Tusschen twee liefdes. 539te Jaargang Woensdag 14 Februari 1900 No. 1016 Kennisgeving. BUITENLAND. EDAMSCHE COURANT. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Burean Boterstraat GS. Burgemeester en wethouders van Schiedam, brengen ter kennis van de ingezetenen, dat het kohier no. 3 der plaatselijke directe belasting naar het inkomen, dienstjaar 1899/1900, den 30sten Januari 1899, door den gemeenteraad vastgesteld en den 5den Februari daaraanvol gende door heeren gedeputeerde staten dezer provincie goedgekeurd, aan den ontvanger der gemeente ter invordering is uitgereikt en in afschrift gedurende vijf maanden, te lettenen van heden, op de secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd. Wordende voorts een ieder aangemaand zijnen aanslag op de bepaalde termijnen te voldoen, op straffe van vervolging volgons de wet. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 13den Februari 1900. Burgemeester en wethouders voornoemd, VERSTEEG. De secretaris, v. LUIK, JL.-S Algemeen overzicht:. SCHIEDAM, 13 Eebr. 1900. BE OOULOG. Lord Roberts' taak. Lordi Roberts is niet te Modderrivier om de troepen te inspeoteeren of zidh van d'en toestand op de hoogte te brengen. Officieel is het ter kennis van het Rntscihe Parle ment gelbradht diat de opperbevelhebber liet 'kommajndo over de troepen aan de West grens hoeft aanvaard. Het lijdit dus geen twijfel dat hier spoedig een nieuwe aanval lende beweging te wachten is. Met welk doel? Dat is do gnoote vraag. Is Roberts van plan nog eens een poging te wagen om Kimberley te ontzetten? Of zal hij over Jacoibsdiai den Vrijstaat trach ten binnen te dringen, gelijktijdig met e'en opmairscli der Britsdhe troepen in de Kaap kolonie naar de Oranje-rivier? Zonder ons door al te groot optimisme te laten begoochelen, schijnt ons toch zoo het eene a& het amdara plan weinig kans van slagen te bieden. Waarheen men ook liot oog richt, overall is het dezelfdto tactiek, Aan d'e Tugela, ten Zuiden van d© Oranje rivier, aan d'e Madderriviier, overal hebben de Boenen zich. in van nature gunstige en door verschansingen nog versterkte posities genesteld, die niet dan ten koste van dui zenden levens door de Engelsclien kunnen genomen wondten. Wij veten dat Buller, waar hij ook de Boenen bracht aan te grijpen, hen in het front moet aanvallen. Van omtrekkende be wegingen of fiankaanvalllen is eenvoudig geen sprak©. Hetzelfde schijnt te gelden voor d'e Boenenstellingen bij Colesberg die zich als een halve maan uitstrekken tegen over en om de positie d'er tegenpartij En wij weten dat de Boeren, sinds Magerte li tem, ook aan de Modlderrivi'er voortdurend DOOR CHARLOTTE M. BRAEHME. 38) Hij heeft zeker een groot verdriet gehad in Mei," d'adht Daisy, „maar ik zal nooit te weten komen wat voor verdriet hij zal het mij nooit zeggen. Ik hen eigenlijk al leen uiterlijk zijn vrouw." Had hij haar lief? Daisy was bang voor de waarheid. Verschilde hij van andere echtgenootenHij was beter dan velen nooit was hij onvriendelijk tegen haar ge weest; nooit had hij een verzoek van haar afgeslagen, haar een wenseh ontzegd; altijd had hij haar hartelijk en voorkomend be handeld. Maar was d'at een zeker bewijs van liefde? Hoe dikwijls had hij niet gelachen om d'e verschrikkelijke voorstelling die zij zich vóór haar huwelijk had gemaakt om trent huwelijken, hij had haar uitgelegd dat alleen in de laagste klasse, bij de ruw ste, onbeschaafdste en ongevoeligste man nen zulke dingen voorkwamen als het slaan of onvriendelijk behandelen van een vrouw, zoodat zijn voorkomendheid niet liefde tot oorzaak behoefde te hebben. Zij zon al wat zij had, hebben willen geven om te weten te komen of hij haar al dan niet liefhad. Zij zocht nu voortdurend uitvluchten om uit te kunnen gaan en te zien hoe andere ge trouwde menschen zich jegens elkander ge droegen. Uiterlijk zag zij niet veel onder scheid, maar op het gelaat van andere man nen las zij geen onverschilligheid', geen rus hun stellingen hebben uitgebreid en ver sterkt. Nemen wij daarbij in aanmerking hoe ge makkelijk en vlug de Boeren zich verplaat sen en ho'e log d'e bewogingen blijken te zijn der Eiigelsehe legers, hoe uitnemend het krijgsbeleid en d!c rechtwaarde der Boeren tot nu toe is geweest en hoe slechte strate gen zich de Engelsche generaals hebben ge toond, dan zien wij met vertrouwen den uit slag te gemoe'b ook der komend© bloedige gebeurtenissen, al ontveinzen wij ons ook met die groot© ovennacht van den Bnt en den moed! van Tommy Atkins Daarenboven vervalt Roberts in dezelfde fout als Bullor, zijn voorganger m het op perbevel in Zuid-Afrika. Weer zien wij den generalissimus zich naar één der tooneclen van den strijd begeven en daardoor noodza kelijkerwijze hot overzicht over het geheel verliezen. En dit is te ernstiger, omdat in dezen oorlog d'e Engelsclie legers op zoo grooben afstand' van elkander opereeren, zonder goede verbindingswegen en met lang zame communicatie-middelen. ÜDe toestand is dus aldusBuller in Na- tail, nog altijd loeirende op het ontzet van Ladysmith en zoekende naar zijn verloren sleutelRoberts in liet Westen, het oog ge vestigd op Kilmbcrley en Bloemfontein te vens, liet bevel aanvaardende over troepen wier moreel onmogelijk kan ven-betond zijn; in de Kaapkolonie Clemens, Kelly-Kenny en Gatacre en waarschijnlijk lord Kitchener als leider d'er campagne. Er is «en telegram dat van oen levie en masse der Boerenvrouwen spreekt. Do Transvaalscbe regeering zou baar die vergun ning om zich tc wapenen beloofd hebben, wanneer de Engelschen de Republieken binnendringen. Of bet d'aartoe wel ooit zal komen? In Natal en elders. Wanneer men de berichten der oorlogs correspondenten en de beschouwingen in de Londensche bladen leest, krggt men den indruk dat het er in Nata! voor de Engelschen bedenkelijk uitziet. De sTiines" stelt zich tevreden met de schamele troost dat, al wordt Ladysmith niet ontzet, Buller toch de Boerenmaclit in Natal vasthoudt. Daarom vindt het blad den terug tocht van Bulkr's troepen nog zoo heel ver schrikkelijk Diet. Maar andeie bladen zien den toestand heel wat minder rooskleurig in. Het was niet alleen bet onhoudbare van de positie op Vaaikrans vermoedt de sDaily Mail" b.v. maar evenzeer de vrees dat hij van het Zuiden zou worden afgesneden die Buller dwong over de rivier teiug te gaan. Het blad doelt daarbij op de voorwaartsche beweging der Boeren bij Colenso, die een bedreiging van Buller's leger in de rug beteekent. Hpt gevaar dat Buller's gemeenschap met het Zuiden wordt afgesneden, schijnt inder daad niet gering, althans wanneer wij de berichten uit Engelsch-Natalsche bron dien aangaande mogen gelooven. Want behalve de reeds genoemde beweging iri de richting van Chieveley, zou ook nog een groote Boeren macht over Weenen en Greytown naar het Zuiden trekken met de bedoeling Buller's gemeenschap met Pieter- mariizburg en Durban te verstoren. In het laatste gevecht aan de Tugela redde telooslieid niet die vage uitdrukking van lijden, die zij op het gelaat van haar man waarnam. En ook zag zij andere vrouwen niet zoo nadenkend en ongerust als zij zelf was. Daisy zag d'at er tusschen de meeste mannen en vrouwen die zij ontmoette, een vriendelijke, hartelijke verstandhouding be stond zij hadden één belang, één levens doel. Sir Clinton ging met haar dikwijls de merkwaardigheden in d'en omtrek bekijken. Zoo nam hij haar ook mede naar een be roemd oud kerkhof, dat vlak bij de zonnige zee lag een kerkhof, zoo mooi gelegen en zelf zoo schoon, dat men van heinde en ver re daar de d'ooden ïrwam ter ruste leggen. Sir Clinton vergat dien dag nooit. Het gebeurde niet dikwijls dat Daisy een die pen indruk op hem maakte toen deed zij het. Het was een Italiaansebe zomerdag, de zon scheen stralend cn warm; de diep blauwe hemel had een wondere tint; d: lucht was verzadigd van den geur van wijn stok en olijfduizenden bloemen stonden in vollen bloeide vogels zongen op de twijgen en de golven schenen de gouden kust te kussen. De graven op het kerkhof van St. Marie Pierre waren mooivele wa ren bedek met kransen van wingerdblad'e- ren, rozen en leliën. Daisy bekeek ze zwij gend. Hun gids vertelde hun menige droc- vige geschiedenis. Hier was het graf van een meisje van achttien jaar, daar van een jon ge moeder, gestorven met haar zuigeling in den arm, ginds van een vader die een aan tal jonge kinderen had achtergelaten, en kleine graven waar de onschuldige kinder- kens lagen die Gode een welbehagen zijn. Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel meer 12i/° cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven luer \ari zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde ftleine advertewtiSn opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon No. 123. Ben Viljoen met heldenmoed een in een donga geraakt kanon der Boeren. Prins Christiaan van Sleeswijk, een klein zoon van koningin Victoria, is in dit gevecht in het vuur geweest. Ilij is zelfs bijna door een springenden granaat getroffen. Uit de Kaapkolonie geen nieuws, zoo min ais van Mafeking. Omtrent Kimbeiley blijkt uit Kaapsche be richten, die zeker door den censor telegrafisch geweerd zijD, dat men in begin Januari reeds paardcnvieesch at. En nu is het half Februari I B u 11 e r's beleid. lotussciien vindt generaal Bulier, op ivien in den iaatsten tijd nogal eens gesmaald is, een verdediger in Winston Churchill, den meer genoemden oorlogscorrespondent der sMorning Post". Deze bespieekt de opeen volgende gebeuitenissen in Natal aldus. Hij noemt iiet een fout dat van Ladysmith een militair kamp is gemaakt. Toen White er kwam, vond hij er echter voor 12 millioen guldens vooiraad. Hij achtte toen de Boeren noD niet tot een geregeld beleg in staat en besloot daarom zich te Ladysmith te hand haven. Generaal Buller is overtuigd dat Ladysmith niet kan ontzet wordenmaar die overtui ging is niet nieuw. Buller had het van het grootste gewicht geacht White te ontzetten en daarom besloot hij tot eene operatie, waar van hij zich de moeilijkheden niet ontveinsde en die hij voor vrij onmogelijk hield. Hg wilde daarom de taak niet aan een zijner onderbevelhebbers opgedragen. Het was den opperbevelhebber volkomen duidelijk, dat de Boeren, die de binnenzijde van een hnlf- ciikelvormige stelling bezet hielden, hem steeds tot een frontaunva! zouden noodzaken. Wegens de oubekendheid met het terrein droegen Buller's pogingen dan ook meer het karakter van groote verkenningen. Bij de laatste poging zou het wel mogelijk zijn ge weest den vijand van Biakfontein of Doorn- kop te verjagen, maar dat zou drie duizend rnan hebben gekost en dan zou Buiier niet sterk genoeg meer zijn geweest om Lady smith te ontzetten, daar hij op zijn minst twee brigades moest achterlaten om zgn terugtochtsweg te dekken. Churchill acht zelfs voor een leger van 50,000 man het ontzet van Ladysmith een uiterst moeilijke taak: met honderdduizend man zou generaal Bulier wel kans van sla gen hebben. De »Westm. Gaz." vraagt in een hoofd artikel, aan Churchill's mededeelingeD gewjjd, waarom Buller, het hopelooze er van inziende, toch beproefde Ladysmith te ontzetten. Het antwoord is dat Milner en Hutchinson, de gouverneur van Natal, de Natalsche minis ters beloofd hadden dat het Britsche leger de kolonie tegen een inval der Boeren zou veidedigen. Die belofte had Buller, zelfs ten koste van zijn kt ijgsmansroem,willeri nakomen. De sWestm. Gaz," is vol lof voor dat hooge eergevoel, maar meent toch dat Buller als generaal anders had behooren te hande len de beraamde inval in den Vrijstaat zou het~ beoogde doel evenzeer en beter hebben bereikt. En de regeering, die toeh zeker dit alles zal geweten hebben, had Buller moeten tegenhouden. Het blad zegt dat deze quaestie in het Lngeihuis ter sprake zal worden gebracht. „Het is of het geen sterven is," zei Dai sy, „hier te liggen onder de bloemen. De schaduwen der wingerdbladeren rusten zoo licht, de zon schijnt zoo warm; de vogels zingen zoo zoet 't lijkt niet op dien dood hier te liggen." Toen wees de gids hun een prachtig graf „Dit is het mooiste graf wan het geheide kerkhof," zei Daisy peinzend. „En het bevat de droevigste geschiede nis," zei de gids. ,-,Hier rusten een man en een vrouw die hier kort na hun huwe'ijk kjyanien om het kerkhof te zien. Nooit li eb ik een paar gezien zooals zij. Het wa- of men een schilderij zag of een gedubi las, wanneer men lien zag." „Waarom vroeg Daisy. „Omdat hij haar zoo liefhad," was het antwoord. „Zijn gekeelc ziel scheen in haar op te gaan. Ik zag lien slechts dien ééutn keer, maar nooit vergeet ik hen. Tien maan den later bracht men haar hier om begra ven te werden, en men heeft mij verteld hoe schoon zij was, toen zij met liaar klctne dood'e baby in haar armen in de kiss lag." „Toen, mevrouw," ging de gids voort, want hij sprak alteen tot Daisy, omdat liij dacht d'at het verhaal haar belang in zou boezemen, „toen, nadat zij begraven was, kwam de jonge weduwnaar hier iederen dag, onverschillig welk weer het was zon neschijn, regen of storm hij kwam eiken dag, en dan zat hij urenlang aan haar graf Eens waren eenige vrienden hem nagegaan, en waarschuwden hem. „Zoo ga jij ook dood," hoorde ik hen zeg- gen." „Mijn hart is dood," atwoorddb hij, „het De Zuid-Afrikaansche 9IntI, Doslagbij Coleuso. Uit de „Volksstem" Generaal Botha bericht omtrent den uit slag van den slag bij Colenso onder anderen nog het volgende van 19 Dceembor. Slagveld werd door onze menschen be hoorlijk opgenomen en verzameld, wat ach tergebleven was. Van de artillerie van den vijand wenden door ons 180 gevangen geno men en minstens 200 gedood. De vijand reed gedurende den slag steeds met ambulance wagens heen en weer. Giste ren waren zij op het slagveld bezig tot laat in den namiddag met het begraven hunner dooden en heden zijn er nog onbegravenen op liet slagveld'. Het juiste getal dlouden en gewonden van den vijand kan ik niet opge ven, d'och zeker is liet gotal van 2000, door mij eerst opggeven, niet overdreven. Iluu Roode Kruis vertelde mij, dat op het eene slagveld alleen 760 gewonden waren, en dat gisterochtend op het gehouden appèl 3000 niet op hun namen antwoordden. Daarna weid dan ook door den vijand stilstand van wapenen gevraagd', om zijn dooden te kun nen begraven, zooals door ons onder zekere voorwaarden dan ook werd toegestaan voor 24 uur, vanaf Zaterdagmorgen 7 uur Bij den kop liggen nu nog 21 lijken onbegraven. Ik heb order gegeven aan onze menschen die tc gaan begraven. Rood'e Kruis zegt ook dat vele officieren sneuvelden, waardoor do moed der soldaten word gebroken. De doo den te doen tellen, vond ik te onmensclie- lijk, doch het verlies was groot, zooalls hun terugvluchten in wanorde, het verlies dei- kanonnen, het opgeven van hun posities en het verplaatsen van liun kamp meer dan genoeg aantoonen, alsmede het vragen van een wapenstilstand! voor 24 uur. De tien kanonnen met voorwagens en 12 volgeladen wagens met bommen zijn aill'e in perfecte orde. De vijand heeft ail zijn 'tenten plat getrokken. Twee van zijn spionnen en drie paarden werden door een patrouille ged'ood, die hen bekropen hadden. Volgens schriften lijke instructie, gevonden in de zakken van officieren, blijkt, dat op het slagveld' 23000 man troepen van den vijand waren. Behalve tien kanonnen zijn door onze troepen omtrent 150 soldaten en een half dozijn officieren gevangen genomen, die grootendeels gevonden werden in cn nabij de huizen van Colenso, waar zij zich gedu rende en na den veldslag hadden verborgen. Onzerzijds hebben wij het verlies te be treuren van vier burgers dteod. en verschei den gewonden, welke door de ambuilamoe verpleegd! wordlen en wier namen te Preto ria wei reedfs bekend zullen zijn. Een ge wonde Engelsohe gevangen© schatte gene raal Buller's maclit op 20,000. Maar dc macht die lieden tegenover ons in het vcïd kwam, wordt door deskundigen geschat op 10,000. Do gevangenen behooren meestal tot het Devonshire Regiment, sommigen ook tot de artillerie. Het aantal gevallen Engelsclien is, de gewonden inbegrepen, misschien op tusschen honderd en twee hon derd te schatten. (Dit zijn de woorden van hot telegram, wat natuurlijk e-en seinfout is en moet zijn tusschen een en tweeduizend. Ed. V.) Het resultaat van vandaag's treffen is vooral in mijn oogen hierin te zoeken, dat ligt hier begraven. Wat doet het er toe of mijn lichaam spoedig volgt? Ik zou liever dood bij mijn vrouw in 't graf liggen dan ergens anders te leven." „Dagelijks zagen wij liem magerder, blee- ker, droeviger worden; dagelijks bleef liij langer bij haar graf vertoeven en scheen hij er minder toe te kunnen besluiten het te verlaten. En op zekeren avond, teen de poort van het kerkhof gesloten zou .vorden, horiimeird!e ik mij dat hij er nog was en ging ik hem zoeken, mevrouw. Hij lag dood, het graf met zijn armen omvattend, het hoofd in de bloemen gedrukt. Men zegt wel eens dat niemand van lief do sterft, me vrouw maar die man is van liefde gestor ven." Daisy keek met een vragende uitdruk king op het gelaat naar hom op. „Van liefde gestorven," herhaalde zij. „Dus due man had zijn vrouw zóó lief, dat hij niet zonder liaar kon loven en óók stierf Toen wendde Daisy zich tot haar man. „Heb je hot verhaal gehoord, Caro „Ja," antwoordde Sir Clinton. „Ik heb er elk woord van gehoord." „En geloof je het geloof jo dat ooit een man van liefde is gestorven." Hij keek ver weg, ver over de heuvels en de blauwe zee. Hij, dien de liefde waanzin nig had gemaakt, staarde in dïoef gepeins in de schoone, schitterende wereld' om hem. „Ja, ik geloof het, Daisy," zei hij. „Lief de is niet het speelgoed, het tijdverdrijf, dat velen er van zouden willen maken. Liefde is een zegen of ©en vloek; liefde is geluk of wanhoop." liot zelfvertrouwen onzer burgers verhoogd is naarmate dat der Engelschen verminderd moot zijn. Vooral voor generaal Botha, die zioli erg knap gedragen lieeft, niet enkel he den, maar ook gedurende de afgeloopen zware dagen, moet de uitslag der ontmoe ting met den vajand voldóemg hebben ge schonken als een beloomng zijner wilskracht cn doortastende pogingen om de positie te Colenso voor de Transvaalsche wapenen te behouden. Zooals ik reeds seinde beeft het oorlogs- beleid onzer troepn de bewondering opge wekt van den Franschen kolonel De Ville- bois, die een aantal taktische fouten in de Engalsclic leiding opmerkte en groot ver trouwen heeft in het succes onzer krijgs macht. Behalve de tien kanonnen wendlen nog twaalf amimuniticwagens genomen, elk met honderd twintig bommen beladen. Zes dei- genomen kanonnen waren nog geladen, doch geen hunner liad een schot kunnen lossen, zoo lievig was ons geweervuur geweest. Van generaal Bobha, Colenso, wend het volgende telegram ontvangen. „Dankbetuiging aan Z.H.Ed. den Staats president der Zuid'-Afrikaansohe Republiek, Z H Ed. den Staatspresident van den Oran je Vrijstaat, de addle lieeren leden van den Uitvoerenden Raad van de Z.-Afrik. Repu bliek en don Oranje Vrijstaat, krij'gsoffiici'e- x'en, ambtenaren en andere burger® van d'e beid'e Republieken. „Mijne Heeren, namens de burgers oudier mijn generaalschap alhier t© Colenso op kommando gelegen, heb ik opdracht u allen mijn 'hartgrondiger en oprechten dank te betuigen voor de gelukwenschen, hen en mij aangeboden bij gelegeheiid van d© schitte rende overwinning, waarmede hot God den Heer heeft behaagd onze wapenen te zege nen. „Heb feit, d'at d'e gelukwenschen mij en mijn burgers toestroomden uit alle deelen van ons nu geteisterd' Z. A. van hoogen en eonvoudigen, van mannen en vrouwen, be wijst ons hoe algemeen cn diep gewoeld het geheele Afnkaansche volfc geju/idhi heeft over liet succes ons geschonken, ko© dank baar bet was en wanneer gij hadt kunnen zien, gelijk wij bet ondervonden en zagen bet ontzaglijke aantal bommen, 'dlat dooi den vijand uren en uren op onze posities weid geworpen zondier ophouden gelijk een slagregen, zood'at alle kopjes en randjes rood van het stof en in een rookdamp gehuld waren alsof zij in brand stonden, ail's gij ge hooid had hot geknetter van hot geweer vuur, het gefluit der kogels, het sissen en bulderen van over ons vliegende en op ons barstende hommen, dan zou geen uwer het' gewaagd hebben te ondlerstellien, dlat er nog een levend in onze positie aanwezig was, en als gij daarbij nagaat, hoe betrekkelijk wei nigen dier onzen gekwetst of gedood werden, dan zoudt gij moer dan ooit diep overtuigd geweest zijn, dat de hand. Gods dien dag over ons was en d'at Hij ons in Zijn mach tige bescherming genomen heeft. Aan Hem dus ook iu de allereerste plaats de eer, aan Hem omen oprechten dank, zonder wiens hulp bet voor onze kleine schare onmogelijk geweest ware een minstens vijfmaal' sterke^ ren vijand het hoofd te bieden, nog minder te verslaan. Het groote aantaiL der geluk- Toen zag zij hem aan met ©en blik van vu agendo liefde in haar oogen. „Caro," zeidie zij zacht, „zou je ooit uit liefde voor mij kunnen sterven Hij keek op haar neer; groote tranen stonden haar in de oogen; haar lippen tril den. Wat moest hij zeggen Hij was er zich van bewust, dat lnj niet zulk eeu diepe lief de voor haar gevoelde. „Lieve Daisy," zeide hij met een poging om te glimlachen, „dit mooie kerkhof schijnt sombere gedachten in je te wekken. Is het niet beter voor liefde te leven dan van liefde te sterven?" „Hij ontwijikt mijn vraag," dacht Daisy. „Dab doet bij altijd als ik over liefde spreek." Eenige o ogenblikken bleef jij zwijgen. Toen zeide zij „Garo, wil je mij iets beloven 1" „Ja," antwoordde hij kortaf. „Beloof me dan dat je mij hierheen zult brengen, als ik gestorven zal zijn, an d'at je mij hier zult begraven. En, Caro, begraaf mij dan naast dit mooie graf, naast den man die van liefde stierf. Wil je het niet vergeten „Ik wil zelfs niet naar je luisteren. Je moogt op deze sombere plaats niet langer blijven, Daisy." Hij nam haar mede. Maar geen van bei den vergat ooit het kerkhof van St. Marie Pierre. (Wordl vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1