53"* Jaargang.
Tusschen twee liefdes.
Zondag 18 en Maandag 19 Februari 1900.
No. 10170.
Eerste Blad,
Kennisgeving.
Kennisgeving.
BUITENLAND.
3
S IHliDAMSCHE COtliRANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 4.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau Doterstraat 08.
iedere regel
Prijs der Adverten tiën: Van 1—7 regels fl. 0.90
meer 12i/s cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaaxs die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier'
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde "kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intcrc. Telefoon No. 1S3.
Uefflng van Schoolgelden.
Burgemeester en wethouders van
Schiedam,
brengen ter algemeens kennis dat de Ver
ordeningen tot heffing van Schoolgelden
lo. op de Herhalingsschool verbonden aan de
lagere school voor jongens met uitgebreid
leerplan te Schiedam
2o. van de leerlingen van het Gymnasium te
Schiedam
So, voor de leerlingen der openbare middelbare
scholen te Schiedam;
4o. op de openbare Tusschenscholen te Schiedam
5o. op de openbare lagere scholen met uitge
breid leerplan te Schiedam;
met de daarbij behoorende verordeningen op de
invordering, vastgesteld den 28sten November
4899 en goedgekeurd bij k.k. besluit van
7 Februari 4900 no. 36, op heden afgekondigd
en tegen betaling der kosten ter gemeente
secretarie verkrijgbaar gesteld zijn.
Schiedam, 47 Febr. 1900,
Burgemeester en weihouders voornoemd
VERSTEEG.
De secretaris,
v. LUIK, JL.-S.
Burgemeester en wethouders van
Schiedam,
brengen, ter voldoening aan art. 45 .van het
kiesreglement voor de kamers van arbeid, ter
algemeene kennis, dat de op heden vastgestelde
lijsten van patroons en van werklieden, kiezers
van leden der kamers van arbeid voor de Bouw
bedrijven, de Voeditigs- en Genotmiddelen on de
Alcohol-Industrie, ter secretarie der gemeente
voor een ieder ter inzage zijn gelegd.
Schiedam, 46 Februari 1900.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
v. LUIK, Z. S.
Algemeen overzicht.
SCHIEDAM, 17 Fobr. 1900.
DB OORLOG.
Dat de reeks telegrammen o-ver de En-
gelscbe operaties aan de Westelijke grens
van den Vrijstaat, zeer belangrijk zijn, kan
niet ontkend worden. Immers, duidelijk
blijkt er uit dat da toestand' daar geheel
veranderd w. Het garnizoen van Kimberley
is tmet frissch© troepen, cavalerie, artillerie
en. bereden infanterie versterkt; Jacoibsdal,
DOOR
CHARLOTTE M. BRAEHME.
42)
•Hij wend' overstelpt mieifc urtnoodigdngen
maar hij wees ze beslist van die hand!. Hij
wilde zioh niet in verzoeking brengen. V oor-
al Lady Sant drong zeer bij hem aan, d'at
■hij een soiree ten harent met zijn tegen
woordigheid zou vereeren.
„U zult den hertog en de hertogin van
Roeecam ontm-oeten," zeide zij, „en de her
tog os sedert zijn huwelijk een alleraange
naamste man geworden."
„Het is wel een groote venletdiing voor
mij," was zijn antwoord'. „Maar ?ik kan
waarlijk niet."
Hij ladhte bitter, toen Lady Sant was
vertrokken.
„Is hij zoo'n aangenaam man geworden l
Lady May heeft hem zeker zoo in zijin voor
deel doen veranderen," diadht hij. „.tij heeft
hem. met andere volkomenheden zeker ook
de wplepsrakendOieddl der liefde geleerd). Maar
ik wist toch niet dlat Zijn Genadle nog voor
veel verbetering vatbaar was."
Hij begon zich. af te vragen of hij eigen
lijk wei' verstandig had gedaan met naar
Londen terug te keer en. Als hij altijd ovar
Lady May moest kooren praten, was het
beter voor hem geweest in Frankrijk te blij
ven.
Twee diagen l'ater ging hij met eenige
vriendten naar een concert, diat ten paileize
vian een der prinsessen voor een weldadig
doel werd gegeven. Sir Gregory ikwam. dlaar
naar hem toe.
„Alle celebrated ten van Londen zijn hier
vanavond," aei hij, „onder anderen ook de
hertog en de hertogin van Roseoam."
o-p Vrij staatse.1, gebied op den weg naar
Bloemfontein, is door lo>rd Roberts bezet;
de Boeren hebben verschillende posities
tusschen Moddcrnvier en Kimberley verla
ten, deels uit eigen beweging, deels na ge
vechten met de Engelsche troepen.
Leest men de telegrammen, dan is de
eerste indruk ongunstig voor de Boeren.
Lord Roberts doet het voorkomen of hij de
gelieele streak belieersclit ten Oosten van
Magerfontein, en of hij de Boeren aldaar
bedreigt. Zij „trachten te ontkomen," zegt
hij in een zijner laatste telegrammen.
Te Londen hebben de berichten dan ook
groote geestdrift gewekt. Men spreekt daar
van het „ontzet van Kimberley", en alleen
de „Sun." schudt even waarschuwend het
hoofd over die overdrijving. Men verdrong
elkaar gisteren op liet departement van oor
log; men wenschte elkaar opgewonden ge
luk op de beurs was de stemming al even
prettig, en menigeen zal gezegd hebben
„Zie je wel, als Bobs maar eenmaal aan 't
werk gaat."
Wij zijn eenïgszins bang om ons aan. een
oordeel te wagen, en de berichten maken
dit door hun eenzijdigheid en onvolledig
heid ook moeilijk. Bovendien, de Boeren
hebben ons verwend; wij zijn zoo licht ge
neigd tot al te groot optimisme. Het zou
ook belachelijk zijn het hoofd te laten han
gen. Maar even belachelijk zou het zijn het
denkbeeld van Engelsche overwinningen ge
heel weg te cijferen. Lord Roberts is een
bekwaam veldheer; hij beschikt over een
leger dat op 40,000 man wordt geschat, en
hij heeft al den tijd gehad, zich goed reken
schap te geven van den toestand. En French
schijnt ons evenzeer «en goed generaal toe.
Eigenaardig toch üs het dat na zijn vertrek
de Engelschen zich om Colesberg niet heb
ben kunnen handhaven.
Wij achten het daarom verstandig nadere
berichten af te vachten. Ons vertrouwen in
de moed en de volharding der Boeren blijft
ongeschokt; wij blijven rekenen op de be
kwaamheid van Cronjé, die in de gevechten
tegen lord Methuen's kolonne luisterrijk is
gebleken.
Ter verduidelijking van een der telegram
men teekenen wij bier aan dat Alexandors-
fontein, dat de Boeren onU'uimd hebben,
ongeveer 6 K M. ten Zuidoosten van Kim
berley ligt; OJ i fa ii ts f on bei n ligt eenige mij
len ten Zuiden van Alexandersfoutem. De
stellingen die de Boeren hier hadden, maak
ten deel uit van den ring van verschansin
gen dien zij om Kimberley hadden gelegd.
Wij zullen onze lezers niet vermoeien met
de meeningen der militaire medewerkers
van de verschillende Engelsche bladen. Ook
zij kennen de feiten even onvolledig als wij
Liever willen wij wijzen op het oordeel
van dr. Holub, een onpartijdig kenner van
het land, dat do lezer in een telegram hier
achter vindt.
'Daarbij willen wij niet ongezegd laten,
dat de gebeurtenissen ten Zuiden der Oran
jerivier hun invloed op deze nieuwe perio.de
moeten doen gevoelen. Naar den kant van
Nauvrpoort dringen de Boeren op, na gene
raal Clemens eerst gevoelige tikken te heb
ben toegebracht. Hun doel is blijkbaar
„Ik denk niiet dat ik blijf," haastte Sir
Clinton zich. te antwoorden.
Hij was een krachtig man, maaa- de ge
dachte alleen haar te zien, deed hem tril
len als een rietje in den wind. Toen. verweet
hij zich zelf echter zijn dlwaze zwakheid'.
„Wat is zij nu nog voor mij?" vroeg hij
zioh af. „De vrouw van een ander, meer
niet, zooals ik de man eener andere vrouw
ben. Wat hindert het of ik baar zie of
niet V'
„Daar is de hertog," zed Sir Gregory, „en
de hertogin oo'k. Zij pra/at met Lady Sant.
De Lady Sant is een besliste antipathie
van mij."
Zij was daar. Hij keek niet dadelijk, want
een bloedrood© nevel verduisterde zijn
oogen; een geruisch als van stroom end wa
ter drong in zijn ooren; hij trilde als een
blaJd. Toen balde hij zijn vuisten en klemde
zijn lippen stijf op elkaar om ridk goed te
housdfen.
„De hertogin ziet er vanavond' allerliefst
uit," zei Sir Gregory weer. „Mijns inziens
kleedt zij zioh het beste van alle Londen-
sehe dames."
Hij herinnerde zich haar groote God,
hoe goed herinnerde hij zich haar, zooals zij
daar stond in hot schitterende licht dat haar
juwetelen deeld fonkelen, mot haar van trofc-
sdho minachting vlammend© oogen. Hoe
goed herinnerde hij zich haar koninklijk
gebaar, het 'gebaar van haar fraaie, blanke
hand, en de wneedte, snerpende woorden die
over haar lippen kwamen. Was hij dan gek
dat hij zich aan het gevaar ecuer ontmoe
ting met haar ging blootstelten
„Vind je dat de hertogin veel is veran
derd?" vroeg Sir Gregory.
Toen sloeg 'hij zijn oogen op en kclek. Goe
de hemel, dat was La'dy May niet.
„Ik zie de hertogin niet," zei hij, en zijn
stem Honk vreemd'.
Nauwpoort en daarna De Aar, beide be
langrijke spoonvcgkruispunten, waarmede
de Boeren do verbindingslijnen van lord
Roberts m banden zouden hebben.
Wat met die vervolging van een konvooi,
dat m dc richting van Bloemfontein trekt,
door infanterie van Kelly-Kenny wordt be-
doold, begrijpen wij met goed. Zijn ook
daar Engelsche troepen op Vrijstaatsch ge
bied gedrongen? Of bedoelt het bericht het
zóó, als wij, naar Rottendam gaand'e, zou
den kunnen spreken van „in de richting van
Keulen"
Uit Natal geen nieuws.
Volgens den correspondent der „Daily
Mail" te Lorengo Marquez zijn de Boeren
toch bezig de Kliprivier met zakken zand
af te dammen, zonder groote kans van s a-
gen echter.
De Lange Tom's zouden gebrek aan am
munitie beginnen te krijgen.
In Rhodesiè blijkt Eloff's kommando
met succes het legertje van Pluiner dat Ma-
fekmg wil ontzetten, tegen te honden.
Dc Ztiid-Afrikaansclie Muil.
Uit een brief van den heer A. S. Reitz,
een jongen zoon van den Transvaalselien
staatssecretaris, aan het „Hbi."
In den door do onzen gewonnen slag bij
Dundee werd generaal sir William Pen Sy-
mons doodelijk gewond. Mon zond echter
aan zijn vrouw het bericht, dat hij de over
winning had behaald en licht gewond was
Dit bericht was -de oorzaak van de volgen
de telegrammen
„Generaal sir George White, hoofd van
de troepen in Natal aan generaal Joubert:
Zou blijde zijn als gij aan Generaal Symons,
die nu gewond ligt in het hospitaal te Dun
dee, het volgende wilt seinen„Lady Sy
mons aan gen. Symons: Ik ben de geluk
kigste vrouw in Engeland. Ben verlangend
naar antwoord; leef voor mij."
Generaal Joubert antwoordde hierop per
telegram
„In antwoord op uw telegram van heden
met betrekking tot generaal Symons, kan
ik u met innige sympathie niets anders mel
den dan dat hij m den ongelukkigeu strijd
is gewond en gisteren is overleden en be
graven; zijn leven, ten offer gebracht, was
een veel beter politieke zaak waard dan
waarvoor heb is gegeven on het moge den
Goeden God behagen om spoedig een einde
te maken aan dezen on gelukkigen strijd, al
leen veroorzaakt door de heersolizncht en
hebzucht van onverzadigbare en geweten-
loozc speculanten of kapitalisten, die met
liet uit den Transvaalsehen grond betrok
ken goud ven-ijkt, zelf achter de schermen
zittend anderen misleiden en tot den strijd
aanzetten en het nooulot over Zuid-Afrika
roepen, waardoor zoovele kostbare levens,
zooals dat van generaal Symons, worden af
gesneden. Hiermede betuig ik mijn medelij
den niet lady Symons."
Met Hjalmar en zijn vrienden, do drie
Anisterdamsche studenten, kwam iemand te
Loreno Marquez aan, die door dc Standard
Bank van dc Zuid-Afrik. Republiek was be
iast eenige muntstempels veilig van Euro-
„Zie je die 'dame in crêmo brocaat?... Dat
is de hertogin. Zij draagt een diamanten iia-
deem. Zij praat met Lady Sant je kent
Lady Sant toch V'
„Ja," antwoordde hij langzaam. „Lady
Sant ken ik. Is dat d© hertogin van Rose-
carn V'
„Ja. Ik d'acht d'at je haar- kende," zed Sir
Gregory eenigszins ongeduldig. „Zij is een
geborene Land alle lady Anna Landale
en zij is verbazend! in haar voordeel ontwik
keld' sinds zij hertogin van Rosecaa-n is."
„Zij is niet do d'ame die ik verwachtte te
zien," zai Sir Clinton langzaam.
Sir Gregory lachte.
„Met wie dacht je dan dat de hertog ge
trouwd was?"
„Ik meende gehoord te hebben d'at hij
met een andere dame geëngageerd was;
maar iik schijn mij vergist te hebben."
Hij stamelde die wooriden bijna. Heb wan
of 't bloed in zijn aderen verstijfde rijn
lippen waren diroog; 'hij kon ze bijna niet
bewegen.
„Ik heb nooit gehoord dat de hertog mot
een ander meisje geëngageerd was. Hij was
verliefd op Miss Stanhope, zei men, en op
Lady May Trevlyn, maar met geen van bei
den is hij geëngageerd geweest."
Groote druppels stonden op zijn voor
hoofd. Hij omklemde de leuning van ©en
stoel en leunde er zwaar op.
„Dat heb ik gelezen nu herinner ik
het mij," zai hij, „Ik las in een der bladen
dat hij ging trouwen
Toen brak hij kort afal had hij er zijn
leven mee kunnen redden, had hij toch haar
naam niet kunnen uitspreken.
„Dat 'hij ging trouwen met Lady May
Trevlyn/' zed Sir Gregory kalm. „Ja, ik her
inner mij ook d'at gelezen te hebben, maar
den volgenden dag werd het tegengespro
ken."
pa naar Pretoria te brongen. Van waar ze
kwamen weet ik niet, doch ze waren be
stemd voor onze munt om goud te stempe
len en droegen dc jaartallen 1899 en 1900.
Bij zijn aankomst met de boot in Lorengo
Marquez ontving hij een brief van do Stan
dard Bank in Kaapstad, dat hij naar Kaap
stad in plaats van naar Pretoria moest
gaan. Iïij vroeg echter aan Hjalmar, om
aan zijn vader, den staatssecretaris, om in
structie te vragen, en deze seinde„Kom
naai- Pretoria." Toen had echter de Engel
sche consul in Lorengo Marquez de stem
pels reeds in handen gekregen. Toen de En
gelschen wisten met welke zending deze per
soon belast was, deinsden zij voor geen list
terug om hem dc stempels afhandig te ma
ken.
Door list en verraad zouden de Engel
schen het misschien van ons winnen, maar
nimmer eerlijk, zelfs al rijn zij in de meer
derheid.
In een brief uit het kamp bij Ladysmith
in „Het Familieblad" lezen wij de volgende
beschrijving van de ménage in dat kamp
Iedere tent bevat pl. m. 10 man, die
„maats" zijn. Hier haalt de een hout, de
ander maakt vuur, een -dede maakt potten
of pannen schoon, een vierde braadt vloesch
enz. enz. Ik ben een specialiteit in 't koken
ge-worden en kan mij thans gerust als keu
kenmeid aan mevrouw verhuren. Onze spij
zen zijnvleesch. lederen dag of 2 dagen
wondt er geslacht. Eén os voor pl. m. 100
man, zoo-dat ons rantsoen vleesch minstens
gerekend kan worden op 3 pond per dag.
Do ossen worden doodgeschoten (kogel m
don kop), keel afgesneden en dan gevild en
afgeslacht. Het vleesch wordt in stukken
gesneden of gekapt (o-p 't oog) en dan gaat
er een staan met rijn rug naar de stukken
vleesch. Dan wordt er gevraagd „voor wie
is dit stuk?" en hij leest dan een d'er namen
af Zoo 'krijgt ieder dan zijn stukken vleesch
die den eenen dag zóó zijn en den anderen
dag weer zóó. Dan wordt het vleesch gezou
ten cn het koken en braden neemt een aan
vang. Behalve vleesch ontvangen wij meel
waarvan pap gemaakt wordt, „stomjagers"
(oliebollen), gebakken brood (een uiibgahol-
den mierenhoop is onze bakhoven) enz. enz.
Dan ontvangen wij suiker, thee, koffie en
nu en dan rijst, aardappelen, uien en tabak.
Groente wordt niet veel ontvangen en mis
sen wij allen zeer, maar enfin, hierna beter.
In het Brltschc Parlement.
Roseberry en de legervoor-
stellen.
Lord Rosoborry's redevoering in het
Hoogerhuis heeft zeer de aandacht getrok
ken in politieke kringen. En inderdaad is
die rede in meer dan één opricht zeer be
langrijk; rij getuigt van een ernstig be
wustzijn van den toestand en een helderen
blik m de toekomst, die beide in de Engel
sche regeerders van het o ogenblik worden
gemist.
Lord Roseberry vroeg niet, zooals lord
Newton en lood Blytliswood, openlijk om
invoering van dienstplicht, maar hij ïicrin-
„Dus was het niet waar?" vroeg Sir Clin
ton.
„WaarHoe kon het waar rijn Ik geloof
dat je suf bent, Adair. Hoe kon het waar
zijn, terwijl' hij met Lady Anna is ge
trouwd Ik west d'at hij een vurig aanbid
der van Lady May was, maar zij wil-dle niets
van hem weten."
„Waarom niet?" vroeg Sir Clinton. Zijn
stem klonk keesck; hij herkende die zelf
niet.
„Dat weet ik niet," antwoordde Sir Gre
gory losjes. „Men was zoo welwillend te
zoggen d'at het was omdat zij een ander lief
had. Maar wat scheelt je, Adair? Je kijkt
zoo raar. Ik geloof dat je je verstand! en jo
hersens in Frankrijk hebt achtergelaten."
„Die Londeusche wereld is mij zoo
vreemd," zei hij.
Juist op dat oogenbKk zaïg de hertog van
Roeecam hom en kwam. naar hem toé om
hem te begroeten.
„U zijt hier volkomen vreemd', Sir Clin
ton," zei hij. „U hebt zoo lang d'e wereld!
doorreisd, dat u heel wat hij ons veranderd
zult vinden. Laat mij u voorstellen aan de
hertogin."
En voordat Sir Clinton kon antwoorden,
boog hij al voor een zeer bekoorlijke vrouw,
mot een lieven blos op het blanke gelaat,
goudbruin haar en lachend© oogen. Welk
eon onderscheid! met Lady May1 Hij kon
zich later niet herinneren wat hij had ge
zegd, en de hertogin moest hem wel' zonder
ling hebben gevonden, want toen hij weer
tot hot volle bewustzijn kwam van wat om
hem heen gebeurde, vroeg zij hem of hij
ziek was geweest.
Ook wist hij niet hoe de avond omkwam.
De menschea spraken tegen hem en hij ant
woordde hen; zij groetten hem en hij be
antwoordde hun groet. Maar één gedachte
belieersdito hem, één gedachte verliet hem
nerde aan Gosheris verklaring dat alle ge
regelde tr-oepen en militie waren uitgezon
den. Hij meende te mogen betwijfelen of de
minister van oorlog, lord Lansdowae wel
durfde beweren dat de 409,000 man die En
geland op papier heeft, ook beschikbaar
rijn. Evenzoo meende hij dat de vrijwilli
gers geen soldaten konden genoemd wor
den lord Lansdoiwne had zelf verklaard dat
zij nog een oefening van een maand nood-i'g
hadden.
Wanneer dus nog 50,000 man voor Zuid-
Afnikia noodig zijn, waar moeten ze dan
vandaan komen?
Roseberry deinsde er niet voor terug al
dus openlijk uit te spreken dat Engeland
zwalk ib, en noemde dl© verklaring met ge
vaarlijk, omdat alle ander© natiën beter
weten hoe zwak Engeland is, dan het En
gelsche volk zelf.
En wat den toestand ernstiger maakt, is
dat de buitenlanctsche mogendheden Enge
land niet vriendschappelijk gezind rijn. In
December weigerden Duit&chland en da
Yereenigde Staten een bondgenootschap
met Engeland te sluiten, Frankrijk is niet
welwillend gestemd, en Rusland treedt han
delend op in Perzië.
Roseberry noemde daarom de voorstellen
der regeering onvoldoende. De regeering be
seft het gevaar niet. Als Engeland de Kaap
verliest, is het zijn belangrijkste basis over
den Oceaan kwijt en gaat bovendien het
vertrouwen der andere 'koloniën m de
kracht van het rijk verloren. De crisis, dia
Engeland doormaakt, is er een van leven
of dood.
Het verweer der regeering.
De minister van oorlog, lord Lansdowne,
voerde alleen tegen lord Roseberry aan dab
men kon kiezen or deelende voorstellen
der rageering of dienstplicht, een derde be
stond z. i. met. Zijnerzijds beantwoordde
lord Salisbury den merkwaardigen, met
grooten hartstocht gevoerden aanval van
lord Roseberry op de regeering, die een
partij-karakter had gekregen door do in
stemming van lord Kimberley, den leider
der oppositie in het Hoogerhuis. Deze had
met name zijn bezorgdheid laten blijken
over Rusland's voontdrmgen naar de noord
grens van Voor-Indië.
Op de buitenlandsche verhoudingen ging
lord Salisbury in zijn onbeteekenend ant
woord niet in; alleen meende hij dat Rose
berry en Kimberley den toestand, en voor
al de toekomst met te donkere kleuren
schilderde. Hij sprak de hoop en het ver
trouwen uit dat de maatregelen der regee
ring voldoende zouden blijken te zijn. Lord
Roberts had niet om meer manschappen ge
vraagd en verklaarde een gunstigen afloop
van den oorlog te verwachten.
Het oordeel der peis over lord Roseber
ry's rede toekent den geest in de toongeven
de kringen van. het Engelsche volk. Wij zul
len daarom enkele opinies hier vermelden.
Dat de „Standard", lord Salisbu
ry's ergaan, zich er afkeurend over uitlaat,
is begrijpelijk. Het blad acht de redevoe
ring alleen geschikt om een ongerechte'Aar-
niet Lady May was toch niet gehuwd
met zijn medeminnaar.
a i
k-uwe*. r»*.. r»-._
XXV.
„Ik verloor, maar hij won niet."
Een prachtige morgen. Sir Clinton Adair
zat aan zijn weelderig ontbijt. Een schitte
rende, warme, zonnige morgen, als do ge
lieele wereld schijnt te lachen ondier de
streelende zonnestralen. Hij had al d!e cou
ranten na elkaar doorgebladerd, en in alle
vond hij het bericht van zijn terugkomst
„Sir Clinton Ad!aar kwam den 23sten van
liet Vasteland aan."
Zijn thuiskomst zou dus niet lang geheim
blijven.
Een merkwaardig gevoel kwam. in hem
op; .allengs ontwaakte hij tot nieuw leven;
een nieuwe sensarie, iets als hoop en levens
lust, groeide in hem. Heb was zulk een
drukke wereld', zulk een schitterende, be-
drijvige, hoopvolle wereld; alle menschen
schenen te leven voor zaken of genoegen;
er was actie, energie, bezieling hoe geheel
anders dan het stilstaande leven, dat hij tc
Leville had geleid. Hij huiverde nu Mj or
aan dacht.
„Menschen zijn ten slotte geboren om
menschen te zijn en geen kluizenaars," zei-
de hij bij zich zelf.
Hij wist dlat hij nooit de Huizenaarsperio-
de in zijn leven zou hebban doorgemaakt
dan gedreven door de liefdesmart die hem
tot waanzin had gedreven
Wordt vervolgd).