BUITENLAND.
Transvaal en Oranje-Vrijstaat.
BINNENLAND.
SCHIEDAMSCHE COURANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen 11.1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en V1 a a r d i n g n 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau Botcrstraat GS.
Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel
meer ISD/s cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde hleüne advertentiën, opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon Ulo, 133.
Inrichtingen welke gevaar, schade
of hinder hunnen veroorzaken.
BuboemebssTeh en Wethouders
van Schiedam,
Gezien het verzoek van M. BIJL Mzom
vergunning tqi uitbreiding zijner stnom-
wasch- en strijk inrichting aan dn UoofdMiaal
no. 103, kadaster sortie L no. 1390;
Gelet op de bepalingen der Hinderwet
Doen te weten
dat voormeld verzoek mol de bijlagen op
de secretarie der gemeente is ter \isie gelegd
dat op Donderdag den 28sten December a s.,des
middags ten 12 me, ten raadhuize gelegenheid
zal woiden gegeven om bezwaren legen liet toe
staan van dut veiznek in te brengen en die
mondeling of schriftelijk 10e te lichten en
dat gedurende drie dagen vóór het tijdstip
hierboven genoemd, op de sectetarie der gemeente,
van de schriftmen, die ter zake mochten zijn
ingekomen, kennis kan woiden genomen.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 14'lan December 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
VERNÉDE,
Algemeen overzicht.
SCHIEDAM, 14 December '99
De oorlog.
Een dag vol beteekeni«.
Het is heden een gedenkdag. Honderd jaar
geleden stierf George Washington, een dier
manneif wier naam is de naarn van het
groote en goede tevens.
Als Chambetlain, als zoo menig Engelsch
staatsman die hem gevolgd is op et glibberig
pad van imperialisme eti jingo'Pme, ah sir
Alfred Milner en de andeie helpers van hen
die dezen ooilog gewild hebben,... als
zij lieden hun aandacht gevestigd zien op den
grooten veldoveiste en staatsman, den vuiigen
vadetlander bovenal, die Groot-Britannië zijn
schoonste kolonie ontwrong, omdat het volk
van Noord-Amerika de mishandeling door
het moederland niet langer wilde dulden,
als Chamberlain c. s. op dez<-n dag in liuu
gedachten honderd jaar teruggaan, en wat
toen gebeurde tn het Westen vetgelyken
met het treurspel dat nu in het verre Zuiden
wordt afgespeeld,zal dan Diet u!s een
spookbeeld voor hun oog verrijzen een jonge,
levenskrachtige bondsstaat, welks bevolking,
verschillend van oorsprong, ineensmelt lot
een nieuw volk, een nieuwen stam, die ztcli
zal weten te doen gelden onder de natiën
van Oude en Nieuwe Wereld?
Machtig dringt zich nu de herinnering op
aan den gelijksoortigen stryd die honrierd-
vjjfentwintig jaar geleden in Noord-Amerika
woedde. De dagen van Bunhershdl, Saratoga
en Yorktown herleven. De dog die de her
innering aan George Washington hij ons
opwekt, fluistert van hoop en moed en ver
trouwen in de toekomst van het voor zijn
vrijheid en onafhankelijkheid worstelend
Afrikaander voik.
DOOK
IDA BOY-ED.
64)
De opperbaljuw zat op zijn gemak vóór
heb raam. Eüj mooht heb graag lijden, als de
wereld zich zoo in stille, witte sneeuw ver
school. En. voor den. landman was heb ook
goed.
„Morgen hebben wij weer inooi weer. Jelui
moeb de lncht dan eens in," zeide hij tegen
Suzanna, „Tot dusverre wou ik er niets van
zeggen bij dien regen, dien we allo dagen
hebben. Maar dat eeuwige in huis zitten
deugt niet. Mij dunkt, dat Sabine eer mager
der en bledker dan gezonder wordt. En wij
leven toch 300 kalm en gezellig en hebben
geenerlei agitatie. En jij zelf, Suzan na,
je riet er ook niet zoo blozend meer uit als
vóór veertien dagen. Je moeb de lnchb eens
in!"
„Saibine mag de deur niet uit, en ik mag
baar niet alleen laten."
„Je bent een trouwe vriendin," zei d'e op-
pesbaljuw en keek haar met welgevallen m
dö heldere oogen.
Natuurlijk wordt Sabine magerder en blee-
ker, en natuurlijk zie ik er minder blozend
uit, dacht Suzanna., als men zoo de halve
nachten niet slaapt!
Alles, waarover overdajg gezwegen mosst
En de feiten geven het recht te hopen,
al is de uitslag nog geheel onberekenbaar.
De kans kan koeren ten nadeele der Boeren,
Maar voorshands verheugen wij ons in den
voorspoed hunner wapenen, en met verlangen
wachten wij op gunstige tijding, ook uit het
Oosten, uit Natal.
Want in het Westen, aan de Modderrivier,
en in de Kaapkolonie schijnen de Engelschen,
voofloopig althans, niet opgewassen tegen hun
tegenstanders. Noch lord Methuen noch
Gatacre vermogen de Boeren terug te werpen
integendeel, de zware verliezen zijn aan hun
zijde.
Alleen in Natal schijnt de toestand zeer
twijfelachtig. Sir RedversBulier gaat langzaam
maar zeker te v/erk.
Te Londen heeft de rampspoed der Brit-
sche wapen in de laatste dagen een sombere
stemming gewekt. Zelfs volbloed jingo-bladen
als «Times" en «Daily Mail" zingen nu een
toontje lager. Wij zien den tijd naderen dat
eeilijke, wélgezinde bladen zooals er in de
provincie nog verscheiden zijn, en waarvan
sMorning Leader" en «Westminster Gazette"
onder de Londensehe bladen nog maar de
eomge vertegenwoordigers zijnhet vet trou
wen der natie zullen aftrekken van de groote
mMeideis des volks.
Voor het ministerie van oorlog verdringen
zich nu weer dag aan dag de bedrukte va
ders en moeders, broers een zusters, vrou
wen, kindei en, verloofden. En de angst die
allen beklemt verergert nog de geruchten,
die de offieieele berichten, hoe ramspoedig
ook, als gunstig getint voorstellen.
De slag bij Magerfontein.
Wanneer wij lezen wat lord Methuen in
zijn opeenvolgende telegrammen over den
stryd van Zaterdag, Zondag en Maandag
zegt, en wat dc correspondenten er aan toe
voegen in hunne berichten, dan bevangt ons
een machtig gevoel van eerbied voor de vol
harding, den moed en de krygskennis tevens
der door hun tegenstanders zoo diep gemin
achte Boeren.
Een volhdig overzicht van den bloedigen
kamp hebb -n wij nog niet. Wat wij weten
is dit. Zaterdag en Zondag beschoten de
Engelschen hardnekkig de verschansingen
tier Boeien die zich van Spijtfontein naar de
Moddertivter uitstrekten Volgens vtoegere
Etigebcho berichten biadit die beschieting
geweldige schade teweeg; de verschansingen
vvaien ten laatste «als zeven", heette hel.
Maar toen de Engelschen Maandagmiddag
de positie der Boeten bestormden, ivetden
zij door een moordend vuur ontvanger, en
n,et geweldige vei liezen teruggedreven. Lotd
Methuen vermeldt het als iets heel fluks,
dat zijn ti oppen zich tot den avond leget -
over den v ga rui wist te handhaven. Maar
terug moesten de Engehchei) ten slotte, naai
de Modderrivier.
Wtj verwijzen voor bijzoudet heden naar de
lelegtamtnen. Maar opgemerkt zij hier dat
het de Scbotsche Hooglanders vvaren, de
keur van liet Engeisehe leger, die storrn
liepen op de stellingen der Boeren en met
groote vet liezen moesten wijken. En ook aan
de leiding mankeerde het niet: generaal
Wauchope die hen aanvoerde, was een der
beste en moedigste generaals, met roem
bekend uit tnentgen oorlog. De generaal is
bij den wachopigen stormloop gesneuveld.
Hoe zwi.ar lord Methuen's verliezen zijn,
weien wy nog niet. Wel vernemen wij dat
reeds 292 gewonden, waaronder 27 officieren
te Oranjp-t ivier zyn aangekomen. (Hieruit
worden, bc-praken zij des nachts. Gejaagd
liep Saibine do slaapkamer dan op en neer.
Hcorend, .niet al haar gedachten wakker en
belangstellend, lag Suzan na in haar bed.
Do kinderen sliepen nu bij Laze boven op
haar kaïmcrtje. Zoo hadden de beide-vrien
dinnen d'en nacht voor zich oon to spreken
over liotgecn zij beiden nooit moede wei-den:
over Sabinc-s liefde cn Sabines haat, over Ar
nolds gelijk en Arnolds ongelijk.
Eenmaal steurde Sabine, door do macht der
feiten vernietigd', toe, dat de man, die haar
echtgenoot doodgeschoten had, inderdaad
nimmer de tweede vader barer kinderen had
kunnen worden. En dan weer was Arnold de
beste man, die er bestond, en met fonkelende
oogen riep zij, dait liet waard was, te leven
om hcim in stilte en van verre lief te hebben.
Dan weende Suzanna van ontroering en was
het geheel met haar vriendin eens.
blaar een andere maal barstte liaar toom
tegen hein los. Zij zwoer, 'ham te linten'. Zij
beweerde, dat zijl niet kon leven, omdat een
man Waar eien klis gegeven had, die haar
echtgenoot niet werd! Zij noemde hem 'a.f-
hartig, ongevoelig, wankelmoedig. En dan
richtte Suzanna zich op en verdedigde hem
met vurige woorden.
De toom deed zich vedvuldiger voor dan
d'e goede stemming. Maar hoe dit wezen
mocht, Suzanna zag, dat de ongelukkige hard
achteruitging. Dikwijls verschrikte zij van
de magerheid harer gloeiende hand,
„Als ik je toch maar kalmte kon geven 1"
Waagde zij.
blijkt dat Methuen's gemeenschap met het
Zuiden niet verstoord is.) Ook het aantal
gevangenen dat de Boeren gemaakt hebben,
is nog niet met zekerheid bekend. Men
spreekt van 150.
Van de verliezen der Boeren weten wij
nog niets; volgens lord Methuen zouden ook
zij geducht hebben geleden.
Lord Methuen geeft in zijn Sater tele
gram gedateerd Dinsdagavond om half acht,
'oe dat hij op Modderrivier is teruggegaan.
Uit dit telegram schijnt te moeten worden
opgemaakt dat de generaal aanvankelijk voor
nemens was Dinsdag den aanval te hernieu
wen, maar het niet aandurfde. Hij is daarop
teruggetrokken.
Wat nu, na deze gfévoefige nederlaag?
Want het is meer dan een mislukte aanval.
Wat zal lord Methuen nu doen
De «Daily Mail" ziet den toestand bezorgd
in. Lord Methuen heeft toch niet alleen een
slerk Boerenleger vóór zich, maar wordt
ook op zijn flanken bedreigd, terwyl het zeer
wel megelijk is dat zijn eommunientie met
het Zuiden zal worden afgesneden.
Het blad hoopt dat de dapperheid der
troepen, gepaard aan het beleid van den
generaal, het leger door een overwinning op
de Boeren uit zijn netelige positie zullen
weten te redden.
De militaire medewerker der sWestm.
Gazette" denkt er wel wat anders over.
Zeer terecht is hij beducht voor een derde
poging van lord Methuen om naar Kimberley
door te dringen, en hij wil dat de generaal
zich er toe zal bepalen zich in zyn stelling
te handhaven en te wachten op versterkingen.
«Als Engeland ooit een overwinnig noodig
heeft gehad, dan is het nu," vervolgt de be
kwame schrijver, en daarom vestigt hij al
zyn hoop op generaal Bulier in Natal. Maar
ook dezen roept hij toe«Voorzichtig aan I"
en hij ïaadt hem zich tevreden te stellen met
de ontzetting van Ladysmith en het terug
drijven der Boeren naar hun land.
Men ziet het, ook deze schrijver heeft nog
goed vertrouwen in de wapenen der Ëngel-
scl
Een overzie li b.
Laat ons nu nog even don. algemeen en toe
stand bezien
De poging vaa lord Methuen's kolonne om
Kimlberley tc ontzetten, is totaal mislukt.
Dit lijdt geen twijfel. En in. Engeland beeft
mon nu groote vrees voor de diamantstad,
de Kafferwanrdeu ter Londbnsclie beurs le
verden er gister'en het bewijs van.
Daarbij komt dat Möthuen op geen steun
bcBiocft to rekenen van French' en Gatacre's
kolonne in de Kaapkolonie. Gutacre is terug
moeten gaan op Sterkstroom, en French
men fluistert dat deze door do verstoring der
gemeenschap, onbekend met bet lot wan Ga-
tacro bij Stormberg, vooruitruikt, daarbij
kenond op diens steun.
Dat in de Kaapkolonie het gevaar hot ern
stigst dreigt, is zeker. De afval der Hollan
ders zal steels in omvang toenemen. De rijen
der Boeren zullen versterkt worden, terwijl
do positie der Engelschen in eigen Land steeds
hachelijker wordt.
Uit Nalal eindelijk vernamen wij alleen
officieel dat in Ladysmith dysenterie en ty
phus heersohetier zijn reeds verscheiden go-
vallen voorgekomen; er zullen spoedig wel
veel moer zieken zijn.
De bezetting treedt anders wei wat flinker
op. Eerst is een ka,non. der Boeren op Bul-
v au a-heuvel vernield; niu zou weder op Ver-
jSTu verklaarde Sabine, dat er wel een mid
del zou bestaan otn haar beur kalmte weer
te getven.
„Ga naar hem toe!" zeide zij. „Eisch mijn
brieven van hem terug! Er is een verschrik
kelijke gedachte bij mij opgekomen. Hij zal
mij spoedig vergeten. Hij heeft dit misschien
al gedaan. Hij zal een andere vrouw liefheb
ben Hij zal gaan trouwenDan zal mis
schien op zekeren dag een andere, die mij
niet kent eu mij niet begrijpt, die brieven
onder de oogen krijgen. Die gedachte foltert
mij."
„Je zult liean daarmee grievend beleedi-
gen," riep Suzanna uit.
„Hij beeft mij ook grievend beleedigd, toen
bij mijn liefde afwees," zeide zij, de gelieime
drijfveer verradend, die baar tot dezen
wcnsch dreef de drijfveer weder te slaan,
waar zij zich geslagen waande.
„Zend je broer naar bom toed"
„Rednald in da zaak inwijden! Opdat hij
alles in vertrouwen aan Martha meedeel©!"
riep zij uit.
„Dat zal hij niet doen
„Mannen kunnen niet zwijgen, eu wel het
minst tegenover 'hun aanstaande. Dan zijn
zij allemaal erbarmelijke langtongen."
„Laat com Frits hem er dan schriftelijk
om verzoeken," stelde Suzanna voor.
„Neen! Dat alles zij met zwijgon tusschen
8iem en mij bedekt! Twee mensdien weten
slechts van mijn ellende. Jij met wie ik
alles bespreken kan, en hij; die mij met zijn
zwijgen spaart en begrijipt. Laat dat maar
rassingsheuvel een houwitser der Boeren ver
nield zijn. Generaal White deelt daarover dr.
11 dezer mede dat dien naoht door 500
scherpschutters onder luitenant-kolonel Met-
calfe een uitval werd gedaan. Weer werd on
opgemerkt de heuveltop bereikt en het te
non der Boeren vernield. Op den terugtocht
evenwel moesten de Engelschen zich door do
Boeren heenslaan cn verloren daarbij één of
ficier en tien man aan dooden, drie officieren
en veertig man aan gewonden, terwijl er zes
gevangen werden gemaakt; de genie verloor
bovendien één doode en één gekwetste.
Zonderling die zware verliezen. En nog
zonderlinger dait do Boeren zich ten tweeden
'male zouden hebben laten verrassenAan dit
wapenfeit is wel een verdacht geurtje.
\S r r r j y S
Gemengde Sfededecllngen.
In den Ryksdag verweerde Miquel zich gis
teren tegen dr. Lieber die een heftigen aan
val gedaan had op de man die van commu
nist agrariër was geworden. Hij roemde den
Keizer.
Gisteren is uitspraak godïwm in het proces
van mr. Labori tegen de „Libre Parole", die
twijfel had uitgesproken aan de werkelijkheid
van Lahore's verwonding bij gelegenheid van
den aanslag tijdens het proces te Rennes. De
rechtbank veroordeelde den directeur der
Libre Parole" tot 2000 fns. boete en aan
kondiging van het vonnis in 40 Barijsdhe
bladen en 200 bladen in de provincie.
In het Oosbonrijibsdie Huis van Afgevaar
digden stolde Bergaimini gisteren een amen
dement voor op dc begrooting van marine,
waarbij gevraagd werd afschaffing van hot
vice-secretariaat aan dit departement, van do
betrekking van particulier secretaris des mi
nisters en vermindering van allo jaarwedden.
Het amendement werd met 101 tegen 100
stemmen verworpen.
Mb bet oog op deze geringe meerderheid
gelooft men, dat een minisleneele crisis niet
zal uitblijven.
Het wetsontwerp betreffende de quote is
naar de commissie verwezen.
In antwoord op een vraag van den afge
vaardigde Branca bij de behandeling der be
groeting van buitenlandsehe zaken m de Ita-
liaamsdho Kamer-, welke concession de regee
ring had verkragen van Clhina. verklaarde ae
minister van buitenlarnkdie zaken Visconti
Venost.a, dat hij geen onderfawidelingen luid
aangeknoopt over het verkrijgen van afstand
van grondgebied. De regeering had er zicli
toe bepaald, eenigo aanvragen om concessie,
zelfs zuiver particuliere aanvragen, to onder
steunen.
In antwoord! op een. vraag van Martini zei
de de minister, dat men het aantal oorlogs
schepen, dlat naar China was gezonden, zeer
had overdreven. De terugroeping van deze
schepen had geleidelijk plaats gcthnd, want
zo alle ineens te laten terugkomen, zou een
nadtehge uitwerking hebben gehad.
Baffcilai stelde een motie voor die vijandig
aan d'e regeering was. Deze motie werd afge
wezen door don minister-president, die do
quaestie van vertrouwen stelde, waarop Je
motie met 163 tegen 54 stemmen werd er-
warpen.
Het bericht, dat Rusland aan Spanje zou
gevraagd hebben Ceuta af te staan, is, naar
uit Madrid wordt gemeld, van allen grond
ontbloot.
zoo blijvenDat is db eenige weldaad, die mij
geschonken is."
„Maar ik kan toch niet naar hem too
gaan!" riep Suzanna uit. Zij sidderde bij die
gedachte.
„Dat moet ja Je hebt mij beloofd, dat je
mij iederem dienst zou'dt bowijten, dien ik
van je mocht vorderen. Heb is oolc niet om
die brieven alléén te doen. Je moeb tegen
hom zoggen, dat hij hier vandaan moet gaan.
Hij en ik zijn te veel in één stadJo ziet het
immerswij durven ons niet op straat ver
tonnen, uit vrees, dat wij hem zullen tegen
komen. Hij moot zich vain hier laten over
plaatsen."
Zóó sprak Saibine, bevelend en vastbera
den, iedferen nacht, telkens weer.
Het was haar idéé fixe, zij kwam daarop
telkens terug en vordterde slechts dit écne
Zij zèide, dat zij dan kalm zou worden, heel
kalm, maar eerder nooit.
Door dat dagelijksch bespreken der zaak
begon Suzanna de uitvoering voor mogelijk
te honden. A'ls
Al dat aarzelen, al dat „als" en dist
„maar" hadden een inwendige ooi-zaak. De
uiterlijke omstandigheden van zulk een on
derneming schrikten haar niet af. Dat
iemand haar zou kunnen bespieden, dat
iemand er zich over zou kunnen'bekommeren,
als zij naar Arnold Yon KiMegg toe ging,
kwam haar volstrekt niet in. de gedachten.
Zij was te Berlijn grootgebracht, waar men
van zijn buurman niets afweet en waar het
wel eens kan. voorkomen, dab men eerst uit
De Herzog met de tweede ambulance
is gisteren van Suez vertrokken.
Naar wij vernemen zal de heer D. H. van
der Goot, arts, assistent bij de chirurgische
kliniek van het academisch ziekenhuis te
Groningen, deel uitmaken van het aanvul-
lings-ambulancecorps dat den 23sten van
deze maand van Amsterdam naar het oor
logsterrein in Zuid-Aftika zal vertrekken. De
beer v. d. Gout zal den 26sten deze stad
verlaten en te Napels aan boord van het
ambulanceschip gaan. («N. G. Ct.")
De Arnhemsche predikanten Gunning,
Roozerneijer en Talma hebben thans eene
circulaire opgesteld, gericht aan hun Engei
sehe collega's, die zij ter teekening hebben
gelegd en weldra wenschen op te zenden. De
strekking van dit adres is dat de Engeisehe
predikanten moge jjveren dRt er einde aan
den oorlog kome.
Vooi tdureud vertrekken er uit ons land
lieden om met de Boeren mee te vechten.
Slaatsbcgrootlng 1900.
Marine.
Dc Minister van Marine zegt in zijn Mc>-
tnono van Antwoord dlat do reconstructie dei-
vloot groote vorderingen hoeft gemaakt. De
Minister ontkent dat ons do financieels
kracht zou ontbreken om onze ze-emacht aan
billijke eischen te doen beantwoorden. Do
som van 42 millioen die de Minister jaarlijks
wcnscht te bestemmen voor nieuwen aan
bouw is noodig, maar ook voldoende om Ne
derland een vloot te verschaffen, die wel is
waar op bescheiden voet zal zijn ingericht,
maar ons toch in staat zal stellen om met
kans op succes de koloniën te verdedigen en
aldaar onze neutraliteit te handhaven.
Voortgaande niet de genoemde soui be
schikbaar te stellen, voor nieuwen aanbouw,
kau men bijtijds het materieel weder vervan
gen cn behoudt men waarduvolle schepen.
Van slaiglevern in open zee kan vootr onze
marine nooit sprake zijn. Met 's Ministers
plan van aanbouw zal het materieel voortdu
rend in con voldoenden toestand, verkcerem.
Bij de vaststelling van het plan van maritie
me defensie is gehandeld in overeenstemming
met het Dep. van Oorlog. Breekt eenmaal
het oogenblik aan dat ons land in een stnjld
wordt gewikkeld, dan moet de marine) sterk
genoog zijn om te samen met do Lindmariht
den vijand het forreeren van onze reduite
stolling te beletten.
Naar het oordeel van den Minister van.
Oorlog kan voorshands worden volstaan met
de thans aanwezige kustversterknngen en -.r
zijn dan oolc van hem. geen voorstellen te ver
wachten tot hot brengen van ingrijpende wij
zigingen in de bewapening en bescherming
van de bestaande werken. Het aanwezig rijn
van een zeemacht in de stelling van Helder
is noodig. De zeegaten van Helder toch Ico
nen zich zeer goed tot het doen van uitvallen
togen een blokkeerende vijandelijke vloot. De
schepen van het tegenwoordig type acht da
Minister van groote waarde. Zoowel wat be
treft liet materieel der zeemacht, benoodigd
voor de verdediging van de haven van IJmui-
den als voor den Nieuwen Waterweg is over
leg gepleegd met het hoofd van het departe-
de krant te wetten komt, dat er naasu dte deur
moord en doodslag is gepleegd.
Er bestonden voor haar en Sabine over 't
geheel te Miihlau geen MüMauers. Er be
stond in de hoeks wereld slechts één mensch,
en slechts één aangelegenheid-
En beiden koesterden heimelijk den vurigen
wen sell, nauwkeurig te weten, hoe Arnold
leefde, dhcht, gevoelde.
„Je moet naar hem toe galon."
„Dat kan ik niet."
Zoo luidde liet dagelijks wél tienmaal.
„Hoe zou ik zijn woning kunnen vinden?"
„Ik ga we! zoover met je mee, dat ik je
zijn huis kan aanwijzen. Van den zomer heb
ik er dikwijls kunnen inkijken, als dé huis
deur openstond. Er is een vestibule. Links
heeft men een deurdaar woont de woduWe
van den advocaat Leermann, rijn hospital.
Rechts lietft men ook een deurdie leidt
naar zijn kamer. Er is geen vergissing moge
lijk."
En eindelijk beloofde Suzanna, dat rij naar
hem toe zou gaanzij deed die belofte maar
voor den schijn, evenals men een zieke in
alles toegeeft en hem in niets tegenspreekt.
Toen editor merkte zij, dat Sabiue van dat
uur af kalmer en rustiger werd. En nu meen
de rij, dat heb haar plicht Was, een overwin
ning op zich zelf te behalen en werkelijk den-
gang te wagen, ofschoon het haar te moeide
was, als zou rij de agitatie, die rich bij' het
zien van Arnold van haar zou. meester ma
ken, niet overleven»
(Wordt wvolgd-l