Tusschen twee liefdes.
53st€ Jaargang.
Woensdag 24 Januari 1900.
No. 10148.
BUITENLAND.
SC IIEDAI IS :he courai it.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
per post fl. 1.G5.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
BureauBoterstraat 68.
Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel
meer 12],'; cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaau die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. -
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde kleine arleeetentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Knterc. Telefoon No. 183.
Algemeen overxtcht.
SCHIEDAM, 23 Januari 1900.
BB OORLOG,
Aan deTugela.
Er valt niet veel toe te voegen aan de
telegrammen over Buller's operaties. De
Engelschen maken kleine vorderingen, die
ons evenwel van geen invloed schijnen op
den grooten slag. Het zijn kleine gevechten,
die nochtans de Engelschen op vrij groote
verliezen te staan komen.
Noch van Zaterdag noch van Zondag weten
wij het cijfer der doodenverschillende cor
respondenten zeggen wel dat er weinigen
sneuvelden in verhouding lot het aantal
gewondeD, maar toch gelooven wij dat menige
Engelsche soldaat op de heuvels bij Veuters-
spruit den dood heeft gevonden.
Noch de telegrammen uit Buller's hoofd
kwartier noch die der oorlogscorrespondenten
zeggen veel. Een nieuwen kijk op Buller's
operaties geeft alleen een vermoeden dat wij
in een der bladen vinden, nl. dat het de
bedoeling is Hildyard's kolonne tusschen de
beide Boerenstellingen in te schuivende
divisie-Warren werkt dan op de linker-, de
divisie-Lyttelton op de rechterflank.
Zoodoende hoopt men door te dringen
naar den kant van Ladysmith dat, naar
men blijkens een telegram uil Pietei maritz-
burg aan de sDaily Telegraph" daar alge
meen gelooft, Donderdag ontzet zal zijn.
De berichten der oorlogscorrespondenten
bevatten natuurlijk weer de rcwone praatjes
van misbruik der witte vlag üvor de Boeren,
van een kanon der Boeren dat van een heuvel
af werd geschoten, en dergelijke.
Ander oorlogsnieuws.
De coiTöspondfefnib der „Daily Mail" zegt
dab Zaterdag voor hob eerst bij Colesiberg
lydriiet-bomm-em werden gebruikt. De uitwer
king was op den harden rotsbodem verschrik
kelijk, beweert hij.
De carrespomcfcinit der „Daily News" zegt
eenige gewonden van het Suffolk-regiment
te bdbbem gesproken, dat bij Remsiburg zoo
geducht leed. Volgens hen was de mam die
„Retaaieeriem'' kommamdeerda niemand anders
dam kolanol Watsom zelfonmiddellijk na)
dit batvol sneuvelde hij. Mem gelooft dlat een
inlamidfeoli ossendrijver do plannen der Engel
se] ï.en aan d^-Roeren (had verraden
Een telegram uit Mafekmg aami dia „Daily
Mail" vam 10 dtazer zogb dak het aamtball Boe
ren om do stad kleiner is dan bij heb bogin
vam het beleghet wordt, nu op 2000 ge
schat. Het garnizoen is goedsmoeds, em er is
voedsel voor drie maandem. Mem zegt dat
kolonel Plumer da stad needs moer nadert.
Hij is mu negentig mijlen vam Alafefcing af,
tem Zuidem vam Gabei-omec.
Lard Kitchener heeft earn dagorder uitge
geven, waarin, hij do officieren verantwoor
delijk stelt voor plundering of gewelddladilg-
hiediem door die soldaten gepleegd. Alles wait
gerequireard wordt, moot betaald wordtin.
Silnidls Vrijdag zijn drie transporbsoh epen
mot 5000 mam en drie batterijen te Kaap
stad aangekomen.
De militaiime medewerker der „Westmi.
Ga,z." gelooft niet dlaib dfö verliezen dor Boe
ren reads G a 7000 bedragen. Er wordt ge
rekend op 400 dooden on gewande® bij Mad-
DOOK
CHARLOTTE M. BRAEHME.
20)
'Hij liep voort, al begon zijn kracht hom
nu bijna te begevende bi jn a-reuzen ultra ol 11,
die waanzin en wanhoop schenkenhij groep
naar de lage takken ondier het voorbijgaan,
maar hield goem oogenblik stil om togan de
boomen te lounem. In ziju hersenen was oen
vreemd, dof govool; bijna was hij vergoten
waarom hij hier was Wat was ca- gebeurd'
wat had hem gek gomaaikt? Nu em dam
schrikte hij op doordat hij het luid uit
schreeuwde, em dan maakte d© kilamk vam zijn
«tem hem bang. Aleer dan eens scheen de
gloeiende oosteroindea- plotseling weg te zin
ken en ook de toppen der hoornen. En plot-
Soling scheen nu ook do aarde weg to glijden
ondier zijn voetentoen sloag zijn eono voet
togen wat hem de afgebroken tronk vam een
ouden boom leek, on hij viel', met zijn gelaat
in het gras. Hij kon zich bijna oen gevoed van
verlichting herinneren, dat hij daar neer
lag om te sterven, en daarna, oen oogenblik
van hevige pijn, toon hij zich trachtte om
te wentelen omi niet te sterven, met zij|n ge
laat naar dem grond gekeerd. Toem herinner
de hij zich niets meer.
Niets meer. Do vogels ontwaolkten em. hie
ven hun lied aamdé zom straalde aam den
hemel; de wildie rozen, dia kamperfoelie do
drukke bijen, alles begon een nieuwen zomior-
deraavitA* eln 700 bij ALagerfonteju. Dit kaan
niet, zegt hijwamt onizo soldaten zugem do
Rooi on im1 lidt geheel niet, em de verliezen
der Emgehscheni die zicli in heb open veld
moastiaa vortoonen, waren zelf» lager.
Lord Methuen's kolonne.
Een der oorlogscorrespondenten die den
opmarsch van lord Methuen's kolonne en de
gevechten van Belmont, Grampan en Modder-
rivier heeft bijgewoond, Alfred Kinnear, is
ziek te Londen teruggekeerd. De sWestm.
Gaz." heeft hem doen interviewen.
Kinnear was van oordeel dat Methuen na
den slag bij Alodderrivier zich door mensch-
lievende gevoelens voor zijn soldaten had
laten bewegen om niet verder te rukken. Had
hij dit wel gedaan en de correspondent
nad dit mogelijk geacht dan zou men 's
Zondags te Kimberley hebben gedineerd.
ïWaarom trok Alethuen eigenlijk op tot
ontzetting van Kimberley Stond het toen
slechter met de stad dan nu vroeg de inter
viewer.
Kinnear oordeelde van nietten minste
als Cionjé van zijn succes bij Magerfontein
heeft weten gebru'k te maken door Kim
berley aan te vallen. De correspondent meende
ook dat Methuen Belmont en Graspan had
kunnen vermijden; hij had met 20.000 man
den Vrijstaat moeten binnenrukken.
Daardoor zouden en Kimberley en Lady
smith ontzet zijn. Het oorspronkelijk plan
was op te rukken langs drie lijnen een
westelijke kolonne over Kimberley, een cen
trale kolonne over De Aar, en een ooster
lij ke over de Natalsche grens. De persoon
van Cecil Rhodes heeft nooit eenig gewicht
in de schaal gelegd.
Maar de rampen in Natal hebben dit
eerste veldtochtsplan omver geworpen. Toen
werd de vliegende kolonne onder Kimber
ley goedgekeurd, met het doel de Boeren te
dwingen Nauwpoort en Stormberg te ont
ruimen en een afleiding te geven aan de
Natalsche grens.
De reden waarom lord Methuen den door
hem gevolgden weg gekozen had, was dat
die langs de spooilijn liep. De nedei lagen
waren goeddeels te wijten aan den slechten
verkennmgdienst en de onderschatting van
de bewegelijkheid en het wèl-ingehcht zijn
van de Boeren. Bij Moddei rivier hadden deze
prachtige stellingen, terwijl de Engelschen
dachten dat ei maar weinige vijanden waren.
De stellingen der Boeren wat en zóó dat
zij schenen te behoore» tot de natuurlijke
bodemgesteldheid.
De heer Kinnear geloofde niet aan het ver
haal van mpemngsverschil tusschen Wau-
cliope, den generaal der Hooglanders die bij
Magersfontein sneuvelde, en Methuen. De
nederlaag was z. i. te wyien aan het feit
dat de Hooglandeisbrigade verdwaalde en
geen voeling meer hield met de andere troe
pen, terwijl de duisternis het noodzakelijk
maakte dat in gesloten formatie werd ge-
iriarcheeid. Zoowel bij Modderrivier als bij
Magerfontein waren de gebeurtenissen ver
rassingen voor de Engelschen.
De coi respondent, gevraagd naar zijn oor
deel over ford Methuen, zeide hem niet te
willen ophemelen; hij hield de generaal voor
een blijmoedig optimist.
Ten slotte noemde hij deze fouter was
uit Engeland te vee! infanterie en te weinig
artillerie en cavalerie gezonden.
dagmaar liij lag daar tusschen liet gras en
de vaiix-iiis, in den dood gedreven door ie
trouwe! oosiheid en den trots een or vrouw.
Hoes lang (hij daar lag, wist hij mot. Hij
was er zicSh niet van bewust dat hij gevonden
werd', dat een schoon gelaat zich vol medelij-
dien over hom boog, dat trainen uit lieve
oogen vloeaden, dat kleine handjes hem
trachtten op te tillen, dat er woorden van
liefkltovol' modelijden werden gefluisterd
hij was blind on dioof voor alles.
Toen liieve®, oenigem tijd later, sterke ar
men. hem op en werf hij weggedfagc-n
niot dood, neon, hij was niot dood. Zij kon
den zijn hart flauw voelen MoppenSiij was
niet dood. Zij' brachten lieim naar oen lief
landümisjo aam don rand van het bosch,
waai- mevrouw Erne, een weduwe, woonde.
En aam dte deur van het landhuisje staande,
had zij gezegd
„Breng hem binnen wij zullen alles
voor liean doem wat wij kunnen. De hemel
zendt ons allen vrienden en helpens in de
uren van dem nood."
Hij wist niets van dit alles. Hij weid
naar boven, gdbradrl, en lag op het Mei ne
witte bed, in eon kleine witte kamier, waai
de rozen door het venstier keken en de kam
perfoelie zich om het kozijn slingerde eon
kteime, vriendelijke, luchtige kamer vol zon
neschijn em bloemen en licht. Yricndeittjllce
iiamdfcm legden hem op het kleine bed, toen
de zomerzon haar kringloop voortzette.
Hoe hij! liet eerst tot bewustzijn terug
keerde, kon hij niet zfeggem; maar hij herin
nerde zich. een eigenaardig gevoed van warm
te, rust en belmgekjkheid. Toem opende hij
Be Zufd-AfriUaansche Ball.
De slag bijColenso.
Het eerste bericht van de ovei winning der
Boeren dat Pretoria bereikte, was van dr.
Engelenburg, den editeur der Volksstem".
Hij seinde:
De editeur is verheugd de eerste te kunnen
wezen om een gunstig bericht naar Pretoria
te seinen over het gevecht heden. Tegen 7
uur vanmorgen ontplooide de vijand zijn
aanvalslinie in de vlakte tegenover onze
stelling. Onze linkervleugel werd door een
volle batterij veldgeschut onder handen ge
nomen, waarop de onzen met matig geweer
vuur antwoordde. Oolenso zelf werd door
infanterie in breede linie offensief verkend,
terwijl evenzoo onze rechtervleugel beschoten
werd.
Onze eigen artillerie werd prachtig bediend
en dreef den vijand van onzen linkervleugel
weg, verscheidene getroffen achterlatende.
Daarop ontstond een hevig geweervuur om
het dorp Colenso, dat nu het hoofdpunt van
den aanval werf, terwijl inmiddels de zware
kanonnen steeds op onze posities door bleven
schieten. De Engelsche infanterie spreidde
zich breed en diep uit en werd tegen half
negen aanmerkelijk versteikt, toen het ge
vecht zijn karakter van offensieve verkenning
verloor en een reguliere aanval op de wagen-
brug van Colenso werd.
Om half tien had een wonderlijk ding
plaats. Een volle Engelsche batterij naderde
onze stellingen en kwam onder ons geweer
vuur, dat zoo hevig werd dat de Engelschen
in haast wegvluchtten met achterlating van
iiun geschut. Tot tweemaal toe kwamen de
Engelschen terug om kanonnen te hernemen.
Dit deden zij kranig doch tevergeefs, want
ons geweervuur was te sterk. Toen ik omtrent
elf uur gevecht verliet, stonden de kanon
nen op een rij tusschen de bommen en
verlaten door hun mannen. Na tien uur ving
een betrekkelijke stilte aan enkel aigebroken
door enkele kanonschoten. De Engelschen
retireerden terwijl sommige paarderuiters
weer in oostelijke richting met artillerie
reden.
Vele bommen der Engelschen zijn niet
gebarsten.
De Fransche kolonel de Villebois, die met
Galopaul en mij den veldslag bijwoonde en
zich kalm onder het kanonvuur bewoog,
prijst den moed en niet minder het kiygS'
beleid van onze officieren. uZij doen altijd
het juiste ding op het juiste oogenblik",
zegt de kolonel sen hebben een uitstekenden
blik over de situatie."
Nogmaals dit eerste treffen met generaal
Buller is een succes voor de Transvaalsche
wapenen geworden.
Generaal Botha, seinde achtereenvolgens
aan den staatssecretaris te Pretoria:
12.40 nam. Gevecht gaat nog steeds voort.
Wij zijn hun kanonnen van morgen zoo na
gekomen, dat wij twee batterijen paarden en
bediening hebben wegge-clioten, en zij vech
ten nu hard om ze weer te veroveren. De
kanonnen staan bij trcinbiug en al hun ge
schut is zoo gesteld, dat wij de kanonnen
nog niet kunnen gaan halen, daar zij met
hun geschut de brug bestrijkeu. Zoover heeft
da Heer ons bewaard, als men let op de vele
kanonschoten op onze schansmuurtjes gewor
pen, is het een wonder dat er nog een menscli
zijn oogen en. zag het aangename, witte bed
en dc prettige witte kamer. Hij had willen
spraken, maar hij scheen met stomheid, ge
slagen. Het volgende dat hij opmerkte, was
het open venster met zijn weelde van rozen
en kamperfoelie, en toon, bij liot venster,
het gelaat van een jong meisje.
Zulk een gelaat zoo schoon, zoo zacht,
zoo liemeteoh dat had hij gezien op de
schilderijen van heiligen rem, week, door
schijnend. Hij zag mooi-gianzend en zaclit-
gdvond kaar; blauwe oogon, ru»tig als eon
meer in zomerzonneschijneen gelaat reiu-
blank, Dchalve waar de tecre rozen blos do
lippen en do wangen dokte Het kon liet ge
laat van oen engel zijn geweest zoo schil
derdien de oud» moestens die. 'b Lieve kopje
was gebogen; hij kon niet zien wat rij
dood; toen kwam or oen nevel voor zijn
oogen, on zaig Blij niets meer. Hij herinnerde
zic'h niets meer, totdat hij de zachte stneo-
liing van tecre, liefderijke harnfan voelde mi
hij do flauwe gewaarwording kreeg dab het
jonge meisje naast hom knielde en over hem
«prak met iemand andeais.
„Hij kan mij met verstaan," zeide zij,
„ik walde dab hij het kon. O, moeder, wat
is hij veusdliiliend van allo anderen van
allo mannen die wij bier zien."
„Maar Daisylïef, wij zien ook alleen
bosühwaicliteirs en winkeliers. Ik heb vroeger
ondier den landadel geloefd, on deze arme,
gewande vreemdeling is oen odoLmau."
„Een edelman f" heilhaaldo 'het jonge meis
je, dat Daisy genoemd werd. „Ik heb dik
wijls gedacht dat ik wel eeois een housoli n
tdc-liman zou willen riem"
over is. De vijand heeft wederom ambulance-
wagens voor kanonnen en troepen gesteld om
hen te beschermen.
1.15 nam. De vijand tracht met alle macht
van zijn kanonnen om de wageribrug aan
stuk te schieten om alzoo te beletten de
kanonnen door te brengen, maar wij staan
vast, want God vecht naast ons.
Eindelijk te 7.45 nam.
De God onzer voorvaderen heeft ons heden
een schitterende overwinning gegeven. Wij
hebben den vijand op alle zijden, drie ver
schillende punten, teruggeslagen.
Wij hebben hen toegelaten onder een
hevig bombardement, van hun kant 12 kanon
nen vlak bij de rivier te brengen, en zoodra
hun paarden afgehaakt waren, openden wij
het vuren met Mausers en doodden hun be
diening en schoten hen zoo uit positie, dat
zy alleen slaagden twee kanonnen terug te
krijgen. Wy hebben de andere tien prachtige
groote kanonnen genomen, met dertien ge
vulde ammunitiewagens. De kanonnen zijn
reeds door de rivier gebracht. Wij hebben
ongeveer 150 hunner beste mannen, die zoo
dapper keer op keer stormden, krijgsgevan
gen genomenonder hen zijn verscheidene
officieren.
Het verlies van den vijand moet verschrik
kelijk geweest zijn. Zij liggen aan elkander
en ik denk zeker 2000 man. Van onzen kant
ongeveer 30 gewond en gedood. Juiste be
richten sein ik u daaromtrent nader. Ik kan
met een dankbaar hart u en het Afrikaan-
sehe volk gelukwenschen met deze schitte
rende overwinning.
Ik ben verplicht aan te dringen, de Britsche
regeering te doen verstaan, dat onder den
dekmantel van het Roode Kruis kanonnen
te plaatsen of beschutting te zoeken, gelijk
zij overal en op een plek driemaal gedaan
hebben, ten eenenmaie ongeoorloofd is. Kanon
nen reeds door de rivier gebracht, en beleefd
verzoek ik de regeering, om proclamatie een
algemeenen biddag te proclarneeren, om Hem
te danken, die ons deze overwinning gaf.
De Transvaalsche correspondent van het
uNieuws van den Dag" vertelt hoe president
Kruger het bericht van de overwinning bij
Colenso ontving
sAls gewoonlijk zat Oom Paul op zijn
stoep onder de veranda van zijn hui.-, zijn
namiddag-koffie te drinken, toen hem het
goede nieuws uit Colenso gewerd. Onmid
dellijk moest hij dat aan zijn bezoekers mede-
deelen. Twee dikke tranen rolden over zijn
wangen en veidwenen in de stekels van zijn
korten baard, dien hij in de laatste dagen
niet geschoren heeft, 't Waren tranen van
blijdschap, die zich lucht gaf in deze ken
schetsende woorden: »Dis was nie men-e
zen werk nie."
Over het aandeel dat jonge dames zouden
gehad hebben in de ontvluchting van Winston
Churchill uit Pietoria, zegt deze eoi respon
dent
»De twee jonge dames, die gisteren (15
December) geariesteerd zijn, omdat men in
haar bezit billets doux van de Engelsche
krijgsgevangen officieren had gevonden en
zelfs die episteltjes beantwoordden en bezorg
den, zullen wel meer van de ontvluchting
weten.
»De zaak is nu in onderzoek, en vindt
men de medeplichtigen want die moeten
„Nu zie je ar oau," zei hi.tr moeder.
Toen was het eenigo n. -n stil. Hij
voelde rijn hand gevat tus^ twee zacht»
Menie handje», dio liaan- vooi/,,t uiig stned.de.
„Wat blanke hand, moeder!" zeide dezelf
de lieve stem weer. „Kijk eens, do mijinc s
bepaald bruin daarbij vergeleken. Die hand
heeft nooit gewerkt, ze is nooit door arbeid
vereelt. KijSc eens, wat mooiIk dacht dat-
dttiincts alleen zulke fiianden konden hebben
Toen was er weer een kort zwijgen, als
dacht dc moedor na, voordat zij antwoord
de. Zij zeide
„Je moet je wachten zulke dingen te zog
gen, ais iemand je kan hooren, Daisy."
„Dat spreekt vanzelf, moeder."
Toen duwde rij do donk-ere, diicflite haar
lokken weg die over rijn oogen hingen.
„Wat een mooi haar, moeder. Het is zio
zacht on zoo fijn ails van eon vrouw. Kijk
eens, hoe het golft. O, ik beu ca- zeker van
dat een moeder of zuster zich angstig af-
vnuigb, waar liij nu is,"
„AIisscMen is hij wel getrouwd, Daisy."
Da is}- koek naar hem met een peinzend
galaat.
„Dak denk ik niet, moeder. Hij riet cr
nict uit alsof liij getrouwd was."
„Hoe kan je dat nu weten, kind?"
„Ik weet niet waarom ik het zog, maar
toch ben ik er zeker van. Ik heb nooit be
grepen hoe hot komt maar ik weot som
mige dingen hij ingeving. Zou hij beter «or
den, moeder Arme jongen Arme jongen
Wat zou het haard vcor hom rijn te moeten
stel venhij is zoo mooi on zoo goed."
„Do dokter zal wel spoedig komen Ro
er zijn dan zullen die zeker streng gestraft
worden. Nauwelijks was Churchill ontsnapt,
of de gevangenen in de renbaan wisten het.
Die heeren waren dien dag vrij rumoerig,
zelfs luidruchtig in den namiddag gedurende
de ter aarde bestelling van de heeren, van
wie ik boven sprak.
Er scheen zelfs vrees voor ontsnapping,
althans een geest van rebellie te bestaan,
waarna de bevelvoerende luitenant van politie
het raadzaam achtte, de wacht dien nacht
te versterken en bovendien posten van zeven
gewapende mannen uit Ie zetten aan de
einden der straten, die van de renbaan naar
de stad leiden. De nacht ging evenwel kalm
voorbij en den volgenden dag begon men de
gevangenen in troepeu te vervoeren naar
Waterval, op twee uur afstands van hier
aan de Pietersburgspoor gelegen, dat een
geschikte verblijfplaats biedt.
Ladysmith,
In de „Volksstem" van 11 December vin
den. wij oen verslag van hot beleg van. Lady-
smitik, ontleend aan een caroospandearb van
de „Natal Aloroury''. Een. gedeelte vam. het
sclirijwaii volgt hier
Op zekeren dag krwattn er een stuk vam een.
bom dfaor ecu huis en. torzalfdior tijd werd
dlit gwaakt door stukken van oeoi (kartets en
Alauskn kogels ma. 9. Het huis vam advocaat
Canter, waar ook kolonial Rhodes em lord
Ava. woonden, werd door vier boanmiiem ge
troffen. Ook het klooster, dat bewoond iwarf!
door Vader Ford van New-Castle en tus~
sclitonboidb door koioma! Dautnol valn dia Na-
talsdhie politie, werd door vier bommen! en
stukBoem vam kogels getroffen. Dit was den
9on Nkxneimibar.
DienzeLfdon dag, dem geboortedag vam dem
Prins van Wales, mankte de vijand oom aiam-
vai. Een sterk geweervuur werf) met heb
aanbraken vam den dag geopend aami dfen
achterkant vam Kloosteirkop. Deze aarnwai
was gericht op Gordon-jxisb. Het treffan
wond spoedig algemeen en strekte ridh over
een cirkel random Ladysmith uit. De Joaian-
iicöiburgsche politie maakte vam het Noord
westen een charge met de saibel, maar weird
door geweer- em goschutsvuur ontvangen,.
Een klomp Boaran trachtte een spruit to be
reiken. aam den voet vam Caesars kamp m
ow/e stalling te nemen. D© vijand werd hiet-
,u echter vedundeird door de karabimers, dio
in lime langs dom karnt vam de andere spruit
lagöii, onder schuiling vam klippen.
De Boeren vuren ui de open vl-akte em do
karaibuiioris wachtten tot de Boeren vrij
didhtbij wanen, em openden, toon eerst het
uur.
Bijmia alle bommen barstten. De bommen
vam de 6-duims Long Tamkamoiimiem wegoii
94 lbs. on mon berekent, dat zij een tref
kracht hebban vam 250 lbs.
Cricket, polo on voetbalwedstrijdlem rijm
aan do ordb vam dfem dag. Er werf een cric-
k-etwedisürijd gehouden tussdiem de Border
Alouiiitod Ruflos, de Natel Mounted Rif les em
de Natolsohö Karabimiers. Een boom barstte
vlak in de naibijhead.
Bij een audere gelegenheid barstte een!
boen onder de tent van oem Hooglanden, die
in die lucht werf geworpen em bediaard en
ongedeerd weer naar omlaag kwaon.
Do soldaat Schram, vam Eshow, sliep in
rijm terut-, toem er oen. stuk vam oen bom
doorheen vloog on hem dem hals afsnoecL
Het grootste died dor bommen, van. de
bin. is hom gaan kalen. Dam zuiilem wij we
ten of hij zal leven of sterven. Je moet voor
ham bidden, Daisy; ik stel moor vertrou
wen in het gebed dan m dokters. Ik ga de
thee Maar zetten.
De oudere vrouw verliet do kamer, en de
lieve, eenvoudige Daisy knielde aan rijn zij
de en begon te bidden.
Hij horinnerfe zich niot in gdheel rijn
leven ooit iemand voor liemi te hebben hoo
ren bidden, en liij luisterde naar dio lieve,
onopgesmukte woorden mot eeai verbazing
die aan ontzag grensde. Bidden voor hem 1
Eu hij vroog zidli af of sinds dem dood zij
ner moeder ooit iemand voor hem gebeden,
had.
Toou was liet Daisy's beurt om verbaasd
te kijken, want plotseling zag rij twee don
kere oogon ernstig op d» iiare gevestigd.
„Wie bon je fluisterde hij.
„Ik?" antwoordde rij. „Ik ben Daisy
Erne."
Hij zeide den naam na em nog oems na:
„Daisy Erno." Hij was nog niet in staat rijm
gedachten te verzamelen. Plotseling zei hij -
„Wie is Daisy Erme?"
„Ik ben Daisy," antwoordde rij, „en. dit is
mijn huis. U is zdker verbaasd (hoe u hier
gekomen, bent?"
„Ja,. Hoo ben ik hier gekomen: Ik weet
het niet, Daisy Erne. Je liöbb liet gelaat van
een engel, maar het is mij toch geheel
vreeand. Bern je vam de sternen, gekomen.
en heb jo vlugge, Manke vleugels
„Neenik ben. Daisy Erne, niets meer."'
Wordt vervolgd).