53"* Jaargang. Tusschen twee liefdes. Zondag 18 en Maandag 19 Februari 1900. No. 10170. Eerste Blad, Kennisgeving. Kennisgeving. BUITENLAND. 3 S IHliDAMSCHE COtliRANT Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 4.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau Doterstraat 08. iedere regel Prijs der Adverten tiën: Van 1—7 regels fl. 0.90 meer 12i/s cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaaxs die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier' van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde "kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intcrc. Telefoon No. 1S3. Uefflng van Schoolgelden. Burgemeester en wethouders van Schiedam, brengen ter algemeens kennis dat de Ver ordeningen tot heffing van Schoolgelden lo. op de Herhalingsschool verbonden aan de lagere school voor jongens met uitgebreid leerplan te Schiedam 2o. van de leerlingen van het Gymnasium te Schiedam So, voor de leerlingen der openbare middelbare scholen te Schiedam; 4o. op de openbare Tusschenscholen te Schiedam 5o. op de openbare lagere scholen met uitge breid leerplan te Schiedam; met de daarbij behoorende verordeningen op de invordering, vastgesteld den 28sten November 4899 en goedgekeurd bij k.k. besluit van 7 Februari 4900 no. 36, op heden afgekondigd en tegen betaling der kosten ter gemeente secretarie verkrijgbaar gesteld zijn. Schiedam, 47 Febr. 1900, Burgemeester en weihouders voornoemd VERSTEEG. De secretaris, v. LUIK, JL.-S. Burgemeester en wethouders van Schiedam, brengen, ter voldoening aan art. 45 .van het kiesreglement voor de kamers van arbeid, ter algemeene kennis, dat de op heden vastgestelde lijsten van patroons en van werklieden, kiezers van leden der kamers van arbeid voor de Bouw bedrijven, de Voeditigs- en Genotmiddelen on de Alcohol-Industrie, ter secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage zijn gelegd. Schiedam, 46 Februari 1900. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, v. LUIK, Z. S. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 17 Fobr. 1900. DB OORLOG. Dat de reeks telegrammen o-ver de En- gelscbe operaties aan de Westelijke grens van den Vrijstaat, zeer belangrijk zijn, kan niet ontkend worden. Immers, duidelijk blijkt er uit dat da toestand' daar geheel veranderd w. Het garnizoen van Kimberley is tmet frissch© troepen, cavalerie, artillerie en. bereden infanterie versterkt; Jacoibsdal, DOOR CHARLOTTE M. BRAEHME. 42) •Hij wend' overstelpt mieifc urtnoodigdngen maar hij wees ze beslist van die hand!. Hij wilde zioh niet in verzoeking brengen. V oor- al Lady Sant drong zeer bij hem aan, d'at ■hij een soiree ten harent met zijn tegen woordigheid zou vereeren. „U zult den hertog en de hertogin van Roeecam ontm-oeten," zeide zij, „en de her tog os sedert zijn huwelijk een alleraange naamste man geworden." „Het is wel een groote venletdiing voor mij," was zijn antwoord'. „Maar ?ik kan waarlijk niet." Hij ladhte bitter, toen Lady Sant was vertrokken. „Is hij zoo'n aangenaam man geworden l Lady May heeft hem zeker zoo in zijin voor deel doen veranderen," diadht hij. „.tij heeft hem. met andere volkomenheden zeker ook de wplepsrakendOieddl der liefde geleerd). Maar ik wist toch niet dlat Zijn Genadle nog voor veel verbetering vatbaar was." Hij begon zich. af te vragen of hij eigen lijk wei' verstandig had gedaan met naar Londen terug te keer en. Als hij altijd ovar Lady May moest kooren praten, was het beter voor hem geweest in Frankrijk te blij ven. Twee diagen l'ater ging hij met eenige vriendten naar een concert, diat ten paileize vian een der prinsessen voor een weldadig doel werd gegeven. Sir Gregory ikwam. dlaar naar hem toe. „Alle celebrated ten van Londen zijn hier vanavond," aei hij, „onder anderen ook de hertog en de hertogin van Roseoam." o-p Vrij staatse.1, gebied op den weg naar Bloemfontein, is door lo>rd Roberts bezet; de Boeren hebben verschillende posities tusschen Moddcrnvier en Kimberley verla ten, deels uit eigen beweging, deels na ge vechten met de Engelsche troepen. Leest men de telegrammen, dan is de eerste indruk ongunstig voor de Boeren. Lord Roberts doet het voorkomen of hij de gelieele streak belieersclit ten Oosten van Magerfontein, en of hij de Boeren aldaar bedreigt. Zij „trachten te ontkomen," zegt hij in een zijner laatste telegrammen. Te Londen hebben de berichten dan ook groote geestdrift gewekt. Men spreekt daar van het „ontzet van Kimberley", en alleen de „Sun." schudt even waarschuwend het hoofd over die overdrijving. Men verdrong elkaar gisteren op liet departement van oor log; men wenschte elkaar opgewonden ge luk op de beurs was de stemming al even prettig, en menigeen zal gezegd hebben „Zie je wel, als Bobs maar eenmaal aan 't werk gaat." Wij zijn eenïgszins bang om ons aan. een oordeel te wagen, en de berichten maken dit door hun eenzijdigheid en onvolledig heid ook moeilijk. Bovendien, de Boeren hebben ons verwend; wij zijn zoo licht ge neigd tot al te groot optimisme. Het zou ook belachelijk zijn het hoofd te laten han gen. Maar even belachelijk zou het zijn het denkbeeld van Engelsche overwinningen ge heel weg te cijferen. Lord Roberts is een bekwaam veldheer; hij beschikt over een leger dat op 40,000 man wordt geschat, en hij heeft al den tijd gehad, zich goed reken schap te geven van den toestand. En French schijnt ons evenzeer «en goed generaal toe. Eigenaardig toch üs het dat na zijn vertrek de Engelschen zich om Colesberg niet heb ben kunnen handhaven. Wij achten het daarom verstandig nadere berichten af te vachten. Ons vertrouwen in de moed en de volharding der Boeren blijft ongeschokt; wij blijven rekenen op de be kwaamheid van Cronjé, die in de gevechten tegen lord Methuen's kolonne luisterrijk is gebleken. Ter verduidelijking van een der telegram men teekenen wij bier aan dat Alexandors- fontein, dat de Boeren onU'uimd hebben, ongeveer 6 K M. ten Zuidoosten van Kim berley ligt; OJ i fa ii ts f on bei n ligt eenige mij len ten Zuiden van Alexandersfoutem. De stellingen die de Boeren hier hadden, maak ten deel uit van den ring van verschansin gen dien zij om Kimberley hadden gelegd. Wij zullen onze lezers niet vermoeien met de meeningen der militaire medewerkers van de verschillende Engelsche bladen. Ook zij kennen de feiten even onvolledig als wij Liever willen wij wijzen op het oordeel van dr. Holub, een onpartijdig kenner van het land, dat do lezer in een telegram hier achter vindt. 'Daarbij willen wij niet ongezegd laten, dat de gebeurtenissen ten Zuiden der Oran jerivier hun invloed op deze nieuwe perio.de moeten doen gevoelen. Naar den kant van Nauvrpoort dringen de Boeren op, na gene raal Clemens eerst gevoelige tikken te heb ben toegebracht. Hun doel is blijkbaar „Ik denk niiet dat ik blijf," haastte Sir Clinton zich. te antwoorden. Hij was een krachtig man, maaa- de ge dachte alleen haar te zien, deed hem tril len als een rietje in den wind. Toen. verweet hij zich zelf echter zijn dlwaze zwakheid'. „Wat is zij nu nog voor mij?" vroeg hij zioh af. „De vrouw van een ander, meer niet, zooals ik de man eener andere vrouw ben. Wat hindert het of ik baar zie of niet V' „Daar is de hertog," zed Sir Gregory, „en de hertogin oo'k. Zij pra/at met Lady Sant. De Lady Sant is een besliste antipathie van mij." Zij was daar. Hij keek niet dadelijk, want een bloedrood© nevel verduisterde zijn oogen; een geruisch als van stroom end wa ter drong in zijn ooren; hij trilde als een blaJd. Toen balde hij zijn vuisten en klemde zijn lippen stijf op elkaar om ridk goed te housdfen. „De hertogin ziet er vanavond' allerliefst uit," zei Sir Gregory weer. „Mijns inziens kleedt zij zioh het beste van alle Londen- sehe dames." Hij herinnerde zich haar groote God, hoe goed herinnerde hij zich haar, zooals zij daar stond in hot schitterende licht dat haar juwetelen deeld fonkelen, mot haar van trofc- sdho minachting vlammend© oogen. Hoe goed herinnerde hij zich haar koninklijk gebaar, het 'gebaar van haar fraaie, blanke hand, en de wneedte, snerpende woorden die over haar lippen kwamen. Was hij dan gek dat hij zich aan het gevaar ecuer ontmoe ting met haar ging blootstelten „Vind je dat de hertogin veel is veran derd?" vroeg Sir Gregory. Toen sloeg 'hij zijn oogen op en kclek. Goe de hemel, dat was La'dy May niet. „Ik zie de hertogin niet," zei hij, en zijn stem Honk vreemd'. Nauwpoort en daarna De Aar, beide be langrijke spoonvcgkruispunten, waarmede de Boeren do verbindingslijnen van lord Roberts m banden zouden hebben. Wat met die vervolging van een konvooi, dat m dc richting van Bloemfontein trekt, door infanterie van Kelly-Kenny wordt be- doold, begrijpen wij met goed. Zijn ook daar Engelsche troepen op Vrijstaatsch ge bied gedrongen? Of bedoelt het bericht het zóó, als wij, naar Rottendam gaand'e, zou den kunnen spreken van „in de richting van Keulen" Uit Natal geen nieuws. Volgens den correspondent der „Daily Mail" te Lorengo Marquez zijn de Boeren toch bezig de Kliprivier met zakken zand af te dammen, zonder groote kans van s a- gen echter. De Lange Tom's zouden gebrek aan am munitie beginnen te krijgen. In Rhodesiè blijkt Eloff's kommando met succes het legertje van Pluiner dat Ma- fekmg wil ontzetten, tegen te honden. Dc Ztiid-Afrikaansclie Muil. Uit een brief van den heer A. S. Reitz, een jongen zoon van den Transvaalselien staatssecretaris, aan het „Hbi." In den door do onzen gewonnen slag bij Dundee werd generaal sir William Pen Sy- mons doodelijk gewond. Mon zond echter aan zijn vrouw het bericht, dat hij de over winning had behaald en licht gewond was Dit bericht was -de oorzaak van de volgen de telegrammen „Generaal sir George White, hoofd van de troepen in Natal aan generaal Joubert: Zou blijde zijn als gij aan Generaal Symons, die nu gewond ligt in het hospitaal te Dun dee, het volgende wilt seinen„Lady Sy mons aan gen. Symons: Ik ben de geluk kigste vrouw in Engeland. Ben verlangend naar antwoord; leef voor mij." Generaal Joubert antwoordde hierop per telegram „In antwoord op uw telegram van heden met betrekking tot generaal Symons, kan ik u met innige sympathie niets anders mel den dan dat hij m den ongelukkigeu strijd is gewond en gisteren is overleden en be graven; zijn leven, ten offer gebracht, was een veel beter politieke zaak waard dan waarvoor heb is gegeven on het moge den Goeden God behagen om spoedig een einde te maken aan dezen on gelukkigen strijd, al leen veroorzaakt door de heersolizncht en hebzucht van onverzadigbare en geweten- loozc speculanten of kapitalisten, die met liet uit den Transvaalsehen grond betrok ken goud ven-ijkt, zelf achter de schermen zittend anderen misleiden en tot den strijd aanzetten en het nooulot over Zuid-Afrika roepen, waardoor zoovele kostbare levens, zooals dat van generaal Symons, worden af gesneden. Hiermede betuig ik mijn medelij den niet lady Symons." Met Hjalmar en zijn vrienden, do drie Anisterdamsche studenten, kwam iemand te Loreno Marquez aan, die door dc Standard Bank van dc Zuid-Afrik. Republiek was be iast eenige muntstempels veilig van Euro- „Zie je die 'dame in crêmo brocaat?... Dat is de hertogin. Zij draagt een diamanten iia- deem. Zij praat met Lady Sant je kent Lady Sant toch V' „Ja," antwoordde hij langzaam. „Lady Sant ken ik. Is dat d© hertogin van Rose- carn V' „Ja. Ik d'acht d'at je haar- kende," zed Sir Gregory eenigszins ongeduldig. „Zij is een geborene Land alle lady Anna Landale en zij is verbazend! in haar voordeel ontwik keld' sinds zij hertogin van Rosecaa-n is." „Zij is niet do d'ame die ik verwachtte te zien," zai Sir Clinton langzaam. Sir Gregory lachte. „Met wie dacht je dan dat de hertog ge trouwd was?" „Ik meende gehoord te hebben d'at hij met een andere dame geëngageerd was; maar iik schijn mij vergist te hebben." Hij stamelde die wooriden bijna. Heb wan of 't bloed in zijn aderen verstijfde rijn lippen waren diroog; 'hij kon ze bijna niet bewegen. „Ik heb nooit gehoord dat de hertog mot een ander meisje geëngageerd was. Hij was verliefd op Miss Stanhope, zei men, en op Lady May Trevlyn, maar met geen van bei den is hij geëngageerd geweest." Groote druppels stonden op zijn voor hoofd. Hij omklemde de leuning van ©en stoel en leunde er zwaar op. „Dat heb ik gelezen nu herinner ik het mij," zai hij, „Ik las in een der bladen dat hij ging trouwen Toen brak hij kort afal had hij er zijn leven mee kunnen redden, had hij toch haar naam niet kunnen uitspreken. „Dat 'hij ging trouwen met Lady May Trevlyn/' zed Sir Gregory kalm. „Ja, ik her inner mij ook d'at gelezen te hebben, maar den volgenden dag werd het tegengespro ken." pa naar Pretoria te brongen. Van waar ze kwamen weet ik niet, doch ze waren be stemd voor onze munt om goud te stempe len en droegen dc jaartallen 1899 en 1900. Bij zijn aankomst met de boot in Lorengo Marquez ontving hij een brief van do Stan dard Bank in Kaapstad, dat hij naar Kaap stad in plaats van naar Pretoria moest gaan. Iïij vroeg echter aan Hjalmar, om aan zijn vader, den staatssecretaris, om in structie te vragen, en deze seinde„Kom naai- Pretoria." Toen had echter de Engel sche consul in Lorengo Marquez de stem pels reeds in handen gekregen. Toen de En gelschen wisten met welke zending deze per soon belast was, deinsden zij voor geen list terug om hem dc stempels afhandig te ma ken. Door list en verraad zouden de Engel schen het misschien van ons winnen, maar nimmer eerlijk, zelfs al rijn zij in de meer derheid. In een brief uit het kamp bij Ladysmith in „Het Familieblad" lezen wij de volgende beschrijving van de ménage in dat kamp Iedere tent bevat pl. m. 10 man, die „maats" zijn. Hier haalt de een hout, de ander maakt vuur, een -dede maakt potten of pannen schoon, een vierde braadt vloesch enz. enz. Ik ben een specialiteit in 't koken ge-worden en kan mij thans gerust als keu kenmeid aan mevrouw verhuren. Onze spij zen zijnvleesch. lederen dag of 2 dagen wondt er geslacht. Eén os voor pl. m. 100 man, zoo-dat ons rantsoen vleesch minstens gerekend kan worden op 3 pond per dag. Do ossen worden doodgeschoten (kogel m don kop), keel afgesneden en dan gevild en afgeslacht. Het vleesch wordt in stukken gesneden of gekapt (o-p 't oog) en dan gaat er een staan met rijn rug naar de stukken vleesch. Dan wordt er gevraagd „voor wie is dit stuk?" en hij leest dan een d'er namen af Zoo 'krijgt ieder dan zijn stukken vleesch die den eenen dag zóó zijn en den anderen dag weer zóó. Dan wordt het vleesch gezou ten cn het koken en braden neemt een aan vang. Behalve vleesch ontvangen wij meel waarvan pap gemaakt wordt, „stomjagers" (oliebollen), gebakken brood (een uiibgahol- den mierenhoop is onze bakhoven) enz. enz. Dan ontvangen wij suiker, thee, koffie en nu en dan rijst, aardappelen, uien en tabak. Groente wordt niet veel ontvangen en mis sen wij allen zeer, maar enfin, hierna beter. In het Brltschc Parlement. Roseberry en de legervoor- stellen. Lord Rosoborry's redevoering in het Hoogerhuis heeft zeer de aandacht getrok ken in politieke kringen. En inderdaad is die rede in meer dan één opricht zeer be langrijk; rij getuigt van een ernstig be wustzijn van den toestand en een helderen blik m de toekomst, die beide in de Engel sche regeerders van het o ogenblik worden gemist. Lord Roseberry vroeg niet, zooals lord Newton en lood Blytliswood, openlijk om invoering van dienstplicht, maar hij ïicrin- „Dus was het niet waar?" vroeg Sir Clin ton. „WaarHoe kon het waar rijn Ik geloof dat je suf bent, Adair. Hoe kon het waar zijn, terwijl' hij met Lady Anna is ge trouwd Ik west d'at hij een vurig aanbid der van Lady May was, maar zij wil-dle niets van hem weten." „Waarom niet?" vroeg Sir Clinton. Zijn stem klonk keesck; hij herkende die zelf niet. „Dat weet ik niet," antwoordde Sir Gre gory losjes. „Men was zoo welwillend te zoggen d'at het was omdat zij een ander lief had. Maar wat scheelt je, Adair? Je kijkt zoo raar. Ik geloof dat je je verstand! en jo hersens in Frankrijk hebt achtergelaten." „Die Londeusche wereld is mij zoo vreemd," zei hij. Juist op dat oogenbKk zaïg de hertog van Roeecam hom en kwam. naar hem toé om hem te begroeten. „U zijt hier volkomen vreemd', Sir Clin ton," zei hij. „U hebt zoo lang d'e wereld! doorreisd, dat u heel wat hij ons veranderd zult vinden. Laat mij u voorstellen aan de hertogin." En voordat Sir Clinton kon antwoorden, boog hij al voor een zeer bekoorlijke vrouw, mot een lieven blos op het blanke gelaat, goudbruin haar en lachend© oogen. Welk eon onderscheid! met Lady May1 Hij kon zich later niet herinneren wat hij had ge zegd, en de hertogin moest hem wel' zonder ling hebben gevonden, want toen hij weer tot hot volle bewustzijn kwam van wat om hem heen gebeurde, vroeg zij hem of hij ziek was geweest. Ook wist hij niet hoe de avond omkwam. De menschea spraken tegen hem en hij ant woordde hen; zij groetten hem en hij be antwoordde hun groet. Maar één gedachte belieersdito hem, één gedachte verliet hem nerde aan Gosheris verklaring dat alle ge regelde tr-oepen en militie waren uitgezon den. Hij meende te mogen betwijfelen of de minister van oorlog, lord Lansdowae wel durfde beweren dat de 409,000 man die En geland op papier heeft, ook beschikbaar rijn. Evenzoo meende hij dat de vrijwilli gers geen soldaten konden genoemd wor den lord Lansdoiwne had zelf verklaard dat zij nog een oefening van een maand nood-i'g hadden. Wanneer dus nog 50,000 man voor Zuid- Afnikia noodig zijn, waar moeten ze dan vandaan komen? Roseberry deinsde er niet voor terug al dus openlijk uit te spreken dat Engeland zwalk ib, en noemde dl© verklaring met ge vaarlijk, omdat alle ander© natiën beter weten hoe zwak Engeland is, dan het En gelsche volk zelf. En wat den toestand ernstiger maakt, is dat de buitenlanctsche mogendheden Enge land niet vriendschappelijk gezind rijn. In December weigerden Duit&chland en da Yereenigde Staten een bondgenootschap met Engeland te sluiten, Frankrijk is niet welwillend gestemd, en Rusland treedt han delend op in Perzië. Roseberry noemde daarom de voorstellen der regeering onvoldoende. De regeering be seft het gevaar niet. Als Engeland de Kaap verliest, is het zijn belangrijkste basis over den Oceaan kwijt en gaat bovendien het vertrouwen der andere 'koloniën m de kracht van het rijk verloren. De crisis, dia Engeland doormaakt, is er een van leven of dood. Het verweer der regeering. De minister van oorlog, lord Lansdowne, voerde alleen tegen lord Roseberry aan dab men kon kiezen or deelende voorstellen der rageering of dienstplicht, een derde be stond z. i. met. Zijnerzijds beantwoordde lord Salisbury den merkwaardigen, met grooten hartstocht gevoerden aanval van lord Roseberry op de regeering, die een partij-karakter had gekregen door do in stemming van lord Kimberley, den leider der oppositie in het Hoogerhuis. Deze had met name zijn bezorgdheid laten blijken over Rusland's voontdrmgen naar de noord grens van Voor-Indië. Op de buitenlandsche verhoudingen ging lord Salisbury in zijn onbeteekenend ant woord niet in; alleen meende hij dat Rose berry en Kimberley den toestand, en voor al de toekomst met te donkere kleuren schilderde. Hij sprak de hoop en het ver trouwen uit dat de maatregelen der regee ring voldoende zouden blijken te zijn. Lord Roberts had niet om meer manschappen ge vraagd en verklaarde een gunstigen afloop van den oorlog te verwachten. Het oordeel der peis over lord Roseber ry's rede toekent den geest in de toongeven de kringen van. het Engelsche volk. Wij zul len daarom enkele opinies hier vermelden. Dat de „Standard", lord Salisbu ry's ergaan, zich er afkeurend over uitlaat, is begrijpelijk. Het blad acht de redevoe ring alleen geschikt om een ongerechte'Aar- niet Lady May was toch niet gehuwd met zijn medeminnaar. a i k-uwe*. r»*.. r»-._ XXV. „Ik verloor, maar hij won niet." Een prachtige morgen. Sir Clinton Adair zat aan zijn weelderig ontbijt. Een schitte rende, warme, zonnige morgen, als do ge lieele wereld schijnt te lachen ondier de streelende zonnestralen. Hij had al d!e cou ranten na elkaar doorgebladerd, en in alle vond hij het bericht van zijn terugkomst „Sir Clinton Ad!aar kwam den 23sten van liet Vasteland aan." Zijn thuiskomst zou dus niet lang geheim blijven. Een merkwaardig gevoel kwam. in hem op; .allengs ontwaakte hij tot nieuw leven; een nieuwe sensarie, iets als hoop en levens lust, groeide in hem. Heb was zulk een drukke wereld', zulk een schitterende, be- drijvige, hoopvolle wereld; alle menschen schenen te leven voor zaken of genoegen; er was actie, energie, bezieling hoe geheel anders dan het stilstaande leven, dat hij tc Leville had geleid. Hij huiverde nu Mj or aan dacht. „Menschen zijn ten slotte geboren om menschen te zijn en geen kluizenaars," zei- de hij bij zich zelf. Hij wist dlat hij nooit de Huizenaarsperio- de in zijn leven zou hebban doorgemaakt dan gedreven door de liefdesmart die hem tot waanzin had gedreven Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1